Warmtepomp Propulsion
Transcription
Warmtepomp Propulsion
ZWEMBAD WARMTEPOMP Installatie & Instructie Handleiding HEA - series INHOUD 1 VOORWOORD 3 2 SPECIFICATIES 4 2.1 PRESTATIEGEGEVENS VAN DE WARMTEPOMP 4 2.2 AFMETINGEN VAN DE WARMTEPOMP 5 3 INSTALLATIE EN AANSLUITING 6 3.1 INSTALLATIE VAN HET SYSTEEM 6 3.2 ZWEMBAD WARMTEPOMP LOCATIE 7 3.3 HOE DICHT BIJ UW ZWEMBAD? 7 3.4 ZWEMBAD WARMTEPOMP: BUIZEN 8 3.5 ZWEMBAD WARMTEPOMP: ELEKTRISCHE BEDRADING 9 3.6 EERSTE KEER OPSTARTEN 9 4 GEBRUIK EN WERKING 10 4.1 FUNCTIES VAN HET LED BEDIENINGSPANEEL 10 4.2 WERKINGSPARAMETERS INSTELLEN 10 4.3 MODE KIEZEN 11 4.4 HUIDIGE STATUS 11 4.5 CLOCK INSTELLEN 12 4.6 TIMER ON INSTELLEN 12 4.7 TIMER OFF INSTELLEN 12 4.8 GEGEVENS INSTELLEN 13 5 ONDERHOUD EN INSPECTIE 14 5.1 ONDERHOUD 14 5.2 FOUTMELDINGEN EN OPLOSSINGEN 14 2 1. VOORWOORD • Om onze klanten te kunnen voorzien van kwaliteit, betrouwbaarheid en flexibiliteit, worden onze producten geproduceerd volgens strikte productiestandaarden. Deze handleiding bevat alle noodzakelijke informatie over de installatie, opstarten, overwinteren en onderhoud. Lees deze handleiding grondig vooraleer u het toestel opent en onderhoudt. Het toestel moet geinstalleerd worden door gekwalificeerd personeel. De garantie moet vodoen aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf is niet verantwoordelijk voor enige kwetsuur of schade veroorzaakt door onjuiste installatie, verkeerd of onnodig onderhoud. • De warmtepomp mag enkel geopend worden door een erkend installateur. • De bediening en het onderhoud dienen te worden uitgevoerd op het vermelde tijdstip. • Gebruik enkel originele reserve-onderdelen. De garantie vervalt wanneer er niet wordt voldaan aan een van bovengenoemde eisen. • De Zwembad warmtepomp dient om het zwembadwater te verwarmen en de temperatuur constant te houden. Dit type heeft de volgende karakteristieken: 1 Duurzaam De warmtepomp is gemaakt met PVC & Titanium warmtewisselaar, die langdurig kunnen weerstaan aan kontakt met zwembad water.. 2 Flexibele installatie De warmtepomp is gemaakt als een geheel, getest en klaar om te werken door enkel de elektriciteit en de returnline aan te sluiten. 3 Stille werking Het product is gemaakt met een hoog efficiente rotary/ scroll compressor en een geruisarme ventilator motor, die de stille werking van de warmtepomp garandeert. 4 Geavanceerd bediening Micro-computer bediening, alle bedieningsparameters kunnen ingesteld worden, en de status van alle gemeten variabelen kan getoond worden op het bedieningspaneel, u kan ook kiezen om de bediening op afstand te plaatsen . 3 2. SPECIFICATIES 2.1 Prestatiegegevens van de zwembad warmtepomp Toeste l Warmte Capaciteit Opgenomen Vermogen Nominale Stroom Voeding Model HEA-15 HEA-20 HEA-30 HEA-50 HEA-50 S HEA-60 S kW 6,5 8,5 13,5 23,5 23,5 26 BTU/h 22000 30000 45000 80000 80000 88700 kW 1,2 1,75 2,6 4,6 4,6 5,2 A 5,4 7,9 11,8 21,8 8,1 10 V/Ph/Hz 230/1/50 220/ 1/ 50 220/ 1/ 50 220/ 1/ 50 380/ 3/ 50 380/ 3/ 50 1 1 1 2 1 1 rotary rotary rotary rotary scroll scroll 1 1 1 1 1 1 W 120 120 200 240 240 240 RPM 770 870 850 830 830 830 horizontaal horizontaal horizontaal verticaal verticaal verticaal dB (A) 47 52 52 60 60 52 mm 50 50 50 50 50 50 m3/h 2,2 3 4,5 7,5 7,5 9 kPa 12 10 10 12 12 12 mm 760/320/645 905/420/650 115/510/850 880/650/650 880/650/650 880/650/650 mm 930/340/695 950/440/700 970/750/750 970/750/750 970/750/750 kg 28/32 65/ 72 112/ 126 95/ 109 135/ 149 Aantal Compressors Compressor type Aantal Ventilatoren Vermogen Venilator Toerental Ventilator Richting Ventilator Geluid Water Connectie WaterstroomVolume Waterdruk Drop (max) Netto Afmetingen (L/B/H) Shipping Afmetingen (L/B/H) Netto gewicht / Shipping gewicht 1200/550/ 950 85/ 90 Meetomstandigheden: Buitenlucht temp: 25 ℃ , Binnenstromend water temp: 25 ℃ 4 2. SPECIFICATIES 2.2 Afmetingen van de zwembad warmtepomp 5 3. INSTALLATIE EN AANSLUITING 3.1 Installatie van het systeem Installeren warmtepomp & Chlorinator Pressure-type Chlorinator of Brominator Installatie benodigdheden: De fabriek levert de warmtepomp. De andere onderdelen, inclusief een eventuele bypass, in de tekening moeten voorzien worden door de gebruiker of de installateur. Opgepast: Gelieve de volgende stappen te volgen bij het installeren van de warmepomp: 1. Elke toevoeging van chemicalieën moet gebeuren in de leidingen na de warmtepomp. 2. Installeer een bypass wanneer de stroom van de zwembadpomp meer dan 30% hoger is dan de toegelaten stroom van de warmtewisselaar van de warmtepomp. 3. Installeer de wamtepomp boven het waterniveau van het zwembad. 6 3. INSTALLATIE EN AANSLUITING 3.2 Zwembad warmtepomp locatie Het toestel zal goed werken op eender welke locatie mits er drie zaken aanwezig zijn: 1. Verse Lucht - 2. Elektriciteit - 3. Zwembad filterbuizen Het toestel mag praktisch overal buiten geinstalleerd worden. Voor indoor zwembaden, raadpleeg uw installateur. Er is geen enkel probleem op winderige plaatsen zoals bij een gasverwarmer wel het geval is (oa waakvlam probleem). OPGEPAST: Plaats het toestel niet in een afgesloten ruimte met een beperkt luchtvolume waar de uitgestoten lucht opnieuw gebruikt zou worden, of dicht bij struiken die de lucht inlaat kunnen blokkeren. Deze plaatsen belemmeren een continue toestroom van verse lucht, waardoor de efficientie vermindert en adekwate warmte levering kan verhinderd worden. Zie onderstaande tekening voor de minimum afmetingen. 3.3 Hoe dicht bij uw zwembad? Normaal gezien wordt de warmtepomp geinstalleerd binnen 7,5 m rond het zwembad. Hoe verder de afstand van het zwembad, hoe groter het warmteverlies door de buizen. Aangezien het grootste deel van de buizen begraven is, is het warmteverlies minimaal voor afstanden tot 30 m (15 m van en naar de pomp = 30 m in totaal) tenzij de grond nat is of het waterniveau hoog is. Een ruwe schatting van het warmteverlies per 30 m is 0,6 kWh, (2000BTU) voor elke 5 ºC verschil in temperatuur tussen het zwembad water en de grond rond de buis, wat resulteert in een verlenging van de werkingstijd van 3% tot 5%. 7 3. INSTALLATIE EN AANSLUITING 3.4 Zwembad warmtepomp: buizen De zwembad warmtepomp Tit,anium warmte uitwisselaar heeft geen speciale buizen of bypass nodig bij stromen tot 11 m3/h. De waterdrukval is minder dan 10kPa maximum. Een bypass is noodzakelijk wanneer de stroom van de zwembadpomp door de warmtewisselaar meer is dan 11 m3/h. Vermits er geen overblijvende warmte of vlam temperaturen zijn, kunnen gewone PVC buizen rechtstreeks op het toestel aangesloten worden. Plaatsing van het toestel: plaats het toestel in de terugvoer leiding na alle pompen en filters en voor de chlorinators, ozonators of doseerpompen. Het toestel heeft standaard een 32 mm of 50 mm lijmfitting voor aansluiting. Condensatie: Vermits de warmtepomp de lucht afkoelt met ongeveer 4 – 5 ºC, kan er water condenseren op de rand van de hoefijzervormige verdamper. Als de relatieve vochtigheid zeer groot is kan dit verschillende liters per uur zijn. Het water zal langs de vinnen naar beneden lopen in de opvangschaal en weglopen via de condensatie-uitlaat op de zijkant van de opvangschaal. Deze fitting is ontworpen voor aansluiting met een 20mm PVC slang. Deze kan er met de hand worden opgeduwd en verder aangesloten worden op een gepaste afloop. Veel mensen verwarren de condensatie met een lek binnen het toestel. OPM: Een snelle manier om te controleren of het water van condensatie komt is het toestel uit te zetten en de zwembad pomp te laten lopen. Als er geen water meer uit de condensatieuitlaat komt , dan is het condensatie. EEN NOG SNELLERE MANIER – TEST HET DRAIN WATER OP CHLOOR – als er geen chloor aanwezig is, is het condensatie. 8 3. INSTALLATIE EN AANSLUITING 3.5 Zwembad warmtepomp: elektrische bedrading OPMERKING : Alhoewel de warmtepomp elektrisch geisoleerd is van de rest van het toestel, verhindert dit gewoon de stroom van elektriciteit van en naar het zwembadwater. Aarding is nog altijd nodig om u te beschermen tegen kortsluitingen binnen het toestel. Voorzie een goede aarding aansluiting. Het toestel heeft een afzonderlijke aansluitingsdoos met een standaard aansluitingswartel. Verwijder vier schroeven en het frontpaneel, breng de voedingslijnen in de aansluitingsdoos via de voorziene openingen en sluit de draden aan op de drie aansluitingen die voorzien zijn. (vier verbindingen bij 3 fasen) Om de elektrische aansluiting te vervolledigen, sluit de voedingskabel aan, op een gepaste afzonderlijke zekering in de elektrische kast van het huis. De elektrische installatie en aansluiting van deze unit moet gebeuren in overeenstemming met de wettelijke normen en gebruiken. De voeding moet uitgerust worden met een thermische veiligheid. Afschakelen – Een breker (zekering, schakelaar,…) moet voorzien zijn in het zicht en/of gemakelijk toegankelijk zijn vanaf de warmtepomp. De schakelaar moet minimum 3mm afstand maken tussen de kontakten bij het afschakelen. Het laat toe om de stroom uit te schakelen voor onderhoud en verhindert het vanop afstand opzetten van de stroom zonder het toestel te zien. 3.6 Eerste keer opstarten OPM- Om het zwembad of spa water op te warmen , moet de filterpomp werken om het water te laten circuleren door de warmtepomp. Opstart Procedure – nadat de installatie voltooid is, dient u deze stappen te volgen: 1. Zet uw filterpomp aan. Controleer op lekken en controleer de water stroom van en naar het zwembad. 2. Sluit de stroom aan op het toestel en druk op de ON/OFF knop op de elektronische console of zet de schakelaar op ‘heat’ bij de eenvoudige controle: het toestel zou moeten opstarten binnen enkele seconden. 3. Controleer na enkele minuten werken of de lucht die het toestel bovenaan (opzij) verlaat koeler is (3 - 5 °C) 4. Terwijl het toestel werkt, zet de filterpomp af. Het toestel zou automatisch moeten stoppen met werken, indien niet, zijn aanpassingen aan de debiet schakelaar en/of de elektrische schakelaar nodig. 5. Laat het toestel en de zwembad pomp 24 uur per dag werken totdat de gewenste zwembad watertemperatuur is bereikt. Wanneer de geprogrameerde temperatuur is bereikt stopt het toestel met werken. Het toestel zal nu automatisch heropstarten (zolang uw zwembad pomp aan het werken is) wanneer de zwembadtemperatuur lager is dan 1 graad beneden de geprogrammeerde temperatuur. Flow Switch Schakelaar – het toestel is uitgerust met een flowswitch schakelaar die aanslaat wanneer er voldoende water stroomt door het toestel en die afslaat wanneer het debiet te klein wordt (bvb als de zwembadpomp afslaat). Als het niveau van het zwembadwater meer dan 1 meter boven of onder de flow switch is, is het mogelijk dat de installateur de switch moet bijregelen. Tijdsvertraging – het toestel is uitgerust met een ingebouwde 3 minuten startvertraging, dit ter bescherming van de elektronica en om de contacten te sparen. Na dit tijdsinterval zal het toestel automatisch heropgestart worden ongeveer 3 minuten na de stroomonderbreking in het controlecircuit. Zelfs een korte stroomonderbreking zal de vaste 3 minuten vertraging activeren en zal verhinderen dat het toestel opnieuw opgestart wordt vooraleer de 3 minuten verstreken zijn. Verdere stroomonderbrekingen tijdens de vertraging hebben geen invloed op de 3 minuten durende aftelling. 9 4. GEBRUIK EN WERKING 4.1 Functies van het LED bedieningspaneel LED scherm LED screen druk op“▲”of“▼”om de druk op ”MODE” om de werkingsmode te wijzigen parametes in te stellen of te bekijken druk op “ ” om unit aan of uit te zetten druk op “CLOCK” om de tijd in te stellen druk om het tijdstip voor de unit aan te schakelen in te stellen druk om het tijdstip voor de unit uit te schakelen in te stellen 4.2 Werkingsparameters instellen • • • • • Parameter 0 gewenste temp. tijdens koeling mode instellen (8–28°C) default 27°C Tijdens standby status: druk op “▲”of“▼”om in het parametermenu te komen. Druk tegelijkertijd op “MODE” & “ ” om de parameters van 0 tot 9 in te stellen (zie parameter tabel). Druk op “▲”of“▼”om de gewenste instelling te selecteren. Stop gedurende 5 seconden met drukken het LEDscherm zal de tijdsaanduiding tonen. Tijdens werking, kan je op “▲”of“▼”drukken om de huidige parameters te bekijken, maar de parameters kunnen niet gewijzigd worden. Parameter 1 gewenste temp. tijdens verwarmingsmode Parameter 1 (15–40°C) to setinstellen desired temp. under default heating 27°C mode (15–40°C) default 27°C Parameter 4 temperatuur waarop Parameterstopt 4 (0-30°C) ontdooiing temperature condition to default 13°C exit defrosting (0–30°C) default 13°C Parameter 2 totale werkingstijd van de compressor na Parameter 2 ontdooiing total working period of compressor after defrosting Parameter 5 max duur van Parameter (0-15min) 5 ontdooing maxdefault time of8min defrosting (0-15min) default 8min Parameter 3 temperatuur waarop ontdooing start (-30-0°C) Parameter 3 default -6°C temperature condition to start defrosting (-30–0°C) default -6°C Parameter 6 compressor nummer Parameter 6 2 default compressor number default 2 10 4. GEBRUIK EN WERKING Parameter 8 Parameter 7 gegevens opslaan na uitschakelen 1(ja) 0 (nee) mode 0(enkel koeling) 1(koeling & verwarming) 2(auxiliary elec. heating) 3(enkel verwarming) Parameter 9 pomp 0 (altijd open) 1 (start 10 sec voor de compressor start, stopt 30 sec nadat de compressor stopt) 4.3 Mode kiezen Verwarming mode Koeling mode • • • Ontdooiing indicator Druk op “MODE” om de mode te kiezen; (enkel wijzigbaar indien parameter 8 op ‘1’ staat) Druk op “ ” om het toestel aan te schakelen, het LED scherm toont de water-in temperatuur; NB de mode kan ook gewijzigd worden tijdens de werking van het toestel. 4.4 Huidige status Water temp. van inlaat Condensor 2 temp. Water temp. van outlaat Condensor 1 temp. Omgevings temp. 11 4. GEBRUIK EN WERKING Wanneer het toestel aan het werken is, druk op “▲”of“▼”om de huidige status van het toestel te bekijken. U kan de water-in/ water-out/ condensor1/ condensor2/ omgevings temperatuur bekijken als A, b, C, d, E; Wanneer er gedurende 5 sec niet gedrukt wordt op de toetsen , toont het LED scherm de water-in temperatuur; Wanneer het toestel is uitgeschakeld (in ‘standby’), wordt de klok getoond. 4.5 CLOCK instellen Bij het aanzetten van het toestel, staat er “88.88” op het LED scherm te knipperen. Om de klok in te stellen, volstaat het om op de toets “CLOCK” te drukken en op “▲”of“▼”om de juiste waarde in te stellen. Nogmaals op “CLOCK” drukken om de instelling te bewaren. Tijdens het instellen van de klok, zijn de toetsen “TIMER ON” en “TIMER OFF” niet actief. 4.6 TIMER ON instellen De toets “TIMER ON” wordt gebruikt om de tijd te zetten waarop het toestel begint te werken. Wanneer deze toets 1 maal wordt ingedrukt, is de timer actief. Wanneer deze toets een tweede maal wordt ingedrukt, kan de tijd ingesteld worden met op “▲”of“▼”te drukken. Wanneer de juiste tijd op het LED scherm is ingesteld, wordt de timer actief door nogmaals op “TIMER ON” te drukken. De timer kan stopgezet worden door op “CLOCK” te drukken. 4.7 TIMER OFF instellen De toets “TIMER OFF” wordt gebruikt om de tijd te zetten waarop het toestel stopt met werken. Wanneer deze toets 1 maal wordt ingedrukt, is de timer actief. Wanneer deze toets een tweede maal wordt ingedrukt, kan de tijd ingesteld worden met op “▲”of“▼”te drukken. Wanneer de juiste tijd op het LED scherm is ingesteld, wordt de timer actief door nogmaals op “TIMER OFF” te drukken. De timer kan stopgezet worden door op “CLOCK” te drukken. 12 4.8 Gegevens instellen INSTALLATEURS GELIEVE TE ONTHOUDEN: De werkingsparameters MOETEN gecontroleerd en ingesteld worden nadat de installatie voltooid is en voordat de gebruiker het toestel in gebruik neemt. OPMERKING: Met de toets, wordt het toestel aan en uit (standby) gezet. Tijdens ‘on’ toont het scherm de temperatuur van het instromend water. Tijdens ‘off’ (standby) toont het scherm de klok. De parameters kunnen enkel gewijzigd worden wanneer het toestel ‘off’ is (in standby staat). De ‘cooling’ mode kan enkel geselecteerd worden wanneer parameter 8 ingesteld is op 1 (heat en cool) of op 0 (cooling alleen). De parameters van de unit kunnen aangepast worden via het bedieningspaneel. Systeem parameters tabel Digit 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9* A B C D E Omschrijving Instelling watertemp. (koeling mode) Instelling watertemp (verwarmings mode) Tijdsinterval voor ontvochtiging In verwarmings mode (frost) Starttemperatuur ontdooiings- functie Temperatuur voor stop defrost Maximale ontdooiingstijdsduur Systeem aantal Met/ zonder geheugenfunctie Mode (alleen cooling, alleen warmtepomp werking , aux- elektrische verwarming) Water pump working (common/ special) Inlaat water temperatuur Uitlaat water temperatuur System 1 tube temperatuur System 2 tube temperatuur Ompgevingstemperatuur Bereik Standaard Aanpasbaar(ja/nee) 8-28℃ 27℃ 15-40℃ 27℃ ja ja 30-90min 45min -30°C - 0°C -7°C 0-30℃ 13℃ 0-15min 8min 1-2 2 0-1 1 (geheugen) 0-3 3 (warmtepomp) 0-1 -9~90℃ -9~90℃ -9~90℃ -9~90℃ -9~90℃ 1 ja ja ja ja ja ja ja ja Gemeten waarde Gemeten waarde Gemeten waarde Gemeten waarde Gemeten waarde Merk op: bovenstaande parameter 0 slaat enkel op de cooling mode, alle andere 1 tot 9 op heating mode. *Opmerking parameter 9: 0 (altijd open) 1 (start 10 sec voor de compressor start, stopt 30 sec nadat de compressor stopt) De filterpomp of een waterpomp om water door het toestel te pompen kan verbonden worden met het bedieningspaneel. (De verbindingen voor enkel fazige pompen zijn gelabeled ‘PUMP’) De waterpomp zal dan bediend worden door het bedieningspaneel wanneer parameter 9 op 1 is ingesteld. 13 5. ONDERHOUD EN INSPECTIE 5.1 Onderhoud • • • • • • Controleer de watertoevoer en -afvoer regelmatig. U moet er voor zorgen dat er genoeg water en lucht in het systeem kan komen, of dat zal de prestaties en de betrouwbaarheid van uw systeem beinloeden. U dient de water filter regelmatig te reinigen om schade door filterblokkade te vermijden. Er dient voldoende ruimte en ventilatie rondom het toestel te zijn. Reinig regelmatig de zijkant van de warmtepomp om de goede werking te garanderen en energie te besparen. Controleer de werking van alle processen in het toestel, en vooral de druk van het koelingssysteem. Controleer de stroomtoevoer en de kabelaansluitingen regelmatig, controleer of er een abnormale werking is of er een slechte geur rond de elektrische component hangt. Indien dit zo is, gelieve het op tijd te vervangen. Overwintering : Gelieve al het water uit de water pomp en andere systemen te lozen om schade door bevriezing te vermijden. U dient het water ook te lozen indien het toetstel gedurende lange tijd niet zal werken. En u dient alle onderdelen grondig te controleren en het systeem volledig met water te vullen vooraleer het toestel terug aan te zetten. 5.2 Foutmeldingen en oplossingen Systeem foutmelding tabel foutmelding Water in temp. Sensor defekt Water out temp. Sensor defekt Spoel sensor defekt LED console PP1 PP2 PP3 omgevings sensor defekt PP5 Temp. is te verschillend tussen water-in en waterout Anti vries In cooling mode De eerste vorst protectie in de winter PP6 De tweede vorst protectie in de winter PP7 PP7 PP7 Reden Oplossing sensor is open of kortsluiting sensor is open of kortsluiting sensor is open of kortsluiting sensor is open of kortsluiting Debiet is niet voldoende, waterdrukverschil is te laag Waterstroomvolume is niet voldoende Omgevingstemparatuur of tempeartuur instromend water is te laag Controleer of vervang de sensor Omgevingstemparatuur of tempeartuur instromend water is te laag Controleer of vervang de sensor Controleer of vervang de sensor Controleer of vervang de sensor Controleer waterdoorstroming, of er een verstopping is of niet: vuile of versleten filter. Controleer waterstroomvolume, of water uitstroom temperatuur sensor Bescherm de warmtewisselaar en de buizen naar de warmtepomp door het water te lozen. Al het water moet uit het toestel verwijderd worden. Bescherm de warmtewisselaar en de buizen naar de warmtepomp door het water te lozen. Al het water moet uit het toestel verwijderd worden. 14 5. ONDERHOUD EN INSPECTIE Hoge druk bescherming EE1 Lage druk bescherming EE2 Flow switch defekt EE3 3 keer water-in en waterout temp. verschil gedetekteerd in 30 min. Communicatie defekt EE5 EE8 Gassysteemdruk is te hoog Lage of verminderde stroom door de verwarmer. Toestel is omgekeerd aangesloten. Gassysteemdruk is te laag. Geen water/weinig water in het watercircuit Debiet is niet voldoende, waterdrukverschil is te laag Elektronische console en PCB connectie defekt Controleer system1 Controleer system2 ieder veiligheidspunt van ieder veilgheidspunt van Controleer waterstroomvolume, of water circuit verstopt is of niet Controleer debiet, kijk of er verstoppingen zijn of niet. Controleer kabelaansluitingen Onjuiste installatie kan een elektrische schok genereren die kan leiden tot de dood of ernstige verwonding van de gebruikers, installateurs of anderen, of beschadiging van eigendommen. VERRICHT GEEN interne aanpassingen aan de warmtepomp. 1. Hou handen en haar weg van de ventilatorschroeven om verwondinen te vermijden. 2. Wanneer u niet vertrouwd bent met uw zwembad filer systeem en warmtepomp: a. Verricht geen aanpassingen of onderhoud zonder uw dealer, zwembad- of air conditioningaannemer raadplegen. b. Lees de volledige installatie en gebruikers handleiding voordat u probeert het toestel te gebruiken, te onderhouden of aan te passen. Nota: Schakel de stroom uit voor u het toestel onderhoudt of herstelt 15 5. ONDERHOUD EN INSPECTIE Problemen en mogelijke oplossingen : Pr o bl e em Mo g el i jke o orza ke n Alle controle lampjes uit, er wordt niets getoond op de display. Toestel wil niet starten. Heating of cooling lampje is aan. Led display toont de klok. Toestel start niet. Heating of cooling lampje is aan. Led display toont temperatuur. Toestel start niet. Heating or cooling lampje brandt niet wanneer op de ‘mode’ toets gedrukt wordt. Water komt onderaan uit het toetsel wanneer het aan het werken is. Of De warmtepop lijkt een lek te hebben. Het toestel vormt ijs op de buitenste lucht radiator, meestal aan de onderkant of het toestel wil niet werken zonder enig indicatie van problemen aangegeven op het scherm. Mogeli jk e op lo ssing Geen stroomtoevoer naar de warmtepomp. Gesprongen zekering. Sturing is mogelijk defekt. Het toestel staat uit (standby). Vervang of reset de zekering. Bel uw installateur voor advies. Thermostaat is niet hoger ingesteld (of lager bij cooling) dan de huidige zwembadwater temperatuur. De zwembadwater temperatuur heeft de gewenste instelling bereikt. De thermostaat werkt niet meer. Parameter 8 ‘mode’ is ingesteld op ‘heating alleen’ (3) or ‘cooling alleen’ (0) De warmtepomp produceert water wanneer ze aan het werken is. Het water zal door het drainage gat druppen aan de onderkant van de warmtepomp. Hoe hoger de vochtigheid hoe meer condensatiewater de warmtepomp kan produceren. Dit kan meerdere liters per uur zijn. Mogelijk lek aan de warmtepomp verbindingen. Het toestel is te dicht bij een obstakel geïnstalleerd. Uitlaat lucht wordt opgestapeld en terug gezogen door de buitenste radiator. De ventilator is geblokkeerd, lage luchtstroom. Grote hoeveelheden dakwater die de rotatie van de ventilator beperken. Sprinklers die op de buitenste radiator sproeien bij koudere temperaturen. Buitenste radiator is verstopt door vuil. Planten te dicht bij de warmtepomp, die de luchtstroom blokkeren. Lage koelmiddel-druk veroorzaakt door een gaslek. Mogelijk slechte werking van de interne Verhoog de gewenste ingestelde temperatuur. Bel uw distributeur/ installeur voor advies. Druk op on/off toets toestel op te starten. om het Verander parameter 8 naar de gewenste instelling (vb. op ‘1’ voor heating & cooling) Zet het toetsel uit en laat de zwembadpomp lopen. Als het water stopt met lopen na een paar uur, is het condensatie. Bij een lek bel uw installateur. Of test het water op chloor. Als er geen chloor aanwezig is, dan is het condensatie. Zorg ervoor dat de warmtepomp geïnstalleerd is met voldoende vrij ruimte rondom het toestel om voldoende luchtstroom te krijgen. Voor installatie en ruimte bepalingen zie paragraaf 3.2. Installeer het toestel niet binnen. Zorg ervoor dat de sproeiers geen water op het toestel geven. Wanneer er ijs gevormd wordt op de buitenste coil, zet het toestel uit en laat het ijs ontdooien. U mag water onder lage druk gebruiken om het ijs op de buitenste radiator te ondooien, zet het toestel uit 16 koelmiddel lage drukschakelaar. Mogelijk foute werking van de ontdooiingscyclus. wanneer u dit doet. Bel de installateur advies. voor 17 5. ONDERHOUD EN INSPECTIE Toestel springt aan & uit Ventilator is aan het draaien, er komt geen koude lucht van de bovenkant (zijkant) van de warmtepomp. Toestel verwarmt niet. Zwembad verwarmt zeer traag. Zwembad geraakt niet aan de gewenste temperatuur. Compressor start niet. Ventilator begint, compressor probeert te starten, maar het toestel valt volledig uit. (en of uitvallen van de zekering) Laag debiet, een eventuele obstructie op het watercircuit. Vuile of versleten filter, voorfiltermandje verstopt. Verstopte impellor. Verkeerde positie van de kranen op het watercircuit. Lek in aanzuigleiding waardoor lucht in het circulerende water wordt gezogen. Toestel is omgekeerd aangesloten. Ventilator draait. Laag debiet , een eventuele obstructie on het watercircuit. Vuile of versleten filter, voorfiltermandje verstopt. Verstopte impellor. Verkeerde positie van de kranen op het watercircuit Laag water debiet door de warmtepomp, een eventuele obstructie op het watercircuit. Vuile of versleten filter, voorfiltermandje verstopt.Verstopte impellor.Verkeerde positie van de kranen op het watercircuit. Het is koud buiten. Warmtepomp timer is voor een te korte periode ingesteld. Zwembad is niet overdekt. Hoge windsnelheden boven het zwembad. Zwembad ligt in schaduw. Laag debiet, een eventuele obstructie on het watercircuit. Vuile of versleten filter, voorfiltermandje verstopt. Verstopte impellor. Verkeerde positie van de kranen op het watercircuit. Lek in aanzuigleiding waardoor lucht in het circulerende water wordt gezogen. Compressor was niet voldoende voorverwarmd. Reinig het volledige filtersysteem of vervang filterelement. Inspecteer & reinig pomp impellor. Zet de kranen in de juiste positie. Herstellen aanzuiglekken. Doe vet aan de afdichtingsrubber van de voorfilter. Verkeerde keuze groote pomp. Automatische zwembadreiniger op aanzuiging geeft extra restrictie op debiet. Reinig het volledige filtersysteem of vervang filterelement. Inspecteer & reinig pomp impellor. Zet de kranen in de juiste positie. Herstellen aanzuiglekken. Doe vet aan de afdichtingsrubber van de voorfilter. Foute grootte van buizen. Automatische zwembad vacuum veroorzaakt verstopping. Reinig het volledige filtersysteem of vervang filterelement. Inspecteer & reinig pomp impellor. Zet de kranen in de juiste positie. Herstellen aanzuiglekken. Doe vet aan de afdichtingsrubber van de voorfilter. Gebruik een zwembadzeil. Stel de zwembadpomp timer langer in. Bel uw dealer voor advies. Reinig het volledige filtersysteem of vervang filterelement. Inspecteer & reinig pomp impellor. Zet de kranen in de juiste positie. Herstellen aanzuiglekken. Doe vet aan de afdichtingsrubber van de voorfilter. Laat een gediplomeerde electricien de stroomtoevor en draadgrootte controleren. Controleer de start capaciteit. Bel uw 18 Zwakke of beschadigde capaciteit. start dealer voor advies. 19