Bidonville tekstboek cd

Transcription

Bidonville tekstboek cd
BIDONVILLE
1. Ralphie
2. Psychopompe
3. Onderman
4. Harde munt
5. Duet
6. Hovink
7. Een man
8. Lotti
9. Bavink
10. Geld
11. Verdieping nr. 10
12. Witte haring
13. Parnasse
14. Paardjes
15. Taxi
16. Oude harp
DE KIFT
Pim Heijne (N.N.) gitaar, drum, basgitaar,
farfisa-, flessen- en glasorgel, citer,
accordeon, autoharp
Ferry Heijne (Bavink, Psychopompe) stem,
gitaar, trompet, bastuba, bariton,
accordeon, trombone
Lot Vandekeybus (Lotti) stem, bastuba,
bariton, trombone, fles
Wim ter Weele (Parnasse) stem, drum,
parnassoscoop
Mathijs Houwink (Hovink) stem, basgitaar,
gitaar, fles
GASTMUZIKANTEN
Sanne den Hartogh (Ralphie) stem, fles
Niels de Wit gitaar, basgitaar
DISTRIBUTIE
Sonic Rendezvous
CATALOGUSNUMMER
kift2014
ADRES NEDERLAND
De Kift, Postbus 14, 1540 AA, Koog aan de Zaan
tel.: +31(0)75.614.75.37 / gsm: +31(0)6.29.01.76.10
www.dekift.nl / www.dekift.com
[email protected]
ADRES FRANKRIJK
Aurélie Gagner
tel.: +336.98.91.31.03
[email protected]
DRUKWERK
Drukkerij Raddraaier, Amsterdam
COMPOSITIE
Ferry Heijne, Pim Heijne
OPNAME/MIX
Danny Gras
MASTERING-B
Hay Zeelen
TEKSTKEUZE & -BEWERKING
Ferry Heijne, Sanne den Hartogh
TEKSTREDACTIE
Han Hulscher
Lo
tti
VORMGEVING
Alexander van Zanten,
Wim ter Weele
LAY-OUT
Jos Kley
BEELDREGISTRATIE
Hellen van Harten
WEBSITE
Festina Lente Collective
FOTOGRAFIE
Anke Teunissen, Herman Nijhof,
Bart A. Dekker, Erik Whien,
Nora Rotmans, Wim ter Weele,
Alexander van Zanten,
Yvonne van Scheijen
ZAKEN
Marco Heijne
ZAALGELUID
Dolf Planteijdt, René de Boer
MONITORGELUID
Tamar Bakker, Danny Gras
LICHT
Jeroen Brusche, Rob Verheij
KLEDING
Eveline Didderen
PUBLICITEIT
Sanne den Adel
MERCHANDISE
An van der Hoorn
PLANNING
Ber Fontaine
BOEKHOUDING
Frank van den Bos
ARCHIEF
Lieuwe Taekema
BESTUUR STICHTING MOER-STAAL
Peter van Gelderen, Jos Kley,
Marcel Haug, Hans van den Pol
DE KIFT CATALOGUS
De dag, Vinyl-single (1988)
Arm van Jezus, DVD (2003)
Yverzucht, CD (1989)
Singlesbox , 5x Vinyl-single (2008)
Yverzucht, LP (1989)
Kees de Jongen, CD (2011)
Krankenhaus, CD vilt (1993)
Kees de Jongen, DVD (2011)
Krankenhaus, LP (1993)
Kees de Jongen, CD+DVD (2011)
Gaaphonger, CD vilt (1996)
Vlaskoorts, CD (1999)
Alle titels zijn verkrijgbaar via de
Yzeren Hond, DVD (2000)
webwinkel op www.dekift.nl
Koper, CD (2001)
4voor4, CD vilt (2003)
4voor4, DVD (2003)
De Kift, fr. CD (2006) compilatie
De Kift, vs CD (2006) compilatie
7, CD (2006)
7, CD fr. (2007)
Hoofdkaas, CD (2008)
Hoofdkaas, CD vilt (2008)
Brik, CD vilt (2011)
Proost trouwe vrienden, CD (2013)
Bidonville, CD (2014)
12. Witte haring / White herring – (I) André Breton (1896-1966) en
Philippe Soupault (1897-1990), Magnetische velden, vert. uit het
Frans door Jan Pieter van der Sterre, Sea Urchin Editions, 2002 –
(II) Konstantin Paustovskij (1892-1968), ‘De oude kok’, vert. uit het
Russisch door Wim Hartog, in: Afscheid van de zomer en andere
verhalen, Arbeiderspers, 1993 – (III) Ramses Shaffy (1933-2009),
5 uur (van het album Ramses II, 1966).
13. Parnasse – (I) Georg Büchner (1813-1837), Woyzeck, vert. uit
het Duits door Tom Blokdijk en Paul Slangen, Uitgeverij International
Theatre & Film Books/Zuidelijk Toneel Hollandia, 2001 – (II) H.G. Wells
(1866-1946), De tijdmachine, vert. uit het Engels door Lydia Belinfante
en Manuel van Loggem, Loeb, 1989 / The Time Machine, Atlantic,
1924.
14. Paardjes / Little horsies – All the pretty little horses (trad.
Amerikaans wiegeliedje), in de versie van Nick Cave en Current 93
(1996), vert. Ferry Heijne.
15. Taxi – zie / see 3 (II).
16. Oude harp / Old harp – zie / see 5 (I).
MET DANK AAN
het thuisfront, Erik Whien, Nico Danenberg, Kees Lesuis,
Oerol, Oerol vrijwilligers, Jan de Jong, Connie Vreugdenhil,
alle vouwers/plakkers, alle koks, Thijs Meijer (Bruynzeelhallen),
Toby, Jan Heijne, Emiel (darktrousers) Joormann, Patrick Votrian,
Huug van Tienhoven, Ber Fontaine, Tim Heijne, Dies ter Weele,
Kristien Magdelijns, Martin Buytendijk, Tiba Bolle, Taco Schreij,
Astrid en Reinier den Adel, Marian Janssen, René van Peer,
Adriaanosch van ‘t Uilenbosch, Yvonne van Scheijen, Erica
Sjoers-Haarsma, Wim Bakker, Peter Zegveld, Marcel van de
Vondervoort, Stijn Looman, Bill Bimetaal, Frank van den Bos,
Le Phun, Monofocus, Toneelschuur Haarlem
ONDERSTEUNING
mede mogelijk gemaakt door
het Fonds Podiumkunsten
Ralphie
6. Hovink – (I) De worm in het zijn (NL, 1993), een documentaire van
Maarten Schmidt en Thomas Doebele – (II) zie / see 5 (II).
7. Een man / A man – zie / see 1 (II).
8. Lotti – (I) Willem Frederik Hermans (1921-1995), Lotti Fuehrscheim,
in: Volledige werken 7, De Bezige Bij/Van Oorschot, 2006 – (II) Herbert
Achternbusch (1938), Suus, vert. uit het Duits door Martin Hartkamp,
in: Toneel, Uitgeverij International Theatre & Film Books, 1992 –
gesproken in Kempisch dialect door / spoken in the dialect of the
Kempen region by Lot Vandekeybus.
9. Bavink – (I) zie / see 8 (I) – (II) Herbert Achternbusch, Plattling, vert.
uit het Duits door Mark van Duijn, in: Toneel (zie 8 [II]).
10. Geld / Money – Daniil Charms / Kharms, Alle mensen houden van
geld, vert. uit het Russisch door Yolanda Bloemen, in: Ik zat op het dak
(zie 1 [II]).
11. Verdieping nr. 10 / The 10th floor – (I) zie / see 5 (II) – (II) Boris
Ryzji / Ryzhy (1974-2001), Wodka schonken ze, vert. uit het Russisch
door Anne Stoffel, in: Afscheid in Rusland. Gedichten, Hoogland en Van
Klaveren, 2013.
1. RALPHIE
Toen ik voor het eerst hier kwam, ik was bang, jongen,
als de dood zo bang. Ja, of bang ... ik was niet bang, ik
keek gewoon naar die godbeschetese ratteplek hier en
ik zei: ‘Shit’. Ik zit hier nu vijf jaar, gek. Op weg naar zes.
Niemand voelt de tijd gaan. Zo krampend lang is het al. Ja,
joh ... ik heb het hier harststikke comfortabel gemaakt in
dat hellegat hier. Gewoon té comfortabel, joh.
Een man verliet een keer zijn huis
Met knapzak en met stok,
Het was voor lang,
Het was voor lang
Dat hij te voet vertrok.
Hij keek niet op, hij keek niet om
En volgde ’t rechte pad.
Hij sliep noch dronk,
Hij dronk noch sliep,
Hij sliep noch dronk noch at.
Eens liep hij in de morgenstond
Het bos in en sindsdien,
Van dat moment,
Van dat moment,
Heeft niemand hem gezien.
Maar als het ooit nog eens gebeurt
Dat u die man ontmoet,
Vertel het ons,
Vertel het ons,
Vertel het ons met spoed.
2. Psychopompe – (I) The Imaginarium of Doctor Parnassus (GB,
2009), een film van Terry Gilliam, vert. Ferry Heijne – (II) Martinus
Nijhoff (1894-1953), Het uur u, in: Verzamelde gedichten, Prometheus,
2013 / Your Zero Hour, transl. from Dutch by P.K. King, in: Dirk Kroon
(ed.), Dit meldt het uur u. Teksten omtrent het uur u van Martinus
Nijhoff, Bzztôh, 1986 – (III) Maarten Oudshoorn, De passie van de
slager: De Kift, Yverzucht, 1989.
3. Onderman / Downman – (I) Dante Alighieri (1265-1321), De
godde­lijke komedie, vert. uit het Italiaans door Ike Cialona en Peter
Verstegen, Athenaeum – Polak & Van Gennep, 2013 / The Paradiso,
transl. from Italian by Philip H. Wicksteed, J.M. Dent & sons Ld., 1912
– (II) Jack Kerouac (1922-1969), Book of Sketches. 1952-57, Penguin
poets, 2006, vert. Sanne den Hartogh.
4. Harde munt / Top dollar – (I) zie / see 1 (I) – (II) Sanne den Hartogh,
Broodroosteraar.
5. Duet – (I) Juan Rulfo (1918-1986), Pedro Páramo, vert. uit het
Spaans door J. Lechner, Meulenhoff, 2006 – (II) J. Slauerhoff (18981936), Saudade, in: Verzamelde gedichten, Nijgh & Van Ditmar, 2008
– (III) Werner Schwab (1958-1994), Mijn hondemond, vert. uit het Duits
door Tom Kleijn, in: Faecaliëndrama’s, De Trust/Uitgeverij International
Theatre & Film Books, 1993 – (IV) zie / see 14.
TEKSTEN / LYRICS
De voor dit album gebruikte teksten zijn bewerkt door Ferry Heijne en
Sanne den Hartogh. Derhalve leze men vóór de hieronder genoemde
titels steeds ‘vrij naar ...’.
The texts that were used for this album have been adapted by Ferry
Heijne and Sanne den Hartogh. The adaptations are based on the titles
below. Adaptations to the English texts and translations from Dutch into
English where no English title is listed are by Dymph van der Gun.
1. Ralphie – (I) Greg in Dark Days (USA, 2000), een film van Marc Singer,
vert. Sanne den Hartogh – (II) Daniil Charms / Kharms (1905-1942),
Een man verliet een keer zijn huis, vert. uit het Russisch door Margriet
Berg en Marja Wiebes, in: Ik zat op het dak. Proza, toneel, gedichten,
dagboekaantekeningen, brieven, Atlas, 2002 / A man once walked out
of his house, transl. from Russian by Matvei Yankelevich and Eugene
Ostashevsky, in: E. Ostashevsky (ed.), Oberiu: an Anthology of Russian
Absurdism, Northwestern University Press, 2006.
1. RALPHIE
When I first came here, I was scared to death, man. Scared
that ... Not scared – I just looked at this goddamn place and
shit and I said: ‘Damn’. I been here for fuckin’ five years,
goin’ on six. Who knows it’s been that long, you know? It’s
been that fuckin’ long. I got real comfortable here in this
fuckin’ dump and shit, man. Got too goddamn comfortable.
16. OLD HARP
It was all because of a
dream. In my fingers, I
kept the sense of his
closed eyes when he was
sleeping and the beat of his
little heart for a long time.
How could I have thought it
wasn’t true? I took him with me
everywhere, but I lost him at
some point. In heaven they said
they had made a mistake
with me.
Hovink
A man once walked out of his house
With a walking stick and a sack,
And on he went,
And on he went:
He never did turn back.
Bav
ink
He walked as far as he could see:
He saw what lay ahead.
He never drank,
He never slept,
Nor slept nor drank nor ate.
Then once upon a morning
He entered a dark wood
And on that day,
And on that day
He disappeared for good.
If anywhere by any chance
You meet him in his travels,
Then hurry please,
Then hurry please,
Then hurry please and tell us.
16. OUDE HARP
e
mp
po
o
ych
Ps
Het was allemaal de schuld van een droom. Lang
heb ik in mijn vingers het gevoel bewaard van zijn
gesloten oogjes als hij sliep en het kloppen van
zijn hartje. Hoe had ik kunnen denken dat het niet
zo was? Ik nam hem overal mee naartoe, maar op
een gegeven moment ben ik ’m kwijtgeraakt. In de
hemel zeiden ze me dat ze met mij een vergissing
hadden gemaakt.
15. TAXI
The months rolled – all
the dogs died of
the St Vitus dance –
in the mud – Only
Taxi survived, sitting
in wait for his master
at gray dusks – The
Autumn came, the winter
laid a carpet of one
inch snow.
Downman went
from town to
town –
the heavens don’t care –
It had not always
been so easy and calm.
2. PSYCHOPOMPE
Dames en heren, welkom
in Bidonville! Ik, Bavink,
eh ..., Psychopompe,
geleider der zielen, nodig
u uit, nodig u allen uit om
hier vandaag, speciaal
vandaag, op te lichten,
te stralen, tezamen op te
lichten, want vandaag
precies op deze dag
betreden wij de wereld, de
weidse, wonderlijke
wereld van …
Monsieur Parnasse!
15. TAXI
N.N
.
Mr. Parnasse is ouder dan de tijd. Hij is drieduizend …
duizend ... vierduizend jaar oud. Monsieur Parnasse! Hij
heeft de kracht om te reizen in uw gedachten, de kracht
om te reizen in de tijd. Mr. Parnasse staat tussen niets en
niemand, ongenaakbaar, in de stormen der tijd. Het uur ...
het uur ... u!
Nu gaat het beginnen, nu
verdwijnt de onzekerheid
van de ons gegunde tijd,
nu is het voor alles te laat.
De stilte die dan ontstaat
is een stilte, niet slechts naar de vorm
een stilte voor de storm,
maar een stilte van het soort
waar dingen in worden gehoord
die nog nimmer het oor vernam.
De maanden rolden voorbij
en alle honden stierven
in de modder aan
de Sint Vitusdans. Alleen
Taxi wachtte op zijn baas
in het grijze stof
en overleefde. De
herfst kwam en de winter
legde een wit tapijt.
Onderman ging
van stad naar stad.
Het kan de hemel geen reet schelen.
Nee, alles is niet altijd
vredig geweest.
Laat Mr. Parnasse uw geest openen en uw fantasieën
op gang brengen, laat hem u meevoeren naar een
wereld die u zich nog nooit heeft kunnen voorstellen.
Wij zijn trots op zijn kunnen! Ralphie, we zijn trots op
zijn kunnen.
Zeker weten.
Overstijg de hoogste hoogtes op de vleugels der
verbeelding. Dames en heren, deze wereld, waarin
wij leven, zit vol betovering voor diegenen met ogen
om het te zien, met oren om het te horen! Naar de
hoogste hoogtes en de diepste dieptes, tastend in
het duister naar het licht, in triomfen van de geest!
Ontmoet de hoogheid, de pracht, het orakel …
14. LITTLE HORSIES
Hushaby,
Don’t you cry,
Go to sleepy, little baby.
2. PSYCHOPOMPE
Ladies and gentlemen,
welcome to Bidonville! I,
Bavink, er ... Psychopompe,
guide of souls, invite you,
invite all of you, today, on
this day then, to lighten,
to radiate, to lighten all
together, for today, on this
day precisely, we enter
into the world, the wide,
wondrous world of …
Monsieur Parnasse!
When you wake
You shall have
All the pretty little horsies,
All the pretty little horsies,
Blacks and bays
And dapples and greys –
All the pretty little horsies.
Way down yonder,
Beneath the arches,
Lies a poor and lonely kiddy.
Bees and butterflies
Flitting round his eyes,
Poor little thing is crying ‘mommy’.
Hushaby,
Don’t you cry,
Rest your head upon the clover.
In your dreams you shall ride,
While your mommy’s watching over.
Blacks and bays
And dapples and greys –
All the pretty little horsies,
All the pretty little horsies,
All the pretty little horsies.
14. PAARDJES
Stil maar, jochie,
Huil maar niet,
Oogjes toe en ga maar slapen.
Morgenvroeg
Krijg jij van mij
Al die lieve kleine paardjes.
Zwarte, bruine,
Merries en ruinen –
Al die lieve kleine paardjes.
Ginds beneden,
Onder de bogen,
Ligt een arm en eenzaam ukkie.
Vlinders en bijen, vliegen
Rond zijn ogen.
’t Kleine ding roept ‘mammie’.
Stil maar, jochie,
Huil maar niet,
Leg je hoofd te rusten – slaap zacht.
In je dromen zul je draven
En je moeder houdt de wacht.
Zwarte, bruine,
Merries en ruinen –
Al die lieve kleine paardjes,
Al die lieve kleine paardjes,
Al die lieve kleine paardjes.
13. PARNASSE
Mr Parnasse is older than time. He is three thousand ...
a thousand ... four thousand years old. Monsieur Parnasse!
He has the power to travel in your mind, the power to travel
in time. Mr Parnasse stands at unapproachable height in the
storms of time. H-hour ... H-Hour ... Here it is: H-hour!
H-hour’s begun,
no uncertainty now about
whatever time I’m allowed,
it’s too late to make amends.
The quiet which then descends
is silence not just in form,
a quiet before the storm,
but a silence of the kind
where things come to mind
never heard till then.
se
as
rn
Pa
There once was a poor child and had no father and no
mother, was everything dead, and was no one ... no one
left in the world. Everything dead, and it left and cried day
and night. And because there was no one left on earth,
it wanted to go to heaven, and the moon looked at it ...
looked at it so ... so kindly, and when it finally ... finally got
to the moon, it was a piece of rotten wood and then it went
to the sun. And when it came to the sun, the sun was a
vast dome glowing with a dull heat, which had ceased to
set. The sun halted motionless upon the horizon. At
times, it suffered a momentary extinction, then
reverted to its sullen red heat. All trace of the moon
had vanished. And when it wanted to go back to
earth, the earth was empty and silent and the
child was all alone. Beyond the lifeless sound of
the wind, the world was silent. All the sounds of
man, the bleating of sheep, the screams of
sea gulls, the hum of insects, the stir that
makes the background of our lives – all that
was over.
Let Mr Parnasse open your mind and
bring to life your imagination, let him
transport you to worlds you’ve never dreamt
of. We are proud of his skill! Ralphie, we are
proud of his skill.
Absolutely.
Transcend the highest heights on Imagination’s
wings. Ladies and gentlemen, this world we live
in is full of enchantment for those with eyes to
see it, with ears to hear it! To the highest
heights and the deepest depths, groping in
the dark for the light in triumphs of the mind!
Encounter the majesty, the beauty, the
oracle ...
3. ONDERMAN
13. PARNASSE
Er was eens een arm kind en had geen vader en geen
moeder, was alles dood, en was er niemand ... niemand
meer op de wereld. Alles dood, en het is weggegaan en
heeft gehuild dag en nacht. En omdat er op aarde niemand
meer was, wou het naar de hemel, en de maan keek het
... keek het zo ... zo vriendelijk aan en toen het eindelijk ...
eindelijk bij de maan kwam, was het een stuk verrot hout
en toen is het naar de zon gegaan. En toen het bij de zon
kwam, was de zon een geweldige dof gloeiende globe die
niet meer onderging. De zon hing onbeweeglijk boven de
horizon. Af en toe doofde zij even en keerde de sombere
gloed weer terug. En van de maan was geen spoor meer
te ontdekken. En toen het weer naar de aarde wou, was de
aarde leeg en stil en was het helemaal alleen. Afgezien van
het levenloze geluid van de wind was de wereld verstild. Alle
geluiden van de mens, het blaten van schapen, het krijsen
van meeuwen, het gegons van insecten, het geruis dat de
achtergrond van het leven vormt ... dat alles was voorbij.
Ik keek door alle zeven hemelkringen
En zag beneden mij de ronde aard
Zo klein dat ik een lach niet kon bedwingen.
Nee, alles is niet
altijd vredig geweest.
Lang voor Christus
waren er al Grieken die
wisten waarom mensen
sterven van schrik.
Tuurlijk, tuurlijk,
de donkere regen spetterde
op de eenzame.
De regen waste het verdriet.
En iets rouwde er
en iets fluisterde tegen ’m:
‘Jij werd geboren in de bossen,
je vader was een boer,
zoon van deze regens,
en nu zit je hier,
in deze stenen wildernis,
je zit alleen in de nacht.
Laat je hoofd niet hangen,
houd je vuisten hoog.
Ondergang is je naam,
Onderman is je naam,
Nietige in de
harde, weidse en lege
wereld die jou haat
is je naam.
Een graf dat zich
voor je voeten uitdiept,
en je alvast een seintje geeft uit de aarde
en op je wacht.
Je bent een dier,
stervend in de wildernis.
Whèè, whèè! Arm jochie,
whèè! Alleen de
hemels en de bogen
zullen je toelaten,
maar kennis van de hemel
en de bogen heb je niet,
dus sterf en wees stil, jongen.
Onderman in de nacht,
Onderman in de regennacht’.
3. DOWNMAN
The white herring, that arrives early
in the morning, polishes the bar ...
It’s five o’ clock, the party has come
and gone, the sun is rising over the city.
There’s nothing as dismal as the light that
pours softly over the rooftops at five in the
morning. The streets are receding silently
and people are appearing. They haven’t
seen our dizzy eyes. The numbness lifts at
the sound of dustcarts, and birds rise to
heaven looking for celestial food.
With my sight I turned back through all and every
of the seven spheres, and saw this globe
such that I smiled at its sorry semblance.
No, all was not
always so peaceful.
Long before Christ
there was a Greek who
found out why people
die from shock –
Sure, sure, –
the dark rain splattered
on the lonley one.
Rain washed the sorrow
and something mourned
– and something whispered to him: ‘You were
born in the woods – your
father was a farmer –
son of these rains – this
wilderness – you
sit alone in night –
don’t let your face hang,
don’t let your arms fall –
Doom is your name –
Downman is your name –
Nothingness in the
big wild, wide and empty
world that hates you
is your name – a
grave that sinks from
the foot, that telegraphs
in dirt the sinking of a
manly chest – awaits
thee – and
thou art an animal
dying in the wilderness –
Groo, groo, poor little boy
– groo – only the
heavens and the arcs
will accept thee –
and Knowledge of heaven
and the arcs is not for
thee – so die, die,
die – and be silent –
Downman in the
night, Downman
in the rainy night’.
12. WHITE HERRING
Think of the lamplight of bars, of the bizarre balls in
those dilapidated houses where we left the days behind.
There was a transparent sky like blue glass. Do you
remember? At midnight, the windows are still open but
the doors are closed. Music’s coming from all the gaps.
And further down, ever further down, there are cries so
blue they kill you because they move you so.
The white herring, that arrives early in the morning,
polishes the bar ...
Everything is blue, there. The lanes and the grand
boulevards are deserted. The night is crowded with
stars and people’s songs rise up to heaven the way the
sea goes looking for the moon. A circus of sentiments
and red flushes, red, in which the heart is beating like
a slender, pale bell.
4. HARDE MUNT
Jongen, ik maak me klaar voor buiten en ik ga mezelf
wat munten maken, Johnny. Ik moet vandaag betaald.
Dus, wat is er nou aan de hand?
Vrije handel
vogelvrij
ritselen
ik word betaald.
Want ik ga me gewoontje doen, vriend. Ik ga naar buiten,
ga ik even iets ritselen voor de verkoop. Je weet hoe wij
dat doen, toch? We moeten die munten hard slaan!
De witte haring, die ’s ochtends vroeg aanwezig is, boent de tapkast ...
Het is vijf uur, het feest is geweest, de zon stijgt in de stad. Niets is
zo akelig als het licht dat om vijf uur ’s ochtends zacht over de
daken stroomt. De straten wijken zwijgend en er verschijnen
mensen. Ze hebben onze ogen vol duizeligheid niet gezien.
De verdoving vervliegt bij het geluid van vuilnis­wagens
en vogels stijgen naar de hemel, op zoek naar
goddelijk voer.
12. WITTE HARING
Denk aan het schijnsel van bars, aan de bizarre
bals in die bouwvallige huizen waar we de dag
achterlieten. De hemel was doorzichtig als blauw
glas. Weten jullie nog? Om middernacht zijn de
ramen nog open maar de deuren dicht. De
muziek komt uit alle gaten. En verderop, steeds
maar verderop, zijn er kreten zo blauw dat je
sterft van ontroering.
De witte haring, die ’s ochtends vroeg aanwezig is,
boent de tapkast …
Alles is daar blauw. De lanen en de grote
boulevards zijn verlaten. De nacht is overbevolkt
met sterren en het zingen van de mensen stijgt
op naar de hemel zoals de zee op zoek gaat
naar de maan. Een circus van gevoelens en rode
roezen, rood, waarin het hart slaat als een slanke,
verbleekte bel.
Want wat de ene mensen weggooien,
dat kunnen de andere nog gebruiken, toch?
En als die andere het nog gebruikt,
dan kan ik er nog geld voor krijgen.
Omdat ik het vind. En de helft van de tijd
hepput perfecte condisie om te werken nog:
goed als nieuw, jongen. Eerlijk.
Je gaat lijp worden als je ziet
wat ik hier opduikel en weer verkoop, man. Serieus.
En voor een harde munt ook nog.
Filmspelers, kleurentelevisies.
Kleine zaktelevisies zoals deze.
Snappie wa’k bedoel? Ik vind dat.
Verhitters, zoals deze. Voel je ’m?
De vrije markt.
De vogelvrije markt!
11. THE 10TH FLOOR
I have so many memories,
As leaves rustling on the trees,
As reeds murmuring by the streams,
As birds singing into the azure.
They poured vodka and they kissed me,
embraced me all and touched me so.
When I left they gave me flowers
and they would not let me go.
Light shone brightly from the window
somewhere up there, on floor ten.
Lips and hands were but a stone’s throw
somewhere up there, on floor ten.
I left smoking, walking coldly,
a steady pace to walk away,
then I halted for a moment
to look back now, on my way.
Light shone brightly ...
Doused in sadness I keep walking
silver light in blackened skies
into the maze with red carnations
and it’s myself that I despise.
Maar kijk, ik verkoop niet alles. Als ik het zelf kan
gebruiken, hou ik ’t toch. Maar verder: alles wat je
hebt waar je voor heb betaald ... Negen op tien, ga
ik eropuit, ritselaar, duikel ’t op en ik verkoop ’m
gewoon.
Duikel ’t op en ik verkoop ’m gewoon.
Dat zijn de knikkers, zo is het spel.
Vrije handel ...
Kijk, ik heb hier bijvoorbeeld een zogeheten
broodroosteraar. Zal ik even kort uitleggen: deze
twee gleuven, daar stop je dus slap brood in – kan
oud zijn, kan nieuw zijn – druk je dit ding naar
beneden, laat je ’m een, twee minuten zijn werk
doen ... Bam! Komt het weer omhoog, is het ineens
hard, heet brood geworden, met een beetje zwart
erop. Oh, oh, wacht effe. Laat ik nou ... uit elkaar
lazeren. Ik eh, maak ’m effe beter, kom ik hier weer
terug, is ie van jou. Vijf euro, oké?
Vrije handel ...
4. TOP DOLLAR
Man, I’m gettin’ ready to go
out and make me some
money, Johnny. I got to get
paid. So, what’s happenin’?
Free enterprises
free as a bird
hustling
I get paid.
I got to do my normal, man.
I got to go out, try to find me
something to sell. You know
how we guys do it. We got to
make a dollar.
11. VERDIEPING NR. 10
Ik heb zoveel herinneringen,
Als blaadren ritslen aan de bomen,
Als rieten ruisen bij de stromen,
Als vogels het azuur inzingen.
Wodka schonken ze, ze zoenden
en omhelsden; ik was aangedaan.
Bij het afscheid kreeg ik bloemen
en ze lieten me niet gaan.
O, wat zag ik lichten branden
op verdieping nummer tien.
Lippen waren daar, en handen
op verdieping nummer tien.
Ik ging rokend en met kille,
ferme pas weer bij ze weg,
maar ik stond wel even stil om
om te kijken, onderweg.
O, wat zag ik lichten branden ...
Ik loop verder en ik banjer
door het zilver van de nacht
’t doolhof in, met rode anjers,
droef en door mezelf veracht.
What peoples throw away,
other peoples can use.
And by them can use it,
I get paid for it.
Because I find it. And half of the time,
they be in perfect working condition,
be just like new, you know?
But here, man, you be surprised
the stuff that I be findin’ and I be sellin’.
Getting top dollar for, you know?
Like VCRs, color televisions.
Little portable televisions, like this.
You know what I’m sayin’? I found that.
Heaters, like this. You know what I’m sayin’?
The free market –
Free as a bird!
Now, I don’t sell everything. Stuff that I can use, I keep. But
stuff that I just ... Everything you got that you paid for ...
Nine time out of ten, I will go out there, hustler, find it and I
sells it, you know?
Find it and I sells it, you know?
That’s the name of the game.
Free enterprises ...
Now look at this here toaster. Let me explain. See these two
slots? You be puttin’ soft bread in there – could be stale,
could be fresh – and you push this here thing down. Let it do
its thing for one or two minutes and – wham! – it comes back
up all hard and hot and looking a little black. Hang on, wait
a minute. I just ... it be fallin’ apart on me now. I’ll just go
and fix it, I’ll be right back and it’s yours. Five bucks, okay?
Free enterprises ...
10. MONEY
All people love money: they stroke it, kiss it, press it to
their hearts, wrap it up in fancy cloth, spoil it like a doll.
Some have bank notes framed and hung on the wall to be
worshipped like a saint.
They worship it, stroke it, press it to their hearts,
they spoil it, kiss it, press it to their hearts.
Some feed their money: they open it’s little mouth and
feed it the best bits of their own meal. If it’s very hot, they
take their money to cool cellars and in winter, when it
freezes hard, they throw it in the heater, on the fire. Some
just talk to their money or read it interesting books, or
they sing their money nice songs ... Me? I don’t pay
particular attention to my money.
They worship it, stroke it, press it to their hearts,
they spoil it, kiss it, press it to their hearts.
5. DUET
Een illusie bracht mij hierheen. Illusies
komen een mens altijd duur te staan. Door
een illusie ben ik langer blijven leven dan
goed voor me is. Ik dacht mijn zoon te
hebben gevonden, maar die was niks anders
dan een van mijn vele illusies, want ik heb
nooit een kind ter wereld gebracht. En dat
was allemaal de schuld van een droom.
Ik heb zoveel herinneringen,
Als blaadren ritslen aan de bomen,
Als rieten ruisen bij de stromen,
Als vogels het azuur inzingen,
Als lied, geruis en ritselingen:
Zoveel en vormlozer dan dromen.
10. GELD
Alle mensen houden van geld: ze strelen het, kussen het,
drukken het aan hun hart, wikkelen het in mooie doekjes,
vertroetelen het als een pop. En sommigen laten een
bankbiljet inlijsten, hangen het aan de muur en vereren
het als een heilige.
Vereren het, ze strelen het, drukken het aan hun hart,
vertroetelen het, ze kussen het, drukken het aan hun hart.
Sommigen geven hun geld te eten: ze doen de mondjes
ervan open en voeren het de lekkerste hapjes van hun
eigen maaltijd. Bij grote hitte brengen ze hun geld naar
een koele kelder en ’s winters, bij strenge vorst, gooien ze
het geld in de kachel, in het vuur. Sommigen praten
gewoon met hun geld of lezen het interessante boeken
voor, of ze zingen leuke liedjes voor hun geld ... Ik? Ik
schenk geen bijzondere aandacht aan m’n geld.
Vereren het, ze strelen het, drukken het aan hun hart,
vertroetelen het, ze kussen het, drukken het aan hun hart.
Then I tell her I brought
a dress, a black one with a
bunch of red and green stripes.
And I ask her if I can take her
picture in this dress. I ask her if
I can take her picture in Paris. In
front of the round arches of the Pont
Neuf. To distract her, I’d say: Imagine
the oldest bridge in Paris being called
the New Bridge. It just goes to show
it doesn’t really matter if you say old
or new.
Nog meer: uit alle hemelkringen
Als golven uit de zee aanstromen
En over brede stranden komen,
Maar nooit een korrel zand verdringen.
In die droom ging ik naar de hemel om te kijken of
ik onder de engelen het gezicht van mijn kind kon
herkennen. En een van hen kwam naar me toe en
zonder iets te zeggen duwde hij een van zijn handen
in mijn maag, als in een hoop kneedbare was. Toen
hij hem weer tevoorschijn haalde liet hij me iets zien
dat eruitzag als een notendop, als een samengedrukt
schedeltje. Iedereen heeft de samen­gedrukte schedel
geschud en iedereen heeft moeten zeggen:
9. BAVINK
I don’t know if she’s talking to me. I have
understood about three out of ten sentences. One
third of her words. That’s how far I’ve come now. I’d
actually rather take her photograph. Photography
would help me to get through the first seconds I
was with her. I’d make a remark about the beauty
of the light of the moment. The warm light on her
neck. The light on her warm neck. The light on her
golden shoulders. The light on her soft mouth. To
photograph the light in her eyes, I say: At the count
of three, you’ll open your eyes wide because then
I’ll press the button! One, two, three! And she opens
her eyes wide as I press. The beauty of the light in
her eyes reminds me ... reminds me of ... of what
country ... of what time ...
Dat wordt niks
dat wordt een slecht mens
verdwijn
en laat je door de honger opvreten
verdwijn
onder de golfplaat
verdwijn
in het strontbed
in de eeuwige rust
dat zou een goed ding zijn
Dat was de droom waar ik later uit begreep
dat ik nooit een kind heb gehad.
Stil maar, jochie,
Huil maar niet.
Oogjes toe en ga maar slapen.
5. DUET
An illusion brought me here. Illusions always cost one
dearly. It was an illusion that made me live longer than
was good for me. I thought I had found my son, but he
was nothing but one of my many illusions, for I have never
borne a child. And all of this because of a dream.
I have so many memories,
As leaves rustling on the trees,
As reeds murmuring by the streams,
As birds singing into the azure,
As song, murmur and rustle:
So many, and shapeless as dreams.
Dan zeg ik dat ik een jurk bij
me heb, een zwarte met een
bundel rode en groene strepen. En
ik vraag haar of ik haar in deze jurk
mag fotograferen. Ik vraag haar of
ik haar in Parijs mag fotograferen.
Voor de ronde bogen van de Pont
Neuf. Om haar af te leiden zou ik
zeggen: Dat is nu de oudste brug van
Parijs en die noemen ze dan de Nieuwe
Brug. Zo zie je maar hoe weinig het
uitmaakt of je oud zegt of nieuw.
9. BAVINK
Ik weet niet of ze het tegen mij heeft. Ongeveer drie zinnen van de tien
heb ik begrepen. Een derde van haar woorden. Zo ver ben ik al gekomen.
Ik zou haar ook liever fotograferen. De fotografie zou mij helpen om de
eerste seconden die ik bij haar ben door te komen. Ik zou een opmerking
maken over de schoonheid van het licht van het moment. Het warme licht
op haar hals. Het licht op haar warme hals. Het licht op haar gouden
schouders. Het licht op haar zachte mond. Om het licht in haar ogen
te fotograferen, zeg ik: Ik tel tot drie, dan sper je je ogen open, want
dan druk ik af! Een twee drie! En dan spert zij haar ogen open terwijl
ik afdruk. De schoonheid van het licht in haar ogen herinnert ...
herinnert mij aan ... aan welk land ... aan welke tijd ...
More, still: from all celestial spheres
As waves flooding from the sea
And washing over vast beaches,
Without ever displacing a grain of sand.
In that dream I went to heaven to see if I would recognise
the face of my child amongst the angels. And one of
them came up to me and, without saying a word, pushed
one of his hands into my stomach, as if it were a lump of
soft wax. When he pulled it out, he showed me something
that looked like a nutshell, like a compressed little skull.
Everyone shook the compressed skull and everyone had
to say:
8. LOTTI
And now Lotti hasn’t been out on the streets all day. Here she sits,
like ... like ... God, if only there wasn’t so much drivel in my head,
dammit.
Sometimes I feel such pressure behind my eyes that I’d like to grab
inside my head.
But as impossible as I think, that’s how I live, and I have to realise it,
too. I’m thinking all of this.
This is where I’ve ended up, being so silly, such a fool, such an idiot.
If only I could sit all day, sit still, knit, drink and all that. All nonsense.
No, Lotti has nothing else to say. Why would she?
8. LOTTI
En naw is o’s Lotti van den ’ielen dag ni op ’t stroat gewist.
’Ier zit ze. As … As … ’Chot, zat er na godverdoemme
ma ni zoeveel ziever in menne kop.
’Chot, en soems hemme kik zo ne zier achter men ogen,
’ei. Zo ne zier da kik eilek menne kop zou wille liegscheppe,
eilek. Snapte? Iejmol lieghoale, wette?
Ma, snapte, zow aarig a da kik denk, zow ljieve kik. En
doar moe kik dan nog wiet van hemmen oek, ’ei. Ja, zow
zit kik dan zow te denke, eilek feitlek.
Zow wijt is ’t naw me mij gekomme, sé. Zow stoem zenne
kik, zo’n onnozele, zo’ koei, zo’ kalf. Koste kik naw ma’
gewoen den ’ielen dag stil zitte, gewoen … ja … feitlek op
mijn gemak zitte breien en drinken en zow. ’t Is
ammel ziever in pakskes, ’ei. ’s Ammel ziever, ’ei!
Nieje, iet anders hee’ o’s Lotti eilek ni te zegge, nieje.
Woroem zouw z’oek? Eilek … feitlek.
This will come to no good
this will be a bad person
disappear
and let hunger eat you up
disappear
underneath the corrugated iron
disappear
in a bed of dung
in the eternal peace
that would be a good thing
That was the dream that later
made me understand I have
never had a child.
Hushaby,
don’t you cry.
Go to sleepy, little baby.
6. HOVINK
8. LOTTI
En nu is Lotti de hele dag niet op straat geweest. Hier zit zij,
als … als … God, zat er nou maar, oh godverdomme, niet
zoveel zever in m’n kop.
Soms voel ik zo’n druk achter mijn ogen dat ik in mijn kop
zou willen graaien.
Maar zo onmogelijk als ik denk, zo leef ik, en daar moet ik
dan nog weet van hebben ook. Dat alles denk ik.
Zo ver is het met me gekomen, zo onnozel ben ik, zo’n stuk
onbenul, zo’n rund. Kon ik de hele dag maar zitten, stilzitten,
breien en drinken en zo.
Allemaal onzin.
Nee, iets anders heeft Lotti niet te zeggen. Waarom zou zij?
Nou, dit is dus m’n tuin. Het eerste wat ik heb gedaan toen
ik hier kwam wonen was eigenlijk de tuin inrichten en dat is
nu gedeeltelijk voltooid dus, die inrichting, alhoewel … Dit
is dus onkruid. Dat is hier spontaan gaan groeien sinds ik
hier ben komen wonen.
Ik heb zoveel herinneringen,
Als blaadren ritslen aan de bomen,
Als rieten ruisen bij de stromen ...
Ja, ja, ik ... ikzelf ben dus bezig met het denkbeeld van
wat de zin van het bestaan nou eigenlijk is. En dan denk
ik: je moet er wel een beetje lol in hebben om er aandacht
voor op te brengen. Ze zeggen wel eens: de zin van het
bestaan, dat is een ... zekere moraal hebben. Waarvan
Ionesco zegt dat je die zelf moet zoeken. ‘De moraal, dat
is aan u om die te vinden’.
Nog meer: uit alle hemelkringen
Als golven uit de zee aanstromen
En over brede stranden komen ...
7. A MAN
Ja, ikzelf voor mezelf hoop ik altijd dat ik me niet
al te veel met de zin van het bestaan hoef bezig te
houden, want dat impliceert dat die er ook is, die zin
van het bestaan. En als ik hier die tuin zie, nou, dan
hoef ik niet ver te zoeken, vind ik zelf dus hè. Die
bloemkool die is er, die rozen die zijn er ... onkruid
is er.
Die twijfel van Descartes, hè, waar ze het wel eens
over hebben, daar heb ik zelf over nagedacht en als
je gaat twijfelen … twijfelen … als er niets is, maar
als er iets is, ja, dan heb ik geen zin om uitvoerig te
gaan zitten twijfelen natuurlijk, want dan is er iets.
Als er eh ... appels of druiven ... dennenappels aan
die boom hangen, dan ga ik niet uitgebreid zitten
twijfelen of ze er niet hangen of zo, want ze hangen
er gewoon.
Nog meer: uit alle hemelkringen
Als golven uit de zee aanstromen
En over brede stranden komen,
Maar nooit een korrel zand verdringen.
A man once walked out of his house
With a walking stick and a sack,
And on he went:
He never did turn back.
He walked as far as he could see:
He saw what lay ahead.
He never drank,
He never slept,
Nor slept nor drank nor ate.
Then once upon a morning
He entered a dark wood
And on that day
He disappeared for good.
If anywhere by any chance
You meet him in his travels,
Then hurry please,
Then hurry please,
Then hurry please and tell us.
6. HOVINK
7. EEN MAN
This is my garden, then. The first thing I did when I moved
here was to design the garden, really, and that design is now
partly complete. Although ... These are weeds. They have
spontaneously appeared here after I moved in.
Een man verliet een keer zijn huis
Met knapzak en met stok,
Het was voor lang
Dat hij te voet vertrok.
Hij keek niet op, hij keek niet om
En volgde ’t rechte pad.
Hij sliep noch dronk,
Hij dronk noch sliep,
Hij sliep noch dronk noch at.
I have so many memories,
As leaves rustling on the trees,
As reeds murmuring by the streams ...
Well, I ... I myself am working on the notion of what the
meaning of life really is. I always think: you should enjoy
giving it some attention. People say: the meaning of life is ...
having a certain moral. To which Ionesco says that you have
to find it yourself. ‘It’s for you to find out what the moral is.’
More, still: from all celestial spheres
As waves flooding from the sea
And washing over vast beaches ...
Eens liep hij in de morgenstond
Het bos in en sindsdien,
Van dat moment,
Heeft niemand hem gezien.
Maar als het ooit nog eens gebeurt
Dat u die man ontmoet,
Vertel het ons,
Vertel het ons,
Vertel het ons met spoed.
I always hope for myself that I don’t have to bother with
the meaning of life too much, because that would imply
that there actually is such a thing as a meaning of life.
And seeing this garden, you don’t have to look far, if you
ask me. That cauliflower is there, those roses are there ...
the weeds are.
You know Descartes’ ‘doubt’, as they call it? I thought
about that myself and if you start to doubt ... doubt if
nothing’s there, but if there is, well, I don’t feel like
doubting it thoroughly, of course, because then there’s
something there. If there are er ... apples or grapes ...
pine cones on that tree, I won’t be sitting around doubting
if they’re there, because they simply are.
More, still: from all celestial spheres
As waves flooding from the sea
And washing over vast beaches,
Without ever displacing a grain of sand.