Untitled - Stad Brugge

Transcription

Werkingsverslag 2012
strategisch veiligheidsen preventieplan 2012
2
Inleiding
De stad Brugge heeft door middel van het
Strategisch Veiligheids- en Preventieplan
2012 – 2013 (SVPP) haar preventiebeleid
verder kunnen uitbouwen. Sinds 1993
beschikt de stad over een dergelijk plan, wat
met zich meebrengt dat de Federale Overheid
een aanzienlijke financiële ondersteuning
geeft aan het lokale preventiewerk in Brugge.
Het gros van de activiteiten van de
preventiedienst vinden dan ook plaats in dit
kader. Onderhavig verslag bevat een
synthese van de activiteiten uitgevoerd door
de preventiedienst in jaar 2012, zowel ikv het
SVPP als ikv het algemeen veiligheidsen
preventiebeleid van de stad. Bij dit verslag
werd tevens in bijlage het actieplan 2013
gevoegd. Het bevat de nieuwe doelstellingen,
acties en accenten voor het werkjaar 2013.
In oktober 2008 werd het organogram licht
gewijzigd (in samenhang met de invulling van
de voorziene kaderwijzing). De preventiedienst bestaat sindsdien uit 5 luiken. Het
eerste luik betreft de dader- en slachtoffer
georiënteerde projecten. Hieronder vallen de
projecten Reinheid Openbaar Domein, Positief
Uitgaansklimaat, Fietsdiefstalpreventie (en
Fietsverkeers-veiligheid)
en
Inbraakpreventie. Het tweede luik betreft de dienst
Gemeenschapswachten. Het derde luik krijgt
vorm door het Drugbeleid Brugge. Het vierde
luik bestaat uit de buurtgeoriënteerde
projecten. Hieronder vallen niet alleen de 3
buurtwerken (Sint-Pieters, Sint-Jozef en
Zeebrugge) maar eveneens het project
Jeugdpreventiewerk. Tot slot omvat het vijfde
luik de justitiële activiteiten met name de
organisatie en opvolging van de autonome
werkstraffen.
Deze laatste worden niet
gefinancierd
met
middelen
van
het
veiligheidsen preventieplan maar door het
Globaal Plan (FOD Justitie). De andere
projecten ikv justitie (nl. het behandelingsen vormingsproject van De Sleutel en de
sociale vaardigheidstraining van Groep Intro)
zijn voorwerp van een aparte evaluatie en
zijn niet in dit rapport opgenomen. In 2010
werd er binnen de preventiedienst nog een
zesde luik toegevoegd. Het betreft de
vrijwilligerscentrale.
Deze
wordt
niet
gefinancierd met middelen uit het SVPP.
Het overzicht van de werkzaamheden beslaat
de periode januari 2012 tot en met december
2012. Bedoeling van dit werkingsverslag is
het bestuur, het veiligheidsberek, partners
en/of andere geïnteresseerde derden een
overzicht te geven van enerzijds de inhoud
van de projecten en anderzijds van de
activiteiten uitgevoerd in 2012. Ten behoeve
van
de
respectievelijke
bevoogdende
instellingen: de Minister van Binnenlandse
Zaken en de FOD Binnenlandse Zaken (SLIV)
is het werkingsverslag in zijn huidige vorm
niet meer vereist. Wel werden door hen een
aantal andere documenten gevraagd ter
controle van de uitvoering en de besteding
van de middelen ikv het SVPP. Het betreft de
elektronische afrekening, het bijhouden van
boordtabellen,
het
opmaken
van
een
activiteiten- of voortgangsrapport en het
actualiseren van de Lokale Veiligheidsdiagnose (LVD).
De opmaak van deze
documenten werd geïntegreerd in onze
traditie van jaarlijkse evaluatie. De bewuste
keuze in het verleden om evaluatie in de
dienst een vaste plaats te geven heeft er toe
bijgedragen dat deze integratie vlot is
verlopen. Naast het opvragen en beoordelen
van bovengenoemde documenten organiseert
het SLIV bovendien terreinbezoeken en
opvolgings- en evaluatievergaderingen. In
2012 kregen we geen evaluatie- of
terreinbezoeken. Wel kregen we de nieuwe
lokale adviseur op kennismakingsbezoek. Van
de gelegenheid heeft hij meteen gebruik
gemaakt om van gedachten te wisselen over
de lokale noden- en behoeften ten behoeve
van een verbetering in de samenwerking met
het federale niveau. Daarnaast kregen we
eind 2012 instructies voor de evaluatie van
de voorbije 2 jaar. Omtrent instructies voor
de opmaak van het nieuwe meerjarig SVPP is
het nog even wachten. Wel werd de opmaak
van een nieuw 4-jarig plan in het vooruitzicht
gesteld. Het huidige plan wordt nog verlengd
tot eind 2013.
De input voor het werkingsverslag werd
aangeleverd door de projectmedewerkers
zelf. Dit is een bewuste keuze. De
projectmedewerkers worden op die manier
gestimuleerd om zelf na te denken over de
doelstellingen van het project en de
ondernomen - en te plannen acties.
De
begeleiding van deze zelfevaluatie gebeurde
door Koen Timmerman (preventieambtenaar),
Stefan
Hooft
(buurtwerken
jeugdpreventiewerkcoördinator),
Lieven
Duyck (coördinator politionele preventie),
Chantal Sedeyn (coördinator autonome
werkstraffen),
Niek
Vanmaeckelberghe
(drugpreventiecoördinator), Anne Degand
(coördinator Gemeenschapswachten) en Tom
Dewaele (intern evaluator).
Ten behoeve van de lezer werd voor elk
project een korte synthese gemaakt. Hierin
3
wordt beknopt de werking van het afgelopen
werkjaar en de plannen voor het komende
jaar beschreven.
De lezer wordt vriendelijk uitgenodigd kennis
te nemen van dit activiteitenverslag en
bedenkingen te formuleren die kunnen leiden
tot een verbetering van het stedelijke
preventiebeleid.
Brugge, maart 2013
Koen Timmerman
Preventieambtenaar
Tom Dewaele
Intern Evaluator
4
Inhoud
I.
SITUERING EN ALGEMENE INFORMATIE ............................................................. 7
Algemene info.................................................................................................... 9
II.
LUIK COÖRDINATIE .....................................................................................17
Coördinatie preventiedienst ................................................................................19
Coördinatie buurtwerk, jeugdpreventiewerk ..........................................................23
Kwaliteitszorg ...................................................................................................26
III.
LUIK DADER- EN SLACHTOFFER GEORIENTEERDE PROJECTEN ..........................29
Reinheid openbaar domein .................................................................................31
Positief uitgaansklimaat .....................................................................................35
Inbraakpreventie...............................................................................................38
Fietsdiefstalpreventie .........................................................................................41
IV.
LUIK GEMEENSCHAPSWACHTEN ....................................................................47
Dienst gemeenschapswachten ............................................................................49
V.
LUIK DRUGPREVENTIE .................................................................................55
Drugpreventie...................................................................................................57
VI.
LUIK BUURTWERK EN JEUGDPREVENTIEWERK ................................................63
Buurtwerk Sint-Pieters .......................................................................................65
Buurtwerk Zeebrugge ........................................................................................69
Buurtwerk Sint-Jozef .........................................................................................73
Jeugdpreventiewerk ..........................................................................................77
VII. LUIK JUSTITIE ............................................................................................81
Autonome werkstraffen ......................................................................................83
VIII.
LUIK VRIJWILLIGERS ................................................................................87
Vrijwilligerscentrale ...........................................................................................89
5
6
I.
SITUERING EN ALGEMENE INFORMATIE
7
8
Algemene info
1. HET VEILIGHEIDS- EN PREVENTIEPLAN 2012 – 2013 IN BRUGGE
Het Brugse veiligheidsen preventieplan
2012 – 2013 is gebaseerd op de lokale
veiligheidsdiagnose 2010 en is opgebouwd
rond volgende fenomenen:
-
maar wordt wel voorgelegd in 2013 aan het
nieuwe bestuur. Het extra contingent is goed
voor een bedrag van 43 294 euro.
Inbraak in woningen
Fietsdiefstal
Gauwdiefstal
Jeugdcriminaliteit
Druggerelateerde
maatschappelijke
overlast
Sociale overlast
Coördinatie
Het veiligheidsen preventieplan is een zgn.
Strategisch plan. Het is maw. opgebouwd
rond een aantal strategische doelstellingen
waarvoor telkens operationele doelstellingen,
indicatoren en verwachte resultaten werden
geformuleerd.
De stad Brugge ontvangt jaarlijks een
maximale subsidie van 747 052 EURO om de
doelstellingen van dit strategisch plan te
realiseren.
Daarnaast kan de stad nog rekenen op een
een dispositief 90 voor de loonkost en inzet
van gemeenschapswachten in de dienst. Dit
dispositief is goed voor 17 351 euro. Dit
dispositief wordt voortaan geïntegreerd in het
SVPP.
Tot slot werd in 2012 een aanvraag ingediend
om gebruik te kunnen maken van het ‘extra
contingent 346’. Dit contingent dient om 2
extra gemeenschapswachten te kunnen
aanwerven. Dit werd nog niet gedaan in 2012
Link SVPP 2012-2013 op www.brugge.be
2. ORGANIGRAM VAN DE PREVENTIEDIENST
In het veiligheidsen preventieplan 2012 2013 zijn in Brugge een 60-tal medewerkers
tewerkgesteld. Deze zijn toegewezen aan de
preventiedienst, de stedelijke politie en een
aantal instellingen en organisaties op Brugs
grondgebied die werken aan preventie. In
bijgevoegd organigram is een overzicht
opgenomen van de projecten en de diensten
waaronder ze ressorteren. Voor het luik
justitie is een apart contract afgesloten met
de federale overheidsdienst Justitie. De FOD
Justitie voorziet via het globaal plan in het
grootste deel van de personele middelen. Het
project autonome werkstraffen maakt – in
tegenstelling de overige projecten ikv. de
overeenkomst met de FOD Justitie – deel uit
van de preventiedienst en krijgt dan ook een
plaats
in
het
organigram.
Ook
de
vrijwilligerscentrale zit in een gelijkaardig
schuitje. De centrale wordt voor 50%
gefinancierd door het stedenfonds en voor
50% door Cities In Balance (CIB) Interreg.
Europese middelen.
De diverse opdrachten leiden ertoe dat de
preventiedienst wordt opgedeeld in 6 luiken.
Een eerste luik bevat alle projecten die vallen
onder de noemer dader- en slachtoffer
georiënteerde projecten. Het gaat over de
projecten reinheid openbaar domein, positief
uitgaan, inbraak- en fietsdiefstal-preventie.
Een
tweede
luik
bevat
de
dienst
gemeenschapswachten.
Een derde luik
9
bevat de initiatieven in het kader van het
drugbeleid
Brugge.
De
buurtwerkgeoriënteerde
projecten
vormen het vierde luik. Daaronder vallen de
3 buurtwerkprojecten (Sint-Jozef, SintPieters,
Zeebrugge)
en
het
jeugdpreventiewerk. Zoals reeds aangehaald
bestaat een vijfde luik uit justitie dat het
project autonome werkstraffen bevat en tot
slot is er het (tijdelijke) zesde luik met de
vrijwilligerscentrale.
Algemene
coördinatie
Preventiedienst
Dader- en
slachtoffergeoriënteerde
projecten
Dienst
Gemeenschapswachten
Interne evaluatie
& integrale
veiligheid
Administratie
Drugbeleid
Brugge
Buurtgeoriënteerde
projecten
Justitie
Reinheid
openbaar
domein
Administratie
&
Consultatie
Drugpreventie
(preventiedienst)
coördinator
Buurtwerk
Sint-Pieters
Dispatchers
Autonome
Werkstraffen
Inbraakpreventie
*
Gemeenschapswachten
Weddetoelagen:
De Sleutel, CGG,
CAW De Poort
(JAC) )
Buurtwerk
Zeebrugge
Detachering De
Sleutel en Groep
Intro
Fietsdiefstalpreventie*
Buurtwerk
Sint-Jozef
Positief
Uitgaansklimaat
*
Jeugdpreventiewerk
Vrijwilligers
Vrijwilligerscentrale
*worden mee opgevolgd door de adviseur preventie van de lokale politie
Project
Invulling
Preventieambtenaar
Administratieve
ondersteuning
Administratieve en financiële
ondersteuning
Intern Evaluator
Coördinatie politionele
preventie
Koen Timmerman
Eefje Janssens
Jolyne Vandamme
Barbara Dendooven
In
dienst
sinds
01/02/98
01/11/07
16/04/12
16/02/94
Subsidiërende
overheid
V&p-plan
3/5 LBO
vervanging ziekte
V&p-plan
Tom Dewaele
Lieven Duyck
16/07/07
15/04/99
V&p-plan
Federaal
(calog
lokale politie)
10
Reinheid openbaar domein
Positief uitgaansklimaat
Inbraakpreventie
Fietsdiefstalpreventie
Verkeersveiligheid
****
Gemeenschapswacht
coördinatie
Administratieve
ondersteuning
Activa
gemeenschapswachten
Sophie De Meyer
Stijn Colenbier
Piet De Ville
Eva Cocquyt
Ariane Duthoo
Schalley André
Rebecca Verhelst
Nick Verhoest
Anne Degand
Guido Claeys **
Sylvie Van
Vlierberghe
Rudy Ackaert
Marie-Christine
Maene
Claudine Tamsin
Dolores Tant
Rosette Van
Belleghem
Sigrid Verbrugghe
Ivan De Klerck
Pol Ghyssaert
Martine Hinderyckx
Véronique
Eggermont
Vogeleer Luc
Devriese Patricia
Binard Marc
Neirinck Astrid
Ongenae Nicole
Samyn Josée
Van Iseghem Pascal
Gheyskens Veerle
Gratienne Petitjean
PWA gemeenschapswachten Linda Danckaert
**
Erik Goetghebeur
Willy Maus
Carine Sabbe
Verreydt Ariane
Kustactieplan ***
Eddy Devriendt
Erwin Devos
Coördinatie drugpreventie
Niek
Vanmaeckelberghe
Detachering dagcentrum De Tom Vanhoutte
Sleutel
Ruben De Schepper
Detachering
CGGZ
NW Delbeke Lucrèce
Vlaanderen
Detachering CAW De Poort
Femke D’hollander
CGGZ NW Vlaanderen
Boret Filip
De Sleutel
Vens Wim
Ellen Moens
Coördinator
Buurtwerk, Stefan Hooft
jeugdopbouwwerk,
29/01/96
01/09/97
15/02/02
01/10/07
01/05/98
14/06/04
29/01/12
14/06/93
15/04/99
16/04/01
26/02/07
16/01/06
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
Stad Brugge
FOD onderwijs
V&p-plan
RVA
V&p-plan
Stad/RVA
01/09/05
16/01/06
26/02/07
16/01/06
01/01/08
01/01/0828/12/12
01/01/09
01/12/09
16/06/10
16/06/10
01/02/12
01/02/12
16/10/12
01/06/12
16/10/12
01/06/1201/12/12
01/08/12
1997-10/09/12 RVA
2002
2000-01/05/12
1996-10/09/12
2002-begin
2012
tot 1/10/12
RVA
01/03/12
V&p-plan
01/10/00
01/10/00
01/03/93
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
9/12/10
01/01/10
01/06/03
21/08/07
01/12/04
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
V&p-plan
11
buurtbemiddeling/straathoek
werk
Buurtwerk St-Pieters
Buurtwerk Zeebrugge
Buurtwerk St-Jozef*
Jeugdpreventiewerk
Koen Gadeyne
01/07/96
01/06/06
02/10/89
01/11/09
1/07/07(30/09/12)
16/11/12
Lien Dereere
16/02/10
Stad Brugge
Chantal Sedeyn
Charlotte Vermerre
Stèphanie
del
Cioppo
Pieter Moyaert
Dirk Dobbelaere
Marjan Velghe
Stefanie Demaecker
08/04/96
01/01/09
01/04/12
V&p-plan
V&p-plan
Stad Brugge
V&p-plan
Loopbaanonderbr
eking
Vervanging
loopbaanonderbre
king
Efro
en
stedenbeleid
Justitie
Justitie
vervanging ziekte
16/07/07
01/01/98
03/05/96
01/01/11
Justitie
Justitie
Justitie
1/5 LBO
Groep Intro
De Sleutel
Patrick Anthone
Geert Pollin
Hildeke Ballegeer
Haroun Karim Rajput
Kenny Rogiers
* niet in veiligheids-en preventiecontract (stadspersoneel)
** niet in veiligheids-en preventiecontract (gedetacheerden RVA en PWA)
*** FOD Binnenlandse zaken (kustactieplan)
**** Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap (startbaners)
12
3. WAT KOST DIT PREVENTIEWERK
De
totale
kostenplaatje
van
het
preventiewerk in Brugge bedraagt in 2012
ruim 1.900.000 Euro, waarvan het gros voor
de personeelskosten (1.797.829 Euro).
Voor de uitvoering van dit preventiewerk
ontvangt de Stad Brugge een bedrag van
max 747.052 Euro van de federale overheid
ikv. het veiligheids en preventieplan 20122013, aangevuld met federale subsidies ikv.
justitie, extra contingent gemeenschapswachten en tussenkomsten RVA (ikv. PVP
2012*
Activa gemeenschapswachten). Deze tussenkomsten zijn in de afgelopen jaren op
hetzelfde bedrag blijven steken (geen
indexering,
geen
anciënniteitsaanpassingen).
De totale kost voor de stad Brugge loopt
daardoor op tot 34% van de effectieve
kostprijs, zijnde in 2012 ongeveer 660.000
Euro.
2011
2010
2009
2008
2007
142.417,73
136.389,77
124.861,26 €
133.766,47
133.430,38
124.644,68
1.523.429,20
1.543.633,50
1.408.620,00
1.586.771,45
1.470.672,82
1.306.675,10
69.400,00
62.504,24
61.070,00
67.945,96
63.000,00
63.000,00
205.000,00
205.739,00
205.739,00
43.096,00
1.797.829,20
1.811.876,74
1.675.429,00
1.697.813,41
1.533.672,82
1.369.675,10
Uitgaven
Werkingskosten
Loonkosten
Personeel ikv.
V&Pplan en justitie
GECO's
Loonkostsubsidie
CAW en CGG
Totaal uitgaven
1.940.246,93 1.948.266,51 1.800.290,26 1.831.579,88 1.667.103,20 1.494.319,78
Ontvangsten
V&P
dip 90
KB 14/12/09
ontv eigen
activiteiten
justitie
tussenkomst rva
GW
terugvraag plafond
justitie
Totaal
ontvangsten
747.052,00
747.052,00
747.052,00
747.052,00
747.052,00
17.351,04
17.112,07
15.120,00
15.198,00
12.145,73
747.052,00
10.757,85
124.240,78
124.240,78
124.240,78
124.240,78
121.685,39
118.371,00
6.759,18
6.787,00
7.548,89
10.332,20
8.407,25
11.237,32
192.117,44
192.117,48
192.117,48
192.117,48
192.117,48
192.117,48
145.000,00
147.841,44
127.936,44
121.140,00
100.000,00
80.000,00
45.000,00
45.000,00
45.000,00
47.700,86
1.277.520,44 1.280.150,77 1.259.015,59 1.257.781,32 1.181.407,85 1.159.535,65
kosten stad
brugge
%
662.726,49
668.115,74
541.274,67
573.798,56
485.695,35
334.784,13
34,16
34,29
30,07
31,33
29,13
22,40
* raming
13
4. MISSIE EN VISIE
In 2009 werd werk gemaakt van een Missie
en Visie voor de dienst.
Brugge is een veilige en leefbare stad en dat
willen we zo houden. De preventiedienst
speelt hierin een belangrijke rol. Meer
bepaald heeft deze stadsdienst de wil om de
veiligheid, de leefbaarheid en het welzijn in
Brugge te vergroten door bewoners en
bezoekers
te
ondersteunen
in
het
versterken van hun veiligheidsgevoel,
door het voorkomen van overlast en
criminaliteit en de aanpak van de gevolgen
ervan, en tot slot door het ondersteunen
van specifieke doelgroepen.
De in dit kader opgezette activiteiten
verlopen in nauwe samenwerking met tal van
andere diensten en organisaties.
Ook in 2012 was de Missie en Visie een
leidraad en handleiding voor onze activiteiten
en handelingen.
Link missie en visie preventiedienst
5. COÖRDINATEN VAN DE PREVENTIEDIENST
Preventiedienst:
Adres
Blinde Ezelstraat 1, 8000 Brugge,
T 050 44 82 43, F 050 44 80 81, e-mail:
[email protected]
Buurtcentra
Sint-Pieters: Blankenbergse Steenweg 221,
8000 Brugge,
T 050 31 03 27, F 050 33 60 55, e-mail:
[email protected]
Bereikbaar
Alle werkdagen van 9.00 tot 12.00 en van
14.00 tot 16.00 uur, of na afspraak.
Verantwoordelijke:
Koen
Timmerman,
Preventieambtenaar
Sint-Jozef: Pannebekstraat 33, 8000 Brugge,
T 050 32 60 70
Deelwerking: Landjuwelenstraat 43, 8000
Brugge, T 050 33 60 55, F 050 33 60 55, email: [email protected]
Buitendiensten:
Politionele coördinatie dader- en
slachtoffergeoriënteerde projecten
Louis Coiseaukaai 2, 8000 Brugge
T
050
44
88
43
(geïntegreerd
in
Korpsmanagementcel)
Zeebrugge:
Venetiëstraat
1,
8380
Zeebrugge,
T 050 55 01 31, F 050 55 01 31, e-mail:
[email protected]
Inbraakpreventie
Louis Coiseaukaai 2, 8000 Brugge,
T 050 44 88 86, F 050 44 88 09, e-mail:
[email protected]
Fietsendienst
Sint-Pieterskaai 37, 8000 Brugge,
T 050 47 28 10, F 050 47 28 09, e-mail:
[email protected]
Gemeenschapswachten
fietsgraveerdienst
-
14
Hooistraat 17, 8000 Brugge,
T 050 32 34 97, F 050 32 36 60, e-mail:
[email protected]
-
Kraanplein 6, 8000 Brugge,
T 050 44 86 49
[email protected]
15
16
II.
LUIK COÖRDINATIE
17
18
Coördinatie preventiedienst
1. VOORSTELLING VAN HET PROJECT
-
Pijler binnen VeiligheidsPreventieplan 2012-2013:
en
De
algemene
coördinatie
van
de
projecten in het kader van het
veiligheidsen
preventieplan
is
essentieel. De opdrachten zitten gevat
onder
het
dispositief
algemene
coördinatie en bevat 4 strategische
doelstellingen:
1. Een
goede
administratieve,
logistieke en financiële werking
van het plan en opvolging met de
subsidiërende
autoriteiten
verzekeren.
2. Een
samenwerkingsverband
tussen de verschillende lokale
preventieacties en afstemming
met
de
zonale
politionele
preventie verzekeren.
3. Een permanent evaluatieproces
van het plan verzekeren.
4. Verzekeren van informatie naar
de bevolking.
Personeelssamenstelling:
Koen Timmerman: preventie-ambtenaar
Barbara
Dendooven:
administratief medewerker
Eefje Janssens:
ondersteuning
algemene
financieel
en
administratieve
Tom
Dewaele:
ondersteuning
integrale
veiligheid (vanaf 1 oktober 2008, halftijds)
Beschrijving:
Dit project staat in voor de algemene
coördinatie van het preventiebeleid in de stad
Brugge.
Samenwerkingspartners:
Voor de ontwikkeling van een stedelijke
preventiebeleid
is
er
vanzelfsprekend
samenwerking met heel wat diverse partners.
De voornaamste samenwerkingspartners zijn
Federale Overheid, Vlaamse Gemeenschap
(i.k.v. startbanenproject verkeersveiligheid),
De Sleutel, Cggz Noord West-Vlaanderen,
Groep Intro Fietsatelier, CAW de poort, CAW
de Viersprong, Justitiehuis, Raad
van
Buurtwerken, Samenlevingsopbouw (i.k.v.
wijkontwikkeling), Lokale Werkwinkel, …
In 2004 werd ook voor het eerste mee
ingestapt in een Europees project (CRII,
i.k.v. EFRO-programma, vooral i.f.v. het
project Buurtwerk Zeebrugge). Ondertussen
loopt
er
een
Europees
samenwerkingsverband
i.k.v.
de
vrijwilligerscentrale en wordt i.k.v. de
uitgaansproblematiek een project voorbereid.
Samenwerkingspartners worden meer in
detail
besproken
bij
de
verschillende
projecten.
De intensere samenwerking met de Lokale
Politie werd in 2010 verdergezet (vb.
gezamenlijke bevraging van sleutelfiguren
i.k.v. opmaak lokale veiligheidsdiagnose). De
bijkomende
opdracht
inzake
integrale
veiligheid voor de preventieambtenaar en het
zetelen in de Zonale Veiligheidsraad hebben
hier zeker toe bijgedragen. De deelname aan
de ZVR heeft eveneens bijgedragen tot de
communicatie met het parket. Tot slot zijn
de samenwerking met de centra algemeen
welzijnswerk en het OCMW ook in laatste
jaren versterkt (zie bv. samenwerking i.k.v.
de buurtcentra).
2. DIAGNOSTIEK VAN HET FENOMEEN
Belangrijkste uitdagingen situeren zich op
vlak van:
Structuur: personeelskadervorming en
invulling
Inhoudelijke
vormgeving
van
de
projecten:
expertise
uitbouwen
en
behouden
Kwaliteitsbeleid:
verkennen
en
introduceren van elementen/methodieken
om kwaliteit van werken te versterken.
Actualiseren
van
de
lokale
veiligheidsdiagnose
Afstemming tussen de verschillende
veiligheidsactoren
Goede omkadering verzekeren van de
medewerkers (incl. sfeer)
Uitvoering van het veiligheidsen
preventieplan 2012-2013 en opmaak van
vervolg
19
Introduceren en initiëren van integrale
veiligheidsprojecten
Introduceren BBC
3. SYNTHESE ACTIVITEITEN 2012
Algemeen
2012 was een bijzonder druk jaar voor de
algemene coördinatie. Het was het jaar van
de
‘vernieuwing’:
collega’s
werden
uitgedaagd tot creativiteit en het uitproberen
van nieuwe werkwijzen. Deze vernieuwing
kreeg in de loop van het jaar meerdere
vormen.
Een belangrijke vernieuwing was alvast de
inzet van de preventieambtenaar. Door de
deelname van de preventieambtenaar in het
Managementteam en het opnemen van de
taak als clustercoördinator werd een grote
hap uit het tijdsbudget voor coördinatie
genomen. Het verkiezingsjaar 2012 was voor
het MAT een druk jaar met oa. opmaak van
de beleidsinsteek en de opstart van een
denkoefening rond strategische organisatie
en stadskantoor. Zeker in de 2de jaarhelft
heeft dit zwaar gewogen op de agenda.
De activiteiten in dit onderdeel werden niet
besproken in dit evaluatieverslag.
de Gentse collega’s. Vorming was er ook via
‘preventie à la carte’ een 3-tal interne
vormingen en natuurlijk de individuele
vormingen in kader van de projecten apart.
Super-wijdag: middagmaal in de De Centrale
Deze
bijkomende
opdracht
voor
de
preventieambtenaar heeft ertoe geleid dat de
dagelijks leiding van de preventiedienst en
haar projecten meer gedelegeerd werd naar
de medewerkers.
Desalniettemin bleef de coördinatie in haar
grote lijnen behouden.
Foto Super-wijdag: afsluitmoment in de Vooruit
Op niveau van coördinatie werd ook aandacht
gegeven aan de verdere ontwikkeling van de
gemeentelijke
administratieve
Sancties
samen met de interne evaluator, die deeltijds
ook
aangesteld
is
als
sanctionerend
ambtenaar. In kader van de uitgaansoverlast
werd een beperkt alcoholconsumptieverbod
ingevoerd, wat toch wat voorbereiding en
werk met zich meegebracht heeft.
Super-wijdag: bezoek aan de collega’s van de lokale
politie Gent
2012 was het jaar van de super-wijdag: alle
preventiewerkers zijn op 11 10 naar Gent
getrokken voor een daguitstap/vorming
waarbij in kleine groepen een bezoek
gebracht werd aan een 10-tal projecten van
20
Link alcoholconsumptieverbod op www.brugge.be
Interne evaluatie blijft een belangrijk element
om de kwaliteit van de projecten te
garanderen: daarin worden ook meer
elementen van kwaliteitszorg en vernieuwing
en verbetering ingebracht.
Er werden
verschillende
initiatieven
genomen
om
innovatie en verbetering te stimuleren.
In 2013 bestaat de preventiedienst 20 jaar.
Om deze verjaardag niet onopgemerkt te
laten voorbijgaan wordt een feestelijk
moment gepland tegen de zomer van 2013.
voor de gemeenschapswachten en een
camionette voor de jeugdpreventiewerkers),
actualisering van informatica en ander
materiaal, investering in wat professioneler
”look” van de preventiewerkers die op het
terrein veschijnen (nieuwe werkkledij).
Integraal
en
geïntegreerd
veiligheidsbeleid
Wat betreft het werken aan een integraal en
geïntegreerd veiligheidsbeleid werd verder
gewerkt op de ingeslagen weg met goede en
stimulerende resultaten.
Zo werden de
werkgroepen fietsen gauwdiefstal, inbraak
en
uitgaansoverlast
i.k.v.
het
zonale
veiligheidsplan verder gezet, met goed
gevolg.
Deze integrale aanpak werd ook verder
gestimuleerd i.k.v. het drugbeleid (zie aldaar)
en ook in het domein maatschappelijk
kwetsbare
jongeren
werd
belangrijk
verkennend werk geleverd met het rapport
‘Brugge(n) voor jongeren’ (zie eveneens
aldaar).
Preventiewerkers in een nieuw ‘kleedje’
Qua huisvesting werd het buurthuis in St
Jozef geïntegreerd in een gezamenlijk
bouwproject met het OCMW: de (nieuwe)
Garve. Het oude buurthuis blijft als pied à
terre tijdelijk behouden en blijft beschikbaar
voor grotere activiteiten.
Link rapport “Brugge(n) voor jongeren” op
www.brugge.be
Vanaf 2014 start een nieuw zonaal
veiligheidsplan én een nieuw strategisch
veiligheidsen preventieplan, telkens voor
vier jaar.
Dat is goed nieuws en een
antwoord op een belangrijke vraag van de
preventiewerkers
naar
een
lange
termijnperspectief.
Het
zal
belangrijk
zijn
om
in
het
overgangsjaar 2013 te komen tot een goede
gezamenlijke diagnose én planning rond
aanpak en invulling van zowel het zonaal
veiligheidsplan als het strategisch veiligheidsen preventieplan.
Omkadering
De
materiële
omkadering
van
de
preventiedienst is in 2012 verder verbeterd:
wat nieuw rollend materiaal (nieuwe fietsen
Het professioneel statuut is in 2012
ongewijzigd gebleven: de verdere invulling en
ook evt. uitbreiding van het aantal statutaire
medewerkers is zeker een uitdaging voor
2013.
Samenwerking met de federale overheid
De administratieve opvolging van de werking
zowel ifv. de lokale administratie als ifv. de
federale overheid verloopt volgens één
constante: steeds verder informatiseren. Dit
is niet altijd een vooruitgang: veel tijd wordt
gestopt in het beheer van deze programma’s
die ook steeds meer detail en input vragen
wat niet altijd tot meerwaarde leidt.
Uitdagingen voor 2013
Uitdaging voor 2013 wordt inhoudelijk
ongetwijfeld het opstellen van een nieuw 4jarig strategisch veiligheidsen preventieplan
gekoppeld aan een nieuw veiligheidsplan.
21
Organisatorisch belooft 2013 ook een boeiend
jaar te worden met de start van de BBC,
beleids- en beheerscyclus, een gehele of
gedeeltelijke
reorganisatie
van
de
stadsdiensten en de eerste schetsen van een
mogelijk stadskantoor.
De samenwerking met een nieuw bestuur
vormt de derde grote uitdaging. We gaan
ervan uit dat ook na 2012 nog een grote
toekomst wacht voor het lokale veiligheidsen preventiebeleid.
22
Coördinatie buurtwerk, jeugdpreventiewerk
-
Pijler binnen het Veiligheids- en
Preventieplan 2012-2013:
De
coördinatie
van
de
verschillende
buurtwerkprojecten en het jeugdopbouwwerk
in het kader van het veiligheidsen
preventiecontract
is
essentieel.
De
opdrachten voor de coördinator buurtwerk
zitten
vervat
onder
de
strategische
doelstelling van het dispositief coördinatie,
fenomeen 4: jeugdcriminaliteit en fenomeen
6: sociale overlast van het veiligheidsen
preventieplan.
Stefan Hooft, coördinator buurtwerk, fulltime,
niveau B
Beschrijving:
De coördinator staat voor in de coaching en
ondersteuning van de projecten buurtwerk,
jeugdopbouwwerk en overlastbemiddeling.
De coördinator maakt deel uit van het
coördinatorenoverleg dat instaat voor de
algemene coördinatie van de preventiedienst.
De coördinator maakt deel uit van diverse
interne externe overlegorganen, waar hij
deze projecten vertegenwoordigt.
De voornaamste samenwerkingspartners zijn
OCMW (dienstencentra en buurtdiensten)
CAW de poort, CAW de Viersprong, Raad van
Buurtwerken, Samenlevingsopbouw WestVlaanderen, Lokale Werkwinkel, stedenbeleid,
lokale politie, sportdienst, jeugddienst …
Door de coördinatie van het buurtwerk moet
gewerkt worden aan een 3-tal punten
namelijk
Sturing, richting geven aan de projecten
en projectmedewerkers.
Personele en materiële ondersteuning
projectmedewerkers.
Afstemming met interne – en externe
partners.
Algemeen
Grootste deel van de tijd gaat naar opvolging
projecten en projectmedewerkers.
Coaching en ondersteuning is voor elke
projectmedewerker anders. Dit vraagt bij de
ene medewerker al meer tijd dan de andere.
Dit jaar wegens omstandigheden een aantal
lange afwezigheden bij medewerkers (bw stjozef, bw Zeebrugge, tijdelijke vervanging
jeugdpreventiewerker).
Buurtwerken
Samenwerking
met
OCMW
en
cultuurverschillen zijn en blijven ook in 2012
moeilijk op korte termijn af te stemmen. Nu
werd
vooral
bottom-up
gewerkt,
geëxperimenteerd, enz.
Idealiter echter,
dient dit naar het beleidsniveau getild te
worden,
zodat
keuzes
betreffende
bijvoorbeeld het afstemmen en vastleggen
van de doelstellingen van de buurtcentra, de
aansturing van het personeel, e.d.m. daar
mee kunnen gedragen worden.
We moeten wat buurtcentra betreft een visie
alsook aanpak uitwerken waar zowel OCMW
als stad naartoe willen. Dit zal resulteren in
een duidelijk kader waarbinnen kan/moet
gewerkt worden. Momenteel gaan heel wat
zaken naar overleg met het OCMW waar de
dagdagelijkse
activiteiten
en
aanpak
besproken worden.
Nieuw ‘buurtcentrum’ De Garve in aanbouw
23
Echt structurele samenwerking (personeel,
budget, visie, missie, …) komt minder aan
bod. Het overleg evenals de samenwerking
m.b.t. de wijk St-Jozef verloopt stroever dan
in Zeebrugge en St-Pieters. Dit vraagt ook
meer en intenser overleg.
Wel werd in 2012 de opening van het nieuwe
(buurt/diensten)centrum De Garve in SintJozef gerealiseerd ondanks de moeilijke
omstandigheden.
Campagne ‘Let’s do it de vuilbak’ in Albertpark door
jeugdpreventiewerkers
Opening nieuw ‘buurtcentrum’ “De Garve”
Jeugdpreventie
Het takenpakket van de projectmedewerkers
(jeugdopbouwwerk en buurtbemiddeling /
straathoekwerk) werden in 2012 beter op
elkaar afgestemd en geïntegreerd in een
gezamenlijk project jeugdpreventiewerk. De
bedoeling van deze integratie is het
bevorderen van het overzicht op elkaars
takenpakket en stimulering van het intern
overleg en samenwerking. Inhoudelijk wijzigt
het
takenpakket
eerder
weinig.
De
meerwaarde ligt vooral bij het werken aan
gezamenlijke
doelstellingen
en
het
wegwerken van overlappingen en hiaten in
deze doelstellingen.
De jeugdpreventiewerkers vormen bijgevolg
sinds 2012 één team. Vastgesteld wordt dat
de samenwerking vlot verloopt en er dat er
een
goede
afstemming
is
van
verantwoordelijkheden.
Verder werd de inzet van één van de
jeugdpreventiewerkers in het Salon (CAW
Regio Brugge) in 2012 teruggeschroefd.
Diezelfde medewerker is sinds oktober 2012
in loopbaanonderbreking t.e.m. mei 2013. Er
werd in vervanging voorzien.
Werkgroep parken en pleinen
Werkgroep parken en pleinen blijft actief en
levert goed werk. In 2012 werden zes
jobstudenten aangeworven om in parken en
pleinen zwerfvuil op te ruimen. Dit werd
positief onthaald en wordt herhaald in 2013.
Op tal van pleintjes waren er nog interventies
(zie jeugdpreventie) gedaan.
Er
werden
terug
een
aantal
beleidsaanbevelingen opgesteld, waarvan het
merendeel goedgekeurd werd door de
beleidswerkgroep alsook het college van
burgemeester en schepenen.
Werkgroep maatschappelijk kwetsbare
jongeren
Rapport ‘Brugge(n) voor jongeren. Maatschappelijk
kwetsbare jongeren in Brugge: Waar staan we? Waar
willen we naartoe?
24
Een werkgroep met thema maatschappelijk
kwetsbare jongeren maakte een studie i.s.m.
VZW ‘uit de marge’ over maatschappelijk
kwetsbare jongeren in Brugge, nl. Brugge(n)
voor jongeren. De doelgroep werd bepaald en
er werd voorzien in een terugkoppeling van
de beleidsvoorstellen van deze stuurgroep
naar
de
veldwerkers
tijdens
twee
overlegmomenten. Deze overlegmomenten
werden enorm gewaardeerd door het
werkveld.
In 2013 wordt het rapport
voorgesteld
aan
nieuwe
bestuursploeg.
Bovendien worden de beleidsvoorstellen
verder concreet uitgewerkt.
www.brugge.be
Raad van buurtwerken
De raad kwam 6 keer samen. In 2012
werden
geen
concrete
activiteiten
georganiseerd. In 2013 moet er concreet
nagedacht worden over hoe Stad Brugge
verder wenst te investeren in diverse soorten
buurtwerk.
De
statuten
alsook
het
subsidiereglement
moeten
herschreven
worden en gelet de nieuwe legislatuur dient
een nieuwe raad van bestuur Buurtwerken
verkozen te worden.
Daarnaast blijft het dagelijks bestuur
samenkomen om de raden inhoudelijk voor te
bereiden.
Uitdagingen 2013
Voor wat betreft de drie buurtwerken zal het
er in 2013 voornamelijk op aankomen om de
doelstellingen van OCMW en buurtcentra op
elkaar af te stemmen en vast te leggen
alsook te komen tot een uniform beleid
betreffende de aansturing van het personeel.
Ook de integratie van de zomercheques in de
buurtwerken is een mogelijke uitdaging.
Afspraken en overleg met de dienst
Stedenbeleid staan daaromtrent op het
programma in 2013.
Het jeugdpreventiewerk zal zich in 2013
vooral richten op het in de praktijk brengen
van de beleidsvoorstellen die door de
werkgroep
maatschappelijk
kwetsbare
jongeren naar voren werden gebracht.
25
Kwaliteitszorg
-
Pijler binnen Veiligheids- en
Kwaliteitszorg van de projecten maakt deel
uit van de algemene coördinatie van de
verschillende preventieprojecten in het kader
van het veiligheidsen preventieplan. De
kwaliteitszorg moet de afstemming tussen de
inhoud en doelstellingen van het plan en de
inhoud en de doelstellingen van de projecten
verzekeren.
De opdracht voor de kwaliteitszorg vinden we
in het plan terug onder het luikje algemene
coördinatie in strategische doelstelling 3 (Een
permanent evaluatieproces van het plan
verzekeren).
Tom Dewaele: Intern Evaluator, halftijds,
Universitair
Stephanie Del Ciopo, halftijds, Universitair
(september – december)
De
voornaamste
samenwerkingspartners
voor
de
intern
evaluator
zijn
de
preventieambtenaar, de coördinatoren en de
medewerkers. Afhankelijk van de nood aan
(bijkomende) informatie worden andere
partners hierin betrokken. Tot slot is ook de
strategisch analist van de lokale politie een
belangrijke samenwerkingspartner.
Relevantie en afstemming t.a.v.
Zonaal Veiligheidsplan:
In het zonaal veiligheidsplan zijn een aantal
prioritieten en basisfuncties van de lokale
politie opgenomen die rechtstreeks of
onrechtstreeks verband houden met de
projecten die lopen in het kader van het
veiligheidsen preventieplan.
De interne
evaluatie probeert zoveel als mogelijk de
projecten af te stemmen op de doelstellingen
van het zonaal veiligheidsplan.
Beschrijving:
Dit project staat in voor de kwaliteitszorg en
de
interne
evaluatie
van
de
preventieprojecten van de stad Brugge.
Uit de analyse werden 3 problemen of
werkpunten gedestilleerd:
1. (Te)
weinig
integratie
van
(effect)evaluatie in de dagelijkse
werking van de projecten,
2. Hoe evaluatie sexy, aantrekkelijk en
tot
een
behoefte
maken
van
medewerkers,
3. Moeilijkheden
bij
opbouw
en
uitwerking van project(onderdelen),
organisatie, uitvoering en evaluatie
van acties,
4. Bewaken afstemming tussen de
inhoud en doelstellingen van het
veiligheidsen preventieplan op de
inhoud en doelstellingen van de
projecten.
Evaluatie - planning
2012 werd traditiegetrouw aangevat met het
afwerken van de jaarlijkse evaluatie (van
2011) en de planning van de acties in de
projecten voor 2012.
Eind januari/begin
februari kon de evaluatie van 2011 afgerond
worden.
jaar met de evaluatie van de uitgevoerde
acties kon worden gestart.
Eind 2012 werd op basis van de ingevulde
projectfiches het werkjaar afgesloten zoals
het begon namelijk met evaluatie en planning
(maar dan met het oog op het werkjaar
2013).
In juni werden vervolgens de nieuwe
projectfiches aan de medewerkers ter
beschikking gesteld zodat reeds tijdens het
26
in het infomapje te voorzien. De verwerking
van deze formulieren gebeurde door de intern
evaluator.
Link Actieplan 2013 op www.brugge.be
Veiligheidsberek
Reeds vorig jaar kwam de preventieraad niet
meer bijeen. De feedback over het SVPP en
over
het
werkingsverslag
wordt
nu
geagendeerd op het veiligheidsberek. De
feedback over 2012 wordt gepland op het
berek van april.
Ondersteuning projecten
De projecten werd eveneens de mogelijkheid
geboden om beroep te doen op de intern
evaluator om acties te helpen evalueren,
informatie
aan
te
leveren
m.b.t.
projectspecifieke items of om bevragingen te
organiseren. Op deze uitnodiging werd
ingegaan, maar ook de intern evaluator
speelde hier een actievere rol in. Zo werden
bijvoorbeeld
bierkaartjes
als
evaluatieinstrument geïntroduceerd en werd bij de
collega’s langsgegaan om hen te bevragen
omtrent
registratie,
bevragingen
en
processen. Uit deze bevraging worden
aanknopingspunten gezocht om medewerkers
ook daadwerkelijk te ondersteunen. Een
eerste
aanzet
werd
gegeven
in
de
Fietsendienst en in het project Reinheid
Openbaar Domein om er volgens de principes
van LEAN verbeteringen aan te brengen.
8 vormen van verspilling te bannen ikv LEAN
verbetertraject
Qua
ondersteunende
bevragingen
en
evaluaties werd het volgende ondernomen:
afname en verwerking evaluatie bierkaartjes
autoloze
zondag
en
de
zomeren
wintercampagne positief uitgaan. Projecten
werden verzocht om steevast bij elke
vorming en infosessie een evaluatieformulier
Bierkaartje ter beschikking voor projecten om kort en
snel feedback te vragen van ‘klanten’
In Zeebrugge werd in het voorjaar, samen
met een stagiair criminologie, de sociale
cohesie in de verschillende wijken van
Zeebrugge, de effectiviteit, het aanbod, de
werking en de communicatie van het
buurtcentrum d’Oude Stoasie onder de loep
genomen.
De
medewerkers
van
het
buurtcentrum en het bestuur kregen hierover
feedback.
Bij de dispatchers van de werkstraffen werd
in 2012 gestart met een bevraging van het
cliënteel over de organisatie en ervaringen
van de uitvoering van de werkstraf. Voorlopig
werden nog te weinig cliënten bevraagd om
er conclusies uit te trekken en met de
informatie aan de slag te gaan.
Tot slot werden ook nog de voorbereidingen
getroffen om in 2013 te starten met een
bevraging
van
Bruggelingen
die
een
technopreventief advies kregen. Bedoeling is
vooral
de
effectiviteit
van
het
technopreventief advies na te gaan.
In het aanleveren van informatie ten behoeve
van de projecten voor het uitwerken van hun
analyses, werd dit jaar minder geïnvesteerd.
Wel beschikt de intern evaluator over heel
wat cijfermateriaal die jaarlijks wordt
geüpdatet en die ter beschikking staat van de
medewerkers bv. indicatoren kansarmoede,
stallingen fietsdiefstal, investeringen i.k.v.
fiscale aftrek inbraakwerende maatregelen,
enz.
Tot slot
praktisch
worden een aantal projecten
ondersteund. Zo werd bv de
27
overeenkomst met het werkvloerproject
aangepast naar een resultaatsverbintenis
i.p.v. een intentieverklaring en werd voor de
gemeenschapswachten gesleuteld aan het
protocol met de politie. I.k.v voetbalgeweld
werd meegewerkt aan de fanvillage voor de
wedstrijd
Club-New
Castle
en
werd
gemodereerd
i.k.v
het
onderzoek
maatschappelijk kwetsbare jongeren.
Vlaams evaluatieplatform
In 2012 werd het Vlaams evaluatieplatform
(VEP) nieuw leven in geblazen n.a.v. een
rapport over de inhoud van de SVPP’en in de
verschillende steden. Conclusie van het
rapport is dat de inhoud van de plannen zich
voornamelijk
concentreert
op
output
indicatoren en veel minder en te weinig op
outcome (effect) indicatoren. Het VEP heeft
als doelstelling de informatie-uitwisseling
tussen de verschillende intern evaluatoren te
versterken en samen instrumenten te
ontwikkelen voor (effect) evaluatie in – en
over de verschillende steden heen.
Extranet VVSG voor het uitwisselen van info tussen
intern evaluatoren
Rapportage
Een grote kluif was er dit jaar aan de opmaak
van de Lokale Veiligheidsdiagnose 2012 (LVD
2012). De LVD 2012 is een instrument om de
lokale
veiligheidsprioriteiten
voor
de
toekomst te bepalen. In het licht van de
opmaak
van
een
nieuw
strategisch
veiligheidsen preventieplan zal het ook als
leidraad dienen. De opmaak van de LVD
verliep in nauwe en zeer goeie samenwerking
met de strategisch analist van de lokale
politie en de preventieambtenaar. Samen
met hen werd een sleutelfigurenbevraging
georganiseerd en een veiligheidsmatrix
opgesteld.
De
daaruit
voortvloeiende
fenomenen werden vervolgens individueel
gecontextualiseerd
en
van
bijkomende
nuttige info voorzien.
Omwille van instructies dat zowel het SVPP
en het Zonaal veiligheidsplan (politie) pas
klaar moet zijn tegen januari 2014, werd de
LVD 2012 nog niet voorgesteld aan het
bestuur en de zonale veiligheidsraad. Ze zal
bovendien nog een update krijgen en nodig
hebben in 2013 om actueel te zijn en met de
juiste informatie de komende 4 jaar aan de
slag te gaan.
Matrix Resultaat : 2012
Rang
Fenomeen
Score
1
Drug (bezit, gebruik, handel)
2
Diefstal : inbraak in gebouwen
3
Slagen en verwondingen (buiten familie)
4
Diefstal : zakkenrollerij
5
Verkeer : alcohol
6
Diefstal : fietsdiefstal
7
Inbreuken met bestuurlijke afhandeling (GAS)
8
Intrafamiliaal geweld
9
Vernielingen of vandalisme
10
Jeugdproblematiek (spijbelen, mishandeling,e.d.)
11
Verkeer : snelheid
12
OO - voetbal
Top
voortvloeiend
uit de berekening
13 10 fenomenen
Vreemdelingenwetgeving
:inbreuken
inzake toegang
van de Veiligheidsmatrix 2012
14
Dronkenschap
15
Diefstal : andere zonder braak of geweld
16
Milieu (afval
en rommel
op straat)
In augustus
2012
kregen
we ook opnieuw
17
Verkeer : parkeren
bezoek
van
onze
(nieuwe)
lokaal
adviseur die
18
OO - Steun aan Justitie
lovend
was
over
de
voortgang
in
de Brugse
19
Verkeer : ongevallen
preventiedienst.
In gebeurtenis
maart 2013 wordt
20
OO - Gerechtelijke
21
Diefstal
: winkeldiefstal
opnieuw
een
activiteitenverslag
en
22
Verkeer
: agressie
aangevulde
boordtabellen
verwacht.
23
Verkrachting of aanranding
Het 24SVPP zelf werd in 2012 een eerste maal
Belaging
met256 maand
verlengd en een tweede maal
Nachtlawaai
met26 een
jaar inzake
nl. racisme
van 01/07/2012 tot
Inbreuken
27
Bedreiging van
personen (mondeling)
30/06/2012.
Hiervoor
werden
de
28
Ontvluchting
van gevangenen
noodzakelijke
wijzigingen
aangebracht.
29
Grafitti
30
Smaad of weerspannigheid tegen overheidspersonen
Uitdagingen
31
Diefstal2013:
: diefstal uit voertuig
Voor
de lijn van 2012
32 2013
Andere wordt
33
Hold-up
verdergezet
wat concreet betekent:
Verkeer : overlast (geluid
• 34 Ondersteuning
van/ drukte)
de projecten op
35
Diefstal : handtasdiefstal + grijpdiefstal
vlak36 vanOpenbare
evaluatie,
informatievergaring
en
zedenschennis
kwaliteitszorg
37
Diefstal : autodiefstal
• 38 Uitvoeren
van informatieve
deelfacetten
OO - Recreatieve, religieuze,
gebeurtenis
39
Moord of doodslag
positiebepaling
INK op dienstniveau =>
40
Verkeer : andere
medewerkerstevredenheidsenquête
41
Informaticacriminaliteit
• 42 Jaarlijkse
evaluatie zowel t.a.v. het
OO - Andere sportgebeurtenis
SLIV
intern (met als
uitdaging
het zoeken
43 als Wapenwetgeving
(bezit,
gebruik, handel)
naar44 methoden
om gebeurtenis
evaluatie tijdens jaar
OO - Commerciële
45
Oplichting
of verduistering
levendig
te houden
en/of reeds uit te voeren)
OO - Protocollaire
gebeurtenis
• 46 De
finalisering
van
de
lokale
47
Valsheid in geschriften of valsmunterij
veiligheidsdiagnose
en
de
opmaak
van
een
48
Brandstichting
nieuw
49 SVPP
Inbreuken inzake privacy
50
Inbreuken tegen dierenbescherming
51
Schending van de eer
52
OO - Andere
53
OO - Bedreigingen
54
Pornografie, aanzetting of uitbuiting ontucht
55
OO - Ramp
56
OO - Politieke gebeurtenis
57
Diefstal : bromfietsdiefstal
58
OO - Arbeidsconflict
59
Oneerlijke handelspraktijken
28
75,09
70,90
56,45
52,78
48,80
48,50
42,90
40,09
39,44
39,28
36,06
35,76
32,36
27,17
26,92
25,14
24,81
24,43
20,43
20,40
20,14
19,85
19,63
18,61
18,40
18,10
17,41
16,58
16,13
16,12
15,96
15,74
14,96
14,77
14,03
13,97
13,87
13,64
13,05
12,89
12,61
12,14
11,54
11,26
10,81
10,67
10,44
10,42
9,56
9,47
9,40
9,24
9,05
9,02
8,55
8,39
8,19
7,99
7,69
III. LUIK DADER- EN SLACHTOFFER GEORIENTEERDE
PROJECTEN
29
30
Reinheid openbaar domein
-
Pijler binnen het veiligheidsen
preventieplan 2012-2013:
In de jaren ’90 werd Brugge geteisterd door
een enorme graffitiplaag. De stad werkte
hiervoor een geïntegreerd graffitibeleid uit op
basis van 3 pijlers: preventie, repressie en
curatie. Het beleid was en is een succes en
behoeft een blijvende aandacht.
Het
veiligheidsen preventieplan voorziet dan
ook onder Fenomeen 4: Jeugdcriminaliteit
volgende strategische doelstellingen:
1. De
negatieve
gevolgen
van
slachtofferschap doen afnemen.
2. Potentiële daders van overtredingen
ontraden.
3. Een
integrale
en
geïntegreerde
aanpak bevorderen.
Sophie De Meyer, maatschappelijk assistent
(niveau B), fulltime
Stijn Colenbier, technisch assistent (niveau
C), fulltime
Beschrijving:
Via allerlei acties is er aandacht voor het
proper en rein houden van het openbaar
domein en voor respect van andermans
goederen. In het bijzonder is er aandacht
voor
de
fenomenen
graffiti,
aanplakkingen/wildplakken,
wildplassen,
onkruid, hondenpoep en zwerfvuil.
Er is een nauwe samenwerking met volgende
instellingen:
lokale politie, gemeenschapswachten,
jeugddienst,
dienst
leefmilieu,
informatiedienst,
sportdienst
en
monumentenzorg naar het inventariseren
van illegaal aangebrachte graffiti (project
graffiti)
gemeenschapswachten en groendienst
(project onkruid)
dienst
vergunningen,
betreffende
organisaties (project wildplassen)
lokale politie, gemeenschapswachten,
dienst leefmilieu (project hondenpoep)
dienst leefmilieu, groendienst (project
zwerfvuil)
-
Er is geen rechtstreekse link of afstemming
t.a.v. het ZVP. Desondanks is er toch sprake
van een vlotte samenwerking omtrent het
vaststellen
en
opvolgen
van
graffitivandalisme.
Het project richt zich op:
A. Graffiti als illegaal opschrift zorgt voor
heel wat frustratie. Slachtoffers hiervan
zijn
veelal
openbareen
stadseigendommen. Daarnaast worden
echter ook private woningen beklad. Het
illegaal
spuiten
wordt
enerzijds
uitgevoerd door jongeren, die meer
plaats willen om legaal graffiti te kunnen
spuiten en anderzijds door jongeren die
spuiten voor de kick en/of uit rebellie
tegen het openbaar gezag.
B. Sedert 2002 stellen we een toename van
aanplakkingen (affiches, stickers, …)
vast. Vooral de rage van de stickers lijkt
ook in Brugge beland te zijn.
Het
oneigenlijk gebruik van de aanplakzuilen
(politieke
of
louter
commerciële
boodschappen) werkt storend.
C. Wildplassen wordt vooral in een
stedelijke context als storend ervaren en
als een gebrek van respect voor
andermans eigendom. Het gros van de
feiten
vindt
plaats
tijdens
de
weekendnachten (20u tot 8u). In 2005
was het gemiddelde aantal PV’s per
maand 8 tijdens deze momenten en in
2007 was dit nagenoeg hetzelfde nl.
gemiddeld 7 per maand.
D. Onkruid: Het gebruik van pesticiden
werd voor steden en gemeenten aan
banden gelegd. Daarom wordt de
bevolking zelf gemobiliseerd om storend,
woekerend onkruid voor of aan de eigen
gevel te verwijderen. De aanpak legt
meteen
een
deel
van
de
verantwoordelijkheid voor een propere,
nette en verzorgde buurt bij de bevolking
zelf.
31
E. Hondenpoep: Met dagelijks duizenden
bezoekers, pendelaars en wandelende
Bruggelingen is het nodig stoepen,
wandelpaden, parken en pleinen vrij te
houden van hondenpoep om vervelende,
frustrerende en storende situaties te
vermijden.
F. Zwerfvuil:
Een
verloederde
en
onverzorgde buurt is een risicofactor
m.b.t. bepaalde (eigendoms)delicten.
Vanuit dat oogpunt draagt het beperken
van zwerfvuil bij aan het bekomen van
een propere, nette en verzorgde buurt en
heeft op die manier een preventieve
werking.
Algemeen
In 2012 werd het project ‘Reinheid Openbaar
Domein’ verder bestendigd. Omdat het
project
tegemoet
komt
aan
de
(wetenschappelijke) vaststelling dat bepaalde
(eigendoms)delicten sneller plaatsvinden in
verloederde,
onverzorgde
en
gedesorganiseerde buurten, dient er frequent
en vernieuwend te worden opgetreden: 1.
frequent daar een systematisch aandoen van
probleemlocaties op zich ontradend werkt en
2. vernieuwend, omdat een boodschap in een
nieuw kleedje makkelijker geconsumeerd
wordt en rapper de aandacht trekt dan een
déjà-vue realisatie. Het project richt zich op
de fysieke leefomgeving en streeft naar het
voorkomen en verwijderen van graffiti,
wildplakkingen
en
onreglementaire
aanplakkingen, wildplassen, reine stoep
(onkruid/bladeren/sneeuw), hondenpoep en
zwerfvuil.
Het aantal verwijderde m² is zowel in de
deelgemeenten als in de binnenstad opnieuw
gedaald in vergelijking met vorig jaar. Er valt
duidelijk op te merken dat er een algemene
daling is van het aantal m² aangebrachte
illegale graffiti in de binnenstad: van 2010
naar 2011 een daling van 18,6%, van 2011
naar 2012 opnieuw een daling van maar liefst
31%. In de deelgemeenten is er een daling
van 21% in vergelijking met 2011. Ook is er
een spectaculaire daling in de deelgemeente
Sint-Kruis vast te stellen, een daling van
maar liefst 74%.
De artistieke uitwerking van de dugouts op
het domein de Gulden Kamer heeft als
preventieve opzet haar ‘doel’ zeker niet
gemist.
Graffiti
De hoofdmoot binnen het project blijft nog
steeds de opvolging van het graffitibeleid.
Het aantal meldingen loopt parallel in
vergelijking met vorig jaar: 601 in 2011 en
621 in 2012. Wel is het zo dat er meer
locaties worden aangedaan dan dat er
meldingen worden doorgegeven. Er werden
dit jaar 872 locaties aangedaan, gelijklopend
aan vorig jaar. Toen werden er 880 locaties
aangedaan.
Nieuwe look dugouts Gulden Kamer
Aantal aangebrachte en verwijderde m² de voorbije 6
jaar
In 2012 werd de hotspot ‘Daverlo’ aangepakt.
In 2012 werden er geen illegale daders
graffiti gevat en kan er ook worden
geconcludeerd dat de recidiverende graffiti
die al 4 jaar hangende was, volledig is
verdwenen. De ‘die hards’ zijn ofwel gestopt
met graffiti of hebben zich in het legale
cirquit gevoegd. Op creatief gebied werden er
32
opnieuw
enkele
mooie
projecten
gerealiseerd: in augustus werden de 2
dugouts op het domein Daverlo, die in het
verleden veelvuldig werden gevandaliseerd
en beklad met graffiti, met kunstige graffiti
uitgewerkt. Tot op heden zijn ze nog steeds
vrij van illegale graffiti. Daarnaast werd ook
de Boeverietunnel tijdens het weekend van
de Autoloze Zondag opnieuw in kunstige
graffiti gestopt. Ook de muur aan het nieuw
politiekantoor werd ook verfraaid met heuse
graffitipieces. Deze muur heeft symbolisch
aan dat er geen ‘muur’ hoeft te staan tussen
de politie en deze jongerencultuur. Met
begrip en dialoog kunnen edelere paden
bewandeld worden.
overeenkomst opgemaakt tussen de stad en
de organisator. Het precies aantal sanitaire
voorzieningen wordt bepaald alsook de
inplantingsen
aansluitingsplaats.
De
toegepaste
subsidieregeling
maakt
het
project meer werkbaar en het is minder
arbeidsintensief qua opvolging. In het
verlengde van dit project werd ook een
werkgroep publiek sanitair opgericht om
infrastructurele verbeteringen aan te brengen
op kwantitatief en kwalitatief vlak alsook de
toegankelijkheid,
signalistiek
en
communicatie en ordehandhaving.
Onkruid
In
2010
werd
gestart
met
een
sensibiliseringsactie rond onkruidbestrijding
in greppels, op voetpaden en tegen gevels.
De bewoners die een onverzorgde stoep
hebben, worden hierbij in verschillende
stappen door de gemeenschapswachten
gesensibiliseerd: 1. sensibiliseringskaart, 2.
ongetekende brief, 3. getekende brief en 4.
GAS-vaststelling.
Uitbreiding graffitimuur dankzij het nieuwe
Politiehuis
Ook in 2013 willen we opnieuw werk maken
van het uitwerken van een aantal hotspots en
de andere wand van de Boeverietunnel. Een
aandachtspunt naar infrastructuur is blijvend
aandacht
hebben
voor
het
dagelijks
onderhoud van de machine.
Een goeie
werking komt door een goed onderhoud en is
niet onbelangrijk!
Aanplakkingen
Wat betreft de aanplakkingen (wildplakken)
zien we in vergelijking met voorgaande jaren
voor het eerst een spectaculaire daling: er
werden in totaal 522 controles uitgevoerd en
slechts 84 overtredingen werden vastgesteld.
We kunnen hier spreken van een daling van
156%. De overtredingen gaan vaak over
kleine organisaties. De goede communicatie
met de aanplakfirma’s en de gerichte
sensibilisering van de voorgaande jaren geeft
nu zichtbaar zijn effect.
Wildplassen
In 2012 werd tijdens de zomermaanden
opnieuw voorzien in plasinfrastructuur tijdens
6 evenementen: Brugge feest, Red Rock
Rally, 11 juli komitée, Tripeldagen, Polé Polé
en Vama Veche.
Daarvoor werd een
Voorbeeld van onkruidvaststelling
Tussen alle stappen zitten er steeds 14 dagen
als antwoordtermijn. Indien men de stoep
intussen proper heeft gemaakt, ontvangt
men een bedankingskaart. In vergelijking
met de voorgaande jaren is er een
aangroeiende verhoogde respons: 75% in
2010, 87% in 2011 en 91% in 2012. Een duo
van gemeenschapswachten zorgt voor een
constructieve opvolging op terrein. Nieuw
accent binnen het project ‘Propere stoep’ is
het tussenkomen bij sneeuwruimen bij de
doelgroep + 75 jaar die minder mobiel is en
geen beroep kan doen op familie, buren,
vrienden en kennissen. De Preventiedienst
zorgt voor de dispatching naar Groep Intro,
WOK en ZOC@home en voorziet zelf in een
vlinderfunctie via de persoon die instaat voor
de graffitiverwijderingsopdrachten. Nieuw dit
jaar was het inschakelen van de sociale
33
tewerkstellingspartners
tegen betaling.
Sobo
en
Arcotec
Hondenpoep en zwerfvuil
Het hondenpoepproject maakte dit jaar ook
gebruik van een sjabloon. Dit sjabloon wordt
aangebracht waar de plaatsing van een bord
eventueel hinder zou veroorzaken voor
blinden en mensen met een beperking.
Vanuit het breder zwerfvuilverhaal werd een
actieplan uitgewerkt, waar ingezet wordt op
een sensibiliserend, curatief en repressief
luik.
Uitdagingen 2013
Voor het project Reinheid Openbaar Domein
zijn er opnieuw een aantal grote uitdagingen:
het
continueren
van
het
graffitiverwijderingsbeleid,
hotspotlocaties
‘Ten Poele’ en ‘sportterrein Koolkerke’ van
kunstige graffiti voorzien alsook de andere
wand van de Boeverietunnel tijdens het event
Autoloze Zondag. Het continueren van het
actieplan rond ‘zwerfvuil’ met uitdagingen
rond het betrekken van broodjeszaken bij het
sensibiliserende luik, het op vaste tijdstippen
verplaatsen
van
sensibiliseringsborden
zwerfvuil
en
hondenpoep
op
nieuwe
overlastlocaties en het uitwerken van een
uniforme
aanpak
rond
peukenoverlast.
Binnen de werkgroep publiek sanitair zullen
krijtlijnen uitgetekend worden naar aanpak
en sanering infrastructuur alsook naar
bekendmaking en toegankelijkheid. Binnen
het onkruidproject en het project van de
aanplakzuilen geloven we in een nog hogere
positieve respons.
De rode draad binnen het project ‘Reinheid
Openbaar Domein’ blijft het kosteloos, snel
en efficiënt tussenkomen om overlast in te
perken en zo erosievandalisme zoveel als
mogelijk te bannen.
Mensen raken
gemotiveerd:
een propere omgeving
stimuleert immers positief gedrag en de
preventiewerkers
worden
verder
gestimuleerd binnen deze positieve werking.
Nieuwe affiche campagne zwerfvuil
34
Positief uitgaansklimaat
-
De
stad
Brugge
telt
heel
wat
uitgaansgelegenheden in het stadscentrum.
Gezien deze stad in een relatief kleine
oppervlakte
deze
uitgaansfunctie
moet
combineren met een toerisme-, woon-, werken shoppingfunctie is een goede onderlinge
afstemming
en
overlastbeperking
noodzakelijk.
Via
onderstaande
doelstellingen onder fenomeen 6: Sociale
overlast van het plan wordt gewerkt aan
straatlawaai, klein vandalisme, wildplassen,
wildparkeren, dronken sturen en gebruik van
alcohol en/of drugs.
1. Strategische
doelstelling
1:
Potentiële daders van overtredingen
ontraden.
2. Strategische doelstelling 2:
Een
integrale en geïntegreerde aanpak
bevorderen.
Piet De Ville, Horecacoach (niveau
fulltime.
B),
Beschrijving:
Met dit project wordt geprobeerd in het
Brugse uitgaansleven een positief klimaat te
brengen. Daarbij beoogt het project zowel de
overlast vanuit het uitgaanswereldje, als het
individuele gezondheidsperspectief van de
cafégangers.
Er
is
een
nauw
overleg
en
informatiedoorstroom met de Lokale Politie,
vertegenwoordigers
horeca,
CGG,
jeugddienst, jeugdraad via de stuurgroep.
Nauwer contact met individuele cafébazen is
er via coaching. Verder contacten met
stedelijke en andere diensten i.f.v. Punctuele
dossiers.
-
Het project sluit nauw aan bij de prioriteit
'Weekendoverlast in uitgangsbuurten' van het
lokaal veiligheidsplan. Daarmee wil men de
overlast die door sommige uitgaanders en
feestvierders bij nacht veroorzaakt wordt
beheersen en reduceren. Verder is de
horecacoach ook betrokken bij de prioriteit
'Verkeer: snelheid en alcohol'.
Het probleem lijkt zich vooral te concentreren
op het vlak van een verkeerde attitude bij
een bepaald uitgaanspubliek. Deze plaatsen
hun wagen verkeerd, plassen tegen gevels en
auto’s en kruipen zwaar dronken in hun
wagen. Het gaat hier voor alle duidelijkheid
niet
om
een
meerderheid
van
het
uitgaanspubliek.
Ons
baserend
op
de
bovenstaande
probleemanalyse besluiten we dat het project
zich vooral moet richten op:
Geweldpleging.
Algemene
overlast
(parkeren,
wildplassen, nachtlawaai).
Problematisch gebruik van alcohol en
illegale middelen.
Ook in 2012 werd in het project Positief
Uitgaansklimaat verder gewerkt op het elan
dat in mei 2002 met “+café” werd
uitgestippeld. Het project kwam ook dit jaar
regelmatig op een positieve manier onder de
(pers)aandacht.
De werking van het +café project werd
positief geëvalueerd. Verschillende partners
kwamen onder meer via de stuurgroep tot
een
gestructureerd
overleg,
er
werd
regelmatig relevante informatie uitgewisseld
en tot gecoördineerde acties gekomen.
Uiteraard werden ook de directe contacten
met de uitbaters via de plaatsbezoeken
verder gezet.
Het thema ‘veiligheid en sfeerbeheer’ in en
rond de zaak kwam sterk naar voor in dit
werkingsjaar.
Er kwam daarover een
specifieke brochure en de gesmaakte
35
nieuwjaarsreceptie in de Factor Club stond in
dit thema.
Link alcoholconsumptieverbod op www.brugge.be
In 2012 werden we volop geconfronteerd met
de
lokale
gevolgen
van
bovenlokale
maatregelen zoals het algemene rookverbod
in de horeca maar ook de aanloop naar de
nieuwe geluidsnormen die ingaan vanaf 1
januari 2013.
Wat het rookverbod betreft, werd ingespeeld
op de nood aan geschikte infrastuur om het
buiten roken te faciliteren. Binnen het + café
project zelf kregen alle gelabelde uitbaters
een degelijke wandasbak cadeau. Voor de
horecafederatie
werd
een
budget
uitgetrokken om hen te ondersteunen bij een
groepsaankoop van hetzelfde model asbak
zodat een uniform model goedkoop kan
aangeboden worden aan de uitbaters.
Tevens werd de horecafederatie door ons
ondersteund in de uitwerking van een charter
waarbij de uitbaters zich engageren om op
een verstandige manier om te gaan met het
rookverbod en dan vooral het aspect van
buiten roken.
Persartikel mbt nieuwjaarsreceptie +café-uitbaters en
voorstelling horecagids ‘veiligheid en sfeerbeheer’
Daarnaast was er ook vruchtbaar overleg met
de
uitbaters
van
de
uitgaansbuurten
Eiermarkt, Kuipersstraat, ’t Zand en de
Langestraat-Hoogstraat.
Ook daarbij veel
aandacht voor veiligheid en sfeerbeheer, met
respect voor de buurt.
Daarop aansluitend werd specifieke aandacht
gevraagd voor de netheid van de omgeving
en
werd
er
geappelleerd
aan
de
verantwoordelijkheid van de uitbaters (van
cafés, nachtwinkels en snackbars) op dat
vlak.
Aansluitend op alarmerende berichten over
incidenten in en rond de Kuipersstraat
besliste het stadsbestuur, op aangeven van
de
lokale
politie,
om
een
alcoholconsumptieverbod op het openbaar
domein in te voeren in het weekend na 23u.
De preventiedienst stond mee in voor de
inhoudelijke
uitwerkingen
en
de
bekendmaking via flyers en affiches.
Horecagids mbt nieuwe geluidsnormen
Wat de nieuwe geluidsnormen betreft werd
een specieke brochure uit de reeks ‘gids
positief uitgaan’ gepubliceerd over dit
onderwerp.
Daarnaast werd er eind
september ook een infosessie voor de café
36
uitbaters georganiseerd; met
opkomst van onze doelgroep.
een
mooie
Link brochure “nieuwe geluidsnormen” op
www.brugge.be
Ook sensiblisering van het uitgaanspubliek
kwam aan bod met voornamelijk aandacht
voor alcohol in het verkeer. Zowel tijdens de
drukke
zomerevenementen
als
in
de
eindejaarsperiode werd er een campagne
uitgewekt met zowel een interactieve actie op
het terrein als bredere aanwezigheid via
affiches, display’s en een krantenadvertentie.
2012 was ook het jaar waarin werd
vooruitgeblikt naar een nieuwe legislatuur.
Voor de stuurgroep + café betekende dit dat
er
werd
gebrainstormd
over
een
toekomstvisie voor het horecaproject en zelfs
voor een uitgaansbeleid voor de stad. Dit
leverde enkele interessante denkpistes op die
in 2013 verder zullen uitgewerkt worden na
feedback van het nieuwe stadsbestuur.
Uitdagingen 2013
Naar 2013 willen we aan het nieuwe
stadsbestuur een voorstel doen om een
beleidsplan uitgaan verder uit te werken en
ons daarin te laten bijstaan door een
gespecialiseerd onderzoeksbureau.
Ook op het vlak van vormingen zetten we
onze
inspanningen
verder
met
een
herneming van de populaire agressievorming
en (indien voldoende interesse en indien
haalbaar) een uit te werken vorming over
illegale middelen in het uitgaansleven. Wat
sensibilisering betreft zal er, naast de
klassieke thema’s, ook aandacht zijn voor
zwerfvuil in de uitgaansbuurten.
Enkele deelnemers BOB-wintercampagne
37
Inbraakpreventie
-
Het project richt zich op fenomeen 1 van het
veiligheidsen preventieplan.
Het is de
bedoeling enerzijds de veiligheid van de
burger te verhogen (door het voorkomen van
inbraken en inbraakpogingen), en anderzijds
het onveiligheidsgevoel dat veroorzaakt
wordt door dit fenomeen weg te werken of te
verminderen.
Eva Cocquyt, preventiewerker (niveau B),
fulltime
luik. We werken vaak samen met diverse
educatieve, socio-culturele organisaties voor
het geven van voordrachten betreffende
inbraakpreventie. Vanuit het SLIV krijgen we
ondersteuning in de vorm van didactisch
materiaal en vormingen. Eveneens werken
we nauw samen met externe bedrijven zoals
slotenmakers,
met
andere
lokale
politiekorpsen om op de hoogte te blijven van
de nieuwe ontwikkelingen, het gebruik van
didactisch materiaal, e.a. Een nieuwe partner
is de Provincie met de Lokale Ronde Tafel
Technopreventie.
-
Beschrijving:
Preventie van inbraak in gebouwen door
Brugse burgers te wijzen op risicogedrag,
risico's, beveiligings-mogelijkheden en het
stimuleren van preventieve gedragingen.
Er wordt voornamelijk samengewerkt met de
lokale politie, meer specifiek de coördinatiecel
gerechtelijke
politie
en
andere
preventiemedewerkster binnen het politionele
Het project sluit nauw aan bij de prioriteit
'inbraken in gebouwen' uit het lokale
veiligheidsplan. Met dit punt worden inbraken
in bewoonde huizen ontmoedigd. Preventie
van inbraak is daarbij expliciet ingeschreven
en ingeschakeld in het Veiligheidsplan. De
technopreventief adviseur neemt deel aan de
werkgroep inbraak waarbij, bij de opbouw
van de actieplannen preventie prioritair wordt
ingeschreven.
Het project moet zich vooral richten op
beveiliging van woningen via het OFEMplan (=organisatorische-, bouwkundige- ,
elektronische en meldingsmaatregelen). Het
moet er eveneens voor zorgen dat er
voldoende
beweging,
zichtbaarheid
of
sociale controle is in de onmiddellijke
omgeving van de woning.
Ook de inbraken bij zelfstandigen en
KMO’s mogen niet uit het oog verloren
worden. Met het accessprogramma worden
deze inbraken strikt bijgehouden. Er is een
duidelijk zicht op het aantal inbraken in zowel
winkels, bedrijven, …
Na het historisch laag inbraakcijfer in 2008
kent het fenomeen sindsdien weer een
gestage stijging.
Algemeen
2012 was jammer genoeg niet het beste jaar
op het gebied van het aantal inbraken. In
gans Vlaanderen zijn de inbraken gestegen
en ook in Brugge. Dit jaar hadden we 427 in
inbraken in woningen t.o.v. vorig jaar 315.
Deze cijfergegevens worden perfect
bijgehouden door het gebruik van meerdere
instrumenten zoals accessdatabases, ISLP en
de federale databanken. Samen met de
strategisch analist en de LOD worden de
inbraken dagelijks opgevolgd en besproken.
38
Overzicht inbraken in woningen de afgelopen 6 jaar
Hercontactname
Als gevolg van de stijgende inbraken kregen
de wijkinspecteurs weer heel wat hercosi’s uit
te voeren en kreeg ikzelf ook redelijk veel
spontane
aanvragen
voor
een
beveiligingsadvies.
Opnieuw weten heel wat particulieren onze
diensten te vinden. Mond-tot-mond reclame
is hiervan de grootste oorzaak, maar ook
meer mensen vinden de weg naar het
internet en contacteren ons daarna per mail.
Daarom is het ook zo belangrijk om de
website up to date te houden. Ook de
wijkinspecteurs verwijzen steeds vaker door
en willen ook graag aanwezig zijn bij de
adviezen.
Dit is zeker aan te raden voor de nieuwe
wijkinspecteurs. In 2012 hadden we 4 nieuwe
wijkinspecteurs.
Zij
krijgen
allen
een
stoomcursus met de nodige theorie, maar de
praktijk is natuurlijk veel belangrijker.
Spontane adviezen
Dit jaar werden er 60 spontane adviezen in
woningen gegeven en 14 adviezen in andere
gebouwen, zoals o.a. kleine zelfstandigen
(dagbladhandels,
kruideniers,
…),
een
drukkerij,
openbare
gebouwen,
het
boudewijnpark, … De locaties kunnen dus
heel hard variëren en dat maakt het
natuurlijk heel interessant.
Infobrochure fiscale aftrek voor beveiliging van
woningen
Gelukkig kan ik rekenen op een goed netwerk
en
goede
contacten
met
collega
diefstalpreventieadviseurs. Bij het geven van
adviezen in andere gebouwen dan woningen
is dit soms wel nodig. Je komt immers vaak
zaken tegen waarop je niet meteen een
antwoord hebt. Daarom is het belangrijk om
ook vertegenwoordigd te zitten in enkele
werkgroepen over specifieke thema’s. In
2012
werd
de
werkgroep
‘sociale
huisvestingen’ opgestart vanuit het SLIV en
werd
al
een
kennismakingsvergadering
georganiseerd. De verdere invulling van die
werkgroep zal gebeuren in 2013. Voor onze
dienst is deze deelname heel interessant,
gezien we ook van plan zijn om de
samenwerking
met
de
sociale
huisvestingsmaatschappijen opnieuw op te
nemen.
Persartikel Brugsch Handelsblad 17/02/2012
Hangfolders en brochures
39
Dit jaar werden er ook heel wat folders en
brochures verdeeld. Dit gebeurde tijdens
voordrachten en infosessies, maar meestal
tijdens evenementen. In augustus hadden we
opnieuw de opendeurdag van de brandweer.
Daar
werden
maar
liefst
360
inbraakpreventiebrochures verspreid. Dit is
heel veel, rekening houdend met het feit dat
het slechts over een namiddag gaat. In
september stonden we met een kleine stand
op de opendeurdag van de politie Assebroek
voor de opening van hun nieuw gebouw. Ook
hier werden een kleine 400 brochures
inbraakpreventie verdeeld. Eveneens vroegen
veel mensen een beveiligingsadvies aan. Op
de beurs Bouwen Wonen Nu was het dit jaar
een stuk kalmer dan vorige jaren. Toch is dit
een evenement waaraan we zeker moeten
blijven deelnemen. We kunnen gewoon niet
ontbreken op een Brugse bouwbeurs.
Infostand inbraakpreventie op de beurs ‘bouwen
wonen nu’
mooie geldprijs voor de winnaar bleek niet
meer aan te trekken. Integendeel, nu
kwamen
de
bezoekers
specifiek
om
informatie vragen, terwijl vroeger ze de quiz
invulden uit een soort verplichting en er dan
vlug vandoor gingen. Het afschaffen van de
quiz bleek dus niet zo slecht te zijn, al zou ik
volgend jaar toch graag een alternatief willen
bedenken.
De voordrachten en infosessies waren dit jaar
ook eerder beperkt. Dit is een bewuste
keuze, omdat we niet iedereen kunnen
tegemoetkomen in hun vragen. We gaan ook
pas in op de vraag wanneer we zekerheid
hebben op een minimum van 20 deelnemers.
De onderwerpen waren ook dit jaar
inbraakpreventie en diefstalpreventie. Eind
dit jaar kwam er op vraag van de Brugse
hoteliers een infoavond over diefstalpreventie
in hotels. En in september werden we ook
gevraagd om enkele workshops te geven in
de School voor bestuursrecht voor de dag
van de Gemeenschapswacht.
Uitdagingen 2013
De grootste uitdaging volgend jaar is om het
project inbraakpreventie uit te breiden naar
diefstalpreventie. Het takenpakket is in de
praktijk eigenlijk al veel ruimer dan enkel
maar
inbraakpreventie, maar
met
de
naamswijziging
van
technopreventief
adviseur naar diefstalpreventieadviseur is het
logisch om ook de extra taken te gaan
concretiseren en de functieomschrijving aan
te passen.
Daarnaast
zullen
opnieuw
verhoogde
inspanningen nodig zijn om het hoge
inbraakcijfer terug te dringen.
Vormingen, infomomenten, e.a.
De inbraakquiz werd dit jaar afgeschaft. Ik
ondervond
dat
mensen
niet
meer
aangetrokken werden tot de quiz. Ook de
40
Fietsdiefstalpreventie
-
Het project houdt direct verband met
fenomeen
2
(fietsdiefstal)
van
het
veiligheidsen preventieplan. Het plan wil
fietsdiefstal voorkomen, verminderen en aan
het licht brengen. Daarnaast wil het plan ook
de
onveiligheidsgevoelens
die
uit
fietsdiefstallen voorkomen verminderen. Het
plan
streeft
daarbij
4
strategische
doelstellingen na:
1) Vermindering van risicogedrag.
2) Negatieve
gevolgen
van
slachtofferschap terugdringen.
3) Een
integrale
en
geïntegreerde
aanpak bevorderen.
4) Potentiële daders van overtredingen
ontraden.
Ariane Duthoo, preventiewerker (niveau C),
fulltime
André Schalley, technisch assistent (niveau
D), 4/5 tewerkstelling
Ivan De Klerck, gemeenschapswacht (niveau
D), 4/5 tewerkstelling waarvan +/- 2,5/5 in
de fietsendienst
Marc Binard, gemeenschapswacht (niveau D),
4/5 tewerkstelling waarvan +/- 1,5/5 in de
fietsendienst
Beschrijving:
Via allerlei acties wordt de aandacht voor
fietsdiefstalpreventie
geactiveerd.
Het
bewaren en terugbezorgen van ‘gevonden’
fietsen op grondgebied Brugge valt ook onder
dit project.
Er is een nauwe samenwerking met volgende
instellingen en personen: lokale politie
Brugge,
NMBS,
gemeenschapswachten,
mobiliteitscel,
spoorwegpolitie,
Brugse
basisscholen, Brugse secundaire scholen,
fietspunt (groep Intro), de Provincie WestVlaanderen
en
een
aantal
Brugse
fietshandelaars.
-
Een directe link of afstemming t.a.v. het
Zonaal Veiligheidsplan is er niet.
De
integratie van de preventiewerker in de
fietsendienst te Sint-Pieters heeft echter de
contacten en samenwerking met de politie
reeds bevorderd.
Brugge heeft te kampen met naar schatting
2000 à 3000 fietsdiefstallen per jaar
(13% van de huishoudens heeft er in het jaar
voor de afname van de veiligheidsmonitor
2008
mee
te
maken).
De
aangiftebereidheid op huishoud-niveau
is 34% en de aangiftebereidheid mbt het
laatste delict voor afname is 45%
(veiligheidsmonitor 2008).
Deze fietsdiefstallen worden voornamelijk
gepleegd op een 3-tal zwakke punten
namelijk de stationsomgeving (+/-20%),
de uitgaansbuurten (’t Zand: +/- 4% en
markt: 3%) en de plaatsen waar veel
fietsen gestald worden (vb. scholen).
Piekmomenten voor fietsdiefstallen worden
vastgesteld op vrijdag- en zaterdagnacht
en op woensdagnamiddag.
In de
maanden maart en oktober wordt doorheen
de jaren een verhoogd aantal geregistreerde
diefstallen opgemeten.
Een gevolg van het stelen van fietsen is de
verloedering en hinder van achtergelaten
of langgeparkeerde fietsen.
In
Brugge
wordt
een
tekort
aan
(bewaakte)
fietsstallingen
of
fietsdiefstalveilige infrastructuur ervaren.
Het sluitgedrag van de Bruggelingen en
bezoekers is goed. Slechts 1% sluit zijn fiets
niet. Wel worden niet steeds degelijke sloten
gebruikt. 45% van de steekproef (februari
2009)
gebruikt
een
degelijk
slot.
Opvallende vaststelling is dat er minder
degelijke sloten gebruikt worden aan het
station tov het centrum (station: 3 à 4/10;
centrum: 6 à 7/10). Ongeveer 20% van de
fietsen in Brugge is gegraveerd (februari
2009).
Slachtoffers van fietsdiefstal zijn vooral
terug te vinden in de leeftijdscategorieën:
11 tot 20 jaar: gemiddeld 36% waarvan
15-20jarigen: 33% (2007) & 35%
(2008);
21 tot 30 jaar: gemiddeld 17%;
41 tot 50 jaar: gemiddeld 16%
Oorzaken van fietsdiefstal zijn de volgende:
41
Economische principes van vraag en
aanbod
Beperkt inzicht van fietsers in risico’s op
fietsdiefstal
Lage opsporings-, ophelderings-graad en
pakkans (+/-7% van de opgehaalde
fietsen kan terug bezorgd worden; onder
de gemerkte opgehaalde fietsen wordt 35
à 40% terug bezorgd)
Gebruik van slechte sloten (45% gebruikt
degelijk slot)
Onvoldoende
aanbod
van
fietsdiefstalveilige stallingsinfrastructuur
Gebrek aan integrale aanpak
Algemeen
In 2012 werden 1.018 fietsdiefstallen
geregistreerd. Dit is een daling ten opzichte
van 2011. Toen werden immers 1.183 feiten
geregistreerd.
In de folder “uw fiets, uw vriend, laat hem
nooit LOS” worden tips gegeven om
fietsdiefstal te voorkomen, de sterktes en
zwaktes van de verschillende soorten sloten
komen aan bod maar ook wat je moet doen
als je ondanks alle preventieve maatregelen
toch slachtoffer wordt van fietsdiefstal. De
folder wordt via verschillende kanalen
verspreid,
o.a.
via
de
gemeentehuizen/politiekantoren,
het
fietspunt, de gemeenschapswachten, de
preventiedienst, de fietsendienst, .... Ook
alle mensen die hun fiets laten voorzien van
een uniek merkteken krijgen een folder.
Overzicht aantal geregistreerde fietsdiefstallen de
afgelopen 6 jaar
Werkgroep fietsdiefstalpreventie
Het fenomeen fietsdiefstal werd als prioriteit
opgenomen in het Zonaal Veiligheidsplan van
de Lokale Politie Brugge 2009-2012. Naar
aanleiding hiervan werd een werkgroep
opgericht. Verschillende partners maken deel
uit van deze werkgroep, nl. Lokale Politie,
Spoorwegpolitie, mobiliteitsdienst, fietspunt,
nmbs, coördinatie gemeenschapswachten,
preventiedienst en fietsendienst. 4 x per jaar
komt de werkgroep samen.
Met deze
werkgroep willen we extra aandacht besteden
aan het fenomeen fietsdiefstal en de
verschillende
inspanningen
omtrent
fietsdiefstal op elkaar afstemmen met de
bedoeling het fenomeen te reduceren. Zoals
bovenstaande grafiek aangeeft, lijken we
daarin te slagen.
Sensibilisering
oa
via
de
website
www.brugge.be, de folder, ea.
Op de website van Brugge wordt er bij het
fietsproject een pagina besteed aan “een
goed slot”.
Op deze pagina worden
verschillende soorten sloten afgebeeld met
daarbij info over de sterktes en zwaktes van
desbetreffende sloten.
Link brochure “uw fiets, uw vriend, laat hem nooit
LOS” op www.brugge.be
Om de fietsers attent te maken dat ze hun
fiets op een correcte manier én met een
kwalitatief slot moeten afsluiten wordt er
gebruik gemaakt van de fietshanger “geef
fietsdieven geen kans”.
Op deze hanger
staan eveneens een aantal tips om
fietsdiefstal te voorkomen.
De hangers
worden door de gemeenschapswachten
verspreid in de binnenstad, aan het station
en in de secundaire scholen.
De
gemeenschapswachten kijken naar het slot,
de manier waarop de fiets werd afgesloten en
of de fiets gemerkt was en duiden dat aan op
de hanger. De hanger wordt daarna aan
desbetreffende fiets vastgemaakt. In 2012
werden 12.712 fietsen van een hanger
voorzien.
Zowel in de stedelijke fietsmarkeerdienst als
tijdens
fietsmarkeermomenten
in
de
deelgemeenten en op evenementen worden
de mensen aangesproken o.a. over het
42
sluitgedrag. Tijdens de verkeersklassen die
georganiseerd worden door de dienst
verkeershandhaving van de Lokale Politie
wordt
een
luikje
besteed
aan
fietsdiefstalpreventie, het gebruik van een
goed slot komt ook daar aan bod.
Samenwerking fietshandelaars
Ook in 2012 werden alle fietshandelaars
ingeschakeld voor het verspreiden van
sensibiliserend materiaal (folders, affiches en
fietspassen).
Sinds september 2012 bestaat er een
nauwere samenwerking tussen de stad en
een 16-tal fietshandelaars. Zij werken mee
aan een actie rond het verspreiden van
degelijke sloten. Er werden 250 kortingsbons
ter waarde van 10 euro verspreid onder
lezers van Bruggespraak en deelnemers van
autoloze zondag.
Deze
kortingsbons
konden/kunnen
vervolgens
ingeruild
worden
bij
een
deelnemende Brugse fietshandelaar naar
keuze, bij aankoop van een degelijk fietsslot
ter waarde van minimum 25 euro. Aan alle
Brugse fietshandelaars werd de kans gegeven
om hier op in te tekenen, 16 handelaars
reageerden enthousiast.
Organisatie fietsgraveeracties
Naast de vaste fietsmarkeerdienst in de
Hooistraat
werden
er
extra
acties
georganiseerd op de zaterdagmarkt, aan zee,
in de secundaire scholen en tijdens
evenementen.
Inwoners van binnen en
buiten Brugge konden hun fiets gratis laten
voorzien van een uniek merkteken.
De
gemeenschapswachten staan in voor het
graveren of labelen van de fietsen.
Mobiele labelstand gemeenschapswachten
Nieuw sinds 2012 zijn de onaangekondigde
markeeracties.
Voortaan
gaan
de
gemeenschapswachten, als het weer het
toelaat, onaangekondigd naar plaatsen waar
veel fietsers aanwezig zijn. Zij spreken de
mensen aan om hun fiets te laten merken.
De formule blijkt een succes, 1.192 fietsen
werden tijdens zo’n onaangekondigde acties
gelabeld.
Link flyer kortingsbon op www.brugge.be
“Fietsen zonder grenzen, grenzeloos
plezier!”
Deze actie omvat uitleenpakketten over
verkeersveiligheid en fietsdiefstalpreventie
(dode
hoek,
verkeerspark,
fietsbehendigheidsparcours
en
gezelschapsspel fietsdiefstalpreventie).
De
pakketten zijn bedoeld voor de leerlingen van
het
zesde
leerjaar
van
de
Brugse
basisscholen.
De scholen kunnen de
pakketten gratis ontlenen, ze moeten zelf
instaan
voor
de
uitvoering
van
de
lespakketten en voor het ophalen en
terugbrengen van het materiaal. In 2012 was
het uitlenen van de pakketten echter geen
succes.
Fietsdiefstal- en fietsmarkeerstand op autoloze
zondag 2012
Aan het station kan men voortaan ook
dagelijks zijn fiets laten labelen. De mensen
van het fietspunt staan daar in voor het
labelen van de fietsen.
In 2012 werden in totaal 4.202
gemarkeerd, een absoluut record.
fietsen
43
Evolutie aantal gemarkeerde fietsen per jaar
E-loket
Slachtoffers van fietsdiefstal die zich niet
naar het politiekantoor kunnen begeven om
aangifte te doen van fietsdiefstal kunnen dit
ook via de computer doen (www.police-onweb.be). Publiciteit rond deze manier van
werken wordt gemaakt via de folder “uw
fiets, uw vriend, laat hem nooit LOS”, via de
website, mondeling, …
In 2012 werden op deze manier 91 aangiften
van fietsdiefstal gedaan.
Link naar “Police on web”
Fietsenverkoop
Fietsen die langer dan 6 maanden werden
bewaard in de fietsendienst en die niet aan
de
rechtmatige
eigenaar
konden
terugbezorgd worden, komen in aanmerking
voor verkoop. De fietsen worden verkocht in
de staat waarin ze zich bevinden, de koper
moet de fiets nog in orde zetten conform de
wetgeving. De prijs per fiets bedraagt 25
euro. In 2012 werd er slechts 1 verkoop
georganiseerd, dit wegens de invoering van
de nieuwe formule. De verkoop is voortaan
enkel
bedoeld
voor
slachtoffers
van
fietsdiefstal die daarvan aangifte hebben
gedaan. De verkoop wordt ook pas
georganiseerd van zodra er een 100-tal
degelijke fietsen in voorraad zijn. In 2012
werden 95 fietsen verkocht.
Flyer bekendmaking fietsenverkoop
Voorzien
van
gratis
leenfietsen
gedurende 2 maanden na aangifte
Nieuw sinds 2012 zijn de gratis leenfietsen.
Mensen die slachtoffer zijn van fietsdiefstal
hebben onmiddellijk nood aan een oplossing
om hun mobiliteit te garanderen.
Om
slachtoffers een tijdelijke oplossing te bieden
werd het project “leenfietsen” opgestart. Een
slachtoffer van fietsdiefstal, die daarvan
aangifte doet bij de politie, kan mits het
voldoen aan een aantal voorwaarden, in
aanmerking komen om gratis gebruik te
maken van een leenfiets (een waarborg van
50 euro dient betaald te worden).
Om te starten werden 10 fietsen die langer
dan 6 maanden werden bewaard door de
fietsendienst en die niet aan de rechtmatige
eigenaar konden terugbezorgd worden, door
het fietspunt opgeknapt tot leenfiets.
Hiervoor werd een budget van 1.210 euro
(incl. btw) voorzien. Het fietspunt staat in
voor het beheer van de leenfietsen.
De fietsen werden voorzien van het opschrift
“EHBF” wat staat voor E(erste) H(ulp) B(ij)
F(ietsdiefstal). Vanaf mei 2012 waren de
eerste EHBF fietsen beschikbaar, ondertussen
hebben 28 slachtoffers van fietsdiefstal
gebruik gemaakt van een EHBF fiets.
44
gemeenschapswachten en burgers dat er
fietsen
achtergelaten
werden.
Deze
meldingen worden binnen de 5 werkdagen
afgewerkt.
De fietsen worden opgehaald
door de fietsendienst. In 2012 kwamen in
totaal 1.026 meldingen binnen, waarvan 792
fietsen werden opgehaald. Daarnaast werden
nog 609 weesfietsen opgehaald aan het
station en in de binnenstad.
Gratis te ontlenen EHBF fiets voor slachtoffers
Terugbezorgen
achtergelaten/teruggevonden
fietsen
door de fietsendienst
De fietsendienst staat in voor het ophalen
van achtergelaten/teruggevonden fietsen op
grondgebied Brugge.
Van de fietsen die
gemerkt zijn wordt de rechtmatige eigenaar
op de hoogte gebracht dat zijn fiets werd
teruggevonden, indien het gaat over niet
gemerkte fietsen rekenen we op het
slachtoffer zelf. In 2012 werden in totaal 129
fietsen terugbezorgd.
Zoekactie gemerkte geseinde fietsen
De lokale politie heeft in samenwerking met
de gemeenschapswachten, het fietspunt, de
spoorwegpolitie en de fietsendienst twee
zoekacties naar gestolen gemerkte fietsen
georganiseerd aan het station.
De
aanwezigen waren in het bezit van een lijst
van de op dat moment alle gestolen/geseinde
gemerkte fietsen. Van iedere gemerkte fiets
die gestald stond aan het station werd
bekeken of het rijksregisternummer op de
lijst voorkwam. In totaal werden 10 fietsen
teruggevonden die op de lijst voorkwamen.
Permanentie fietsendienst
Slachtoffers van fietsdiefstal die daarvan
aangifte hebben gedaan bij de politie kunnen
een kijkje komen nemen in de fietsendienst
om te zien op hun gestolen fiets werd
teruggevonden.
In 2012 kwamen 430
bezoekers over de vloer.
Gevonden
fietsen
ook
virtueel
te
bekijken
Sedert november 2009 is de fietsendienst
virtueel te bekijken.
Foto’s van niet
gemerkte binnengekomen fietsen worden
met beperkte omschrijving op de website
www.gevondenfietsen.be geplaatst. In 2012
konden
14
fietsen
via
deze
manier
terugbezorgd worden aan de rechtmatige
eigenaar.
Uitdagingen 2013
Het wordt alvast een hele uitdaging om in
2013 opnieuw evenveel fietsen te markeren.
Gedacht wordt ondermeer om het aantal
labelpunten uit te breiden (bv. naar
fietshandelaars, …).
Daarnaast moet gekeken worden hoe we
meer fietsen kunnen terug bezorgen aan de
rechtmatige eigenaar. Vastgesteld wordt
immers dat heel wat eigenaars afstand doen
van hun teruggevonden fiets.
Ook sensibilisering naar de risicodoelgroep
staat in 2013 op het programma.
Organisatie fietsophaling
Dagelijks krijgt de fietsendienst meldingen
binnen
via
de
lokale
politie,
45
46
IV. LUIK GEMEENSCHAPSWACHTEN
47
48
Dienst gemeenschapswachten
1. VOORSTELLING VAN DE DIENST
-
Preventieplan 2012:
De dienst heeft een aandeel in de aanpak van
4 fenomenen uit het veiligheidsen
preventieplan. De werkzaamheden voor de
aanpak van fenomeen 2: Fietsdiefstal vinden
we terug onder volgende doelstellingen:
1. Strategische
doelstelling
1:
Verminderen van risicogedrag.
2. Strategische doelstelling 2: Negatieve
gevolgen
van
slachtofferschap
terugdringen.
3. Strategische doelstelling 3: Een
bevorderen.
4. Strategische doelstelling 4: Potentiële
daders van overtredingen ontraden.
De doelstellingen voor de aanpak van
fenomeen 3: Gauwdiefstal zijn de volgende:
1. Strategische
doelstelling
1:
Vermindering van risicogedrag.
2. Strategische doelstelling 2: Potentiële
daders van overtredingen ontraden.
De opdrachten i.v.m. de aanpak van
fenomeen 4: Jeugdcriminaliteit zijn terug te
vinden in het plan onder:
1. Strategische
doelstelling
1:
De
negatieve
gevolgen
van
De
huidige
PWA
gemeenschapswachten zijn:
Linda Danckaert , Erik Goetghebeur, Willy
Maus, Carine Sabbe , Verreydt Ariane
De
activa-gemeenschapswachten
zijn:
Rudy
Ackaert,
Marie-Christine
Maene,
Claudine Tamsin , Dolores Tant, Rosette Van
Belleghem, Sigrid Verbrugghe , Ivan De Klerck
,
Pol
Ghyssaert,
Martine
Hinderyckx,
Véronique Eggermont, Vogeleer Luc, Devriese
Patricia,
Binard
Marc,
Neirinck
Astrid,
Ongenae Nicole, Samyn Josée, Van Iseghem
Pascal, Gheyskens Veerle, Gratienne Petitjean
Beschrijving:
Een dienst die de leefbaarheid en de
veiligheid in Brugge wil bevorderen door
middel
van
het
inzetten
van
gemeenschapswachten. Hun hoofdactiviteiten
spelen zich vooral af op het openbaar domein
zoals het houden van toezicht, zich
aanspreekbaar opstellen voor de burger, zelf
burgers aanspreken: wijzen op verkeerd
gedrag, afgeven van sensibiliseringsfolders,
bekrachtigen van goed gedrag, …
Tot slot speelt de dienst nog een rol in de
aanpak van fenomeen 6: Sociale overlast.
De opdrachten vinden we terug onder:
1. Strategische doelstelling 3: de sociale
controle bevorderen.
In
het
kader
van
het
gemeenschapswachtproject is er regelmatig
contact en/of overleg met andere diensten:
wegenfoon, politie , jeugddienst, groendienst,
fietsen-dienst, leefmilieu, Electrabel, … die
ook actief zijn rond aspecten van leefbaarheid
en veiligheid.
Anne Degand, maatschappelijk assistent,
niveau B
Sylvie
Van
Vlierberghe,
administratief
medewerkster, niveau C, 4/5.
Guido Claeys, assistent psychologie, niveau
B, halftijds, gedetacheerd RVA –PWA.
Relevantie en afstemming t.a.v. Zonaal
Veiligheidsplan:
Er is geen expliciete link of afstemming t.a.v.
het Zonaal Veiligheidsplan. Wel is er sprake
van samenwerking en afspraken met de
politie omtrent een aantal thema’s waaronder
bv. de bestrijding van onkruid.
Fietsdiefstal:
Brugge heeft te kampen met naar schatting
2000 à 3000 fietsdiefstallen per jaar (13%
van de huishoudens heeft er in het jaar voor
de afname van de veiligheidsmonitor 2008
mee te maken).
Deze fietsdiefstallen worden voornamelijk
gepleegd op een 3-tal zwakke punten
namelijk de stationsomgeving (+/-20%), de
uitgaansbuurten (’t Zand: +/- 4% en markt:
3%) en de plaatsen waar veel fietsen gestald
worden (vb. scholen). Een gevolg van het
stelen van fietsen is de verloedering en
hinder van achtergelaten of langgeparkeerde
fietsen.
49
Gauwdiefstal:
In 2011 werden 994 feiten geregistreerd
(PCS 2011). De veiligheidsmonitor van 2008
leert ons dat slechts 9% aangifte (in 2006:
+/-50%) doet waardoor het aantal feiten
jaarlijks nog aanzienlijk hoger ligt. De feiten
vinden voornamelijk plaats in winkelstraten
(zowel in als buiten winkels) en op drukke
locaties. Het fenomeen vindt voornamelijk
plaats op zaterdag- en woensdagnamiddag.
Jeugdcriminaliteit:
Probleem is moeilijk te definiëren en wordt
omschreven als gedragingen van jongeren
die voor enig overlast zorgen.
Het gaat
hierbij
voornamelijk
om
spijbelen,
rondhangen, onbuigzaamheid, vandalisme, …
Ook de locaties zijn voorlopig niet nader
gespecificieerd.
Sociale overlast:
Het betreft hier eveneens een niet nader
gespecifieerd probleem.
Daarom richt de
dienst gemeenschapswachten zich op orde en
netheid in het straatbeeld rond 4 thema’s:
onkruid,
hondenpoep,
zwerfvuil
en
sluikstorten.
Personeel en coördinatie:
In 2012 zijn de gemeenschapswachten in het
kader van verschillende projecten actief
geweest. De coördinatie draait nu al een 4-tal
jaar op 1,5 FE coördinatoren, in plaats van de
voorziene 2 full-time coördinatoren. Het
coördinatieprobleem werd ook in 2012 niet
opgelost wat intern soms voor praktische
problemen
en
extra
werkdruk
zorgt.
Niettemin zijn we tevreden over de werking
van de gemeenschapswachten en wordt
vastgesteld dat alle acties die in 2012 waren
gepland, ook zijn doorgegaan. Naast het
voorbereiden, begeleiden, ondersteunen en
opvolgen
van
alle
acties
door
de
gemeenschapswachten uitgevoerd, kregen
alle
gemeenschapswachten
een
functioneringsgesprek.
Door de ‘coördinatie-situatie’ heeft de dienst
wel
moeten
inboeten
op
vlak
van
kwaliteitszorg en personeelsbegeleiding. Wat
het personeel betreft zijn er omwille van
uiteenlopende redenen (pensioen, ontslag
gegeven of gekregen) 8 mensen uit dienst,
waarvan 4 pwa’s. Eind december bestaat de
ploeg gemeenschapswachten uit 1 pwa-er en
17 activa’s. Zoals de voorbijgaande jaren
heeft
er
een
selectieprocedure
plaatsgevonden. 6 nieuwe medewerkers zijn
dit jaar gestart. Nog meer dan andere jaren
had de dienst te kampen met langdurig
zieken
wat
bij
de
beschikbare
gemeenschapswachten voor extra werkdruk
heeft gezorgd.
De begeleiding van de nieuwe medewerkers
is niet enkel intensief voor de coördinatie
maar ook voor de gemeenschapswachten die
de nieuwe collega’s gedurende een 2-tal
maanden wegwijs moeten maken als
gemeenschapswacht in Brugge.
basisopleiding
gevolgd.
Een
4-tal
medewerkers zijn ingegaan op het aanbod
van de Stad Brugge om een cursus
gebarentaal te volgen. Veel meer ruimte voor
andere vorming kwam er niet. Dit werd
enigszins opgevangen door op verschillende
momenten, oa. op maandvergaderingen, op
een zinvolle en leerrijke manier (al of niet
met gastsprekers) stil te staan bij een aantal
specifieke
thema’s
waarmee
de
gemeenschapswachten te maken hebben.
Groepsfoto deelnemers basisopleiding
gemeenschapswacht (rechts een 3-tal deelnemers uit
Brugge)
Vanuit de preventiedienst werden een aantal
teamversterkende activiteiten aangeboden:
een ontbijtvergadering met de Burgemeester,
een
Super-wij-dag
in
de
vorm
van
werkbezoeken in Gent en een barbecue.
De gemeenschapswachten krijgen de kans
om enige vorming te volgen. Zoals bij wet
bepaald, hebben 3 gemeenschapswachten de
50
Ook gemeenschapswachten namen deel aan de Superwijdag in Gent
Fietsdiefstal- en gauwdiefstalpreventie
De
2
grootste
items
waar
de
gemeenschapswachten nog steeds mee bezig
zijn,
zijn
gauwdiefstalen
fietsdiefstalpreventie.
Voor
gauwdiefstal
blijven
de
gemeenschapswachten actief patrouilleren in
de
winkelstraten
(SteenstraatZuidzandstraat). Voor onze actie houden wij
rekening met de gegevens die uitgewisseld
worden in de werkgroep gauwdiefstal van het
ZVP. Tijdens de preventieve acties hebben de
gemeenschapswachten niet minder dan 2775
mensen aangesproken die hun brieventas of
handtas niet op een veilige manier beheren.
De bakfiets, de windpop en de easy-flags
blijven de aandachtstrekkers op drukke
shoppingdagen. Meer dan 537 winkels
werden eind november voorzien van 600
affiches en 842 flyers.
Foto Gauwdiefstalpreventie
Een
tweede
grote
opdracht
is
fietsdiefstalpreventie.
Hierbij
zijn
de
gemeenschapswachten al verschillende jaren
op allerlei vormen actief.
Regelmatig gaan de gemeenschapswachten
de straat op om gericht fietsers aan te
spreken en hen in te lichten over het veilig
afsluiten van hun fiets en stimuleren hen om
hun fiets te laten graveren of labelen. Ze
deelden
daarbij
meer
dan
1000
fietsdiefstalpreventiefolders uit.
Zij zijn ook verantwoordelijk voor het merken
van 4193 fietsen. De gemeenschapswachten
zijn op verschillende evenementen aanwezig
om fietsen te labelen (oa. Kroenkelen,
autoloze
zondag,
kermissen,
opening
Daverlo, een 6-tal zaterdagmarkten). Tijdens
de jaarlijkse inventarisatie (in de binnenstad,
station en in scholen) werd ook in 2012
vastgesteld dat veel fietsen nog niet gemerkt
zijn.
Daarom
werd
gestart
met
onaangekondigde mobiele labelacties (kan
enkel
doorgaan
in
droge
weersomstandigheden).
De
gemeenschapswachten trekken dan met het
labelmateriaal
en
de
bakfiets
naar
verschillende
strategische
locaties
om
mensen te sensibiliseren en hun fiets te
merken. Deze actie was zeker succesvol en
zal in de toekomst zeker nog worden
toegepast. Een elektrische bakfiets zou de
mobiliteit van de gemeenschapswachten voor
zo’n acties zeker ten goede komen. Op de
graveerdienst telden wij in 2012 929
bezoekers waarvan 358 hun fiets lieten
graveren en 571 lieten hun fiets labelen.
Tijdens
hun
patrouilles
hebben
de
gemeenschapswachten ook aandacht voor
vermoedelijke gestolen of achtergelaten
gestalde fietsen. Die worden gedurende een
periode opgevolgd. Indien nodig worden ze
dan doorgegeven voor ophaling door de
Fietsendienst.
Niet
gesloten,
geseinde,
gemerkte
fietsen
worden
onmiddellijk
vastgelegd
en
opgehaald
door
de
Fietsendienst. Samen met de fietsendienst
hebben
de
gemeenschapswachten
2
zoekacties
gehouden
naar
geseinde,
gemerkte fietsen in de stallingen van nmbs
en enkele scholen (deze laatste gewoon als
proef zonder gevolg aan te koppelen).
De gemeenschapswachten hebben ook hun
bijdrage geleverd bij de verdeling van nieuwe
dienstfietsen door de mobiliteitscel en het
leveren van studentenfietsen door Fietspunt;
dit door de dienstfietsen van de stad te
voorzien van een label en de studentenfietsen
te graveren.
Ter ondersteuning van de Fietsendienst
worden 2 gemeenschapswachten ingezet
gedurende
gans
het
jaar.
Eén
gemeenschapswacht staat in voor de
51
administratieve ondersteuning en opvolging
van de op te halen en opgehaalde fietsen.
Doordat de workload te hoog ligt, werd zijn
inzet uitgebreid. Hiervoor hebben we een
speciale
regeling
uitgewerkt.
Deze
gemeenschapswacht
werkt
in
een
4dagenweek, waarvan minimum 1 dag in de
week
in
het
gewone
gemeenschapswachtwerk.
De
tweede
gemeenschapswacht gaat 1 à 2 keer per
week meehelpen met het ophalen van
fietsen.
Voor de jaarlijkse opruimactie in de Centrale
Garage, werden vier gemeenschapswachten
ingezet en vijf hebben meegeholpen n.a.v.
een levering van nieuwe fietsrekken in de
Centrale Garage.
toezicht op de locaties waar de dienst
leefmilieu
tijdelijke
borden
ikv
hondenpoepcampagne heeft geplaatst.
Sensibiliserende folder en affiche hondenpoep
Opslagsituatie voor de komst van de nieuwe
fietsrekken in de centrale garage
Aanspreekpunt voor de burger
Door hun patrouilles in de binnenstad en in
de deelgemeenten blijven zij een belangrijk
aanspreekpunt voor de burger, melden zij
heel wat onregelmatigheden op het openbaar
domein en sensibiliseren zij de burgers
inzake
verschillende
politieverordeningen
(zwerfvuil, sluikstort, hondenpoep, voederen
van vogels …).
Tijdens hun patrouilles brachten zij heel wat
meldingen binnen waarvan 3093 ingegeven
werden via het Centraal Meldpunt. Door hun
opvallende en actieve aanwezigheid in het
straatbeeld zijn de gemeenschapswachten
heel makkelijk aanspreekbaar voor zowel
Bruggeling als toerist. Meer dan 8400
burgers hebben informatie gekregen van de
gemeenschapswachten.
De aanpak van onkruidoverlast is vlot
verlopen. De opvolging en de coördinatie
bleef
in
handen
van
een
preventiemedewerkster (ROD), waardoor de
werklast
nihil
was
voor
de
gemeenschapswachtcoördinatie.
M.b.t. overlast van hondenpoep houden de
gemeenschapswachten
regelmatig
extra
De speelpleinpatrouilles
gingen door
tijdens de paas- en zomervakanties. Over het
algemeen zijn deze rustig verlopen. Tijdens
de
Krokusvakantie
voorzien
we
districtswerking.
Een
ploeg
van
2
gemeenschapswachten gaat in de namiddag
naar een deelgemeente en zoekt de plaatsen
op waar toezicht aangewezen is. In juni en
september zijn net zoals in 2011 2
gemeenschapswachten tijdelijk ingesprongen
in Zeebrugge, tijdens het verlof van 1 van de
Zeebrugse gemeenschapswachten.
Gemeenschapswachten nemen hun intrek in het
nieuwe badengebouw in Zeebrugge
En ook…
52
Naast al de grotere acties hebben wij ook
meegewerkt aan: de verkeerstelling in
oktober, Cycle Chic, Feest in’t Park, actie
over intrafamiliaal geweld, deelname aan de
Europese
dag
van
de
Hoffelijkheid,
inventarisatie en controle van het aanbod aan
openbaar sanitair, toezicht nav einde
examens om overlast van fietsen op ’t Zand
te beperken.
Uitdagingen 2013
De uitdaging voor 2013 blijft – net zoals in
2012 – de reorganisatie van de dienst zodat
de workload van de coördinatie en de
gemeenschapswachten op een werkbaar
niveau kan gebracht worden, zodat de
gemeenschapswachten op een aangename
manier al hun taken kunnen uitvoeren. Welke
richting wij uitgaan en op welke manier dit
zal gebeuren zal voor een groot stuk
afhangen van de beslissing die het bestuur
neemt met betrekking tot de invulling van de
coördinatiefunctie.
Daarnaast blijft het de bedoeling om divers
takenpakket zowel kwantitatief als kwalitatief
op eenzelfde hoog niveau uit te voeren.
53
54
V.
LUIK DRUGPREVENTIE
55
56
Drugpreventie
-
fenomeen
5:
druggerelateerde
maatschappelijke overlast.
De hoofddoelstelling van dit luik van het
Veiligheidsen
Preventieplan
is
het
voorkomen, detecteren en verminderen van
druggerelateerde maatschappelijke overlast
en de onveiligheidsgevoelens die daaruit
voortvloeien. De algemene doelstelling wordt
vertaald in twee strategische doelstellingen:
1. Strategische doelstelling 1: een
bevorderen.
2. Strategische
doelstelling
2:
de
resocialisatie
van
druggebruikers
bevorderen.
Niek
Vanmaeckelberghe,
drugpreventiecoördinator
(universitair),
fulltime.
De
stad
Brugge
werkt
samen
met
gespecialiseerde
organisaties
voor
de
uitvoering van het drugpreventiebeleid.
Wedde toelagen Dagcentrum De Sleutel: Tom
Vanhoutte, preventiewerker (niveau B),
fulltime,
en
Ruben
de
Schepper,
preventiewerker (niveau B), fulltime.
Wedde
toelagen
Vlaanderen:
1
(universitair).
CGG
Noord
Westhalftijds
medewerker
Detachering CGG Noord West-Vlaanderen:
Lucrèce Delbeke, preventiewerker (niveau B),
fulltime.
Wedde toelagen JAC: 1 halftijds medewerker
(B-niveau)
Beschrijving:
Met dit project wordt geprobeerd om de
activiteiten van alle actoren die in het Brugse
bezig
zijn
rond
drugpreventie,
drughulpverlening en repressie op elkaar af
te stemmen. Dit gebeurt via het bundelen
van
alle
krachten
in
een
Brugs
Drugpreventiebeleid.
Er
is
een
nauw
overleg
en
informatiedoorstroming met Dagcentrum De
Sleutel, het JAC en CGG Noord WestVlaanderen.
Via de verschillende (ad hoc) werkgroepen
onderhoudt het Drugpreventiebeleid Brugge
op
regelmatige
basis
contacten
met
intermediairen uit de sectoren bijzondere
jeugdzorg, onderwijs en het jeugdwerk, het
welzijnswerk, arbeid, medische sector, … Er
zijn twee structurele werkgroepen met name
werkgroep BJZ en werkgroep onderwijs.
Beide werkgroepen werken het aanbod voor
hun sector verder uit en geven informatie,
signalen, noden en behoeften door naar en
van hun achterban.
De preventiewerker van de Stedelijke
Preventiedienst
neemt
deel
aan
1
overlegmoment
van
de
provincie:
de
stuurgroep. Deze stuurgroep werd sinds 2011
niet meer samengeroepen. Daarnaast worden
overlegmomenten van de VAD bijgewoond:
o.a. ad hoc werkgroep I-plan (2011).
Door de oprichting van de adviesraad werden
nieuwe
(samenwerkings)partners
aangetrokken
namelijk
huisartsen,
drughulpverleningsorganisaties,
OCMW,
LOGO,
politie,
justitie
en
welzijnswerkorganisaties.
-
Directe
afstemming
t.a.v.
het
Zonaal
Veiligheidsplan is er niet. Sinds de oprichting
van de adviesraad is de korpschef (en de
politie)
nauwer
betrokken
in
het
drugpreventieverhaal. Daarnaast werd in het
ZVP 2009-2012 wel de prioriteit ‘overlast in
uitgangsbuurten’
opgenomen.
Daaronder
vallen onder meer acties m.b.t. alcohol en
drugs in het uitgaansmilieu.
Cfr. Conclusies omgevingsanalyse
Cfr. Conclusies omgevingsanalyse 2010
Brugge (zie hieronder). Op basis van deze
conclusies
van
de
omgevingsanalyse
worden/werden
prioriteiten
bepaald
en
vastgelegd door de adviesraad.
Doelgroep:
Middelengebruik
bij
12tot
18-jarige
scholieren:
Het gebruik van alcoholische dranken is
het meest verspreid.
57
Binnen het gebruik van illegale middelen
domineert het gebruik van cannabis.
Net zoals in 2005 wordt er nog steeds
een samenhang vast gesteld tussen het
gebruik van alcohol, tabak, cannabis en
slaap-en kalmeringsmiddelen.
In vergelijking met de resultaten van
2005 wordt een daling vast gesteld van
het recent gebruik in de leeftijdsgroep
van 14- tot 18-jarigen.
De beginleeftijden van het 1ste gebruik
zijn uitgesteld in vergelijking met 2005:
van 12 à 13 jaar naar 14 à 16 jaar.
De voornaamste verklarende factor is net
zoals in 2005 de normerende invloed van
ouders en vrienden.
Andere
sterk
bepalende
factoren:
productkenmerken, probleemgedrag en
participatie aan het uitgaansleven.
Jongeren
hebben
de
systematische
neiging tot overschatting van het
middelengebruik bij andere jongeren.
Gebruik van legale en illegale middelen bij
volwassenen:
Alcoholgebruik
vormt
het
grootste
fenomeen bij volwassenen en in het
bijzonder probleemgebruik. Het geschatte
aantal probleemdrinkers ligt het hoogst
bij de actieve bevolking: 35 – 54 jaar. Bij
mannen ligt dit gebruik hoger dan bij
vrouwen.
In tegenstelling tot alcohol gebruiken
vrouwen doorgaans meer medicatie dan
mannen en dit in alle leeftijdscategorieën.
Sectoren:
Secundair onderwijs:
De
nota
‘drugs
op
school:
een
gezamenlijke aanpak’ is niet alleen
gekend bij maar wordt ook gehanteerd
bij drugincidenten op school.
Scholen zijn over het algemeen tevreden
over de samenwerking met de lokale
politie n.a.v. drugincidenten.
Het CLB is naast de politie de
voornaamste partner die betrokken wordt
bij problemen rond druggebruik.
Scholen ervaren de permanente en
continue communicatie tussen de school
en de preventiedienst als positief.
Scholen worden veel meer dan met
illegale middelen geconfronteerd met
stijgend
en/of
buitensporig
alcoholgebruik.
2/3 scholen heeft een eigen drugbeleid.
3e graad basisonderwijs:
Basisscholen ervaren de problematiek
niet acuut bij hun leerlingen.
Basisscholen hechten wel veel waarde
aan drugpreventie in het kader van het
werken aan weerbaarheid, leren neen
zeggen, omgaan met groepsdruk en
sociale vaardigheden.
De resultaten vormen een contrast met
de algemene maatschappelijke tendens
dat de beginleeftijd daalt tot 10 jaar.
Basisscholen zijn geen vragende partij
om extra vormingen te volgen rond het
thema.
Basisscholen
vragen
de
volgende
ondersteuning:
o Aanbieden van een overzicht van
het bestaand preventiemateriaal
o Kant- en klare lespakketten die
handelen
over
sociale
vaardigheden
en
illegale
middelen.
Bijzondere jeugdzorg:
De meerderheid acht het nodig om te
werken aan de drugthematiek binnen hun
afdeling.
Ruim de helft van de afdelingen beschikt
over een intern drugbeleidsplan.
Van de afdelingen die geen intern
beleidsplan hebben, is 2/3 bereid dit te
ontwikkelen wanneer blijkt dat het intern
noodzakelijk is.
Organisaties
verwachten
van
de
preventiedienst informatie over nieuwe
evoluties/trends m.b.t. drugthematiek.
Organisaties
verwachten
permanente
ondersteuning bij de actualisering van
hun drugbeleid.
Jeugdverenigingen:
1/5 van de jeugdverenigingen geeft aan
dat er reeds problemen waren omtrent
drugs en de drugthematiek (zonder
alcohol) in de vereniging.
Jeugdverenigingen
formuleren
daarentegen geen dringende nood aan
drugpreventie, maar gaven aan mee te
willen werken aan lokale initiatieven.
Jeugdverenigingen blijken geen vragende
partij te zijn om te werken rond drugs en
drugpreventie in de organisatie.
Fuiforganisatoren:
Problemen op kleinere fuiven situeren
zich vooral op het vlak van overlast die
niet onmiddellijk druggerelateerd is.
Toch geeft ongeveer 1/3 aan ooit
problemen gekend te hebben omtrent
gebruik van alcohol en 1/5 ooit
problemen gehad te hebben omtrent het
gebruik van illegale drugs.
Slechts 1/5 geeft aan een nood te hebben
aan ondersteuning op vlak van overlast,
preventie en veiligheid.
Daarentegen is er bij de bevraagden wel
een grote bereidheid om mee te werken
aan voorgekauwde acties (meer dan
4/5).
58
Deze
bereidheid
wordt
echter
gerelativeerd bij de peiling naar de
bereidheid om zonder meer acties te
ondernemen. Gemiddeld iets minder dan
1/3 van de respondenten geeft aan de
verschillende acties uit vrije wil zonder
hulp,
ondersteuning,
reglement
of
subsidie te willen uitvoeren.
Huisartsen:
Er wordt een discrepantie vastgesteld
tussen
de
hoge
incidentie
van
problematisch alcoholgebruik en het
medicatiegebruik bij volwassenen en de
aangegeven machteloosheid van de
huisartsen om met deze fenomenen om
te gaan.
Roken geven de huisartsen aan als een
algemeen gezondheidsfenomeen.
De huisartsen formuleren tal van vragen
met betrekking tot het omgaan met het
fenomeen
in
de
praktijk:
o.a.
doorverwijsdiagram, informatie m.b.t.
drugs
en
druggebruik,
signaleren,
vroegdetectie,
hulpverleningslandschap,….
In een context van maatschappelijke
achterstelling
kan
middelengebruik
gemakkelijker leiden tot problematisch
gebruik.
Bijna alle Brugse welzijnsorganisaties
hebben te kampen met druggebruik bij
hun doelgroep(en). Er is echter een grote
verscheidenheid in visies over de aanpak
van de alcohol- en drugproblematiek.
De organisaties zijn bereid om rond het
thema aan de slag te gaan, maar ervaren
veel hiaten in de opvang van hun
gebruikende cliënten.
De welzijnssector heeft nood aan extra
vorming over het thema drugs en heeft
nood
aan
concrete
samenwerkingsafspraken
met
de
drughulpverleningsorganisaties.
Instrumenten en actoren:
Heel wat actoren zijn reeds actief – hetzij
als intermediairen hetzij als professional
– rond drugpreventie.
De stad Brugge en haar partners
beschikken over tal van instrumenten die
kunnen
ingezet
worden
om
aan
drugpreventie te doen.
Welzijnsorganisaties:
Coördinatie
Door
de
komst
van
een
nieuwe
drugcoördinator in maart 2012, werd er in
het voorjaar 2012 voornamelijk ingezet op
het inwerken van de nieuwe drugcoördinator,
het terug opstarten van de werkgroepen BJZ
en Onderwijs en netwerking naar de
bestaande partners/organisaties.
plan
waarbij
alle
partijen
hun
verantwoordelijkheid
nemen
voor
het
bereiken van de voorgestelde doelstellingen
en verwachtingen.
In het najaar 2012 werd heel wat energie
gestoken in het evalueren van het lopende
actieplan 2011-2012 en de opmaak van een
nieuw tweejarig actieplan (2013-2014). Dit
actieplan wordt gefinaliseerd en voorgesteld
in het voorjaar 2013.
Link beleidsplan 2011-2014 en actieplan 2013 op
www.brugge.be
Nieuwe drugcoördinator Niek Vanmaeckelberghe
Actieplan
De komst en inwerking van de nieuwe
coördinator
heeft
echter
de
verdere
uitvoering van het actieplan 2011 – 2012 niet
belemmerd. Het bewijs van een gedragen
Sensibilisering
Tijdens de zomermaanden (juli, augustus en
septmeber) werd ingezet op het uitvoeren en
uitwerken van sensibiliseringsacties naar de
doelgroep jongeren en volwassenen. Dit
verliep i.s.m. externe organisaties en de
jeugdadviseurs van het JAC Brugge. Vooral
59
de inzet van de jeugdadviseurs in de BOBzomercampagne en tijdens het muziekfestival
Elements bleek wel een goeie keuze.
Gekeken wordt om deze jongeren ook in
2013 in sensibliseringsacties te betrekken.
…). Daarnaast werden opnieuw een 2-tal
lunchdebatten georganiseerd voor de sector
BJZ en in voor jongeren vonden opnieuw 2
cursussen jeugdadviseurs plaats. Voor of
door de scholen werd er in 2012 opnieuw
volop
gebruik
gemaakt
van
het
touwenparcours van de Sleutel (het werd zo’n
50x begeleid).
Jeugdadviseurs aan het werk op muziekfestival
‘Elements’
Touwenparcours De Sleutel als
drugpreventieactiviteit in de jeugdbeweging
Het succes van de touwenparcours is positief
maar vergt een hele tijdsinvestering van de
drugpreventiewerkers
van
de
Sleutel.
Daarom wordt ervoor geopteerd in 2013 om
actoren in de verschillende sectoren op te
leiden om zelf deze parcours te begeleiden.
Drugpreventiestand op Tentations
Naast de concrete acties werd het aanbod
vanuit de stad Brugge naar de sector
onderwijs in september 2012 bekend
gemaakt via een brochure voor het
onderwijs. We zien hiervan het effect van de
aanvragen voor het voorjaar 2013.
Ondersteunen van intermediairs en
organisaties
Ook in 2012 werd nog steeds volop ingezet
op het ondersteunen van intermediairs en
organisaties. Vooral de sector bijzondere
jeugdzorg, onderwijs, sociale economie,
jeugdwerk en welzijn werden bediend. In al
deze sectoren samen werden zo’n 5
organisaties in 2012 begeleid mbt de opmaak
van een drugbeleid.
Daarnaast werden verschillende vormingen
aangevraagd en gegeven (Alcohol en drugs,
feiten en fabels. Productinformatie; Trip;
infosessie voor OCMW; Drugs in beweging;
Uitnoding lunchdebat ‘Werken met gezinnen met een
drugprobleem’
60
Verder werden intermediairen en organisaties
ondersteund
door
geregeld,
actuele
informatie
en
campagnemateriaal
ter
beschikking te stellen en te verdelen. Indien
nodig werden ook ad hoc vergaderingen
opgestart i.k.v. actuele tendensen. Zo werd
er meegewerkt aan de opmaak en de
bekendmaking
van
het
‘alcoholconsumptieverbod
op
openbare
plaatsen in de uitgaansbuurten tijdens
weekendnachten’.
Drugpreventiestand op de dag van de jeugdbeweging
Vroeginterventie
en
aanbod
drughulpverlening
Het VIP project ging in 2012 zijn derde
jaargang in en heeft in de loop van die 3 jaar
aan bekendheid gewonnen. Dit jaar werden
26 jongeren door het VIP project begeleid tov
15 vorig jaar.
Tot slot werd via een aantal concrete
initiatieven geprobeerd om het aanbod van
de drughulpverlening beter bekend te maken
bij de sectoren en de bevolking. In een eerste
actie, nl. outreachend werken, worden
jongeren en volwassenen op straat benaderd
die niet altijd de weg naar de reguliere
hulpverlening vinden. Via het opbouwen van
vertrouwensrelatie kunnen signalen vroeger
gedetecteerd worden en kunnen mensen daar
waar nodig door verwezen worden.
De
bestaande
hulpverleningsinitiatieven
(Dagcentrum De Sleutel & CGG) zetten hun
werkzaamheden actief verder in 2012:
toeleiding, oriëntatie en onthaal naar haar
gespecialiseerde hulpverlening.
Conclusie
Als algemene evaluatie kan gesteld worden
dat de doelstellingen uit het actieplan 20112012 grotendeels gehaald zijn. Een aantal
acties werden niet uitgevoerd, zoals de
evaluatie van de doorverwijsfiche voor
huisartsen of het signaleren naar hogere
instanties van een acuut tekort aan
hulpverlening voor justitie cliënteel. Een
aantal van deze actie worden echter wel
meegenomen naar het nieuwe actieplan
2013-2014.
Uitdagingen 2013
In 2013 willen we ons vooral focussen op het
behoud van het universele preventieve
aanbod naar alle sectoren/doelgroepen, maar
willen we actief werken rond selectieve
preventie naar de doelgroepen: spijbelende
jongeren, jongeren met een verstandelijke
beperking,
jongeren
die
in
de
eerstelijnsgezondheidszorg zitten, jongeren
uit
de
bijzondere
jeugdzorg
en
'hangjongeren' van 12-14 jaar. Daarnaast
willen we ook actief inzetten op geïndiceerde
preventie, waarbij we intermediairs willen
ondersteunen
in
vroegdetectie
en
doorverwijzing
naar
vroeginterventieprogramma’s.
Naast het preventieve luik is er nog ruimte
voor de repressieve en hulpverlenende
aanpak. Binnen deze acties nemen vooral
andere partners een actieve rol in aangevuld
met een ondersteunende functie vanuit Stad
Brugge.
61
62
VI. LUIK BUURTWERK EN JEUGDPREVENTIEWERK
63
64
Buurtwerk Sint-Pieters
-
Fenomeen 6: Buurtgebonden sociale overlast.
Een aantal fenomenen rond sociale overlast
en kleine criminaliteit zijn buurtgebonden en
hangen samen met een aantal risicofactoren
die sterker vertegenwoordigd zijn. Het gaat
vaak om buurten waar een minder sterke
socio-economische groep woont, wat met
zich
meebrengt
dat
een
aantal
achterstandskenmerken
er
meer
dan
gemiddeld vertegenwoordigd zijn: schoolse
achterstand, werkloosheid, minder modaal
gezinsleven, grotere groep leefloners, …
Patrick Anthone, maatschappelijk
(niveau B), fulltime.
werker
Beschrijving:
Het buurtwerk poogt, via diverse en
gevarieerde
initiatieven
en
samenwerkingsverbanden, de leefbaarheid te
versterken in Sint-Pieters, waarbij er vooral
aandacht wordt gegeven aan de
woonwijken van deze deelgemeente.
sociale
Het buurtwerk biedt ondersteuning aan lokale
initiatieven. In het kader van het project is er
regelmatig
contact
en
overleg
met
buurtwerkingen,
bewonersorganisaties,
verenigingen en andere diensten (Lokale
Werkwinkel, groendienst, politie, jeugddienst,
… ). Er is regelmatig overleg en informatieuitwisseling
met
OCMW,
groendienst,
jeugddienst, leefmilieu, lokale werkwinkel,
feestcomité, Wijzer, … die ook in Sint-Pieters
actief zijn met aspecten van leefbaarheid.
-
Directe
afstemming
t.a.v.
het
Zonaal
Veiligheidsplan is er niet. Wel kan er binnen
de uitvoering van de basisfuncties (‘de
functie
wijk-werking’)
zoveel
mogelijk
gestreefd worden naar afstemming en
samenwerking met de wijkinspecteur.
Volgende zaken trekken de aandacht in SintPieters:
Tekort aan bedden voor gepensioneerden
Graffitigevoelige wijk
Concentratie van sociale huisvesting
Proportioneel
een
grote
schoolse
vertraging in het lager – en secundair
onderwijs => hoog risicogehalte op vlak
van schoolcarrière
Proportioneel veel BUSO jongeren
Proportioneel
een
groot
aantal
werkzoekenden
met
(minderjarige)
kinderlast
Op inkomensniveau scoort Sint-Pieters
lager dan het Brugse gemiddelde vooral
de Molenwijk en Duivekete.
Positieve
evoluties
op
vlak
van
voorzieningen, plaatsen tot ontmoeting
en animatie en vorming. => ondertussen
al een uitgebreid aanbod zowel in het
buurtcentrum, ’t Meulentje als de Wissel.
Daarnaast nog een 80-tal andere
verenigingen en/of voorzieningen.
Ook de indicaties mbt participatie zijn
positief:
30%
participatie
in
jeugdbewegingen, grote deelname aan
diverse
activiteiten
vanuit
het
buurtcentrum
(bv.
badminton,
voetbalploegjes, volkstuintjes, maand
van de netheid, …)
Organisatie buurtcentrum
De uitbouw van het aanbod in het
buurtcentrum stond ook in 2012 centraal. Het
vergde heel wat overleg en voortdurende
communicatie en verantwoording om het
centrum te doen evolueren in de richting van
een buurtcentrum. Het buurtwerk heeft dit
jaar heel wat energie gestoken in het via
overleg en dagelijkse contacten bewerken
van de andere partners in huis naar een
toegankelijker open huis. Binnen het centrum
is er een bibliotheek met een beroepskracht
aanwezig, is er een toneelzaal, een kuisvrouw
en vervult een koffiedame van het OMCW de
65
barfunctie. Praktische afspraken tussen deze
mensen (met diverse opdrachten en diverse
opdrachtgevers) vertrekken weliswaar vanuit
een dagelijks bestuur, maar de in oorsprong
maandelijkse bijeenkomsten blijken echter te
weinig dwingend om iedereen op één lijn te
krijgen. Eenzelfde visie en houding over waar
het centrum naar toe moet, hoe men de
bezoeker (klant of participant?) ziet, een
houding rond 'vertrouwelijke omgang', enz.
zou nochtans veel duidelijkheid scheppen. De
fysieke locatie op zich biedt veel meer
mogelijkheden
dan tot op
heden
is
ontwikkeld. Niet enkel het moeizame,
stapsgewijze proces naar een duidelijke
invulling als ‘centrum voor iedere inwoner’
ligt aan de basis van het onder benutten van
de mogelijkheden. Het is daarnaast ook de
gebrekkige infrastructuur (niet hedendaags,
niet functioneel qua indeling) die een
handicap vormt.
buurtwerk maandelijks een
creatieve kinderactiviteit op.
zinvolle
en
Link naar de Kiekendoe website of
http://www.facebook.com/KiekEnDoe
Op het gebied van recreatie en ontspanning
zijn er met badminton, tai ji en voetbal een
aantal 'clubwerkingen' ontstaan door en voor
wijkbewoners.
Taiji in Buurtcentrum De Dijk
Buurtcentrum De Dijk Sint-Pieters
(http://www.facebook.com/Buurtcentrumdedijk)
Aanbod buurtcentrum
Het buurtwerk heeft hulpverlening en
ondersteuning, recreatie en ontspanning,
animatie
en
ontmoeting,
vorming
en
opleiding + sociale acties en campagnes
(gemeenschapsontwikkeling) als functies. Op
elk van die functies wordt er vanuit het
buurtwerk
Sint-Pieters
netwerken
en
samenwerkingsverbanden opgezet om hier
een structureel antwoord (geen oplossing,
maar een tegemoetkoming) aan te bieden.
Bij hulpverlening en ondersteuning zijn er
praatavonden
Kiekendoe,
de
jobstudentenbeurs en de doorverwijsfunctie
van het buurtwerk én de aanwezigheid van
het
OCMW
in
het
centrum.
Het
opvoedingsondersteuningsproject
werd
verder
ontwikkeld en hernoemd naar
Kiekendoe
voor
ouders/kinderen.
Bij
Kiekendoe kinderen zet een vaste werkgroep
vrijwilligers zich onder begeleiding van het
In de loop van 2012 werd het buurtcentrum
de vaste uitvalsbasis van de Letskring Brugge
en houdt ook de buurtcomputerclub hier een
maandelijks treffen; Daarnaast is er een
project volkstuinen, dat twintig gezinnen een
groentetuin en vorming en ontmoeting
aanbiedt.
Oogsten in de Volkstuintjes van Sint-Pieters
Qua animatie en ontmoeting is de buurtkrant
een 'ontmoetingsplaats'
waar naast het
aanbod mensen (sterkhouders, jan met de
66
pet, nieuwkomers,.) aan bod komen. Ook de
week van de vrijwilligers, de paaseierenraap
en
de
diverse
(wijk)feesten
zijn
buurtoverschrijdende
samenwerkingsverbanden.
Link Buurtkrant Sint-Pieters op www.brugge.be
Op het gebied van vorming en opleiding
wordt er samengewerkt met erkende leer- en
vormingscentra zoals Open School of
Vorming Plus (computerlessen, fietsherstel,
tekenen, .) maar worden ook de creatieve
kantjes van wijkbewoners (bloemschikken,
kantklossen,.) ingeschakeld om vorming aan
te bieden. Met daartoe georiënteerde
organisaties én met buurtbewoners wordt ook
steevast 'iets' gedaan rond de geschiedenis
en/of het erfgoed van Sint-Pieters. Zo werd
in
2012
terug
meegewerkt
aan
de
Erfgoeddag.
Het buurtwerk Sint-Pieters telt diverse sociale
acties en campagnes, waarin ook hier als
hoofdkenmerk geldt dat dit een zo breed als
mogelijk gedragen samenwerkingsverband is.
én het verantwoordelijkheidsgevoel van de
bewoners, onder andere via het verspreiden
van een meldingsfiche en het promoten van
het meldpunt van de stad. Daarnaast wordt
ook de fysieke en psychische (speel) ruimte
van de wijk aangepakt. Via de ludieke actie
'Laat je niet kisten' werd er in die sociaal
zwakke wijk tevergeefs gepoogd om mensen
te engageren.
Murga Bruga
Nog op het gebied van sociale cohesie (maar
ook vorming) werd in 2012 de straatfanfare
Murga Bruga gerealiseerd. Dit project
sluimerde reeds enkele jaren, een stuurgroep
o.l.v. de buurtwerker heeft een heus sociaal –
artistiek proces afgelegd. De vaste kern van
de Murga telt een twintigtal leden en trad in
de zomer reeds 4 keer op (drie keer te SintPieters, 1 keer te Antwerpen). Continuering
en ledenwerving zijn de aandachtspunten
voor 2013.
Link naar de Murga Bruga website of
http://www.murga.be
Repetitie Murga Bruga
Buitenspeeldag in de Gentele
Wijk Duivekete
Er is overleg rond de goede werking van het
sport- en recreatiedomein Tempelhof en rond
de leefbaarheid van wijk Duivekete. Hier
werd een bewonersplatform geïnstalleerd van
waaruit alle initiatieven rond de leefbaarheid
van de wijk besproken worden. Tevens wordt
via dit platform gewerkt aan de weerbaarheid
Maand van de Netheid
Een project klimaatswijken werd in 2012 voor
de laatste maal gedaan, gezien de goede
werking van energiesnoeiers werd beslist om
in het najaar van 2012 dit niet meer te
hernemen. De 'maand van de netheid' werkt
gericht rond verbetering van de woon- en
leefomgeving.
De maand van de netheid
bestond uit een quiz, een opkuisactie met
medewerking
van
de
scholen,
de
buurtwerkingen en de jeugdverenigingen op
Sint-Pieters en twee workshops rond creatief
met afval.
67
Peters en meters speelpleinen
Daarnaast is er een project peters en meters
van de speelpleinen, waarbij nu ook peters
en meters gevonden zijn voor de nieuwe
speelruimte in wijk Duivekete. Dit project
vraagt echter om een verbreding (en
positievere oriëntatie) van het profiel van een
peter/meter.
Lokaal Verkeersoverleg
Het lokaal verkeersoverleg draaide in 2012
op een laag pitje: twee opeenvolgende
personeelswissel bij de mobiliteitscel waren
nefast voor de continuïteit van dit project.
Uitdagingen 2013
De buurtwerking heeft dus projecten en
samenwerkingsverbanden
op
heel
wat
levensdomeinen (tewerkstelling, vorming,
vrije tijd, cultuur, sport, welzijn, leefmilieu,
wonen, verkeer en mobiliteit, ...) en richt zich
op
zoveel
mogelijk
doelgroepen
categorieën. Aandacht voor de continueringinbedding van al deze initiatieven is een
uitdaging op zich.
68
Buurtwerk Zeebrugge
-
Fenomeen 6: Buurtgebonden sociale overlast.
zich meebrengt dat een aantal achterstandskenmerken
er
meer
dan
gemiddeld
vertegenwoordigd zijn: schoolse achterstand,
werkloosheid, minder modaal gezinsleven,
grotere groep leefloners,…
Geert Pollin, Maatschappelijk werker, niveau
A1, fulltime
Beschrijving:
Buurtwerk Zeebrugge wenst de leefkwaliteit,
het
sociaal
weefsel,
vrijetijdsaanbod,
woonkwaliteit en integratie van diensten en
voorzieningen in de buurt te verbeteren.
Het buurtwerk is een zelfstandig project. In
het kader van project is er regelmatig contact
en overleg met (lokale) verenigingen,
overheden
(bv.
provincie)
en
andere
diensten. In het kader van de samenwerking
met de lokale werkwinkel en OCMW in de
buurtdienst ZOC zijn er overlegmomenten.
Projectmatig wordt er ook
samengewerkt
met andere stadsdiensten, bv. Jeugddienst,
groendienst, dienst leefmilieu, Bruggeplus, …
Wat vorming betreft in de buurt wordt er
samengewerkt met Wijzer (computercursus,
rijbewijs, Nederlands,...).
-
Directe
afstemming
t.a.v.
het
Zonaal
Veiligheidsplan is er niet. Wel kan er binnen
de uitvoering van de basisfuncties (‘de
functie
wijkwerking’)
zoveel
mogelijk
gestreefd worden naar afstemming en
samenwerking met de wijkinspecteur.
Zeebrugge heeft te kampen met volgende
problematieken:
Een laag gemiddeld inkomensniveau
ligt (in de stationswijk)
Groot aantal dossiers financiële hulp
(OCMW)
Tekort
aan
serviceflats/rusthuis,
algemeen weinig voorzieningen voor
senioren
Indicaties participatiegraad eerder
gemiddeld
Kansarmoede-indicatoren
situeren
zich vooral in Stationswijk en
strandwijk
(nl.
allenstaanden,
éénoudergezinnen, woonstabiliteit en
geboortes in kansarme gezinnen
scoren bovengemiddeld.
Proportioneel een hoge schoolse
vertraging zowel in lager – als in
secundair onderwijs => proportioneel
groot risico in schoolcarriëre
Daarnaast dient er vanuit het
buurtwerk blijvende aandacht te zijn
voor:
Mobiliteit (veiligheid)
Sociale isolatie – afstand naar
dienstverlening
Uitbreiding
havenactiviteit
versus
woon- en leefkwaliteit.
Organisatie buurtcentrum
Begin
2012
was
er
opnieuw
een
personeelswissel. We namen afscheid van
Heroen Bollaert en verwelkomden Anthony
De Beir. Terug een aanpassingsperiode voor
zowel personeelsleden als bezoekers van het
buurtcentrum.
Nieuwe activiteiten werden uitgewerkt maar
er werd vooral nadruk gelegd op het
versterken
van
de
bestaande,
vaste
activiteiten binnen het buurtcentrum. Dit
leidde tot een regelmatigere – en grotere
aanwezigheid van buurtbewoners in het
buurtcentrum.
Vooral de langdurige, permanente activiteiten
waren in 2012 succesvol. Denken we hierbij
vooral aan “goedgemust breien” en het
69
poppenkastproject in het kader van de Week
van de Amateuristische kunstbeoefening.
OCMW (trajectbegeleiding, zorgverlening en
woonbegeleiding). Naast deze vast zitdagen
zijn er een aantal losse zitdagen o.a. van de
dienst
Belastingen
en
De
Schakelaar
(samenaankoop groene energie).
Het buurtcentrum is een verkooppunt voor
vuilniszakken (meer en meer zien we de
trend tot het aankopen per zak) en een
oplaadpunt voor energiekaarten (duidelijke
stijging van het aantal opladingen).
Door het bekomen van 3 laptops met
Windows 7 maken ook meer mensen gebruik
van deze uitleendienst. Naast de gebruikers
voor chatten, spelletjes, on-line bankzaken
en sollicitaties maken ook de deelnemers van
de computercursus gebruik van dit aanbod.
Maar het is vooral het aantal gebruikers van
de dagelijkse maaltijden dat gestegen is. De
stijgende lijn van 2011 werd verdergezet.
Dit betekende dat een aanpassing van het
keukengedeelte zich opdringt. In 2012
werden verschillende voorstellen besproken.
Flyer breiclub
Een onafhankelijke bevraging van een 100-tal
inwoners van Zeebrugge (verspreid over de 4
wijken) leerde ons dat het buurtcentrum en
zijn werking relatief goed gekend is bij de
bevolking van Zeebrugge. Ook de buurtkrant
kreeg een goede waardering.
Werkpunten en groeimarge bleken vooral
aanwezig op het bereiken van jongeren en
inwoners in de strandwijk. Ook werd door de
respondenten aangehaald dat er meer
activiteiten mogen doorgaan in de buurten
zelf (vooral dan voor jonge gezinnen met
kinderen). Ook bleek uit de bevraging dat er
in Zeebrugge nog een onbenut potentieel aan
vrijwilligers is, een nauwere samenwerking
met de vrijwilligerscentrale biedt hier opties.
Ook
samenwerkingsverbanden
met
het
verenigingsleven in Zeebrugge kunnen nog
intensiever vooral via bekendmaking en
initiatie
van
het
aanbod
van
deze
verenigingen. Stappen in die richting werden
reeds in 2012 gezet door het buurtcentrum
door te fungeren als verkooppunt en door het
buurtcentrum
open
te
stellen
als
ontmoetingsen
vergaderlocatie
voor
verenigingen.
Samenwerking
De drie werkvormen, buurtcentrum –
Zoc@home – Zocjes, werken samen voor een
aantal
praktische
projecten
vb.
de
opruimactie in het kader van de maand van
de netheid en de Buitenspeeldag.
Hulp- en dienstverlening
Het
buurtcentrum
beschikt
over
een
laagdrempelig
hulpen
dienstverleningsaanbod oa vaste zitdagen
Maaltijd in buurtcentrum
Ook in 2012 werd een stijging waargenomen
van het aantal bezoekers met (informatieve)
vragen. Verhoogde inspanningen betreffende
het aanbod en de bekendmaking ervan zullen
daar wellicht medeverantwoordelijk voor zijn.
Daarnaast staat het buurtcentrum gratis ter
beschikking
voor
diverse
diensten,
organisaties en verenigingen. Meer en meer
plaatselijke verenigingen maken gebruik van
dit aanbod. Drie verenigingen hebben er hun
vaste stek: toneelgroep de Feestvarkens,
toneelgroep De Splenters en Country stars
Zeebrugge (plaatselijke dansgroep).
Volgende verenigingen maken occasioneel
gebruik
van
het
buurtcentrum
voor
activiteiten
en/of
vergaderingen:
ACV
Zeebrugge, Femma Zeebrugge, Volkstuinen
Zeebrugge, Feestcomité Zeebrugge, Pasar,
Markant Zeebrugge, Nationale Strijdersbond
afd. Zeebrugge,
70
Eenmalig gebruik ten voordele van de buurt
door o.a. Samenlevingsopbouw, Brugse
Huisvestingsmaatschappij en Brugge Plus.
De aangeboden cursussen, vanuit Open
School, zijn zeer laagdrempelig en gericht op
basiskennis.
Recreatie en ontmoeting
Een aantal activiteiten worden stilaan een
traditie en vonden bijgevolg ook dit jaar met
succes plaats. Het betreft ondermeer de
buurtpicknick, Feestmaaltijd, Wijk Up, de
maandelijkse kaart- en koffienamiddagen, de
kerstmarkt, kwis, …
Computercursus in buurtcentrum d’Oude Stoasie
Geconcentreerde deelnemers tijdens de kwisavond
Daarnaast werd in 2012 het aanbod verder
uitgebouwd met nieuwe activiteiten o.a.
bezoek aan Matongé wijk, kerstavondrondrit,
cinema la gare, bezoek aan lichtfeest,…
In 2012 ook vorming mbt het gebruik van tablets en
I-pads voor senioren
Nieuw en grootscheeps was ook het project
ZieZoc. Een 10-tal klanten van zoc@home
maakten kennis met de Ipad en meer
bepaald de mogelijkheid om via dit
communicatiekanaal hulp aan te vragen.
Uiteraard kwam de kennis van Ipad ook ten
goede van hun algemene informaticakennis.
Bezoek Matongé wijk in Brussel met buurtbewoners
Het breien dat in 2011 werd opgestart
(mutsen voor het seamencenter) werd in
2012 verdergezet. Er werd deelgenomen aan
een nieuw project: Goedgemutst breien,
breien
van
kleine
mutsjes
t.v.v.
Welzijnswerk.
Vorming
Het vormingsaanbod in het buurtcentrum was
hoofdzakelijke gericht op het dichten van de
digitale kloof. Hiervoor werd extra ingezet
tijdens de Digitale Week.
Binnen de week van de amateurkunsten werd
een
poppenkastproject uitgewerkt.
Een
werkstuk die volledig door buurtbewoners
werd gemaakt. De poppenkast zelf, de
poppen, het verhaal, de spelers, de
achtergrond.
Alles werd onder begeleiding zelf aangemaakt
wat de betrokkenheid bij het project
aanhaalde.
Informeren
In het buurtcentrum zelf worden de
bezoekers door de medewerkers permanent
geïnformeerd omtrent de activiteiten. Deze
mond aan mond publiciteit is en blijft de
71
voornaamste
manier
bezoekers/buurtbewoners te bereiken.
om
Infonamiddag digitaal stemmen
Informatie is er uiteraard ook via folders en
affiches in het buurtcentrum. Ook de
driemaandelijkse buurtkrant is ondertussen
een niet weg te denken bron van (praktische)
informatie
voor
de
Zeebrugse
en
Zwankendamse bevolking.
Leefbaarheid in de wijk
In 2012 was er in Zeebrugge, meer bepaald
bij de bewoners van de stationswijk,
blijvende vrees rond de MER rapporten van
het
SHIP-project.
Het
buurtcentrum
fungeerde een stuk als bakermat van
objectieve informatie tussen de rapportering
en de bevolking.
Ook rond het project Stevin, de bouw van
een hoogspanningsstation in de stationswijk
neemt het buurtcentrum deze taak op zich.
Uitdagingen 2013
Net zoals in de andere buurtcentra blijft het
optimaliseren van de samenwerking en
wegwerken van de cultuurverschillen tussen
medewerkers van het OCMW en de stad één
van de grote uitdagingen.
Daarnaast
is
er
aandacht
voor
de
continuering
van
de
sterke
punten
aangehaald
in
de
bevraging
(goeie
buurtkrant,
laagdrempelig
onthaal,
vriendelijke en behulpzame medewerkers, …)
maar ook voor verbetering van knelpunten
aangehaald door respondenten (bv. bereik
jongeren, aanwezigheid of perceptie van
aanwezigheid in de buurt, …).
Link naar Buurtkrant Zeebrugge op www.brugge.be
72
Buurtwerk Sint-Jozef
-
zich
meebrengt
dat
een
aantal
achterstandskenmerken
er
meer
dan
gemiddeld vertegenwoordigd zijn: schoolse
achterstand, werkloosheid, minder modaal
gezinsleven, grotere groep leefloners, …
De opdracht voor het buurtwerk Sint-Jozef
vinden we in het plan terug onder 3
strategische doelstelling gestipuleerd onder
Fenomeen 6: Sociale overlast:
Een
bevorderen.
2. Strategische doelstelling 3: De sociale
controle bevorderen.
De
negatieve
gevolgen
van
Hilde Ballegeer,
maatschappelijk werkster
Kenny Rogiers en daaropvolgend Koen
Gadeyne, jeugdopbouwwerkers, werken niet
meer vanuit het buurthuis, maar zijn
sporadisch aanwezig voor de jongeren.
Het buurtwerk is een zelfstandig project. In
het kader van het project is er regelmatig
contact en overleg met verenigingen en
andere
diensten
(Lokale
Werkwinkel,
groendienst, politie, jeugddienst, …). Er is
eveneens overleg en informatie-uitwisseling
met
OCMW,
groendienst,
leefmilieu,
feestcomité, Open School, … die ook in SintJozef
actief
zijn
met
aspecten
van
leefbaarheid.
Hoewel zeer moeilijk blijft het kriebelen om
het bestaande diensten- en vrijetijdsnet
(inzonderheid Kinderwerking St-Jozef) op de
wijk in de toekomst weer méér als partner te
blijven opzoeken. D.C. De Garve en de bib
winnen opnieuw weer aan belangrijkheid in
samenwerkingsverband. Verder blijft de
wijkpolitie, waarmee we weer op goede weg
zijn, één van de fundamenteelste partners.
Ook
de
Brugse
Maatschappij
voor
Huisvesting, stedelijke diensten als jeugd,
infodienst, de dienst werken en wegen, de
groendienst en het OCMW zouden dit kunnen
worden.
-
Het project heeft een aantal raakvlakken met
het aandachtspunt 'handhaving van de
leefbaarheid in de stedelijke omgeving' en
het engagement 'wijkwerking' binnen het
zonaal veiligheidsplan.
Geografie-economie
Op geografisch vlak kampt St.-Jozef niet met
echte grote problemen.
Demografie
Op demografisch vlak kennen we hier een
redelijk evenwicht in de vertegenwoordiging
van de verschillende bevolkingscategorieën.
Wel is er een lichte stijging vast te stellen
in het aantal allochtonen die zich in de wijk
vestigen (4,58% van de bevolking Sint-Jozef
t.o.v. 3,1% in Brugge). In het verleden
toonden cijfers aan dat St.-Jozef te kampen
had met een ernstige socio-economische
achterstand. Deze achterstand wordt
langzaamaan
weggewerkt,
waarvoor
positieve indicaties bestaan (bv. Sint-Jozef
scoort
slechts
op
2
van
de
9
kansarmoedeindicatoren hoger dan normaal,
inkomensniveau ligt onder het gemiddelde
van groot Brugge maar enkel Sint-Jozef
centrum met een vrij laag inkomensniveau,
relatief weinig leefloners en financiële hulp
dossiers). Wel heeft deze positieve evolutie
ook een negatief aspect namelijk dat X-aantal
mensen net uit de boot vallen om financiële
steun te krijgen. Het blijft dus wel degelijk
een aandachtspunt.
Woonomgeving
Op het vlak van woonomgeving (letterlijk
geïnterpreteerd) ondervinden we eveneens
weinig cruciale problemen. De grootste
problemen worden nu (eindelijk) door de
Brugse
Maatschappij
voor
Huisvesting
aangepakt. Dit dient verder wel systematisch
opgevolgd te worden.
73
Op het vlak van integratie kunnen we stellen
dat de oude vaste kern qua ontmoeting
en contact dient te investeren in het
nieuwe St.-Jozef die heden hoofdzakelijk
eveneens door nieuwe externe bewoners
bevolkt wordt.
We moeten verder werken aan wederzijdse
integratie alsook een blijvende aandacht
hebben voor tolerantie van of naar de
verschillende leeftijdsbewonersgroepen.
M.b.t.
de
nieuwe
buurt
rond
de
Lobbrechtstraat blijft er aandacht m.b.t.
het voorkomen van volledige isolatie en een
goed sociaal klimaat. De wijk ligt immers wat
afgelegen (rand Koolkerke en Sint-Jozef) en
heeft weinig voorzieningen maar is misschien
net daardoor voor een bepaald publiek zeer
aangenaam. Ook achter het buurthuis
wordt een nieuwe wijk ingepland waarvoor
voldoende aandacht zal zijn voor eventuele
signalen.
Tot slot willen we de woonomgeving(en)
leefbaar maken (noodzakelijke renovaties
opvolgen,
aanpakken
hondenpoepproblematiek,
groenvoorzieningen
onderhouden)
via
(positieve preventieve) sociale controle en –
interactie die ondersteund wordt vanuit de
wijk en evenzeer formeel bekrachtigd wordt
via o.m. een sterk een sociaal-politioneel
samenwerkingsverband.
Onderwijs
Op vlak van onderwijs wordt in Sint-Jozef
vooral een schoolse vertraging in het
lager
onderwijs
vastgesteld
die
proportioneel hoger ligt dan het gemiddelde
in Brugge. Ook is er proportioneel een
concentratie aan BUSO leerlingen. Deze
beide fenomenen brengen logischerwijs een
proportioneel
hoger
risico
m.b.t.
schoolloopbaan met zich mee.
Participatie
In
Sint-Jozef
is
het
aantal
jeugdwerkinitiatieven op peil maar het aantal
jeugdbewegingen beperkt tot één (de
Chiro).
De
participatiegraad
in
de
jeugdbeweging is opmerkelijk onder het
gemiddelde en zelfs het laagst van heel
Brugge. Een aandachtspunt is dus de
ondersteuning
van
het
georganiseerde
jeugdwerk en de aandacht voor positieve
ondersteuning
van
adolescenten
(en
hangjongeren).
Samengevat besluiten we dat het project
zich vooral moet richten op ontmoeting,
integratie en tolerantie tussen de
verschillende bewoners(groepen), met
het oog op het creëren van een blijvend
leefbaar wijkklimaat. Daarnaast moet er
ook aandacht zijn voor de schoolse
vertraging (en de eventuele negatieve
schoolervaringen) in het lager onderwijs
en de ondersteuning van het jeugdwerk
en de adolescenten.
Algemeen
Het werkingsjaar 2012 kende een wat
turbulent verloop wegens periodes van
afwezigheid van de buurtwerkster maar ook
wegens de integratie van het buurtwerk en
het dienstencentrum in één centrum. Op 21
juni 2012 opende het nieuwe DC De Garve
zijn deuren.
Opening nieuw Dienstencentrum “De Garve”
Zoals in de andere centra kent ook deze
samenwerking zijn kinderziekten, praktische en organisatorische pijnpunten (bv. ander en
ouder doelpubliek OCMW tov buurtwerk,
aanpassing aan een nieuwe open werkplek
met meer medewerkers maar ook meer en
grotere aanwezigheid van doelgroepen, geen
aanpassing benaming dienstencentrum naar
buurtcentrum, team- en éénheidsvorming,
integratie
met
bibliotheek,
afstemming
verschillende werkingen, enz.). Toch is de
samenwerking niet allemaal kommer en kwel,
integendeel. De samenwerking biedt heel wat
opportuniteiten, niet in het minst de twee
uitvalsbasissen (oud buurthuis en nieuw DC),
twee
verscheiden
doelgroepen
of
achterbannen met groter bereik tot gevolg,
een mooie nieuwe en ruime werkplek met
veel faciliteiten, meer handen maken licht
werk (oa ondersteuning van 2 uitstekende,
dynamische
gastvrouwen
+
extra
vrijwilligers), orde en organisatie, enz.
Daarnaast dwingt de grotere inzet en
aanwezigheid van de buurtwerkster in het
74
DC, de buurtraad om op bepaalde vlakken
meer autonoom te werken en functioneren.
permanenties
(bijna
gemiddeld
4
dagen/week) waar méér buurtbewoners de
weg
hebben
gevonden
voor
informatieverstrekking
en
hulpverlening
(gemiddeld 25 per week). Een 8-tal
individuele, lopende hulpverlenings-dossiers
werden (verder) opgevolgd.
Aansluitend op het individuele hulpen
dienstverleningsaanbod werd in 2012 werk
gemaakt van een rekruteringsproject inzake
voedselbedeling aan kansarme bewoners.
Een 8-tal kansarme families werden via dit
project opgevolgd.
Aanschuiven bij het frietkraam nav opening De Garve
In de loop van 2012 legden het OCMW en het
buurtwerk gaandeweg een traject af om tot
gemeenschappelijk inzichten te komen en
elkaars troeven te ontdekken! Ook in 2013
wordt volop geïnvesteerd om aan de
gezamenlijke weg te timmeren.
Samenwerking
Ook in 2012 werd door de buurtwerkster
gewerkt aan samenwerkingsverbanden. Deze
behelsden een regulier overleg met de Garve,
het Wok, de Kinderwerking St-Jozef en in wat
lagere frequentie met de wijkagent en de
Groendienst.
Informatieverstrekking
De 3-maandelijkse buurtkrant blijft een
belangrijk medium. Door ziekte werd er in
2012 één buurtkrant minder uitgegeven. In
2013 kan bij de nieuwe aanbesteding
gestreefd worden naar een betere timing
voor het uitbrengen van de buurtkrant en in
afstemming met de publicatie van het
Balsemboomblad.
Door andere prioriteiten (vooral het opdrijven
van de permanentierol in het buurthuis en De
Garve) is het buurtwerk niet gekomen tot het
samenstellen
en
uitgeven
van
een
verenigingsgids. Meteen een uitdaging om
deze in 2013 te realiseren.
Tot slot werkte het
organisatie van – en
resultaten
van
kwaliteitsbevraging
Brugse Maatschappij
buurtwerk mee aan de
de communicatie van de
een
wijkgerichte
ten behoeve van de
voor Huisvesting.
Versterking leefbaarheid
In 2012 was het sensibiliseringsproject
hondenpoep een schot in de roos. Met succes
werd
de
hondenpoepproblematiek
tot
aanvaardbare proporties terug gebracht.
De buurtwerkster met medewerkers en
samenwerkingspartners (WOK, OCMW, buurtraad)
Daarnaast
werd
meegewerkt
studenteninterviews en onderzoeken.
aan
Het intern 14-daags individueel overleg werd
gecontinueerd.
Het
buurtwerkoverleg
daarentegen stond op een lager pitje. In
2013 wordt dit laatste opnieuw vlot
getrokken.
Hulp- en dienstverlening
Het buurtwerk is en blijft een eerstelijns
aanspreekpunt in de buurt ondanks het feit
dat er in 2012 minder huisbezoeken werden
afgelegd.
Daarentegen werd
er
meer
geïnvesteerd
in
de
buurtgerichte
Plaatsen van sensibiliserende vlaggetjes tijdens de
hondenpoepcampagne in Sint-Jozef
75
Versterking sociaal weefsel
In
2012
werd
het
gevarieerd
activiteitenaanbod in stand gehouden. Zo
vonden opnieuw de sterk gewaardeerde
computercursussen
i.s.m.
Open
School
plaats. Eveneens waren er de benefiet voor
Hartenkinderen, de zomerdrink, WijkUp
2012, de Week van de Smaak en de
kerstuitstap, enz. Stuk voor stuk waren dit
geslaagde (sociaal-culturele) activiteiten die
het sociaal weefsel op de wijk versterken.
Wijkup 2012 in Sint-Jozef
Uitdagingen 2013
Niet verrassend is de grootste uitdaging voor
2013 de versterking van de samenwerking
met het OCMW en de integratie en profilering
van beide werkingen als één geheel.
In 2013 bestaat het buurtwerk Sint-Jozef 25,
de dienst preventie 20 jaar en het nieuwe,
gezamenlijke dienstencentrum De Garve 1
jaar. Een reden om te vieren, vooruit te
kijken naar de toekomst en met nostalgie
terug te blikken op de afgelopen jaren.
Enkele smulpapen tijdens de ‘Week van de smaak’
Met hetzelfde opzet werden opnieuw de
straatfeesten op St-Jozef opgevolgd. Tot slot
werd, ondanks de beperkte tijd, de buurtraad
toch
met
veel
zorg
en
intensiteit
ondersteund.
Kersthappening Sint-Jozef
76
Jeugdpreventiewerk
-
Vanuit de stad wordt een project
ondersteund dat zich zeer expliciet richt
op jongeren waarvan de normerende
kaders (deels) weggevallen zijn (uit zich
bv. in vandalisme, pesterijen, spijbelen,
overlast, …). De doelstellingen uit het
veiligheidsen preventiecontract voor dit
project vinden we terug onder Fenomeen
4: Jeugdcriminaliteit.
Kenny Rogiers, maatschappelijk werker
Haroun
Karim
Rajput,
bachelor
maatschappelijk
veiligheid
(niveau
B),
fulltime.
Koen Gadeyne, bachelor maatschappelijk
werk (niveau B)), fulltime ter vervanging van
Kenny Rogiers van 16 november 2012 tot en
met 31 mei 2013
Beschrijving:
Binnen
de
preventiedienst
gaan
2
preventiewerkers actief aan de slag met
jongeren binnen het openbaar domein, in
parken en pleintjes, hangplaatsen,… en daar
contact
legt
met
de
jongeren.
Het
jeugdpreventiewerk beoogt enerzijds om
maatschappelijk kwetsbare jongeren uit
Brugge de kans te bieden om zich op alle
levensdomeinen te ontplooien, en anderzijds
ruimte te creëren voor jongeren binnen het
openbaar
domein
waar
ze
kunnen
rondhangen in harmonie met hun omgeving
en zijn bewoners. De Stad Brugge wordt
regelmatig geconfronteerd met situaties
waarbij jongeren (gewild of ongewild)
overlast veroorzaken voor bewoners en/of
gebruikers van de openbare ruimte. Om te
vermijden dat dit soort overlastmeldingen
escaleren, wil de Stad Brugge deze overlast
snel
en
in
dialoog
aanpakken.
De
jeugdpreventiewerkers bemiddelen tussen de
betrokken partijen en zoeken naar een
constructieve oplossing waar beide partijen
zich kunnen in vinden . Hiertoe gaan de
preventiewerkers
in
dialoog
met
de
betrokkenen en laten hen mee zoeken naar
oplossingen. Tegelijk zoeken zij samen met
andere
partners
(lokale
politie,
huisvestingsmaatschappij, stadsdiensten …)
naar
ondersteunende
maatregelen
om
conflictsituaties preventief tegen te gaan.
In het kader van het project is er regelmatig
contact en overleg met verenigingen,
instellingen en andere diensten (CGSO, CGZ,
jeugddienst, De Sleutel, OCMW, Log-in, COC,
JAC, politie, groendienst, CAW Regio Brugge,
…).
Daarnaast werkt de jeugdopbouwwerker
regelmatig samen met zijn collega’s van de
preventiedienst.
-
De link of afstemming t.a.v. het Zonaal
Veiligheidsplan vinden we terug in prioriteit:
Weekendoverlast in uitgangsbuurten.
De
jongerenopbouwwerker is op geregelde
tijdstippen
’s
nachts
aanwezig
op
overlastgevoelige plaatsen.
De jeudpreventiewerkers richten zich op een
300–tal
‘maatschappelijk
kwetsbare
jongeren’.
Ze hebben een onstabiele
thuissituatie, ze hangen vaak rond, ze vinden
geen
werk,
...
Maatschappelijke
kwetsbaarheid kan worden doorbroken door
enerzijds de jongere die zich in een
kwetsbare positie bevindt weerbaar en
mondig te maken zodat hij zelf zijn situatie
kan verbeteren en zelf de richting kan kiezen
waarin
zijn
toekomst
uit
zal
gaan.
Anderzijds moeten er voortdurend signalen
worden
gestuurd
om
bepaalde
veranderingen
bij
maatschappelijke
instellingen te bewerkstelligen (lees: om de
drempels lager te maken of weg te werken).
Opvolging probleemlocaties
In het voorjaar werden de bestaande
projecten
verder
opgevolgd.
Klachten
77
kwamen uit diverse hoeken: rechtstreeks van
de buurtbewoners, via de ombudsman,
politie, kabinet van de burgemeester,… Op
diverse pleinen waren er blijvende klachten
van overlast (oa. in Duivekete en in SintJozef). Voornaamste klachten blijven vooral
mbt
'hangjongeren',
geluidsoverlast
en
zwerfvuil.
Aan de hand van een adequate methodiek
hebben we geprobeerd de overlast tot een
minimum te beperken.
Proactieve aanpak
Wekelijks
werden
niet-problematishe
pleintjes, parken en hangplaatsen bezocht
met het oog op het voorkomen van overlast.
Tijdens
deze bezoeken
werden
zowel
jongeren als buurtbewoners aangesproken.
Van de informele babbel werd gebruik
gemaakt om enerzijds kennis te maken met
de gebruikers van de openbare ruimte en
anderzijds te peilen naar sfeer op het plein,
parkje of hangplaats. Deze manier van
werken maakte het mogelijk om overlast
proactief aan te pakken en snel tussen te
komen
bij
opkomende
of
oplopende
spanningen. De nadruk lag voornamelijk op
wijken in de deelgemeenten Sint-Jozef en
Sint-Pieters. Dit neemt niet weg dat alle
deelgemeenten de nodige aandacht hebben
gekregen.
Ook de scholen werden zoveel als mogelijk
betrokken bij de sensibilisering omtrent
zwerfvuil. Er was in 2012 samenwerking met
het Sint-lodewijkscollege en de Marciolen,
beide scholen toonden hun engagement om
de schoolomgeving net te houden en de
studenten te sensibiliseren.
Campagne ‘Let’s do it in de vuilbak’ aan het station
Brugge
In juni, na de examens van de studenten,
hebben we de hangcampagne georganiseeerd
in het Albertpark. Bedoeling was duidelijk te
maken dat jongeren mogen hangen in de
openbare ruimte mist het opruimen van hun
afval. Er was samenwerking met het JAC, de
jeugdraad, Het Entrepot en de jeugddienst.
Toch een 100 jongeren kunnen bereiken.
In september hebben we in samenwerking
met “Let’s Do It In de Vuilbak”(samenwerking
tussen IVBO en Provincie West-Vlaanderen)
een kleine sesibiliseringsdag georganiseerd
bij het begin van het schooljaar. De
studenten werden er attent op gemaakt dat
het nieuwe schooljaar ook een ‘proper’ jaar
moet worden. Was een groot succes.
Filmpjes ‘Let’s do it in de vuilbak’ door jongeren uit
Duivekete (zie ook
http://www.youtube.com/preventiedienstbrugg)
Vormingsmoment voor intermediairen
In de maand juni werd ism de jeugddienst
een ontmoetingmoment gepland met de
verschillende districten van de politie. De
bedoeling was info uit te wisselen betreffende
enkele specifieke overlastsites. Ook de
gemeenschapwachten zijn op de hoogte
gebracht van het beleidplan.
Werkgroep parken en pleinen
Dit
overleg
bestaat
uit
verschillende
stadsdiensten (preventie, politie, jeugddienst,
groendienst) die op een integrale manier
overlast op parken, pleinen en hangplaatsen
probeert aan te pakken. Tijdens dit overleg
worden alle relevante pleintjes, feiten en
situaties besproken. Door het systematisch
samenkomen is er bij dringende zaken of
oplopende spanningen een snelle informatieuitwisseling en efficiënt optreden van de
verantwoordelijke
partijen.
De
jeugdpreventiewerker heeft tav de werkgroep
in hoofdzaak een signaalfunctie en voert de
afgesproken acties uit op het terrein. Overleg
komt
maandelijks
samen,
in
de
zomervakantie om de twee weken.
Zomervakantie
Aan de hand van allerlei activiteiten die
inspelen op de leefwereld en interesses van
de jongeren uit de wijken wilden de
78
jeugdpreventiewerkers naast aanwezig zijn in
de wijk ook investeren in de jongeren en
werken aan een vertrouwensrelatie. Voor de
activiteiten die we op maat van de jongeren
op straat organiseerden gingen we aan de
slag met de jongeren uit St Jozef, St Pieters
(Gentele, Blauwe Poort en Poelweg). Bij deze
activiteiten hadden we meestal 10 tot 16
jongeren mee.
activeren,.. kortom een aanspreekpunt te zijn
voor de jongeren. Een belangrijk instrument
– dat vooral vorm kreeg in 2012 – hierbij is
de
facebookpagina
van
het
jeugdpreventiewerk. Via dit medium wordt
door jongeren ingeschreven, vragen gesteld,
ervaringen
uitgewisseld.
Een
400-tal
jongeren zijn via dit medium bevriend met
onze jeugdpreventiewerkers. Het internet is
dan ook sinds 2012 een nieuwe vindplaats
voor de jeugdpreventiewerkers. Hieraan
wordt verder gewerkt in 2013.
Bezoek Bobbejaanland met maatschappelijk
kwetsbare jongeren (voornamelijk uit Sint-Jozef en
Sint-Pieters)
Facebookpagine jeugdpreventie
(http://www.facebook.com/jeugdpreventie.brugge)
Er zijn een tiental activiteiten georganiseerd,
deze telkens op vraag van de jongeren. We
zijn gaan paintballen, voetballen, schaatsen,
bmx’en, skaten, bezoek Bobbejaanland, enz!
Tijdens deze activiteiten hebben we een 300
jongeren kunnen bereiken wat een succes te
noemen is.
Regelmatig
werkten
we
samen
met
Buurtsport OCMW. Dat had niet enkel
logistiek een meerwaarde maar ook de
kruisbestuiving tussen de deelnemers en
begeleiders
bewees
zijn
meerwaarde.
Jongeren
die
ingeschreven
waren
bij
Buurtsport leerden we kennen en onze
jongeren kregen de kans om de mensen en
het aanbod van Buurtsport te ontdekken.
Raport
maatschappelijk
kwetsbare
jongeren
Net zoals de coördinator werd ook de
jeugdpreventiewerkers
tijd
en
energie
geïnvesteerd
in
het
onderzoek
en
onderzoeksrapport
maatschappelijk
kwetsbare jongeren. Het resultaat van dit
onderzoek mag dan ook gezien worden en is
door de verschillende actoren op het terrrein
goed onthaald geweest.
Jeugdpreventiewerk met ‘Skate on tour’ in Izegem
We bouwden aan een relatie die we in de
toekomst kunnen gebruiken om de jongeren
aan te spreken, te sensibiliseren, te
www.brugge.be
79
Materiële ondersteuning
Tot slot werden de jeugdpreventiewerkers in
2012 voorzien van het nodige materiaal om
professioneel en aantrekkelijk uit de hoek te
komen. Zo werd een camionette aangeschaft
en voorzien van een hip kleedje. Op het einde
van het jaar werden daarenboven nog een
tent en twee plooifietsen aangekocht. In
2013 zal het nieuwe materiaal met veel
enthousiasme uitgetest worden.
Uitdagingen 2013
In 2013 wordt het een hele uitdaging om de
resultaten en aanbevelingen van het rapport
maatschappelijk kwetsbare jongeren te
concretiseren. Dit vereist niet enkel een
coördinatiestructuur maar zal ook van alle
partijen, actoren en veldwerkers op het
terrein een inspanning vergen.
Daarnaast gaat het jeugdpreventiewerk de
uitdaging aan om beter, gedetailleerder maar
klantgericht te registreren. Dit laatste
betekent dat de ingewonnen info ten behoeve
van de doelgroep wordt aangewend.
Verder is het jeugdpreventiewerk vragende
partij om de bureauruimte klanten
jeugdvriendelijker te maken.
Bedoeling
hiervan is jongeren te kunnen ontvangen
voor een goed gesprek. Het is echter niet de
bedoeling een ontmoetingsruimte te creëren
cfr. ’t Salon of Villabota of …
Enthousiaste jeugdpreventiewerkers met hun nieuwe
camionette
80
VII. LUIK JUSTITIE
81
82
Autonome werkstraffen
-
Zelfstandig project gesubsidieerd door FOD
Justitie (Globaal Plan). Valt niet onder het
veiligheidsen preventieplan van de stad
Brugge.
Chantal Sedeyn, 4/5 EV, universitair - 1/5
administratieve kracht
Charlotte Vermerre, halftijds, niveau B
del Cioppo Stèphanie, voltijds, universitair:
vervanging
Beschrijving:
Het project bestaat uit de praktische
coördinatie en organisatie van de uitvoering
van autonome werkstraffen op grondgebied
Brugge. De autonome werkstraf bestaat uit
een aantal uren onbezoldigd werk ten bate
van de gemeenschap.
Belangrijkste samenwerkingspartners zijn:
Justitiehuis
Brugge
(justitieassistenten en coördinator)
Prestatieplaatsen
(vzw’s,
stadsdiensten, provinciale diensten
en OCMW diensten)
Dispatching Roeselare, Kortrijk en
Oostende
Bureau
alternatieve
afhandeling
Brugge
Overlegplatform alternatieve straffen
binnen de stad Brugge
Werkvloerproject (stad Oostende en
Groep Intro)
Fedepass
herstelfonds
:
JWW,
Provincie,
Suggnomè, PSD.
1) Correcte en juiste doorverwijzing.
Het komt (vaak) voor dat personen
doorgestuurd worden die niet, weinig of
minder geschikt zijn voor het uitvoeren van
een werkstraf. Het gaat hierbij vooral om
psychiatrische patiënten, personen met
fysieke
beperkingen
en
acute
drugverslaafden. Het verdient aanbeveling na
te gaan bij welke daders de werkstraf het
meest effectief is. Zo leeft bv. het gevoel dat
'beroeps'delinquenten
weinig
tot
geen
boodschap aan deze straf hebben en
bijgevolg recidiveren. Uit de cijfers van 2006
blijkt dan weer dat delinquenten veroordeeld
voor agressiefeiten hun werkstraf minder
vaak tot een goed einde brengen.
2) Voldoende
aantal
doorverwijzingen.
In 2011 waren er aanzienlijk minder cliënten
dan in 2010, deze tendens lijkt zich in 2012
verder te zetten. Het aantal uitgesproken
werkstraffen in Brugge ligt echter nog steeds
lager dan in andere arrondissementen, vooral
bij de politierechters zien we heel weinig
werkstraffen opgelegd. Een logisch gevolg is
dat
het
aantal
opgelegde
uren
werkstraf/dossier
hoger
ligt
dan
het
gemiddelde van de andere arrondissementen.
Verhoudingsgewijs is het aantal uitgesproken
werkstraffen
t.o.v.
het
totaal
aantal
uitgesproken veroordelingen vrij laag. Het
aantal dienstverleningen daarentegen blijft
even hoog als in 2011. Daarom is het
noodzakelijk
om
de
verschillende
sleutelfiguren blijvend te informeren en te
sensibiliseren over de zinvolheid van de
werkstraf.
3) Goede
organisatie
van
de
strafuitvoering en –opvolging.
Om de strafuitvoering en –opvolging te
optimaliseren werd in 2007 een bevraging
uitgevoerd bij de prestatieplaatsen. Daaruit
kwamen een aantal werkpunten naar voor
zoals bv. het organiseren van permanentie
(op zaterdag), de nood aan tussentijdse
evaluatie,
werkvloerproject,
…
Naast
werkpunten t.a.v. prestatieplaatsen zijn er
ook
werkpunten
t.a.v.
dispatchers,
justitiehuis en justitie. Zo is het aangewezen
dat justitieassistenten systematisch het
strafregister consulteren op antecedenten,
zijn er geen werkingsmiddelen voorzien voor
nevenactiviteiten, dragen steden nog steeds
bij in de personeelskosten van dispatchers,
dient er voldoende aandacht te zijn voor de
kwaliteit van communicatie en rapportering,
…
In de toekomst moet aan deze werkpunten
blijvend aandacht besteed worden en moeten
knelpunten weggewerkt worden zodat de
strafuitvoering zowel voor prestatieplaats als
veroordeelde geen negatieve ervaringen met
83
zich mee brengen.
Algemeen
In 2012 ging vanzelfsprekend opnieuw de
grootste aandacht en tijdsinvestering naar de
kernopdracht,
nl.
het
organiseren
en
opvolgen
van
de
werkstraffen
en
dienstverleningen. Deze opdracht bestaat uit
het voeren van intakegesprekken, houden
van kennismakingsgesprekken, plaatsen van
de cliënten, toezicht houden op de uitvoering
door
middel
van
plaatsbezoeken
en
telefonische
contacten,
oplossen
van
problemen, bemiddelen tussen plaats en
cliënt en tot slot het rapporteren aan
justitieassistenten.
Daarnaast werd ook een blik geworpen op de
interne werking en werden eerste aanzetten
gegeven
tot
verbetering
en/of
vereenvoudiging.
In de tweede helft van 2012 werd tevens
gestart
met
een
bevraging
van
de
werkgestraften. Deze bevraging gebeurt
volledig anoniem en heeft tot doel de
kwaliteit
van
onze
dienstverlening
te
optimaliseren.
Caseload
Het aantal werkstraffen en dienstverleningen
is, in tegenstelling tot vorige jaren, niet
gestegen. Dit komt deels omdat er in 2011
minder werkstraffen uitgesproken werden in
het gerechtelijk arrondissement Brugge,
maar ook omdat in de eerste helft van het
jaar de justitieassistenten zelf een aantal
werkstraffen hebben opgenomen. Door het
uitvallen van Chantal – waardoor van halfweg
januari tot halfweg april geen nieuwe dossiers
aan de dispatchingsdienst bezorgd werden –
kan wel een vertekend beeld optreden.
de dispatchingsdienst Brugge blijft hierdoor
duidelijk aan kwaliteit toenemen.
De samenwerking tussen de dispatchers
onderling
is
zeer
goed.
Ook
de
prestatieplaatsen zijn zeer tevreden over de
samenwerking met de dispatchers. Een
steeds toenemend aantal prestatieplaatsen
doet beroep op onze diensten. Plaatsen
stellen steeds meer zelf een vraag tot hulp,
ondersteuning of inschakeling van een
werkgestrafte. Het is een bewijs dat de hulp
in grote mate wordt gewaardeerd, dat de
dienstverlening vanuit de dispatching vlot
verloopt en dat het overgrote deel van de
werkstraffen ook effectief goed verloopt.
Herfsttreffen
Rechter Weymiens geeft uitleg over de straftoemeting
op het herfsttreffen in de Rechtbank te Brugge
Afsluitend moment herfsttreffen in de hal van het
Justitiehuis Brugge
Evolutie caseload
Samenwerking
In 2012 werd verder geborduurd op het
verbetertraject dat in 2011 werd doorlopen.
De samenwerking tussen het justitiehuis en
In 2012 werkten de dispatchers volop mee
aan de organisatie van het herfsttreffen. Het
herfsttreffen vond plaats in de rechtbank van
Brugge waarbij de vertegenwoordigers van
de prestatieplaatsen werden rondgeleid en
ingewijd in het reilen en zeilen van het de
strafrechtelijke
procedure
en
de
84
straftoemeting. Twee magistraten werden
bereid gevonden om de 100 deelnemers van
de trefdag van deskundige, praktijkgerichte
uitleg te voorzien.
Uitdagingen 2013
De
gedane
inspanningen
om
de
samenwerking met het justitiehuis weer vlot
te krijgen, verder laten renderen. Een
uitbreiding van het personeelsbestand is
voorlopig niet aan de orde, gezien het veel
beperkter aantal doorverwijzingen dit jaar.
In de komende jaren moet blijvend aandacht
zijn voor de interne werking en dit vooral met
het oog op administratie en registratie.
In 2013 zouden ook de prestatieplaatsen
opnieuw bevraagd moeten worden en zou het
aanbod prestatieplaatsen aan de hand van de
resultaten moeten worden bijgewerkt.
De bevraging van werkgestraften dient
verder te worden uitgewerkt, opgevolgd en
bijgestuurd. Deze enquêtes laten invullen,
zou een routine moeten worden zodat onze
dienstverlening steeds aan de noden en
behoeften van de cliënten beantwoordt. Het
verwerken van deze enquêtes, laat tevens
een kritische zelfreflectie toe en is het ideale
middel om de eigen werking voortdurend bij
te sturen waar nodig/wenselijk.
Wat betreft het werkvloerproject, werd een
nieuw protocol afgesloten met de betrokken
partijen, waarbij de toegekende subsidie
afhankelijk wordt gemaakt van het aantal
uren dat uitgevoerd werd voor de stad
Brugge.
Daarnaast zitten de dispatchers momenteel in
de werkgroep Herstelfonds. Het herstelfonds
is een initiatief van de Vzw Suggnomé
waarbij gedetineerden die aan bepaalde
voorwaarden voldoen, de kans krijgen een
aantal uren te presteren om zo hun
burgerlijke partij te kunnen vergoeden. In
september wordt een draaiboek opgemaakt
en de effectieve start staat gepland rond
november 2013. Er wordt verwacht dat de
werklast beperkt blijft tot een 10 à 15-tal
dossiers op jaarbasis. Deze dossier kunnen
echter niet worden meegeteld in de eigenlijke
telling
van
het
project
Autonome
Werkstraffen en komt dus bovenop de
bestaande opdracht.
85
86
VIII.
LUIK VRIJWILLIGERS
87
88
-
n.v.t.
Lien Dereere, fulltime, universitair.
Beschrijving:
In Brugge zijn duizenden vrijwilligers actief in
diverse sectoren: sport, cultuur, welzijn,
jeugd, … De vrijwilligerscentrale wil het
vrijwilligerswerk ondersteunen en promoten
en vormt onder meer een brug tussen de
vrijwilligers en de talrijke organisaties.
Belangrijkste samenwerkingspartners zijn:
Vlaams
–
en
provinciaal
steunpunt
vrijwilligerswerk,
stedenbeleid,
cities in
balance, europese cel, …
n.v.t.
Vrijwilligerscentrale Kant
De vrijwilligerscentrale is een ontmoetingsen
expertisehuis
mbt
alles
wat
vrijwilligerswerk in Brugge betreft.
De openingsuren werden na 6 maanden
Vrijwilligerscentrale op het Kraanplein 6
geëvalueerd en bijgestuurd: de zaterdag viel
daarbij
weg
wegens bijzonder
weinig
bezoekers. Openingsuren zijn sinds april
2012: WOENSDAG van 14u-18u en VRIJDAG
van 9u-13u
De baliepermanentie wordt verzorgd door de
coördinator in samenwerking met drie
vrijwilligers. De modaliteiten voor de verhuur
van de ruimtes worden beschreven in de
huurovereenkomsten.
Daarnaast werd nog 135 maal geïnformeerd
naar
vacatures
via
telefonische
en
elektronische (e-mail) contacten
‘Ik vrijwillig’
Een leuke editie van Ik Vrijwillig op 25
februari 2012, onder het motto: ‘proeven van
vrijwilligerswerk’. Er waren wat minder
bezoekers: ongeveer 1000 bezoekers (t.o.v.
ongeveer 1500 in 2011), maar de meeste
organisaties gaven aan dat de bezoekers
gerichter waren langsgekomen en dat ze
meer kwaliteitsvolle gesprekken hebben
kunnen voeren dan het jaar ervoor.
De intakeprocedure werd in 2012 een beetje
uitgebreid. We polsen voortaan ook naar
waar mensen de VWC van kennen, en of ze
nog mensen kennen die interesse hebben in
vrijwilligerswerk.
Samen
met
de
balievrijwilligers
werd
deze
nieuwe
intakeprocedure besproken.
Bereik
Het bezoekersaantal kende een grote sprong
na de verhuis naar het Kraanplein. Dit was te
verwachten gezien de uitstraling die de
nieuwe locatie heeft. Halverwege het jaar
stabiliseerde de groei. Toch komen wekelijks
nog nieuwe vrijwilligers langs tijdens de
openingsuren. In totaal bezochten 103
vrijwilligers de vrijwilligerscentrale in 2012.
Foto “Ik Vrijwillig”
Toch namen in 2012 een tiental nieuwe
organisaties deel aan de beurs in vergelijking
89
met vorig jaar. Dat is ongeveer 1/6e van alle
organisaties in Brugge. De beurs is belangrijk
om de nieuwe werkingen de kans te bieden
zich te profileren als vrijwilligersorganisatie.
Receptie vrijwilligerscinema in de Schouwburg
Vrijwilligersbeurs 2012
Vrijwilligerscinema
Voor de Vrijwilligers Cinema mochten we
maar liefst
800
vrijwilligers van 59
verschillende organisaties verwelkomen. Op
deze Internationale dag van de Vrijwilliger: 5
december
2012,
stonden
de
Brugse
vrijwilligers centraal.
Dit concept wordt duidelijk gesmaakt: een
gezellige filmavond met de eigen organisatie
én in de grote groep van Brugse vrijwilligers.
‘Charme offensief’: Focus op kwetsbare
vrijwilligers
De focus op kwetsbare vrijwilligers liet zich
vooral zien bij de 2 vormingsreeksen die door
de
werden
georganiseerd.
De
vorming
‘psychisch
kwetsbare vrijwilligers’ i.s.m. Beschut Wonen,
en de vorming ‘maatschappelijk kwetsbare
vrijwilligers’ i.s.m. Wieder vzw werden beiden
warm onthaald. Het maakte de deelnemende
organisaties bewust van hun drempels tav
deze doelgroepen, en het bracht gesprek op
gang over hoe deze mensen onthalen binnen
de
eigen
vrijwilligerswerking.
Deze
vormingen waren zowel in het voorjaar als
het najaar van 2012 heel interessant:
informatief, maar ook heel wat ruimte voor
ervaringsuitwisseling.
Daarnaast heeft de Vrijwilligerscentrale ook
de denkdag van de vrijwilligers van Wieder
vzw mee begeleid. Om het vrijwilligerswerk
aldaar te versterken met een meer gedragen
vrijwilligersbeleid en goed geïnformeerde
vrijwilligers.
Ontvangst vrijwilligers in de Lumière voor de
vrijwilligerscinema
De genodigden konden verder genieten van
een receptie en een dankwoord van
burgemeester Patrick Moenaert.
Foto sensibilisatie kwetsbare vrijwilligers
Uitdagingen 2013
In 2013 worden de huidige initiatieven
verdergezet. Zo wordt het komende jaar
i.k.v. het charme offensief samen met de
jeugddienst ingezet op vrijwillige jongeren.
90
Er wordt opnieuw een ‘ik vrijwillig’ alsook een
‘vrijwilligerscinema’ georganiseerd.
Daarnaast wordt ook het nieuwe project ‘ook
de
gemeenteraad
vrijwilligt’
opgestart,
waarbij de gemeenteraad en college van
burgemeester en schepenen de slogan van de
Vrijwilligerscentrale ‘goed doen, doet goed’
kracht willen bijzetten door zelf eens aan
vrijwilligerswerk te doen. En zo, door hun
goede voorbeeld, vrijwilligerswerk onder de
Bruggelingen te promoten.
Met het oog op het vooropgestelde
vergadercomfort wordt in 2013 tevens aan de
akoestiek gewerkt. Verschillende huurders
van de zalen, hadden hier immers klachten
over.
91
92

Untitled - Stad Brugge

Transcription

Similar documents

:6~** - Stad Brugge

1994 Monumenten van vervoer(ing)

- Samenlevingsopbouw West

BONDSKLAPPER Nr. 137

Samen bewegen 55+

Editie 4 - MPI De Vloedlijn

Driemaandelijks tijdschrift van VZW Vrijwilligerswerk TELEDIENST

Okra West-Vlaanderen Reisbrochure 2015

Rapport rouwbrieven op naam

Fietsvakanties 2015

Pas op, daar komt een fiets!