Die Geierwally

Die Geierwally
Stummfilm mit Live-Musik | stomme film met live muziek
"Wenn die Geierwally sagt:
Die Stiftung
Film | spiegel
Aus der engagierten Zusammenarbeit der Filmwerkstatt Münster mit
dem Filmhuis de Keizer in Deventer
hat sich 1999 die deutsch-niederländische Stiftung Filmspiegel gegründet. Der Filmspiegel setzt sich für den
grenzüberschreitenden Film- und
Kulturaustausch ein.
Neben jährlich stattfindenen binationalen Filmtagen organisiert der
Filmspiegel Filmreihen, Symposien
zur internationalen Filmarbeit und
Workshops. Der Filmspiegel versteht
sich als Plattform, auf der Deutsche
und Niederländer, Filmschaffende
und Kinoenthusiasten zusammenkommen, Kontakte finden, Pläne
schmieden und schöne Filme sehen.
Nach der Premiere beim Filmfestival Münster 2001 wird die „Geierwally“ vom Filmspiegel durch eine
Reihe von Städten in NRW und den
Niederlanden begleitet, u.a. nach Bochum, Borken, Coesfeld, Köln, Warendorf, Amsterdam, Delft, Deventer,
Enschede ….
Wir wünschen allen Zuschauern dabei „veel plezier!“
Nico-Jan Beckers
accordeon
Ich liebe – dann liebt die wirklich.
De stichting
Film | spiegel
Das ist eine Sache fürs Leben.
Auke Reuvers
klarinet
Das mit dem Bärenjosef."
Voortkomend uit de actieve samenwerking tussen de Filmwerkstatt
Münster en Filmhuis de Keizer in Deventer werd in 1999 de Duits-Nederlandse stichting Filmspiegel opgericht. Filmspiegel zet zich in voor een
grensoverschrijdende uitwisseling
van film en cultuur.
Naast binationale filmdagen die
jaarlijks plaatsvinden is Filmspiegel
verantwoordelijk voor de organisatie
van filmreeksen, workshops en symposia waarbij internationale samenwerking in de filmsector centraal
staat. Filmspiegel ziet zichzelf als een
platform waar Duitsers en Nederlanders, filmprofessionals en filmenthousiasten bijeenkomen om contacte te
leggen, plannen te smeden en mooie
films te zien.
Na de succesvolle première op het
Filmfestival Münster 2001 zal „die
Geierwally” door Filmspiegel worden
gepresenteerd in een reeks steden in
Noordrijn-Westfalen en in Nederland
zoals in Bochum, Borken, Coesfeld,
Keulen, Warendorf, Amsterdam,
Delft, Deventer, Enschede …
We wensen alle bezoekers „viel Spaß!“
Bühne und Film, 1921
Veranstalter:
stichting film | spiegel www.filmspiegel.net
c/o Concordia Cinema
Oude Markt 26
NL-7511 GB Enschede
tel +31-53- 43 00 999
fax +31-53- 43 12 141
c/o Filmwerkstatt Münster e.V.
Gartenstraße 123
D-48147 Münster
tel +49-251- 230 36 21
fax +49-251- 230 36 09
gefördert von:
Consulaat-Generaal van het
Koninkrijk der Nederlanden
D 1921 | Mit Henny Porten und Albert Steinrück
Regie & Buch: E.A. Dupont, nach dem Roman von Wilhelmine von Hillern
Produktion: Hanns Lippmann, Henny Porten
Kamera: Arpád Virágh, Karl Hasselmann | Bauten & Kostüme: Paul Leni
Die Musiker:
Die Geierwally:
Die schwerblütige Geschichte um
eine Hoferbin, genannt die „Geierwally“, die sich dem Willen ihres tyrannischen Vaters widersetzt und die
Verbannung in die Einsamkeit der
Bergwelt einer erzwungenen Ehe mit
einem charakterlosen Erbschleicher
vorzieht, ist wiederholt verfilmt worden und gipfelte in einer grotesken
Klamotte von 1986, die Kultstatus erreichte. 1921 verfilmte E.A. Dupont
die Romanvorlage von Wilhelmine
von Hillern mit Henny Porten, die
die Geierwally mit zugleich glühender Leidenschaft und großem Gespür
für die vielen Facetten dieser eigenwilligen Frau verkörpert. Ihre Liebe
zum stolzen und starrsinnigen „Bärenjosef“, die tragischen Verwicklungen, die beinahe alle ins Unglück
stürzen, die erhabene Bergwelt – der
Film strotzt vor großen Gefühlen und
erstaunt dabei immer wieder mit einem für die damalige Filmkunst ungewöhnlichen Realismus, unterstützt
durch die Authentizität der Außenaufnahmen.
Schon die zeitgenössische Kritik bejubelte den Stummfilmklassiker unter den Heimatfilmen. Nicht nur die
naturalistischen Aufnahmen einer
echten Schneelawine und Bärenjosefs Kampf mit dem ausgebrochenen Dorfstier, vor allem Henny Portens Spiel begeisterte – auch heute
noch: »Wenn die Geierwally sagt: Ich
liebe – dann liebt die wirklich. Das
ist eine Sache fürs Leben. Das mit
dem Bärenjosef. Aber sie hat in diesem Film noch etwas anderes zu tun
als zu lieben. Und dieses andere, das
Hassen, das macht die Geier-Henny
wunderbar.«
(Bühne und Film, 1921)
Nico-Jan Beckers, Akkordeonist, studierte am Konservatorium Enschede.
1995 wurde er als „Uitvoerend Musicus“ für den Twentsche Courant Tubantiaprijs nominiert. Er studierte
weiter in der Masterclass unter anderem bei Mie Miki, Teodoro Anzellotti und Mogens Ellegaard. Regelmäßig arbeitet er an Produktionen
des Orkest van het Osten, des Valerius
Ensemble, der Nationalen Reisopera
und der Nederlandse Opera mit.
Auke Reuvers, Klarinettist, studierte ebenfalls am Konservatorium Enschede. Mit seinem Abschluß 1997
gewann er als bester „Uitvoerend
Musicus“ den Twentsche Courant
Tubantiaprijs. Er studierte weiter in
der Mas-terclass unter anderem bei
Sigmund Nissel und dem amerikanischen Klarinettisten Richard Stoltzman. Er spielt in verschiedenen Orchestern und Projekten.
Als Duo haben sich Nico-Jan Beckers
und Auke Reuvers in vielen musikalischen Gefilden getummelt. Bei
Musikfestivals, im Radio und Fernsehen, bei Theaterprojekten, in Salons
und selbst auf der Straße wussten sie
das Publikum mit der eigenwilligen
Sprache ihrer Musik zu überraschen.
Die einzigartige Kombination von
Akkordeon und Klarinette – beides
„Zungen“-Instrumente – ist für die
beiden Musiker eine dankbare Quelle der Inspiration, um bestehende
Musik mit eigenen Klangfarben und
Charakter neu zu interpretieren.
Für „Die Geierwally“ haben sie Musik von Leos Janacek, Erik Satie und
Phillip Glass arrangiert.
De musici:
Nico-Jan Beckers, accordeonist, studeerde aan het Conservatorium Enschede. In 1995 werd hij als Uitvoerend Musicus genomineerd voor de
Twentsche Courant Tubantiaprijs. Hij
volgde masterclasses bij onder andere Mie Miki, Theodore Anzellotti en
Mogens Ellegaard. Hij werkt regelmatig mee aan producties bij het Orkest van het Oosten, het Valerius Ensemble, de Nationale Reisopera en de
Nederlandse Opera. Als docent is hij
verbonden aan de Muziekschool Doetinchem.
Auke Reuvers, klarinettist, studeerde
aan het Conservatorium Enschede. In
1997 won hij bij het afstuderen de
Twentsche Courant Tubantiaprijs als
beste student van dat jaar. Hij volgde
masterclasses bij onder andere Siegmund Nissel (Amadeus String Quartet) en bij de Amerikaanse klarinettist
Richard Stolzman. Als remplaçant
speelde hij in verschillende Nederlandse orkesten. Met de pianist Jeroen
Twisk vormt hij tevens een duo en
als docent is hij verbonden aan de
Muziekschool Goor, Diepenheim en
Markelo.
Als duo zijn Nico-Jan Beckers en
Auke Reuvers op zeer verschillende
plaatsen in het muziekleven te beluisteren geweest. Tijdens concerten
en festivals, in radio en t.v.-studio´s,
in het theater, in salons en zelfs op
straat hebben zij het publiek keer op
keer weten te verrassen met hun
muzikaal idioom. De unieke combinatie van de instrumenten accordeon
en klarinet, die beide hun oorsprong
in het riet – de tong – vinden, is voor
de twee musici een dankbare inspiratiebron om bestaande muziek te
arrangeren naar hun eigen klankkleuren en speelkarakters.
Die Geierwally:
De dramatische geschiedenis van de
boerendochter „Geierwally“, die in
opstand komt tegen de wil van haar
tirannieke vader. Omdat zij een gedwongen huwelijk met een karakterloze man, die vanwege het geld
met haar wil trouwen, niet accepteert, wordt zij verbannen naar de
eenzaamheid hoog in de bergen. Dit
verhaal is meerdere malen verfilmd
met als toppunt een groteske komedie uit 1986 die een cultstatus bereikte.
In 1921 verfilmde E.A. Dupont de gelijknamige roman van Wilhelmine
von Hillern. De hoofdrol werd gespeeld door de destijds beroemde
actrice Henny Porten.
Zij zette „Geierwally“ neer met tegelijkertijd vurige passie en een groot
gevoel voor de vele facetten van deze
eigenzinnige vrouw. De film loopt
over van grote gevoelens – Geierwallys liefde voor de trotse en stijfkoppige „Bärenjosef“, de tragische
verwikkelingen, die bijna allen in het
ongeluk stort, de majesteitelijkheid
van het berglandschap – en verwondert daarbij telkens weer met een
voor de filmkunst uit die tijd onge-
woon realisme, ondersteund door de
oorspronkelijkheid van de buitenopnamen.
Al bij de première van de film bejubelden de recensenten deze zwijgende filmklassieker onder de „Heimatfilms“. Niet alleen de naturgetrouwe
opnames van een echte lawine en
de strijd van Bärenjosef met een uitgebroken stier, maar vooral het spel
van Henny Portens roept zelfs nu nog
bewondering op net als toen: »Wenn
die Geierwally sagt: Ich liebe – dann
liebt die wirklich. Das ist eine Sache
fürs Leben. Das mit dem Bärenjosef.
Aber sie hat in diesem Film noch
etwas anderes zu tun als zu lieben.
Und dieses andere, das Hassen, das
macht die Geier-Henny wunderbar.«
(Bühne und Film, 1921)