Warmtepomp Propulsion

Transcription

Warmtepomp Propulsion
ZWEMBAD WARMTEPOMP
Installatie & Instructie Handleiding
HEA - series
INHOUD
1 VOORWOORD
3
2 SPECIFICATIES
4
2.1 PRESTATIEGEGEVENS VAN DE WARMTEPOMP
4
2.2 AFMETINGEN VAN DE WARMTEPOMP
5
3 INSTALLATIE EN AANSLUITING
6
3.1 INSTALLATIE VAN HET SYSTEEM
6
3.2 ZWEMBAD WARMTEPOMP LOCATIE
7
3.3 HOE DICHT BIJ UW ZWEMBAD?
7
3.4 ZWEMBAD WARMTEPOMP: BUIZEN
8
3.5 ZWEMBAD WARMTEPOMP: ELEKTRISCHE BEDRADING
9
3.6 EERSTE KEER OPSTARTEN
9
4 GEBRUIK EN WERKING
10
4.1 FUNCTIES VAN HET LED BEDIENINGSPANEEL
10
4.2 WERKINGSPARAMETERS INSTELLEN
10
4.3 MODE KIEZEN
11
4.4 HUIDIGE STATUS
11
4.5 CLOCK INSTELLEN
12
4.6 TIMER ON INSTELLEN
12
4.7 TIMER OFF INSTELLEN
12
4.8 GEGEVENS INSTELLEN
13
5 ONDERHOUD EN INSPECTIE
14
5.1 ONDERHOUD
14
5.2 FOUTMELDINGEN EN OPLOSSINGEN
14
2
1. VOORWOORD
•
Om onze klanten te kunnen voorzien van kwaliteit, betrouwbaarheid en flexibiliteit, worden onze
producten geproduceerd volgens strikte productiestandaarden. Deze handleiding bevat alle noodzakelijke
informatie over de installatie, opstarten, overwinteren en onderhoud. Lees deze handleiding grondig
vooraleer u het toestel opent en onderhoudt. Het toestel moet geinstalleerd worden door gekwalificeerd
personeel. De garantie moet vodoen aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf is niet verantwoordelijk
voor enige kwetsuur of schade veroorzaakt door onjuiste installatie, verkeerd of onnodig onderhoud.
•
De warmtepomp mag enkel geopend worden door een erkend installateur.
•
De bediening en het onderhoud dienen te worden uitgevoerd op het vermelde tijdstip.
•
Gebruik enkel originele reserve-onderdelen.
De garantie vervalt wanneer er niet wordt voldaan aan een van bovengenoemde eisen.
•
De Zwembad warmtepomp dient om het zwembadwater te verwarmen en de temperatuur constant te
houden.
Dit type heeft de volgende karakteristieken:
1 Duurzaam
De warmtepomp is gemaakt met PVC & Titanium warmtewisselaar, die langdurig kunnen weerstaan aan
kontakt met zwembad water..
2 Flexibele installatie
De warmtepomp is gemaakt als een geheel, getest en klaar om te werken door enkel de elektriciteit en de
returnline aan te sluiten.
3 Stille werking
Het product is gemaakt met een hoog efficiente rotary/ scroll compressor en een geruisarme ventilator motor,
die de stille werking van de warmtepomp garandeert.
4 Geavanceerd bediening
Micro-computer bediening, alle bedieningsparameters kunnen ingesteld worden, en de status van alle gemeten
variabelen kan getoond worden op het bedieningspaneel, u kan ook kiezen om de bediening op afstand te
plaatsen .
3
2. SPECIFICATIES
2.1 Prestatiegegevens van de zwembad warmtepomp
Toeste l
Warmte Capaciteit
Opgenomen
Vermogen
Nominale Stroom
Voeding
Model
HEA-15
HEA-20
HEA-30
HEA-50
HEA-50 S
HEA-60 S
kW
6,5
8,5
13,5
23,5
23,5
26
BTU/h
22000
30000
45000
80000
80000
88700
kW
1,2
1,75
2,6
4,6
4,6
5,2
A
5,4
7,9
11,8
21,8
8,1
10
V/Ph/Hz
230/1/50
220/ 1/ 50
220/ 1/ 50
220/ 1/ 50
380/ 3/ 50
380/ 3/ 50
1
1
1
2
1
1
rotary
rotary
rotary
rotary
scroll
scroll
1
1
1
1
1
1
W
120
120
200
240
240
240
RPM
770
870
850
830
830
830
horizontaal
horizontaal
horizontaal
verticaal
verticaal
verticaal
dB (A)
47
52
52
60
60
52
mm
50
50
50
50
50
50
m3/h
2,2
3
4,5
7,5
7,5
9
kPa
12
10
10
12
12
12
mm
760/320/645
905/420/650
115/510/850
880/650/650
880/650/650
880/650/650
mm
930/340/695
950/440/700
970/750/750
970/750/750
970/750/750
kg
28/32
65/ 72
112/ 126
95/ 109
135/ 149
Aantal
Compressors
Compressor type
Aantal
Ventilatoren
Vermogen
Venilator
Toerental
Ventilator
Richting
Ventilator
Geluid
Water Connectie
WaterstroomVolume
Waterdruk Drop
(max)
Netto Afmetingen
(L/B/H)
Shipping
Afmetingen
(L/B/H)
Netto gewicht /
Shipping gewicht
1200/550/
950
85/ 90
Meetomstandigheden: Buitenlucht temp: 25 ℃ , Binnenstromend water temp: 25 ℃
4
2. SPECIFICATIES
2.2 Afmetingen van de zwembad warmtepomp
5
3. INSTALLATIE EN AANSLUITING
3.1 Installatie van het systeem
Installeren warmtepomp & Chlorinator
Pressure-type Chlorinator of Brominator
Installatie benodigdheden:
De fabriek levert de warmtepomp. De andere onderdelen, inclusief een eventuele bypass, in de tekening
moeten voorzien worden door de gebruiker of de installateur.
Opgepast:
Gelieve de volgende stappen te volgen bij het installeren van de warmepomp:
1. Elke toevoeging van chemicalieën moet gebeuren in de leidingen na de warmtepomp.
2. Installeer een bypass wanneer de stroom van de zwembadpomp meer dan 30% hoger is dan de toegelaten
stroom van de warmtewisselaar van de warmtepomp.
3. Installeer de wamtepomp boven het waterniveau van het zwembad.
6
3. INSTALLATIE EN AANSLUITING
3.2 Zwembad warmtepomp locatie
Het toestel zal goed werken op eender welke locatie mits er drie zaken aanwezig zijn:
1. Verse Lucht - 2. Elektriciteit -
3. Zwembad filterbuizen
Het toestel mag praktisch overal buiten geinstalleerd worden. Voor indoor zwembaden, raadpleeg uw
installateur. Er is geen enkel probleem op winderige plaatsen zoals bij een gasverwarmer wel het geval is (oa
waakvlam probleem).
OPGEPAST: Plaats het toestel niet in een afgesloten ruimte met een beperkt luchtvolume waar de uitgestoten
lucht opnieuw gebruikt zou worden, of dicht bij struiken die de lucht inlaat kunnen blokkeren. Deze plaatsen
belemmeren een continue toestroom van verse lucht, waardoor de efficientie vermindert en adekwate warmte
levering kan verhinderd worden.
Zie onderstaande tekening voor de minimum afmetingen.
3.3 Hoe dicht bij uw zwembad?
Normaal gezien wordt de warmtepomp geinstalleerd binnen 7,5 m rond het zwembad. Hoe verder de afstand
van het zwembad, hoe groter het warmteverlies door de buizen. Aangezien het grootste deel van de buizen
begraven is, is het warmteverlies minimaal voor afstanden tot 30 m (15 m van en naar de pomp = 30 m in
totaal) tenzij de grond nat is of het waterniveau hoog is. Een ruwe schatting van het warmteverlies per 30 m is
0,6 kWh, (2000BTU) voor elke 5 ºC verschil in temperatuur tussen het zwembad water en de grond rond de
buis, wat resulteert in een verlenging van de werkingstijd van 3% tot 5%.
7
3. INSTALLATIE EN AANSLUITING
3.4 Zwembad warmtepomp: buizen
De zwembad warmtepomp Tit,anium warmte uitwisselaar heeft geen speciale buizen of bypass nodig bij
stromen tot 11 m3/h. De waterdrukval is minder dan 10kPa maximum. Een bypass is noodzakelijk wanneer de
stroom van de zwembadpomp door de warmtewisselaar meer is dan 11 m3/h.
Vermits er geen overblijvende warmte of vlam temperaturen zijn, kunnen gewone PVC buizen rechtstreeks op
het toestel aangesloten worden.
Plaatsing van het toestel: plaats het toestel in de terugvoer leiding na alle pompen en filters en voor de
chlorinators, ozonators of doseerpompen.
Het toestel heeft standaard een 32 mm of 50 mm lijmfitting voor aansluiting.
Condensatie: Vermits de warmtepomp de lucht afkoelt met ongeveer 4 – 5 ºC, kan er water condenseren op de
rand van de hoefijzervormige verdamper. Als de relatieve vochtigheid zeer groot is kan dit verschillende liters
per uur zijn. Het water zal langs de vinnen naar beneden lopen in de opvangschaal en weglopen via de
condensatie-uitlaat op de zijkant van de opvangschaal. Deze fitting is ontworpen voor aansluiting met een
20mm PVC slang. Deze kan er met de hand worden opgeduwd en verder aangesloten worden op een gepaste
afloop. Veel mensen verwarren de condensatie met een lek binnen het toestel.
OPM: Een snelle manier om te controleren of het water van condensatie komt is het toestel uit te zetten
en de zwembad pomp te laten lopen. Als er geen water meer uit de condensatieuitlaat komt , dan is het
condensatie. EEN NOG SNELLERE MANIER – TEST HET DRAIN WATER OP CHLOOR – als er
geen chloor aanwezig is, is het condensatie.
8
3. INSTALLATIE EN AANSLUITING
3.5 Zwembad warmtepomp: elektrische bedrading
OPMERKING : Alhoewel de warmtepomp elektrisch geisoleerd is van de rest van het toestel,
verhindert dit gewoon de stroom van elektriciteit van en naar het zwembadwater. Aarding is nog altijd
nodig om u te beschermen tegen kortsluitingen binnen het toestel. Voorzie een goede aarding
aansluiting.
Het toestel heeft een afzonderlijke aansluitingsdoos met een standaard aansluitingswartel. Verwijder vier
schroeven en het frontpaneel, breng de voedingslijnen in de aansluitingsdoos via de voorziene openingen en
sluit de draden aan op de drie aansluitingen die voorzien zijn. (vier verbindingen bij 3 fasen) Om de
elektrische aansluiting te vervolledigen, sluit de voedingskabel aan, op een gepaste afzonderlijke zekering in
de elektrische kast van het huis. De elektrische installatie en aansluiting van deze unit moet gebeuren in
overeenstemming met de wettelijke normen en gebruiken. De voeding moet uitgerust worden met een
thermische veiligheid.
Afschakelen – Een breker (zekering, schakelaar,…) moet voorzien zijn in het zicht en/of gemakelijk
toegankelijk zijn vanaf de warmtepomp. De schakelaar moet minimum 3mm afstand maken tussen de
kontakten bij het afschakelen. Het laat toe om de stroom uit te schakelen voor onderhoud en verhindert het
vanop afstand opzetten van de stroom zonder het toestel te zien.
3.6 Eerste keer opstarten
OPM- Om het zwembad of spa water op te warmen , moet de filterpomp werken om het water te laten
circuleren door de warmtepomp.
Opstart Procedure – nadat de installatie voltooid is, dient u deze stappen te volgen:
1. Zet uw filterpomp aan. Controleer op lekken en controleer de water stroom van en naar het zwembad.
2. Sluit de stroom aan op het toestel en druk op de ON/OFF knop op de elektronische console of zet de
schakelaar op ‘heat’ bij de eenvoudige controle: het toestel zou moeten opstarten binnen enkele seconden.
3. Controleer na enkele minuten werken of de lucht die het toestel bovenaan (opzij) verlaat koeler is (3 - 5 °C)
4. Terwijl het toestel werkt, zet de filterpomp af. Het toestel zou automatisch moeten stoppen met werken,
indien niet, zijn aanpassingen aan de debiet schakelaar en/of de elektrische schakelaar nodig.
5. Laat het toestel en de zwembad pomp 24 uur per dag werken totdat de gewenste zwembad
watertemperatuur is bereikt. Wanneer de geprogrameerde temperatuur is bereikt stopt het toestel met werken.
Het toestel zal nu automatisch heropstarten (zolang uw zwembad pomp aan het werken is) wanneer de
zwembadtemperatuur lager is dan 1 graad beneden de geprogrammeerde temperatuur.
Flow Switch Schakelaar – het toestel is uitgerust met een flowswitch schakelaar die aanslaat wanneer er
voldoende water stroomt door het toestel en die afslaat wanneer het debiet te klein wordt (bvb als de
zwembadpomp afslaat). Als het niveau van het zwembadwater meer dan 1 meter boven of onder de flow
switch is, is het mogelijk dat de installateur de switch moet bijregelen.
Tijdsvertraging – het toestel is uitgerust met een ingebouwde 3 minuten startvertraging, dit ter bescherming
van de elektronica en om de contacten te sparen. Na dit tijdsinterval zal het toestel automatisch heropgestart
worden ongeveer 3 minuten na de stroomonderbreking in het controlecircuit. Zelfs een korte
stroomonderbreking zal de vaste 3 minuten vertraging activeren en zal verhinderen dat het toestel opnieuw
opgestart wordt vooraleer de 3 minuten verstreken zijn. Verdere stroomonderbrekingen tijdens de vertraging
hebben geen invloed op de 3 minuten durende aftelling.
9
4. GEBRUIK EN WERKING
4.1 Functies van het LED bedieningspaneel
LED scherm
LED
screen
druk op“▲”of“▼”om de
druk op ”MODE” om de
werkingsmode te wijzigen
parametes in te stellen of te bekijken
druk op “ ” om unit
aan of uit te zetten
druk op “CLOCK” om
de tijd in te stellen
druk om het tijdstip
voor de unit aan te
schakelen in te stellen
druk om het tijdstip
voor de unit uit te
schakelen in te stellen
4.2 Werkingsparameters instellen
•
•
•
•
•
Parameter 0
gewenste temp. tijdens
koeling mode instellen
(8–28°C) default 27°C
Tijdens standby status: druk op “▲”of“▼”om in het
parametermenu te komen.
Druk tegelijkertijd op “MODE” & “ ” om de parameters van 0 tot 9 in
te stellen (zie parameter tabel).
Druk op “▲”of“▼”om de gewenste instelling te selecteren.
Stop gedurende 5 seconden met drukken het LEDscherm zal de
tijdsaanduiding tonen.
Tijdens werking, kan je op “▲”of“▼”drukken om de huidige
parameters te bekijken, maar de parameters kunnen niet gewijzigd
worden.
Parameter 1
gewenste temp. tijdens
verwarmingsmode
Parameter
1
(15–40°C)
to setinstellen
desired temp.
under default
heating 27°C
mode
(15–40°C) default 27°C
Parameter 4
temperatuur waarop
Parameterstopt
4 (0-30°C)
ontdooiing
temperature
condition to
default 13°C
exit defrosting (0–30°C)
default 13°C
Parameter 2
totale werkingstijd
van de compressor na
Parameter
2
ontdooiing
total working period
of compressor after
defrosting
Parameter 5
max duur van
Parameter (0-15min)
5
ontdooing
maxdefault
time of8min
defrosting
(0-15min)
default 8min
Parameter 3
temperatuur waarop
ontdooing start (-30-0°C)
Parameter
3
default -6°C
temperature condition to
start defrosting (-30–0°C)
default -6°C
Parameter 6
compressor nummer
Parameter
6 2
default
compressor number
default 2
10
4. GEBRUIK EN WERKING
Parameter 8
Parameter 7
gegevens opslaan na
uitschakelen
1(ja) 0 (nee)
mode 0(enkel koeling)
1(koeling & verwarming)
2(auxiliary elec. heating)
3(enkel verwarming)
Parameter 9
pomp 0 (altijd open)
1 (start 10 sec voor de
compressor start, stopt 30
sec nadat de compressor
stopt)
4.3 Mode kiezen
Verwarming mode
Koeling mode
•
•
•
Ontdooiing indicator
Druk op “MODE” om de mode te kiezen; (enkel wijzigbaar indien parameter 8 op ‘1’ staat)
Druk op “ ” om het toestel aan te schakelen, het LED scherm toont de water-in temperatuur;
NB de mode kan ook gewijzigd worden tijdens de werking van het toestel.
4.4 Huidige status
Water temp.
van inlaat
Condensor 2
temp.
Water temp.
van outlaat
Condensor 1
temp.
Omgevings
temp.
11
4. GEBRUIK EN WERKING
Wanneer het toestel aan het werken is, druk op “▲”of“▼”om de huidige status van het toestel te
bekijken.
U kan de water-in/ water-out/ condensor1/ condensor2/ omgevings temperatuur bekijken als A, b, C, d, E;
Wanneer er gedurende 5 sec niet gedrukt wordt op de toetsen , toont het LED scherm de water-in temperatuur;
Wanneer het toestel is uitgeschakeld (in ‘standby’), wordt de klok getoond.
4.5 CLOCK instellen
Bij het aanzetten van het toestel, staat er “88.88” op het LED scherm te knipperen. Om de klok in te stellen,
volstaat het om op de toets “CLOCK” te drukken en op “▲”of“▼”om de juiste waarde in te stellen.
Nogmaals op “CLOCK” drukken om de instelling te bewaren. Tijdens het instellen van de klok, zijn de
toetsen “TIMER ON” en “TIMER OFF” niet actief.
4.6 TIMER ON instellen
De toets “TIMER ON” wordt gebruikt om de tijd te zetten waarop het toestel begint te werken. Wanneer deze
toets 1 maal wordt ingedrukt, is de timer actief. Wanneer deze toets een tweede maal wordt ingedrukt, kan de
tijd ingesteld worden met op “▲”of“▼”te drukken. Wanneer de juiste tijd op het LED scherm is
ingesteld, wordt de timer actief door nogmaals op “TIMER ON” te drukken. De timer kan stopgezet worden
door op “CLOCK” te drukken.
4.7 TIMER OFF instellen
De toets “TIMER OFF” wordt gebruikt om de tijd te zetten waarop het toestel stopt met werken. Wanneer
deze toets 1 maal wordt ingedrukt, is de timer actief. Wanneer deze toets een tweede maal wordt ingedrukt,
kan de tijd ingesteld worden met op “▲”of“▼”te drukken. Wanneer de juiste tijd op het LED scherm is
ingesteld, wordt de timer actief door nogmaals op “TIMER OFF” te drukken. De timer kan stopgezet worden
door op “CLOCK” te drukken.
12
4.8 Gegevens instellen
INSTALLATEURS GELIEVE TE ONTHOUDEN:
De werkingsparameters MOETEN gecontroleerd en ingesteld worden nadat de installatie voltooid is en
voordat de gebruiker het toestel in gebruik neemt.
OPMERKING: Met de
toets, wordt het toestel aan en uit (standby) gezet.
Tijdens ‘on’ toont het scherm de temperatuur van het instromend water.
Tijdens ‘off’ (standby) toont het scherm de klok.
De parameters kunnen enkel gewijzigd worden wanneer het toestel ‘off’ is (in standby staat).
De ‘cooling’ mode kan enkel geselecteerd worden wanneer parameter 8 ingesteld is op 1 (heat en cool) of op
0 (cooling alleen).
De parameters van de unit kunnen aangepast worden via het bedieningspaneel.
Systeem parameters tabel
Digit
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9*
A
B
C
D
E
Omschrijving
Instelling watertemp. (koeling mode)
Instelling watertemp (verwarmings mode)
Tijdsinterval voor ontvochtiging
In verwarmings mode (frost)
Starttemperatuur ontdooiings- functie
Temperatuur voor stop defrost
Maximale ontdooiingstijdsduur
Systeem aantal
Met/ zonder geheugenfunctie
Mode (alleen cooling, alleen warmtepomp
werking , aux- elektrische verwarming)
Water pump working (common/ special)
Inlaat water temperatuur
Uitlaat water temperatuur
System 1 tube temperatuur
System 2 tube temperatuur
Ompgevingstemperatuur
Bereik
Standaard
Aanpasbaar(ja/nee)
8-28℃
27℃
15-40℃
27℃
ja
ja
30-90min
45min
-30°C - 0°C
-7°C
0-30℃
13℃
0-15min
8min
1-2
2
0-1
1 (geheugen)
0-3
3 (warmtepomp)
0-1
-9~90℃
-9~90℃
-9~90℃
-9~90℃
-9~90℃
1
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
Gemeten waarde
Gemeten waarde
Gemeten waarde
Gemeten waarde
Gemeten waarde
Merk op: bovenstaande parameter 0 slaat enkel op de cooling mode, alle andere 1 tot 9 op heating mode.
*Opmerking parameter 9: 0 (altijd open)
1 (start 10 sec voor de compressor start, stopt 30 sec nadat de compressor stopt)
De filterpomp of een waterpomp om water door het toestel te pompen kan verbonden worden met het
bedieningspaneel. (De verbindingen voor enkel fazige pompen zijn gelabeled ‘PUMP’) De waterpomp zal dan
bediend worden door het bedieningspaneel wanneer parameter 9 op 1 is ingesteld.
13
5. ONDERHOUD EN INSPECTIE
5.1 Onderhoud
•
•
•
•
•
•
Controleer de watertoevoer en -afvoer regelmatig. U moet er voor zorgen dat er genoeg water en lucht
in het systeem kan komen, of dat zal de prestaties en de betrouwbaarheid van uw systeem beinloeden. U
dient de water filter regelmatig te reinigen om schade door filterblokkade te vermijden.
Er dient voldoende ruimte en ventilatie rondom het toestel te zijn. Reinig regelmatig de zijkant van de
warmtepomp om de goede werking te garanderen en energie te besparen.
Controleer de werking van alle processen in het toestel, en vooral de druk van het koelingssysteem.
Controleer de stroomtoevoer en de kabelaansluitingen regelmatig, controleer of er een abnormale
werking is of er een slechte geur rond de elektrische component hangt. Indien dit zo is, gelieve het op
tijd te vervangen.
Overwintering : Gelieve al het water uit de water pomp en andere systemen te lozen om schade door
bevriezing te vermijden.
U dient het water ook te lozen indien het toetstel gedurende lange tijd niet zal werken. En u dient alle
onderdelen grondig te controleren en het systeem volledig met water te vullen vooraleer het toestel terug
aan te zetten.
5.2 Foutmeldingen en oplossingen
Systeem foutmelding tabel
foutmelding
Water in temp.
Sensor defekt
Water out temp.
Sensor defekt
Spoel sensor defekt
LED
console
PP1
PP2
PP3
omgevings sensor defekt
PP5
Temp. is te verschillend
tussen water-in en waterout
Anti vries
In cooling mode
De eerste vorst protectie in
de winter
PP6
De tweede vorst protectie
in de winter
PP7
PP7
PP7
Reden
Oplossing
sensor is open of
kortsluiting
sensor is open of
kortsluiting
sensor is open of
kortsluiting
sensor is open of
kortsluiting
Debiet is niet voldoende,
waterdrukverschil is te
laag
Waterstroomvolume
is
niet voldoende
Omgevingstemparatuur of
tempeartuur instromend
water is te laag
Controleer of vervang de sensor
Omgevingstemparatuur of
tempeartuur instromend
water is te laag
Controleer of vervang de sensor
Controleer of vervang de sensor
Controleer of vervang de sensor
Controleer waterdoorstroming, of er een
verstopping is of niet: vuile of versleten
filter.
Controleer waterstroomvolume, of water
uitstroom temperatuur sensor
Bescherm de warmtewisselaar en de buizen
naar de warmtepomp door het water te
lozen. Al het water moet uit het toestel
verwijderd worden.
Bescherm de warmtewisselaar en de buizen
naar de warmtepomp door het water te
lozen. Al het water moet uit het toestel
verwijderd worden.
14
5. ONDERHOUD EN INSPECTIE
Hoge druk bescherming
EE1
Lage druk bescherming
EE2
Flow switch defekt
EE3
3 keer water-in en waterout
temp.
verschil
gedetekteerd in 30 min.
Communicatie defekt
EE5
EE8
Gassysteemdruk is te
hoog
Lage of verminderde
stroom
door
de
verwarmer. Toestel is
omgekeerd aangesloten.
Gassysteemdruk is te laag.
Geen water/weinig water
in het watercircuit
Debiet is niet voldoende,
waterdrukverschil is te
laag
Elektronische console en
PCB connectie defekt
Controleer
system1
Controleer
system2
ieder
veiligheidspunt
van
ieder
veilgheidspunt
van
Controleer waterstroomvolume, of water
circuit verstopt is of niet
Controleer debiet, kijk of er verstoppingen
zijn of niet.
Controleer kabelaansluitingen
Onjuiste installatie kan een elektrische schok genereren die kan leiden tot de dood of ernstige verwonding van
de gebruikers, installateurs of anderen, of beschadiging van eigendommen.
VERRICHT GEEN interne aanpassingen aan de warmtepomp.
1. Hou handen en haar weg van de ventilatorschroeven om verwondinen te vermijden.
2. Wanneer u niet vertrouwd bent met uw zwembad filer systeem en warmtepomp:
a. Verricht geen aanpassingen of onderhoud zonder uw dealer, zwembad- of air conditioningaannemer
raadplegen.
b. Lees de volledige installatie en gebruikers handleiding voordat u probeert het toestel te gebruiken, te
onderhouden of aan te passen.
Nota: Schakel de stroom uit voor u het toestel onderhoudt of herstelt
15
5. ONDERHOUD EN INSPECTIE
Problemen en mogelijke oplossingen :
Pr o bl e em
Mo g el i jke o orza ke n
Alle controle lampjes uit, er
wordt niets getoond op de
display.
Toestel
wil
niet
starten.
Heating of cooling lampje is
aan.
Led display toont de klok.
Toestel start niet.
Heating of cooling lampje is
aan.
Led display toont temperatuur.
Toestel start niet.
Heating
or
cooling
lampje
brandt niet wanneer op de
‘mode’ toets gedrukt wordt.
Water komt onderaan uit het
toetsel wanneer het aan het
werken is.
Of
De warmtepop lijkt een lek te
hebben.
Het toestel vormt ijs op de
buitenste
lucht
radiator,
meestal aan de onderkant of
het toestel wil niet werken
zonder
enig
indicatie van
problemen aangegeven op het
scherm.
Mogeli jk e op lo ssing
Geen stroomtoevoer naar de
warmtepomp.
Gesprongen
zekering. Sturing is mogelijk
defekt.
Het
toestel
staat
uit
(standby).
Vervang of reset de zekering.
Bel
uw
installateur
voor
advies.
Thermostaat
is
niet
hoger
ingesteld
(of
lager
bij
cooling)
dan
de
huidige
zwembadwater temperatuur. De
zwembadwater temperatuur heeft
de
gewenste
instelling
bereikt.
De
thermostaat
werkt
niet
meer.
Parameter 8 ‘mode’ is ingesteld
op ‘heating alleen’
(3) or
‘cooling alleen’ (0)
De warmtepomp produceert water
wanneer ze aan het werken is.
Het
water
zal
door
het
drainage gat druppen aan de
onderkant van de warmtepomp.
Hoe hoger de vochtigheid hoe
meer
condensatiewater
de
warmtepomp kan produceren. Dit
kan meerdere liters per uur
zijn.
Mogelijk lek aan de warmtepomp
verbindingen.
Het toestel is te dicht bij
een
obstakel
geïnstalleerd.
Uitlaat
lucht
wordt
opgestapeld en terug gezogen
door de buitenste radiator. De
ventilator
is
geblokkeerd,
lage
luchtstroom.
Grote
hoeveelheden dakwater die de
rotatie
van de
ventilator
beperken. Sprinklers die op de
buitenste
radiator sproeien
bij
koudere
temperaturen.
Buitenste radiator is verstopt
door vuil. Planten te dicht
bij de warmtepomp, die de
luchtstroom
blokkeren. Lage
koelmiddel-druk
veroorzaakt
door
een
gaslek. Mogelijk
slechte werking van de interne
Verhoog de gewenste ingestelde
temperatuur.
Bel
uw
distributeur/ installeur voor
advies.
Druk op on/off toets
toestel op te starten.
om het
Verander parameter 8 naar de
gewenste instelling (vb. op ‘1’
voor heating & cooling)
Zet het toetsel uit en laat de
zwembadpomp lopen. Als het
water stopt met lopen na een
paar uur, is het condensatie.
Bij
een
lek
bel
uw
installateur.
Of test het water op chloor.
Als er geen chloor aanwezig
is, dan is het condensatie.
Zorg ervoor dat de warmtepomp
geïnstalleerd is met voldoende
vrij ruimte rondom het toestel
om voldoende luchtstroom te
krijgen. Voor installatie en
ruimte
bepalingen
zie
paragraaf 3.2.
Installeer het toestel niet
binnen.
Zorg ervoor dat de sproeiers
geen water op het toestel
geven. Wanneer er ijs gevormd
wordt op de buitenste coil,
zet het toestel uit en laat
het ijs ontdooien.
U mag water onder lage druk
gebruiken om het ijs op de
buitenste
radiator
te
ondooien, zet het toestel uit
16
koelmiddel
lage
drukschakelaar. Mogelijk foute
werking
van
de
ontdooiingscyclus.
wanneer u dit doet.
Bel
de
installateur
advies.
voor
17
5. ONDERHOUD EN INSPECTIE
Toestel springt
aan & uit
Ventilator is aan het draaien,
er komt geen koude lucht van
de bovenkant (zijkant) van de
warmtepomp. Toestel verwarmt
niet.
Zwembad verwarmt zeer traag.
Zwembad geraakt niet aan de
gewenste temperatuur.
Compressor
start
niet.
Ventilator begint, compressor
probeert te starten, maar het
toestel valt volledig uit. (en
of uitvallen van de zekering)
Laag debiet, een eventuele
obstructie
op
het
watercircuit.
Vuile
of
versleten
filter,
voorfiltermandje
verstopt.
Verstopte impellor. Verkeerde
positie van de kranen op het
watercircuit.
Lek
in
aanzuigleiding waardoor lucht
in
het
circulerende
water
wordt
gezogen.
Toestel is
omgekeerd
aangesloten.
Ventilator draait.
Laag debiet , een eventuele
obstructie
on
het
watercircuit.
Vuile
of
versleten
filter,
voorfiltermandje
verstopt.
Verstopte impellor. Verkeerde
positie van de kranen op het
watercircuit
Laag water debiet door de
warmtepomp,
een
eventuele
obstructie
op
het
watercircuit.
Vuile
of
versleten
filter,
voorfiltermandje
verstopt.Verstopte
impellor.Verkeerde positie van
de kranen op het watercircuit.
Het is koud buiten. Warmtepomp
timer is voor een te korte
periode ingesteld. Zwembad is
niet
overdekt.
Hoge
windsnelheden
boven
het
zwembad.
Zwembad
ligt
in
schaduw.
Laag debiet, een eventuele
obstructie
on
het
watercircuit.
Vuile
of
versleten
filter,
voorfiltermandje
verstopt.
Verstopte impellor. Verkeerde
positie van de kranen op het
watercircuit.
Lek
in
aanzuigleiding waardoor lucht
in
het
circulerende
water
wordt gezogen. Compressor was
niet voldoende voorverwarmd.
Reinig
het
volledige
filtersysteem
of
vervang
filterelement. Inspecteer &
reinig pomp impellor. Zet de
kranen in de juiste positie.
Herstellen aanzuiglekken. Doe
vet aan de afdichtingsrubber
van de voorfilter. Verkeerde
keuze
groote
pomp.
Automatische
zwembadreiniger
op
aanzuiging
geeft
extra
restrictie op debiet.
Reinig
het
volledige
filtersysteem
of
vervang
filterelement. Inspecteer
&
reinig pomp impellor. Zet de
kranen in de juiste positie.
Herstellen aanzuiglekken. Doe
vet aan de afdichtingsrubber
van
de
voorfilter.
Foute
grootte
van
buizen.
Automatische zwembad vacuum
veroorzaakt verstopping.
Reinig
het
volledige
filtersysteem
of
vervang
filterelement. Inspecteer
&
reinig pomp impellor. Zet de
kranen in de juiste positie.
Herstellen aanzuiglekken. Doe
vet aan de afdichtingsrubber
van de voorfilter. Gebruik een
zwembadzeil.
Stel
de
zwembadpomp timer langer in.
Bel uw dealer voor advies.
Reinig
het
volledige
filtersysteem
of
vervang
filterelement. Inspecteer
&
reinig pomp impellor. Zet de
kranen in de juiste positie.
Herstellen aanzuiglekken. Doe
vet aan de afdichtingsrubber
van de voorfilter. Laat een
gediplomeerde electricien de
stroomtoevor en draadgrootte
controleren.
Controleer
de
start
capaciteit.
Bel
uw
18
Zwakke of beschadigde
capaciteit.
start
dealer voor advies.
19