Module leerboeken

Transcription

Module leerboeken
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/1
‘Uit de schaduw in het volle licht’*
Inhoud
1 Inleiding
1.1 Leerboeken
1.2 Leerboeken geschiedenis
1.3 Geschiedenis: verleden en verhaal
1.4 De Holocaust of judeocide
2 Onderzoek
2.1 Onderzoekswijze
2.2 Onderzoeksvragen
2.3 Voorbereiding van het klassikale plenum
3 Algemeen besluit
-
Lees aandachtig de inleiding (bladzijden 2-4) en de onderzoekswerkwijze (bladzijde
5).
-
Doe vervolgens het onderzoek met behulp van de onderzoeksvragen (bladzijden 6-9).
-
Bereid ten slotte het klassikale forum voor (bladzijde 10).
*
Op basis van het gelijknamige praktijkseminarie tijdens het academiejaar 2006-2007 en de papers van de
studenten Julie Aerts, Wouter Claes, Mieke Clijsters, Greet Coenegrachts, Gertjan Debie, Matthias Desmet, Tine
Druyts, Bert Govaerts, Roel Haesen, Marie Janart, Rupert Kerremans, An Moerenhout, Erika Nobels, Karel
Strobbe, Truus Van Bosstraeten, Stephanie Van Coillie, Saartje Vanden Borre, Marie-Laure Van Hoecke,
Michael Van Tilborg, Anne Verhaegen.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/2
1 Inleiding
1.1 Leerboeken
a² + b² = c²
of
‘In een rechthoekige driehoek is de som van
de kwadraten van de rechthoekszijden gelijk
aan het kwadraat van de schuine zijde.’
Ken je bovenstaande stelling? Waarschijnlijk wel; het is de stelling van Pythagoras. Je hebt ze
zeker en vast ooit gezien in de lessen wiskunde. We hebben die stelling gevonden in een
leerboek wiskunde. In een leerboek wiskunde kan je alles over een bepaald aspect van de
wiskunde terugvinden. Meestal staan er niet alleen stellingen in, maar ook bewijzen,
oefeningen en praktische toepassingen.
Er zijn wel zeventig verschillende bewijzen te vinden voor de stelling van Pythagoras,
en het aantal toepassingen en oefeningen erop is oneindig. De makers van een leerboek maken
zelf een selectie van de bewijzen, oefeningen en toepassingen die zij het beste vinden.
Leerboeken kunnen dus van elkaar verschillen in inhoud, maar de stellingen moeten wel
steeds kloppen. In ons voorbeeld moet a² + b² steeds gelijk zijn aan c², hoe je het ook uitlegt.
Hetzelfde geldt voor leerboeken biologie, aardrijkskunde, fysica, Frans... Je kunt
bijvoorbeeld de zwaartekracht op veel verschillende manieren uitleggen, maar de formules
voor de zwaartekrachtwetten zullen steeds dezelfde zijn. En leerboeken Frans verschillen
misschien van elkaar, maar een werkwoord zal in elk leerboek op dezelfde manier worden
vervoegd.
Maar hoe zit dat met leerboeken geschiedenis?
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/3
1.2 Leerboeken geschiedenis
De leerboeken die je gebruikt in de lessen geschiedenis, zijn er niet zomaar. Ze zijn
geschreven en samengesteld door leerboekenauteurs. Je vertrouwt erop dat wat in de
leerboeken staat, allemaal zeker is en waar. Maar is dat wel zo?
Wanneer er in het verleden iets belangrijks gebeurde en het daarna in de leerboeken
geschiedenis terecht kwam, hoe gebeurde dat dan? Vertelt een leerboekenschrijver uit 1950
hetzelfde verhaal als een leerboekenschrijver uit 1990? Het verhaal dat na die gebeurtenissen
geschreven wordt, blijft dat verhaal eeuwig hetzelfde verhaal?
In dit onderzoek krijg je vier leerboeken geschiedenis te zien. Het zijn leerboeken uit
verschillende jaren na de Tweede Wereldoorlog (1939-1945). Misschien heb jij les gekregen
uit het ene leerboek, je ouders uit het andere en je grootouders uit nog een ander leerboek dat
voor je ligt. Het is de bedoeling dat jij op ontdekkingstocht trekt door die verschillende
leerboeken te vergelijken, meer bepaald hun verhaal van het verleden, het historiebeeld van
het verleden dat ze ‘presenteren’.
Wat hebben je ouders in de lessen geschiedenis te horen gekregen? En wat je
grootouders? Dit willen we jullie laten onderzoeken.
1.3 Geschiedenis: verleden en verhaal
‘Geschiedenis’ heeft in het Nederlands verschillende betekenissen. Het verwijst zowel naar
het verleden als naar de wetenschap over het verleden en naar het resultaat van die
wetenschap over het verleden, namelijk het verhaal of het ‘beeld’ over het verleden.
Geschiedenis in de betekenis van het verleden is per definitie voorbij en niet meer
waarneembaar.
Historici proberen vandaag met behulp van sporen uit het verleden, de ‘bronnen’, een
beeld van het verleden te schetsen, een verhaal over het verleden te construeren, een
historiebeeld te ‘presenteren’.
Ook leerboeken geschiedenis zijn dus niet het verleden, maar schetsen een
historiebeeld over de geschiedenis, ze vertellen een verhaal over het verleden.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
VERLEDEN
|
Definitieve versie
/4
HEDEN
|

Sporen
Overblijfselen

|
|
Ge(re)construeerde
|
‘beeld van het verleden’ /
|
‘representatie v.h. verleden’
|
‘Bronnen’ -----------------------------------------
Historicus/-a
Blijft dat historiebeeld, dat verhaal over het verleden, dat ook leerboeken geschiedenis
schetsen en vertellen, hetzelfde doorheen de tijd, tussen de generaties? Of is dat echter aan
verandering onderhevig? En zo ja, waardoor komt dat dan?
Een globale leerboekenvergelijking vraagt zeer veel tijd. Daarom werken we in het
kader van deze leereenheid met een geselecteerd onderwerp en geselecteerde bladzijden.
1.4 De Holocaust of judeocide
Voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de Joden in Duitsland vervolgd en tijdens
de Tweede Wereldoorlog in Duitsland en in de door Duitsers bezette gebieden systematisch
uitgeroeid in daartoe bestemde uitroeiingskampen of vernietigingskampen, zoals Auschwitz.
Uiteindelijk werden naar schatting bijna zes miljoen Joden het slachtoffer van deze genocide.
Nu ligt de Holocaust al meer dan een halve eeuw achter ons. Hij behoort dus al even lang tot
de geschiedenis. Jullie hebben er in jullie lessen geschiedenis aandacht aan besteed.
Maar hoe kwam de Holocaust aan bod in vroegere, oudere leerboeken geschiedenis?
We vergelijken enkele van die leerboeken. We onderzoeken of het verhaal dat de
geschiedeniswetenschap vertelt en het historiebeeld dat de leerboeken geschiedenis schetsen
over het verleden van de Holocaust, steeds hetzelfde bleef doorheen de vier generaties
leerboeken, dan wel veranderde.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/5
2 Onderzoek
2.1 Onderzoekswerkwijze
In de bijgaande bundels vind je de inhoudsopgaven en de bladzijden die de Holocaust
behandelen, uit vier generaties leerboeken geschiedenis in Vlaanderen (1945-2000); het vijfde
leerboek is je eigen leerboek dat je dit schooljaar voor geschiedenis gebruikt.
Elk leerboek wordt aangeduid met een hoofdletter.
A. A. Fierens en J. Uytterhoeven, Hoofdzaken uit de nieuwste geschiedenis (1789-1945),
Brussel, 1946.
B. M. Dierickx, Geschiedenis van België en van onze eigen tijd (Historia. Handboeken van
geschiedenis voor het middelbaar onderwijs), Antwerpen, 1967 (1956).
C. P. Vandepitte, Twintigste eeuw (Tijdspiegel. Geschiedenis voor het secundair onderwijs),
Antwerpen-Amsterdam, 1980 (1975).
D. W. Smits, H. Van de Voorde en I. Van Ransbeeck, De wereld en Europa. 1918-heden
(Documentatiemappen 6 Infoboek), Kapellen, 1994.
E. Je eigen leerboek
In bijlage 1 achteraan vind je een invulraster om de antwoorden van de eerste en de tweede
onderzoeksfase te noteren. In het raster worden de leerboeken aangeduid met hun letter,
zijnde A, B, C, D en E (= eigen leerboek).
Vul het antwoord op de vragen in op de juiste plaats in het raster, zodat je een vergelijking
kan maken tussen de verschillende leerboeken.
Als voorbeeld om je op weg te zetten werd het antwoord voor leerboek A in het raster
ingevuld.
Om efficiënt te werken neemt best elke leerling van jullie groep één leerboek voor zijn
rekening. Achteraf wissel je dan je bevindingen uit met je medeleerlingen. Jullie leggen dan
jullie bevindingen samen en formuleren gezamenlijk een tussentijds besluit.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/6
2.2 Onderzoeksvragen
0
Een vraag vooraf.
Wat verwacht je te vinden over de Holocaust in de naoorlogse leerboeken geschiedenis
die voor je liggen? Noteer je verwachtingen beknopt in het invulraster.
2.2.1 Onderzoeksfase 1: een eerste kennismaking: kwantitatief en uitzicht
We onderzoeken eerst de gekregen bundels die de onderdelen betreffen waar de Holocaust ter
sprake komt, kwantitatief en qua uitzicht.
1
De gekregen bundels betreffen de onderdelen uit de leerboeken waar de Holocaust ter
sprake komt.
Over hoeveel bladzijden (per leerboek) gaat het. Vul het raster in onder de juiste letter.
2
Bereken het percentage van de hoeveelheid bladzijden ten opzichte van het totale aantal
bladzijden van het leerboek. Gebruik de inhoudsopgave van het leerboek.
3
Situering in het leerboek.
Noteer de titel van het onderdeel waaruit het deel over de Holocaust komt.
4
Geen onderdeel – eigen onderdeel.
Noteer of de Holocaust een eigen onderdeel krijgt.
5
Uitzicht: bekijk de lay-out van het betreffende deel over de Holocaust.
Welke andere elementen worden gebruikt buiten de eigenlijke leertekst, zoals bv.
statistieken, kaarten, getuigenissen en beelden.
Eerste tussentijds besluit
-
Wissel je bevindingen aan elkaar uit.
-
Vraag het eerste deel van de correctiesleutel en vergelijk die met je eigen bevindingen.
-
Formuleer nu samen een eerste tussentijds besluit over wat jullie hebben gevonden over
de evolutie van de aandacht voor de Holocaust in de Vlaamse leerboeken geschiedenis
vanaf de Tweede Wereldoorlog tot op heden.
-
Noteer jullie besluit beknopt in het invulraster.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/7
2.2.2 Onderzoeksfase 2: kwalitatief en inhoudelijk
In de bundel zijn de stukken die specifiek over de Holocaust handelen, gemarkeerd.
We bestuderen die delen nu inhoudelijk.
Lees daartoe eerst de onderstaande vragen bij deze onderzoeksfase 2.2.2 helemaal door en
beantwoord ze vervolgens vraag per vraag en vul het antwoord aan in het invulraster onder de
juiste letter.
6
Ga na welke onderstaande termen en begrippen worden gehanteerd. Noteer ze in het raster
in de kolom van het betreffende leerboek. De met een * gemerkte begrippen worden
uitgelegd in bijlage 2.
Antisemitisme* – Auschtwitz* – concentratiekampen – Endlösung* – Holocaust* –
Jodenvervolging – racisme – uitroeiingskampen / vernietigingskampen* –
Wannseeconferentie*
7
Wordt er een onderscheid gemaakt tussen concentratiekampen en uitroeiingskampen
(vernietigingskampen)? Vanaf welke leerboeken wordt dat verschil eventueel gemaakt?
Noteer in het raster onder de juiste letter.
8
Is het geschetste historiebeeld, het verhaal over de Holocaust enkel beschrijvend of
proberen de leerboekenauteurs de Holocaust ook te verklaren? Noteer eventueel zeer
beknopt de verklaringsfactoren die dan worden gegeven in het raster onder de juiste letter.
9
Welke actoren, betrokkenen komen in beeld bij het verhaal over de Holocaust? De
slachtoffers? De verantwoordelijke daders? De omstanders? Noteer in het raster onder de
juiste letter.
10 Hebben de auteurs aandacht voor het discussiekarakter van het historische beeld over de
Holocaust? Bv. het eventuele onvergelijkbare of unieke karakter van de Holocaust. Noteer
in het raster onder de juiste letter.
11 Wat is de functie van het bijkomende materiaal (primaire bronnen zoals getuigenissen en
beelden, documenten zoals kaarten en statistieken), waar het opgenomen is? Waarom
namen of nemen leerboekenauteurs dat materiaal op? Bewijs met citaten. Noteer in het
raster onder de juiste letter.
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/8
Tweede tussentijds besluit
-
Wissel je bevindingen aan elkaar uit.
-
Vraag het tweede deel van de correctiesleutel en vergelijk die met je eigen bevindingen.
-
Formuleer nu samen een tweede tussentijds besluit over wat jullie hebben gevonden over
de evolutie van de inhoud van het beeld over de Holocaust in de Vlaamse leerboeken
geschiedenis vanaf de Tweede Wereldoorlog tot op heden.
-
Noteer jullie besluit beknopt in het invulraster.
Onderzoeksfase 3: verschuivende ‘historiebeelden’
-
Maak de laatste onderzoeksfase samen.
12 Plaats de datum van uitgave van de leerboeken op de onderstaande tijdlijn van de
naoorlogse geschiedenis.
1940
1945
1950
1960
1970
1980
1990
2000
2007
13 Markeer op de bovenstaande tijdlijn wanneer er een duidelijke verandering in het beeld
van de Holocaust in de leerboeken kwam.
14 Wat hield die verandering in?
...
15 Het evoluerende beeld van de Holocaust in de leerboeken geschiedenis staat niet los van
het evoluerende beeld van de Holocaust in de wetenschappelijke geschiedschrijving.
Waarom evolueert het historiebeeld, het verhaal in de geschiedschrijving? Kijk terug naar
het schema in de inleiding en formuleer twee redenen waarom een beeld van een verleden
verandert.
...
...
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/9
Niet enkel omdat eventueel nieuwe bronnen kunnen worden gevonden, maar ook omdat
historici en dus ook leerboekenauteurs kinderen van hun tijd zijn en nieuwe vragen stellen
aan het verleden of nieuwe interpretaties of nieuwe historiebeelden presenteren.
16 Welke elementen deden de interesse voor de Holocaust toenemen?
Hieronder volgen enkele mogelijke redenen.
Leg het verband uit met het evoluerende beeld van de Holocaust of judeocide.
o Nieuwe bronnen, zoals dagboeken, brieven, foto’s, die werden teruggevonden.
o Al dan niet vergelijkbare systematische genociden, bv. in Cambodja (tweede helft
jaren zeventig), Rwanda (eerste helft jaren negentig), Darfour (begin 21ste eeuw).
o Het verdere verloop van hoe het de Joden verging na de Tweede Wereldoorlog, de
oprichting van de staat Israël en het ruimere conflict in het Midden-Oosten. ‘De
Holocaust werd zo de funderingsgrond voor Israël.’ (Documentatiemappen 6, 1994).
Lesopname
Deel ‘Het evoluerende historiebeeld in de leerboeken’
Definitieve versie
/ 10
2.3 Voorbereiding van het klassikale plenum
-
Vraag het derde deel van de correctiesleutel en vergelijk met jullie eigen bevindingen.
-
Bereid met behulp van de antwoorden op de vragen uit onderzoeksfase 3 het klassikale
plenum voor. Leg tijdens het klassikale plenum aan je medeleerlingen uit:
o wanneer er een duidelijke verandering in het beeld van de Holocaust in de leerboeken
geschiedenis kwam;
o wat die verandering inhield;
o waardoor die verandering tot stand kon komen;
o welke elementen de interesse voor de geschiedenis van de Holocaust deden toenemen.
3 Algemeen besluit
Doorheen de jaren wordt er in de leerboeken geschiedenis in Vlaanderen steeds meer
aandacht besteed aan de genocide op de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. De term
Holocaust en de nuances dienaangaande worden pas vanaf de jaren zeventig – tachtig gelegd.
Deze toename in de belangstelling voor dit onderwerp hing samen met de groeiende aandacht
ervoor in de wetenschappelijke geschiedschrijving.
Die groeiende interesse hing samen met het vinden van nieuwe bronnen en het stellen van
nieuwe vragen over de judeocide, bv. over de vergelijkbaarheid van de judeocide met andere
genociden, en met nieuwe interpretaties die historici voorstelden.
De behandeling van de Holocaust in Vlaamse leerboeken geschiedenis is een voorbeeld van
het evoluerende beeld van elk verleden, niet alleen omdat eventueel nieuwe bronnen worden
gevonden of ter beschikking komen, maar ook omdat historici als kinderen van hun tijd
nieuwe vragen stellen, nieuwe accenten en klemtonen leggen en nieuwe betekenissen geven
aan een verleden.
Een Nederlandse historicus zei dan ook ooit ‘geschiedenis is een discussie zonder einde’ en
de Vlaamse historicus en journalist, Marc Reynebeau, schreef recent: ‘Het verleden bestaat
niet.’