IF BEES ARE FEW... - The Non Urban Garden

Transcription

IF BEES ARE FEW... - The Non Urban Garden
IF
BEES
ARE
FEW...
If Bees Are
Few..
Inhoud
Inleiding
2
Wat is een Non-Urban Garden?
5
De Tuinen van Diepenheim
8
If Bees Are Few...
11
Het Plan: De Bijentuin
16
De bijenkorf – een samenleving in het klein
47
Bijen in de kunst
50
Voetnoot bij ons onderzoek
57
Bronnen
59
2
Inleiding
Eind 2012 zijn wij, Jimini Hignett en Doris Denekamp, als
alumni van het Dutch Art Institute, gevraagd een plan
te maken voor een Non-Urban Garden in de landelijke
omgeving van Twente; een tuin van de 21ste eeuw, een
tuin als kunstwerk. Deze opdracht is geformuleerd door
Kunstvereniging Diepenheim in samenwerking met het
Lectoraat Theorie in de Kunsten van de ArtEZ.
Als titel voor ons projectvoorstel hebben we gekozen
voor een regel uit het gedicht To make a prairie van de
Amerikaanse dichter Emily Dickinson: If bees are few...
Deze afgebroken zin, roept vragen op over de verstrekkende gevolgen van een op het eerste gezicht triviaal
gegeven. Wat gebeurt er – met onze tuinen, akkers, ons
fruit, de natuur – als er weinig bijen zijn? Deze vraag, die
de laatste jaren steeds actueler lijkt te worden, vormt het
vertrekpunt voor ons denken over een tuin van de 21ste
eeuw. Door middel van artistiek onderzoek zijn we tot
een schetsontwerp gekomen, gebaseerd op de specifieke
omgeving van Diepenheim en haar relatie met internationale politieke, ecologische en culturele thema’s.
3
Doris Denekamp (DAI 2010/2011) woont en werkt in
Rotterdam. Voor haar afstuderen aan het Dutch Art
Institute heeft ze het Handboek voor de Stadswildernis
gepubliceerd, een survivalgids gebaseerd op tips van
dakloze mensen in de grote steden van Nederland. Het
midden van dit boekje bestaat uit een gids voor eetbaar
onkruid. Ook heeft Denekamp binnen Casco’s Grand
Domestic Revolution een Meal Machine ontwikkeld,
een geautomatiseerde kas die parasiteert op de energie
van het huis en gebruik maakt van LED-verlichting voor
optimale groei. Het doel van dit project was om door
middel van open source technologie het stadstuinieren
naar een ander niveau te tillen en zo de mogelijkheden
van lokale voedselproductie te onderzoeken. Doris
Denekamp is mede-oprichter van informal strategies,
een collectief dat zich bezighoudt met onderzoek vanuit
een kunstpraktijk naar de geglobaliseerde economie en
specifiek naar nieuwe wereldmachten zoals bijvoorbeeld
de multinational IKEA.
Jimini Hignett (DAI 2009/2010) woont en werkt in Amsterdam. Het algemene thema van haar werk is How
to go on making art when everything is all fucked up.
In 2010 heeft zij als afsluiting van haar studie aan het
Dutch Art Institute het boek The Detroit Diary gepubliceerd, dat als startpunt een verlaten politiebureau
in de binnenstad van Detroit neemt. Opgebouwd uit
4
verschillende essays en foto’s, vormt het boek een sterke
aanklacht tegen de ‘society of advanced insecurity’ – een
samenleving van gevorderde onzekerheid gekweekt
door neoliberalisme. Momenteel werkt zij aan Mulier
Sacer, waarin de ervaringen van vrouwen die ontsnapt
zijn uit de gedwongen prostitutie centraal staan. Het
werk is tevens een reflectie op de omstandigheden die
ertoe hebben geleid dat zij zich hier bevinden. Naast
haar kunstpraktijk is Jimini Hignett gepassioneerde
tuinier – de helft van het jaar woont zij op een volkstuin,
waar zij haar groenten zelf verbouwt.
5
Wat is een Non-Urban
Garden?
Om een tuin te kunnen ontwerpen, is het belangrijk om
eerst een beeld te krijgen van wat een tuin is of kan zijn.
En een niet-stedelijke tuin, hoe wordt die gedefinieerd?
Waar ligt de grens tussen de tuin en het landschap?
Een tuin is over het algemeen in de buitenlucht – al heb
je ook overdekte tuinen. Een tuin is kleiner dan een
landschap of landgoed en meestal voor privé gebruik en
vaak afgesloten van de publieke ruimte. Vaak heeft een
tuin een recreatief karakter – soms als verlenging van de
binnenruimte, maar denk ook aan de publieke beeldentuin of rozentuin. Een tuin kan functioneel ingericht
zijn als groentetuin of kruidentuin, of er zijn specifieke
planten om bepaalde dieren aan te trekken, zoals in
een vlindertuin of vogelvriendelijke tuin. Een tuin kan
ook een educatief karakter hebben, bijvoorbeeld een
speeltuin of proeftuin, of hij kan een wetenschappelijke
functie hebben zoals een botanische tuin of een tuin met
medicinale planten.
6
In principe is een tuin een plek waar cultuur en natuur
elkaar ontmoeten. Een tuin is de natuur getemd, gecultiveerd en naar onze hand gezet. Tuinieren is een
doorlopende krachtmeting met de wilde natuur. In een
tuin wordt de aarde gekoesterd, vruchtbaar gemaakt,
er worden gewassen verbouwd. Daardoor heeft een
tuin ook te maken met ontginnen, met the frontier, de
menselijke strijd met het onbekende en ongetemde.
Een tuin herbergt een belofte – maar het is altijd afwachten of dat wat beloofd wordt, uitkomt. De belofte kan
ook worden gebroken afhankelijk van allerlei omstandigheden – het weer, de toevallige geheimen van het
zaad of de plant, de overwoekering, de koestering. Soms
wordt de verwachting overtroffen, maar hoeveel je ook
van tuinieren weet, het blijft een soort magie of er iets
gaat groeien, en hoe. De tuin is daarom een magische
plek. De tuin spreekt tot de verbeelding, als afspiegeling
van het paradijs. Een voorbeeld is de tuin der lusten, een
ideale wereld van overvloed en vruchtbaarheid. Daartegenover heeft een verwilderde, verwaarloosde tuin iets
unheimlichs, als symbool van controleverlies en het verdwijnen van de mens. Planten en tuinen hebben ook
vaak een belangrijke symbolische rol in sprookjes of
mythen, zoals in Sjaak en de bonenstaak, in The Secret
Garden van Frances Hodgson Burnett, en in Rapunzel,
waar een zwangere vrouw in de tuin van de heks de
raponsjes (een soort veldsla) niet kan weerstaan.
Sjaak en de Bonenstaak – Herbert Cole
7
De grenzen van een Non-Urban Garden zijn minder
duidelijk gedefinieerd dan van een tuin in stedelijke omgeving. Stadsbewoners hebben hun eigen stukje grond
of volkstuintje om even te ontsnappen aan de drukte
– tuinen zijn vaak afgekaderd met hekken en hagen om
dicht op elkaar toch nog alleen te kunnen zijn in een
eigen stukje natuur. In een niet-stedelijke omgeving lijkt
een tuin eerder op te gaan in het landschap. Achter de
tuin begint wellicht de akker of het bos.
8
De Tuinen van Diepenheim
Wat betekent het om een tuin te ontwerpen buiten de
stad? In de omgeving van Diepenheim, waar de randstad
ver weg lijkt, lijkt het aanleggen van een nieuwe tuin
overvloedig. De meeste huizen hebben een flinke tuin en
de bossen en velden zijn nooit ver weg. Daarnaast zijn
er de kasteeltuinen van de Havezaten en heeft Kunstvereniging Diepenheim al een aantal bijzondere tuinen
geïnitieerd zoals de tuinen van herman de vries en Het
Gazebo van kunstenaar Urbain Mulkers. Al deze tuinen
liggen ingebed in een landschap dat weliswaar veel
natuur bevat, maar helemaal door mensen ontworpen,
aangelegd en onderhouden is.
In de geschiedenis van Twente, dat een veel langere
historie heeft dan het nieuwe polderlandschap, zien we
steeds de nauwe relatie tussen de vorming van het landschap, en het boerenbedrijf en later ook de grootschalige textiel- en landbouwindustrie. In de middeleeuwen
werden veel grote landgoederen gevormd, de Havezaten, waar boeren een stuk land pachtten. In de 18e eeuw
kwam de textielindustrie op en zorgde vooral in
Enschede voor een enorme stedelijke groei. Het landschap veranderde onder invloed van deze industrie met
name doordat de fabrieken uitgebreide bleekvelden
9
nodig hadden. Daarnaast werden de grootindustriëlen
aangemoedigd om het wilde heidelandschap verder te
ontginnen. In de tweede helft van de 19e eeuw konden
boeren zelf stukken land aankopen en ontstonden er
veel kleine boerderijen. Al deze verschillende ontwikkelingen hebben geleid tot een karakteristiek coulisselandschap, waarin landbouw nog steeds een grote rol
speelt. Inmiddels wordt de grond vooral gebruikt als weidegrond en voor de productie van maïs voor veevoer.
Deze veranderende relatie tot het landschap heeft
ook een invloed op de tuin, waar nieuwe technieken,
weliswaar op kleinere schaal, ook worden toegepast.
Bijvoorbeeld door het kruisen van planten en het gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Maar
vooral van invloed is het idee van de gecontroleerde
natuur – een natuur in dienst van de mens en zijn behoeften die in de loop van de geschiedenis de norm is
geworden.
Synchroon met het ontwikkelen van de wereldeconomie
hebben boerenbedrijven een enorme schaalvergroting
doorgemaakt, en met de bedrijven is ook de gerelateerde industrie gigantisch gegroeid. Inmiddels hebben
multinationals als het biotechnologiebedrijf Monsanto
en het Duitse chemiebedrijf Bayer wereldwijd grote
invloed op de landbouw, op de tuinen en uiteindelijk
ook op de natuur. De genetisch gemanipuleerde zaden
10
van Monsanto vormen een ernstige bedreiging voor
de biodiversiteit, en de bestrijdingsmiddelen ontwikkeld door Bayer hebben verstrekkende gevolgen voor
de natuur in de nabije toekomst. Daarnaast zijn zowel
Monsanto als Bayer een belangrijke sponsor van toonaangevend wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van de door hun op de markt gebrachte middelen op
het milieu waardoor deze (en andere) grote bedrijven
invloed uitoefenen op ons denken over de natuur en
haar ecologie.
Wanneer we nadenken over de tuinen van de 21e
eeuw is het van enorm belang om juist deze relatief
onzichtbare krachten te adresseren. Zeker wanneer we
nadenken over de tuin in de niet-stedelijke context waar
de natuur op grote schaal in dienst van de menselijke
economie wordt ingezet en gemanipuleerd. Misschien
kan juist de tuin, met zijn esthetische, didactische en
symbolische eigenschappen, deze ontwikkelingen zichtbaar maken om zo, voor het te laat is, het tij te keren.
11
If Bees Are Few…
Imidacloprid
Van alle Europese landen heeft Nederland het hoogste
percentage bijensterfte. De reden van de verhoogde
bijensterfte – een wereldwijd probleem, is lang onduidelijk gebleven. De bijen sterven aan een combinatie
van oorzaken, waaronder de varroamijt, schimmels en
monocultuur. Inmiddels zijn er een aantal belangrijke
onderzoeken gepubliceerd naar het verband tussen de
bijensterfte en het gebruik van pesticiden in de landbouw. De voornaamste boosdoener is het relatief nieuwe
middel imidacloprid, een neonicotinoïde. Dit middel
werd in de jaren ‘80 door Bayer ontwikkeld, en tien jaar
later op de markt gebracht onder andere onder de merknaam Admire.
12
Dat pesticiden een nadelig effect kunnen hebben op de
honingbij is al langer bekend. Al in 1951 schreef Rachel
Carson het boek Silent Spring waarin zij de gevaren van
onzorgvuldig gebruik van allerlei bestrijdingsmiddelen
uiteen zette. ‘De appelbomen begonnen te bloeien maar
geen bijen zoemden tussen de bloesem, dus was er geen
bestuiving en er zou geen fruit komen. […] Het was geen
hekserij, geen aanval van een vijand die de hergeboorte
van nieuw leven het zwijgen had verstomd in deze geteisterde wereld. Het was de mens zelf.’* Carson belicht
de werking van de zogenaamde systemische pesticiden:
‘Wat een pesticide sytemisch maakt, is het vermogen om
tot al het weefsel van een plant of dier door te dringen
en het giftig te maken.. […] In Engeland vroeg iemand
zich af wat er gebeurt als bijen het honingsap nuttigen
van planten die behandeld zijn met systemische pesticiden. […] Het resultaat was te verwachten, de honing gemaakt door die bijen was ook besmet.’* (*Rachel Carson,
Silent Spring)
Het boek Silent Spring sloeg enorm aan, en de discussie
die het boek losmaakte leidde uiteindelijk tot een
verbod op het omstreden middel DDT. Ook heeft Rachel
Carson’s boek bijgedragen aan de opkomst van milieuactivisme en speelde het een rol in het formuleren van
ecologie als een wereldbeeld dat zich verzet tegen een
louter materialistische en wetenschappelijke visie.
13
Bijendans
Op 12 maart 2011 besteedde het documentaire programma Zembla aandacht aan het middel imidacloprid en zijn
relatie met de bijensterfte, in de uitzending De Moord
op de Honingbij. In deze uitzending wordt imidacloprid,
een systemische pesticide die al op de zaden wordt
aangebracht, aangewezen als de belangrijkste oorzaak
van de bijensterfte in de laatste jaren. Dit middel verspreidt zich vanuit het zaad over de hele plant en tast,
via de zaden, het stuifmeel en de nectar, het zenuwstelsel van insecten aan.
Ook wetenschapper Henk A. Tennekes (1950, Zutphen)
heeft de verspreiding van neonicotinoïden in het milieu
en de mogelijke effecten op bestuivers onderzocht, en
ook hij wijst deze groep pesticiden aan als een oorzaak
van de bijensterfte.
14
In zijn recente boek Neonicotinoïden, Een Ramp in de
Maak, laat hij geen enkele twijfel bestaan over zijn
conclusies: het systemisch gif beïnvloedt niet alleen de
planten, maar ook de insecten die voor de bestuiving
zorgen – en de dieren verder op in de voedselketen. Wat
de bijen betreft, stelt hij dat de pesticiden effect hebben
op de zogenaamde ACH receptoren, die een rol spelen in
vele cognitieve processen, en kunnen leiden tot Colony
Collapse Disorder (CCD), waarbij de werkbijen onverwachts vertrekken en de koningin in de korf achterlaten. De aanwezigheid van neonicotinoïden zou verantwoordelijk kunnen zijn voor de verwaarlozing van eitjes
en larven, en voor de verstoring van de navigatievermogens van de bijen. Hele kleine hoeveelheden neonicotinoïde pesticiden zijn voldoende om hele bijenkolonies te verzwakken en op de lange duur in te laten
storten.
Hoewel steeds meer onafhankelijke wetenschappers het
verband tussen de pesticiden en de bijensterfte leggen,
en daarbij waarschuwen voor de verstrekkende gevolgen voor de bestuiving van gewassen en daarmee voor
de biodiversiteit én de voedselvoorziening, is de Nederlandse regering niet van plan het middel te verbieden.
Op zoek naar een verklaring ontdekten de onderzoeksjournalisten van Zembla dat het ministerie van landbouw zich baseert op rapporten van de Universiteit van
Wageningen. Daar ontkent dr. Tjeerd Blacquière ieder
15
verband tussen het middel en de sterfte, net als
imidaclopridproducent – en bovendien sponsor van de
Wageningse universiteit – Bayer.
Ter vergelijking; het nieuwe middel imidacloprid is meer
dan zevenduizend keer giftiger voor bijen dan DDT – een
middel dat op grote schaal verboden is naar aanleiding
van Rachel Carson’s Silent Spring. Wanneer imidacloprid
niet verboden wordt, maar juist op steeds grotere schaal
ingezet wordt, kan dit leiden tot een ecologische ramp.
Bijen zijn verantwoordelijk voor de voortplanting van
tachtig procent van de plantensoorten. Zonder bijen is er
geen groente, geen fruit en geen chocola. Bijen zijn van
levensbelang voor de natuur, voor de mens, en daarmee
voor de tuin van de 21ste eeuw. Hoewel de bijensterfte
internationaal steeds meer aandacht krijgt, lijkt er in
Nederland voorlopig weinig te veranderen. Door de
enorme economische belangen is het verband tussen de
pesticiden en de bijensterfte een politiek beladen onderwerp. Daarom zal onze tuin van de 21ste eeuw een tuin
voor bijen zijn. Het wordt een tuin gevuld met planten
die bijen kunnen voeden en er komen kasten waar
bijenvolken in kunnen wonen. Daarnaast is het ook een
tuin voor mensen omdat deze tuin streeft – juist in dit
niet-stedelijke landbouwgebied, juist in Nederland – het
probleem van de bijensterfte en de politieke en economische relaties onder de aandacht te brengen.
16
Het Plan: De Bijentuin
De Non-Urban Garden die wij willen gaan aanleggen
als onderdeel van de Tuinen van Diepenheim is in de
eerste plaats bedoeld als toevluchtsoord en paradijs
voor de honingbij. De beplanting van deze tuin wordt
bepaald door de voorkeuren van de bij. In de verschillende seizoenen zal de tuin gevuld zijn met bloemen die
rijk zijn aan nectar. Door bijen een leidende rol te geven
in de ontwikkeling van deze tuin, zetten we een kleine
stap naar een meer evenwichtige ecologie, want in de
loop van de geschiedenis is de dominantie van de mens
over de natuur steeds sterker geworden – vanaf het
eerste ontginnen van landbouwgronden tot het op grote
schaal chemisch bewerken en genetisch manipuleren
van gewassen. De impact van het menselijk handelen
op de ecosystemen van de aarde gaat zelfs zo ver, dat
ecoloog Eugene Stoermer sprak van een nieuw tijdperk:
het Antropoceen. Deze term, die door veel wetenschappers en eco-activisten is overgenomen, duidt op de tijd
waarin wij leven en waarin, voor het eerst in de geschiedenis van de aarde, de mens het milieu op wereldniveau beïnvloedt en verandert, door het uitsterven van
soorten, vermindering van de biodiversiteit, vervuiling en
de opwarming van de aarde.
17
De ordening
De bijen zijn leidend in de keuze voor de planten, maar
de ruimtelijke ordening van de tuin onderwerpen we
aan een streng patroon. De moleculaire structuur van
imidacloprid vormt het uitgangspunt voor de bloembedden waaruit de tuin is opgebouwd. De bijvriendelijke
planten worden uitgezet in de geometrische vormen van
cirkels (de atomen) en bindingen. Door deze moleculaire
structuur als ordening te gebruiken voor de tuin, vragen
we aandacht voor het gebruik van imidacloprid in de
landbouw en de gevolgen daarvan. De tekening van de
tuin is groot genoeg om duidelijk waarneembaar te zijn
op satellietfoto’s, bijvoorbeeld op Google Earth. De reden hiervoor is dat de schadelijke werking van pesticiden
niet alleen een lokaal Nederlands probleem is, maar een
probleem op globaal en misschien wel universeel niveau.
De strenge ordening grijpt terug op de traditie van de
geometrische tuin, waarin het ideaal van de (goddelijke) orde vooraf gaat aan de natuur. Vertaald naar deze
tijd, duidt deze orde op het ideaal van de natuur als een
systeem dat compleet beheerst kan worden door middel
van wetenschap en techniek. Door deze ordening door
te voeren in de bijentuin, willen we dit ideaal bevragen
en de discussie hier over op gang brengen.
18
Floral clock – Geneve
Ook sluit het beeld van een tuin met beplanting in
geometrische patronen aan bij de traditie van floral
clocks, geïnitieerd door John McHattie in Edinburgh
in 1903 en sindsdien een wijdverspreid verschijnsel. De
referentie aan deze klokken is toepasselijk vanwege
de korte tijd die ons rest om het tij te keren – de bijensterfte is een tikkende klok.
De tuin wordt gevuld met onbehandelde, bijvriendelijke
planten, en de strenge ordening is alleen aanwezig in
de ogen van mensen – de werkelijke kracht van de tuin
staat in dienst van de bijen. In de loop van de tijd zal de
oorspronkelijk afbeelding van het imidacloprid molecuul
langzaam vervagen door de natuurlijke groei van de
planten en het herhaald uitzaaien van de zaden. Door
het uitblijven van menselijke interventie krijgt de natuur
de kans de opgelegde vorm te overwoekeren en de
19
bestrijdingsmiddelen daarmee symbolisch te overwinnen.
Na een aantal jaren zullen alleen de door bijengeliefde
planten, en niet de afbeelding van het voor hun gevaarlijke bestrijdingsmiddel, zichtbaar blijven bestaan.
De planten
Om te bepalen welke planten geschikt zijn voor een
bijentuin, hebben wij ons laten informeren door imkers
en tuinders. Daarnaast hebben we het blad Bijenhouden
van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging en verschillende bronnen op internet geraadpleegd. De belangrijkste eis is dat de planten veel pollen en/of nectar dragen,
zoals bijvoorbeeld phacelia tanecetifolia, dat ook wel
bijenvoer of bijenvriend genoemd wordt, en de geelwitte moerasbloem (limnanthes douglasii) – dat zeer geliefd is door bijen, en als belangrijke pluspunt zich zeer
makkelijk uitzaait, en bovendien zweefvliegen aantrekt,
die bladluizen te lijf gaan. Daarnaast zijn er planten die
een heilzame werking hebben op bijen, zoals bijvoorbeeld koriander (coriandrum sativum) – dat mijten bij
bijen bestrijdt. Of citroenmelisse (melissa vulgaris), dat
in Engeland ook wel bees balm, oftewel bijenbalsem of
bijentroost wordt genoemd. Ook de kaardenbol (dipsacus fullonum), is een goede keuze – deze robuuste
plant, zeer geliefd door bijen, houdt water vast onderin
zijn bladeren.
22
Overige criteria zijn dat de planten geschikt zijn voor het
Nederlands klimaat, weinig verzorging nodig hebben
en dat zij het liefst een lange blad- en bloeitijd hebben
– zoals bijvoorbeeld roze doofnetel (lamium maculatum), klaver (melilotus alba en melilotus officianalis), en
verschillende thijmen. De vele boomsoorten en grote
struiken wiens bloesem voor de bijen een belangrijke
voedselbron vormen, zijn minder geschikt vanwege de
tijdelijkheid van de tuin. Wel denken we aan een aantal
kleinere struiken zoals de mahoniestruik (mahonia aquifolium), of een in de winter bloeiende buxus (sarcococca
confusa), vooral als voedselbron in de winterperiode.
De bijen zelf zullen tijdens de koele maanden niet zo
actief zijn, maar desalniettemin hebben we naar planten
gezocht waar ze, mochten ze toch uitvliegen om te
foerageren, alsnog wat aan zullen hebben – zoals winterkamperfoelie (lonicera fragrantissima of lonicera purpusii). Ook zullen deze, vooral groenblijvende planten,
er voor zorgen dat het patroon van de tuin ook in het
winterseizoen zichtbaar blijft. Ten slotte kiezen wij uiteraard voor zaden en planten die niet met een systemische
pesticide zijn behandeld!
De bijen
In de tuin plaatsen we zes bijenkasten gevuld met zes
volken. Deze kasten staan op een stelling zodat ze goed
zichtbaar zijn en de aanvliegroute boven de hoofden
van bezoekers ligt. Geïnspireerd op een oude Sloveense
23
traditie waarbij de bijenkasten versierd werden met religieuze of verhalende motieven om de kast en het bijenvolk te beschermen, wordt iedere kast beschilderd met
het portret van iemand die zich nu of in het verleden
heeft ingezet voor het welzijn van de honingbij. De
portretten op onze kasten worden op zo’n manier op de
kasten geschilderd dat de bijen door de monden naar
binnen en naar buiten vliegen. De verschillende karakters met bijen ‘in hun hoofd’ zijn: Emily Dickinson, Rachel
Carson, Henk Tennekes, Sint Ambrosius (beschermheilige
van imkers en bijen), Bhramari Devi (een Indiase bijengodin) en lokale imker, Jan Rabe.
Het laatstgenoemde karakter, Jan Rabe, is een imker
uit Diepenheim die op grote schaal bijen houdt en zijn
eigen honing oogst. Jan Rabe zal een belangrijke rol
spelen binnen ons project; de bijenkasten in de tuin zullen door hem beheerd en verzorgd worden. Bovendien
adviseert hij ons over planten die voor bijen van belang
zijn. Op deze manier krijgt onze tuin een relatie met
de kennis en expertise die in Diepenheim aanwezig is
en hopen we een band op te bouwen met de plaatselijke bewoners. Imkeren is van oudsher een belangrijke
beroep geweest in Twente. De Overijsselse gemeentes,
Borne en Hengelo, hebben zelfs bijenkorven in hun
stadswapens.
28
De locatie
Voor de locatie van If Bees Are Few... hebben we een
aantal ideeën, maar in principe staat deze nog niet vast.
Wel zijn er een aantal zaken die belangrijk zijn in het
bepalen van de plek. Allereerst de beschikbaarheid;
vanwege het budget voor het realiseren van het project
zoeken we een locatie die tijdelijk gebruikt kan worden
voor deze tuin, zonder dat we de grond moeten aankopen. Wanneer dit project de volgende fase ingaat, gaan
we op zoek naar een enthousiaste partner die bij wil
dragen aan de realisatie. In ons vooronderzoek hebben we ons vooral gericht op locaties in het beheer van
mogelijke partners.
Daarnaast is het voor het project belangrijk dat er voldoende ruimte is – het meest ideaal is een fors weiland of veld waar de moleculaire tuin op uitgezet kan
worden. Bovendien zoeken we naar een plek die graag
bezocht wordt door wandelaars en fietsers en die in
het nabijheid ligt van Kunstvereniging Diepenheim en
de reeds gerealiseerde Tuinen van Diepenheim. Dit zal
bezoekers, van zowel de Kunstvereniging als van het
landschap, in staat stellen om de verschillende plekken
te bezoeken zonder in de auto te moeten stappen.
Hierdoor gaat If Bees Are Few... een relatie aan met
zowel het landschap als met de kunstcontext gecreëerd
door de Kunstvereniging.
29
Ook zoeken we naar een locatie die zichtbaar en
makkelijk te bereiken is, maar tegelijkertijd niet direct
langs een drukke verkeersader ligt – dit om vandalisme
te voorkomen. Daarnaast is de aanwezigheid van water
en al bestaande voedselbronnen voor bijen een pre.
Een mogelijke locatie die aan al deze eisen voldoet is
het grasveld aan het begin van de Nijenhuizerlaan, naast
Huize Peckedam. Dit veld ligt op een wandelroute en
dicht bij het hart van Diepenheim. De imposante bomenrij langs de laan en de boomgaard van Peckedam vormen
een prachtige omgeving. Bovendien is er een waterpartij
(waar herman de vries mogelijk nog een waterlelietuin
zal realiseren). Het grasveld is goed zichtbaar, maar
door het water en een bomenrij toch beschermd van de
doorgaande weg. Ook kunnen de bijen profiteren van
de diversiteit aan begroeiing rond Huize Peckedam en
Nijenhuis.
Een andere locatie die we overwegen, maar die minder
ideaal lijkt, is het gebied aan de Boven Regge. Een van
de velden aan het einde van de Hazendammerweg dicht
tegen de Rondweg en het Twentekanaal. Dit gebied ligt
weliswaar dicht bij Diepenheim en in het verlengde van
de andere tuinen, maar er is veel monocultuur door de
aanwezige maïsvelden.
30
Naast de fysieke aanwezigheid van de tuin willen we
graag een aantal bijeenkomsten organiseren waar de
problematiek van de bijensterfte aan de orde komt. We
onderzoeken de mogelijkheden om een educatief programma te ontwikkelen in samenwerking met de basisscholen uit de omgeving, een bijeenkomst te organiseren
met toonaangevende sprekers, en een samenwerking
met het Dutch Art Institute. Ook willen we onderzoeken
of we ons project kunnen verbinden aan andere bestaande initiatieven, zoals Zutphen Bijenstad – een
campagne tegen bijensterfte die gestart is in 2010.
Emily Dickinson (1830-1886) is een Amerikaanse dichter
die een teruggetrokken leven leidde. Tijdens haar leven
zou ze beter bekend zijn geweest als tuinierster dan als
dichter. Ze studeerde plantkunde vanaf jonge leeftijd en
veel van haar gedichten refereren daaraan. Ook stuurde
ze haar vrienden vaak bosjes bloemen met gedichtjes
eraan vast, maar die vrienden schenen de bloemen meer
te waarderen dan de gedichten.
To make a prarie it takes a clover and one bee, –
One clover, and a bee,
And revery.
The revery alone will do
If bees are few.
Rachel Carson (1907 -1964) is de schrijver van het boek
Silent Spring (1951) waarin ze de schadelijke effecten
van pesticiden op het milieu documenteerde, en dat
wordt gezien als belangrijke aanleiding voor het ontstaan van de hedendaagse milieubewegingen. Ook
beschuldigde zij de chemische industrie van desinformatie en ambtenaren van het klakkeloos overnemen van
beweringen vanuit de industrie zelf. Haar boek maakte
veel Amerikanen betrokken met het milieu, en ondanks
dat Silent Spring heftig door de chemische industrie
werd aangevallen heeft het uiteindelijk tot een verbod
op het middel DDT geleid. Carson werd na haar dood
bekroond door Jimmy Carter met de Presidential Medal
of Freedom.
Henk Tenekkes (Zutphen, 1950) is een Nederlandse
toxicoloog die onafhankelijk onderzoek heeft gedaan
naar de verspreiding van neonicotinoïden in het milieu.
Hij wijst deze groep pesticiden aan als een oorzaak van
de bijensterfte en beschrijft dit in zijn recente boek
Neonicotinoïden, Een Ramp in de Maak. ‘Voor deze stoffen bestaat er eigenlijk geen veilige dosis,’ zegt Tennekes
‘maar ze zitten al overal in het milieu. In de bollenstreek
wordt de norm duizenden malen overschreden. Dit is
niet alleen een probleem van de bijen, maar van de
insecten en ongewervelde dieren in het algemeen. Zij
staan aan het begin van de voedselketen. Die breek je
af, een milieuramp in de maak.’
Jan Rabe is een lokale imker die op de Lochemseweg in
Markelo woont en al 35 jaar bijen houdt. Hij verzorgt
meer dan dertig bijenvolken en heeft een uitgesproken
mening over imkeren, de natuur en kunst. Hij heeft veel
kennis van de omgeving, van planten en van bijen. Hij
gaat de kasten met bijenvolk leveren en verzorgen, en
ons bijstaan met de bijen in dit project.
Sint Ambrosius (c. 330 – 397) was de aartsbisschop van
Milaan en is de beschermheilige van bijen en imkers. Volgens een legende landde een zwerm bijen op het gezicht
van Ambrosius toen hij als baby in zijn wieg lag alwaar
zij een druppel honing op zijn lippen achterlieten. Zijn
vader zag dit als voorteken van zijn toekomstige welbespraaktheid en ‘zoetgevooisde’ tongval. Omwille hiervan
wordt deze heilige vaak afgebeeld met bijen en bijenkorven.
De Indiase bijengodin Bhramari Devi krijgt haar naam
van het woord Bramari, dat bijen betekent in het Hindi.
Men zegt dat Bhramari Devi de hartchakra bewoont een
het gezoem van bijen maakt. De Rig-Veda, het oudste
van de heilige boeken uit India, bevat vele referenties
aan bijen en honing. In de Indiase mythologie richt de
godin zich vaak tot de bijen om demonen af te weren en
om het land te reinigen. Er wordt gezegd dat de godin
honing aanbracht aan de wortels van de es om haar
levend en groen te houden.
47
De bijenkorf – een samenleving in het klein
Net als de tuin, heeft de bij een belangrijke symbolische
waarde in verhalen, mythes en gezegdes in verschillende culturen. In de middeleeuwen stond de bijenkorf
symbool voor nijverheid. Later werd het een belangrijk
symbool voor de vrijmetselaars, ook voor hen stond de
korf voor productie en samenwerking. Ook staat de
bijenkorf vaak model voor een harmonieuze, geordende,
natuurlijke samenleving. Veel denkers zoals Plato,
Aristoteles, Shakespeare en Bernard de Mandeville,
Michael Bakoenin, Karl Marx en Rudolf Steiner hebben
deze vergelijking gemaakt. Iedere bij heeft zijn eigen
taak en wanneer het volk niet verstoord wordt, is alles
in balans – hoewel het de vraag is of de strikte rolverdeling en klassensysteem in de korf – koningin, werksters
en darren – het meest ideaal is voor de menselijke samenleving. De perfecte, modulaire architectuur geproduceerd door de bijen is een grote inspiratie geweest
voor onder andere de architecten van het Modernisme.
Er zijn vele verhalen en mythen: bijen zijn gevoelig en
leven met ons mee – van oudsher weet men dat het
noodzakelijk is om belangrijk nieuws met de bijen te
48
delen, om ze gunstig te stemmen. Bijen functioneren als
orakel en kunnen regen voorspelen of een sterfgeval
aankondigen. Het is belangrijk om een sterfgeval aan
de bijen te vermelden en de korf om te draaien op het
moment dat het lijk het huis verlaat. In sommige streken
wordt een deel van de begrafenismaaltijd aan de bijen
gegeven en de korf afgedekt met een zwarte lap. Soms
moeten de bijen ook worden uitgenodigd voor de begrafenis met dezelfde kaart als andere gasten. Ook een
huwelijk moet worden doorgegeven, als dit niet gebeurt
dan vertrekken de bijen. Bijen mogen niet worden
verkocht maar slechts als cadeau worden weggegeven of
worden geruild. In de Keltische mythologie is de bij een
boodschapper tussen onze wereld en die van de geesten.
In India wordt het gezoem van bijen gezien als een
voorstelling van het essentieel geluid van het universum
en worden bijen geassocieerd met wijsheid. Bijengezoem
werd nagebootst in Vedische gezangen en in vele culturen worden bijen gezien als de zielen van overledenen.
Mohammed heeft de bijen een plek in het paradijs
toegezegd. Kortom, de bij is een betekenisvol insect.
The British Beehive – George Cruickshank
49
50
Bijen in de kunst
Omdat bijen de hoofdrol spelen in ons voorstel voor
een Non-Urban Garden, is het belangrijk om ook wat te
schrijven over een aantal andere kunstprojecten rond de
honingbij en hoe ons werk zich daartoe verhoudt.
De Honingbank - Olivier Darné/Parti Poétique
De Honingbank is een kunstproject in de vorm van een
campagne geïnitieerd door de Franse kunstenaar Olivier
Darné en het collectief Parti Poétique, en georganiseerd
door Stroom Den Haag. Darné is als kunstenaar en imker
gefascineerd door de bij en zet zich in om zoveel
mogelijk mensen kennis te laten maken met bijen en
met het belang van bijen. De Honingbank is een kunstinstallatie waarin bijenkasten zijn geïntegreerd. Deze installatie dient als ontmoetingsplek voor bijen en mensen
in de stad. De stedelijke omgeving is belangrijk voor De
Honingbank, omdat bijen hier minder vaak ziek worden dan op het platteland, in een landbouwomgeving.
Het project vergelijkt honing (en bijen) met kapitaal en
vraagt mensen te investeren in het project door middel
van bijenspaarrekeningen. Afhankelijk van je investering
krijg je van een bijenspaarbankboekje tot een bijenvolk
en draag je bij aan het behoud van de honingbij.
51
Honingbank – Stroom Den Haag
Het project werkt, net als wij van plan zijn, met lokale
imkers. Zowel De Honingbank als ons voorstel zijn kunstprojecten die zich inzetten voor bijen, hoewel de vorm
en de strategie verschilt. Het belangrijkste verschil tussen
het Non-Urban Garden project If Bees Are Few... en De
Honingbank is de niet-stedelijke omgeving. Juist door de
ligging van de tuin in een gebied dat wordt gekenmerkt
door landbouw (en traditioneel ook door imkerij), krijgt
het onderwerp van de bijensterfte en de specifieke aandacht voor het gebruik van imidacloprid extra urgentie.
52
Voor De Bijen - Frank Mandersloot
Voor De Bijen is een grote installatie in de openbare
ruimte langs het IJtramtracé in Amsterdam. Het kunstwerk bestaat uit drie reusachtige tafels die, op elkaar
gestapeld, een opvallende architectonische structuur
midden in de verschillende verkeersstromen vormen.
Tussen de tweede en de derde tafel staat een rijtje
bijenkasten. Mandersloot heeft zo een extra verkeersstroom, de vlucht van de bijen, aan de bestaande situatie
toegevoegd. Mandersloot ziet de gestapelde tafels als
‘een architectonische dwaasheid’, tegelijketijd dient het
beeld als een herkenningspunt op het drukke verkeersplein. Ook dit werk richt zich nadrukkelijk op de stad als
gedeelde biotoop voor mens en bij. Hoewel Mandersloot
spreekt van mogelijke geveltuinen, is er in het ontwerp
geen rekening gehouden met de aanwezigheid van voldoende voedselbronnen voor de bijen.
Untitled (2012) - Pierre Huyge
In de compostzone van het Karlsaue park in Kassel heeft
de Franse kunstenaar Pierre Huyge gedurende Documenta 13 een bijzondere biotoop gerealiseerd. Het werk
bestaat uit een set van natuurlijke en geënsceneerde
elementen zoals rotsen, aarde, wietplanten, modder, een
ontwortelde eikenboom van Beuys en een hond met een
fluorescerend roze poot. In het centrum van het gebied
53
ligt een beeld van een naakte vrouw, haar hoofd bestaat
uit een bijennest. Huyges schrijft: ‘Er is herhaling, chemische reactie, reproductie, vorming en vitaliteit, maar
het bestaan ​​van een systeem is onzeker. De rollen zijn
niet verdeeld, er is geen organisatie, geen representatie,
geen tentoonstelling. Er zijn regels, maar geen beleid.’
Huyge’s werk is gelaagd en doet nog het meeste denken
aan een mythische plek. De bijen spelen een belangrijke
rol, als bestuiver van de verschillende planten, maar ook
als het zoemende hoofd van het beeld. Het werk lijkt
over onderlinge relaties en de complexiteit van een ecosysteem te gaan, maar de betekenis blijft altijd impliciet
en geheimzinnig.
The Lover - Kristina Buch
Een ander werk op Documenta 13 heeft een sterkere
relatie met ons voorstel. Kristina Buch, een Duitse
kunstenaar en bioloog, heeft voor het Staatstheater
in Kassel een vlindertuin aangelegd. Op een verhoogd
platform heeft Buch de ideale gewassen aangeplant voor
inheemse vlindersoorten. Honderden gekweekte vlinders
bevolken tijdens de expositie dit tuintje. Hiermee verwijst Buch terug naar de tijd waarin het landschap nog
niet was veranderd in een geïndustrialiseerde lappendeken van monoculturen en de lucht nog vol was
van verschillende soorten vlinders. Hoewel vlinders het
symbool zijn voor vrijheid zijn ze volledig afhankelijk
54
van de aanwezigheid van voedselbronnen. De vlinders
op de Documenta zijn daardoor gekluisterd aan hun
kleine paradijs. Hoewel Buch, net als wij, ingaat op de
verstrekkende gevolgen van een veranderende ecologie,
besteedt ze in haar werk geen speciale aandacht aan de
economie en politiek die hieraan ten grondslag ligt.
Honey is flowing in all directions - Joseph Beuys
In het werk van Joseph Beuys is honing een belangrijk
materiaal. Honing is gemaakt door bijen, en een bijenvolk representeert een ideale samenleving van warmte
en broederschap. Op Documenta 6 in 1977 toonde Beuys
het werk Honey is flowing in all directions dat bestond
uit een pomp die tweeduizend kilo honing rond pompte
door een netwerk van slangen in het Museum Fridericianum. Deze pompinstallatie vormde het centrum van
de Free International University, een programma van
honderd dagen gevuld met lezingen, discussies en
bijeenkomsten van burgeractiecommitees. Het werk
kwam voort uit Beuys’ uitgebreide begrip van wat kunst
kan zijn en zijn overtuiging dat kunst én de samenleving
uit noodzaak moeten veranderen. Net als Beuys zijn wij
gefascineerd door de symbolische en letterlijke waarde
van bijen en geloven wij ook dat kunst een plek kan
creëren voor ontmoeting, dialoog en verandering.
55
Beehives - Ian Hamilton Finlay
Het bekendste werk van Ian Hamilton Finlay (1925-2006),
kunstenaar, dichter, filosoof, tuinier en landschapsdesigner, is zijn tuin Little Sparta die hij, samen met Sue
Finlay, creëerde vanaf 1966. Een vooruitstrevend epos
dat Schotse humor en de traditie van de Engelse landschapstuin combineerde in een avant-gardening werk.
Het belangrijkste onderdeel van het project was het
‘tuingedicht’, maar Finlay beschouwde de compositie van
bloemen, bomen, water en andere natuurlijke elementen onderdeel van het werk. Zijn werk Beehives staat
in het beeldenpark Jupiter Artland, nabij Edinburgh in
Scotland. Met dit werk reageert hij op het omliggende
pastorale landschap en onderstreept de interactie tussen
mens en natuur. Beehives refereert aan een eerder werk
– 3 Beehives – beide werken bestaan uit bijenkasten
waar teksten op zijn geschreven. Op de kasten van
Beehives staan dichtregels; BEES - they lightly skim - and
gently sip - the dimply river’s brim - BOATS. Net als ons,
verbindt Finlay beeldende kunst en poëzie, maar bij
Finlay lijkt de nadruk op romantiek te liggen, terwijl bij
ons de politiek juist vooraan staat.
De Imkers – Bruegel, ca. 1568 (detail)
57
Voetnoot bij ons onderzoek
Binnen onze werkwijze speelt het artistieke onderzoek
een belangrijke rol, zowel bij het ontwikkelen van het
schetsontwerp als in de mogelijke vervolgfases. Als
afsluiting willen we het proces van ons onderzoek inzichtelijk maken. Naar aanleiding van de opdracht zijn
wij ons in drie richtingen gaan verdiepen: the NonUrban – de omgeving van Diepenheim zelf, the Garden
– de tuin in al zijn facetten, en de 21ste eeuw – voor
het grootste deel nog toekomst. Door te wandelen, te
observeren, met bewoners te spreken, foto’s te maken,
te browsen en te lezen hebben we eerst breed geïnventariseerd wat ons opvalt met betrekking tot deze drie
onderwerpen. We hebben zo een scala aan beelden,
teksten, associaties, onderwerpen en ideeën verzameld
waaruit we konden putten bij het ontwikkelen van het
schetsontwerp.
Bij the Non-Urban hebben we het onder andere gehad
over het landschap, de wilde natuur en de landbouw op
locale en globale schaal, maar ook over volksgeloven,
lokale verhalen, mythen en spreekwoorden. Zo stuitten we bijvoorbeeld op de spreuk op een kerkklok van
Diepenheim: Uren aangeven is mien opdracht, opstoan
en anpakken den oewen.
58
Ook onderzochten we de rol van bijen en honing in gebieden die extreem Non-Urban zijn, zoals bij de Bayaka
stam in de Centraal-Afrikaanse Republiek, waar de mannen in torenhoge bomen klimmen om daar de honing te
ontfutselen aan de bijen.
Bij the Garden verdiepten we ons in de taxonomie van
de tuin, historische tuinen, tuinen in verschillende culturen en beroemde tuiniers zoals Capability Brown, die
tuinen ontwierp die pas jaren na zijn dood op hun hoogtepunt zouden zijn. Ook bestudeerden we het gebruik
van planten – de symbolische, magische en geneeskrachtige eigenschappen, maar ook het beheersen van
de natuur door te snoeien, te kruisen en door middel van
genetische manipulatie.
Het denken over de tuin van de toekomst vertaalden we
naar het denken over ecologie en het Antropoceen. Hoe
zal de tuin van de toekomst eruitzien, nu het milieu en
de biodiversiteit op grote schaal wordt beïnvloed door
menselijk handelen?
Na dit brede onderzoek volgde een periode waarin we
dit uitgebreide web aan informatie weer tot een punt
concentreerden, net zo lang tot we uitkwamen bij
If Bees Are Few...
59
Bronnen
Literatuur
Silent Spring, Rachel Carson, Houghton Mifflin, 1951
Neonicotinoiden; Een Ramp in de Maak, Henk Tennekes, 2010
De Bij; Honingmaker, meesterarchitect en rolmodel, Bee Wilson,
De Bezige Bij
Diepenheim, een mini-stadje op een doodlopende zandrug,
Zeno Kolks, 2007
Das Beleitbuch/The Guidebook, documenta 13, 2012
Voor de bijen/For the bees, Frank Mandersloot, het Amsterdamse Fonds voor de Kunst, 2004
The Englishman’s Flora, Geoffrey Grigson, Paladin, 1958
Beleidsstukken
Beantwoording kamervragen over gewasbescherming en bijensterfte, 15 juli 2011
Bijensterfte door onduurzame maisteeld, 28 maart 2010
Conclusion on the peer review of the pesticide risk assessment
for bees for the active substance imidacloprid, European Food
Safety Authority, 2013
60
Links
Tuinen
Victoria Gardens, http://theshopatvictoriagardens.blogspot.
nl/2010/03/virtual-tour-garden-of-cosmic.html
Jupiter Art Land, http://www.jupiterartland.org/
Bijen
Zutphen Bijenstad, http://www.zutphenbijenstad.nl/
Het Bijenlint, bijenstichting, http://www.bijenlint.nl/
De Honingbank, http://www.honingbank.nl/
Bee Lore, Bee Stories Both Past & Present, http://beelore.com/
author/beelore/
Bees and Human Metaphors, Joshua Glenn, 17 november 2011,
The American Show, http://theamericanshow.com/?p=1545
Encyclopedia of Superstitions, 1949, Edwin Radford, Mona A.
Radford, http://books.google.nl/books/about/Encyclopedia_of_
Superstitions_1949.html?id=Ht_02x-2JksC&redir_esc=y
Beehive Design Collective, http://www.beehivecollective.org/
english/biotech.htm
Blauwgroene honing door M&M, National Geographic, http://
www.nationalgeographic.nl/magazine/actueel/blauwgroenehoning-door-m-m
Video
Dag bijen, dag vlinders, dag vogels?, interview Henk Tennekes,
http://www.youtube.com/watch?v=H6Ol5AdlPVQ
61
De moord op de honingbij, Zembla, 12 maart 2011, http://www.
uitzendinggemist.nl/afleveringen/1076385
Toxicity as function of exposure time - Risk profile of neonicotinoid insecticides, Lecture at the Institute of Public Health,
University of Heidelberg, February 16, 2011 by Dr. Henk
Tennekes, http://www.youtube.com/watch?v=M4RIDWuCNA&feature=player_embedded
Facing angry bees 40 metres high and unattached for honey,
Human Planet: Jungles, BBC One, 27 januari 2011, http://www.
youtube.com/watch?v=3W_iMve4xvg
Flight of the Bumblebee, Nikolai Rimsky-Korsakov, Canadian
Brass, http://www.youtube.com/watch?v=xZO5KTJTwhE
Pesticiden
Duurzame maisteelt raakt steeds verder uit zicht, Jeroen van
der Sluijs, 4 maart 2010, http://www.boerderij.nl/Home/Achtergrond/2010/3/Duurzame-maisteelt-raakt-steeds-verder-uit-zichtAGD141699W/
Insecticide regulators ignoring risk to bees, say MPs, The
Guardian, 12 december 2012, http://www.guardian.co.uk/
environment/2012/dec/12/mps-insecticide-regulatorsbees?INTCMP=SRCH
Bird decline, insect decline and neonicotinoids, exploring the
connection. Boerenlandvogels, http://www.boerenlandvogels.nl/
GE corn & sick honey bees – what’s the link? Occupy Monsanto,
http://www.occupymonsanto360.org/Occupy,Monsanto,GMO,Ge
netic,Engineering,Modified,Organism,Food,Sustainable,Local,Lo
cavore,Organic,RoundUp/neonicotinoids/
62
3 New Studies Link Bee Decline to Bayer Pesticide, Tom Philpott,
29 maart 2012, Mother Jones, http://www.motherjones.com/
tom-philpott/2012/03/bayer-pesticide-bees-studies
Pesticides pose danger to bees, Dave Keating, 16 januari 2013,
EuropeanVoice.com, http://www.europeanvoice.com/article/2013/january/pesticides-pose-danger-to-bees/76158.aspx
Crop pesticides are ‘killing our bees’ - says MEP, Chris Davies, 25
januari 2013, Public Service Europe, http://www.publicserviceeurope.com/article/3007/crop-pesticides-are-killing-our-beessays-mep#ixzz2JGICse6a
Death knell for nerve agent pesticides in move to save bees,
Charlie Cooper, 16 januari 2013, The Independent, http://www.
independent.co.uk/environment/nature/death-knell-for-nerveagent-pesticides-in-move-to-save-bees-8454443.html
No ban on pesticides that ‘threaten bees’, Michael McCarthy, 7
september 2012, The Independent, http://www.independent.
co.uk/environment/nature/no-ban-on-pesticides-that-threatenbees-8114020.html
GIVE BEES A CHANCE! New campaign priority of the Greens/
EFA Food-GMO campaign, The Greens - European Free Alliance, 21 januari 2013, http://www.greens-efa.eu/give-bees-achance-9012.html
Planten
Bevlieging door honingbijen, imkerpedia, http://www.imkerpedia.nl/wiki/index.php/Bevlieging_door_honingbijen
Best Bee Plants, http://www.buzzaboutbees.net/bee-plants.html
63
Bedding plants and displays, Royal Horticultural Society, http://
apps.rhs.org.uk/advicesearch/Profile.aspx?pid=640#section1
Informatie over de biologische diversiteit, http://www.soortenbank.nl/index.php
Antropoceen:
The Anthropocene, A man-made world, The Economist, 26 mei
2011, http://www.economist.com/node/18741749
Enter the Anthropocene—Age of Man, Elizabeth Kolbert,
National Geographic, maart 2011, http://ngm.nationalgeographic.com/2011/03/age-of-man/kolbert-text
Overige inspiratie
Network of seed keepers and organic producers in India, http://
www.navdanya.org/
Emily Dickinson, Poets.org, http://www.poets.org/poet.php/prmPID/155
Emily Dickinson and Gardening, Emily Dickinson Museum, http://
www.emilydickinsonmuseum.org/gardening
BEEHIVES, Ian Hamilton Finlay, Jupiter Art Land, http://www.
jupiterartland.org/artwork/21/BEEHIVES
Ian Hamilton Finlay: the concrete poet as avant gardener, The
Guardian, 16 november 2012, http://www.guardian.co.uk/
books/2012/nov/16/ian-hamilton-finlay-concrete-poetry
Twentse Spreuken, http://www.marceltettero.nl/TwentseSpreuk/
Twentse_spreuken.html
Tijdschriften Historische Verenigingen Overijssel, http://
historischetijdschriftenoverijssel.blogspot.nl/2012/05/
hoesbreef-2012-1.html
Doris Denekamp
www.dorisdenekamp.nl
www.informalstrategies.org
Jimini Hignett
www.howtogoon.com
Dutch Art Institute (ArtEZ Master of Fine Art)
dutchartinstitute.eu
Kunstvereniging Diepenheim
www.kunstvereniging.nl
opmaak: Geert van Mil
proofreading: Klaas de Pater