Troika mei

Transcription

Troika mei
Troika mei
1
Colofon & Inhoud
Voorwoord……………………………………………………………..
Eredoctoraten ………. ………………………………………………
Student, ken uw Rechten! ……………………..…………………..
Poezie—Literaire wedstrijd …...….... …………………………...
75 jaar Letterenhuis …………………………………………….
Un Coeur Simple ………………... ……………………………….
Donautentoonstelling & Ruusbroeclezingen …………………..
Hybris ……………………….. …...... ……………………………..
Klio ……….. …. …………………………………………………….
Vrienden van de filosofie ………………………………………..
Scrip-Tease ………….……………………………………………….
Antwerpen = Amerika = Red Star Line ..……………………….
Bromvlieg. Dionysia. Theater 2008-2009 ..……………………..
Failure ……………………….. …...... ……………………………..
2
3
4
6
7
9
10
11
17
19
20
22
24
25
Hoofd– en eindredactie
Willem-Jan Wellens, Michael Domen
Redactie
Amanda, Christel Van Damme, Evelien Geerts, Martijn Gijs, Joris Heirstrate,
Ewald van Looveren, Hadewijch Masure, Lynn Rongé, Maud Vanhauwaert
Fotografie
Sarah Vankersschaever
Lay out
Martijn Gys, Michael Domen & Willem-Jan Wellens, Ewald van Looveren
Cover
Peter Pauwels & Willem-Jan Wellens
1
Troika mei
Voorwoord
Beste lezers,
Ook voor ons, het Troika-team, zit het jaar er bijna op. Het is een
goed jaar geweest. Vol enthousiasme heeft onze redactie zich op de
taak gestort om u te voorzien van informatie, literatuur en algemeen
vermaak. Bij deze valt mij dan ook het genoegen te beurt om iedereen
te bedanken die heeft meegewerkt aan Troika dit jaar. En dat zijn veel
mensen, te veel om op te noemen.
Eén iemand wil ik toch speciaal vermelden hier. Willem-Jan Wellens,
onze huidige eindredacteur, heeft met dit nummer zijn laatste Troika
afgeleverd. Volgend jaar zoekt hij andere oorden op; zijn biotoop
verlegt zich van het redactielokaal naar de toneelzaal, waar hij
trouwens dit jaar ook al vaak te vinden was. Zonder hem was er geen
Troika geweest, het idee is aan zijn brein ontsproten. Hij zal node
gemist worden.
Ondertussen ligt er toch maar weer een gloednieuwe, voorlopig nog
hagelwitte Troika voor uw neus. Onze redacteurs hebben weer alle
hoekjes en kantjes van de universiteit afgespeurd op zoek naar
interessante verhalen. Zo hebben we een artikel over de voor– en
nadelen van licentiaat vs. master, examentips, … Uiteraard hebben we
ook voorbij de muren van de UA gekeken, naar goede gewoonte. De
geschiedkundigen zullen zich ongetwijfeld interesseren voor het
bezoek dat we brachten aan de tentoonstelling over de Red Star Line.
Zoals altijd kregen we weer heel wat interessante pennevruchten
binnen van geëngageerde lezers. Daarnaast vind u in dit nummer ook
de zieleroerselen van de winnaars van de Literaire Wedstrijd van
Lingua. Zeker de moeite om eens door te lezen.
Tot slot wil ik u toch nog aanraden om dinsdag 6 mei eens een kijkje
te gaan nemen op de uitreiking van de eredoctoraten. Frits van
Oostrom, neerlandicus en maatschappelijke figuur, en Amos Oz, de
wereldberoemde Israëlische schrijver, krijgen een eredoctoraat van de
Universiteit Antwerpen. Ga dat zien, ga dat zien!
Tot slot nog dit: al wie zich geroepen voelt om volgend jaar ook eens
iets te schrijven voor Troika, laat het ons weten! Stuur gewoon in de
loop van de volgende maanden een mailtje naar [email protected].
Veel leesplezier!
Troika mei
De Troika-redactie
2
Eredoctoraten
Professor doctor Frits van Oostrom
Bij studenten Nederlands is deze Nederlandse professor
welbekend danzij zijn boek Stemmen op Schrift, dat op een
overzichtelijke en aantrekkelijke wijze een overzicht bied van
de Nederlandse literatuur in de Middeleeuwen. Professor van
Oostrom kijkt echter ook verder dan zijn vakgebied: hij is één
van de leidinggevende figuren wanneer er gesproken wordt
over de ‘staat van het onderwijs’ bij onze noorderburen. Zo
zat hij de werkgroep voor die de ‘culturele canon’ opstelde
voor het middelbaar onderwijs in Nederland. De Universiteit
Antwerpen huldigt Professor van Oostrom met een
eredoctoraat voor zijn wetenschappelijke verdiensten.
Bovendien geeft hij een lezing over de verhouding tussen
menswetenschappen en positieve wetenschappen, getiteld
Alfa tussen gamma en bèta. Over de humaniora en de
universitaire apenrots. De lezing gaat door op maandag 5
mei, van 10.30u tot 12.30 u in lokaal R-007. Na de lezing is er
uiteraard ruimte voor discussie.
Amos Oz
Amos Oz is in de eerste plaats bekend als schrijver. Deze
Israëli wordt al enige tijd genoemd als kanshebber voor de
Nobelprijs voor Literatuur. In zijn fictiewerken beschrijft hij de
wereld rondom hem, bekeken met enige afstand, zeg maar
ironie. Oz schrijft over wat hij kent en ziet; zijn boeken spelen
zich dan ook voornamelijkaf in de wijk waar hij geboren is.
Amos Oz is echter meer dan enkel een fictieschrijver. Hij is
journalist, essayschrijver en een kritische stem in het
maatschappelijke debat in Israël. Hij is één van de meest
uitgesproken voorstanders voor een tweestatenoplossing voor
het conflict tussen Israël en Palestina, een oplossing die aan
beide zijden gevoelig ligt. Naar aanleiding van zijn
eredoctoraat geeft Amos Oz een lezing in de Aula Rector
Dhanis met de titel Israël, Palestina en de vrede. De lezing
vindt plaats tussen 18.30u en 19.30u.
Michael Domen
3
Troika mei
Student, Ken uw Rechten!
Het Examenreglement voor u uitgeplozen
Evelien Geerts en Hadewijch Masure
Mei is de maand van mooi weer, gezellig op het grasveld zitten en
reikhalzend uitkijken naar de zomer. Dat de examens eraan komen, daar
denken we liefst nog niet aan. Al kan een beetje voorbereiding nooit
kwaad. Vergeet dus het uitgebreide examenreglement en lees gewoon
Troika’s fantastische examentips.
Welke rechten heb je als student? Een student kan elk examen
mondeling afleggen, als hij dat aanvraagt vóór de bekendmaking van de
examenroosters. Schat je jouw charmante blik hoger in dan je
schrijverstalent, dan is mondeling het overwegen waard. Een mondeling
examen mag altijd schriftelijk voorbereid worden. De examens zelf moeten
redelijk gespreid worden, met maximaal één vak per dag. Studenten
kunnen respect voor de godsdienstvrijheid inroepen om op bepaalde
dagen geen examens te hebben. Daarvoor moet je op het moment van je
inschrijving een aanvraag indienen bij de faculteit.
En wat na de examens? Voor elk vak waarvoor je geslaagd bent, krijg
je credits, die vijf jaar geldig blijven. Als je voor hetzelfde vak meer dan
één resultaat behaalt, telt het beste punt mee. Er is geen deliberatie meer
per studiejaar, enkel in de derde bachelor wordt er gedelibereerd. Een
student die een eindtotaal van minder dan 50 op 100 heeft behaald kan
sowieso niet slagen. Als je voor maximum 18 studiepunten niet geslaagd
bent, kan je gedelibereerd worden, maar daarvoor ligt de beslissing altijd
bij de examencommissie. Ligt je eindresultaat boven de 50 %, heb je een
voldoende. Een onderscheiding behaal je vanaf 65 %, een grote
onderscheiding bij 75 %, een grootste onderscheiding is weggelegd voor
studenten met meer dan 85 %.
Is de uitslag onverwacht, heb je altijd het recht je examen in te kijken
en te bespreken met de docent. Resultaten kunnen binnen de vijf dagen
aangevochten worden met een schriftelijk verzoek tot heroverweging aan
de examencommissie. Indien je valselijk beschuldigd bent van fraude, heb
je het recht gehoord te worden door de fraude- en examencommissie, als
je - ook binnen de vijf dagen – een schriftelijk verzoek indient.
Als
er
een
ma t e r ië le
vergissing is, moet dat aan de
examencommissie gemeld
worden binnen de 10 dagen,
waarna deze het rechtzet.
Voor hulp kan je altijd terecht
bij de ombudspersoon.
Troika mei
4
De Stenen Tafelen
1.
De Tien Geboden van Troika voor de blokkende student
Bovenal ken uw prof.
Wat voor vragen stelt hij? Welke interesses heeft hij? Verjaart hij? Is hij om
te kopen?
2.
Zweer niet ijdel, bereid je voor.
Lees voor de blokperiode je cursussen al eens door, maak schema’s,
markeer titels, formuleer alles in definities en zoek extra informatie op.
3.
Heilig steeds momenten van ontspanning. Vele uren zult gij arbeiden en
al uw werk doen, maar ’s nacht is er rust en dan zult gij slapen.
Ontspanning is noodzakelijk: geef je hersenen wat zuurstof en rust. Studeer
overdag. Beter een uurtje vroeger opstaan dan ’s nachts in slaap te vallen
boven je cursus.
4.
Twijfel niet, toon geen onkunde.
Op een mondeling examen doe je je zelfverzekerd voor en speel je
blufpoker: je hoeft niet alles te kennen, maar je moet wel overkomen
alsof je alles én meer kent.
5.
Uw studieplanning zult gij eren.
Als je juist weet wat je elke dag moet leren, heb je meer houvast en
minder faalangst en onderneem je ook daadwerkelijk meer.
6.
Gij zult steeds herhalen.
Het is bewezen: hoe meer je herhaalt, hoe meer details je zal onthouden.
7.
Vlucht de onzekerheid en de wanhoop.
Focus niet op wat je nog niet kent, maar op wat je al wel weet: zo geef je
je zelfvertrouwen een boost.
8.
Ook de chaos en de wanorde.
Studeer aan een leeg bureau: hoe minder afleiding, hoe beter. (Voor de
filosofen onder ons werkt deze tip omgekeerd: hoe méér chaos, hoe
beter het studeren zal gaan!)
9.
Wees steeds overzichtelijk in uw gemoed.
Duid aan wat je al kent en wat nog niet. Leer de inhoudstafel vanbuiten, dit
is je kapstok om alle andere details aan op te hangen. Verspil geen tijd aan
nutteloze, langdradige samenvattingen; maak korte schema’s of lees je
cursus in zijn geheel door om verbanden te leggen.
10. Gij zult niet misleid worden.
Bij multiple choice lees je eerst de vraag en bedek je de antwoorden, zo
word je niet op een zijspoor gebracht door de aangeboden antwoorden.
5
Troika mei
Literaire We
d
Poezie: Maud Vanhauwaert
strijd
je gaat mij wel af
ik ga je heel veel dragen
boven alles en om mij heen
en als ze mij naar je vragen
zeg ik wacht en dan leg ik je
zachtjes van mij af, kijk
hoe ze mijn kleren is
en hoe naakt ik zonder haar
ik weet ik kan je ook in mij
dragen en dan denkt men hé
er iets zwarts met haar
Maar als niemand ziet
hoe je in mij doorweegt
hou ik het echt niet lang in
laat mij je daarom aandoen
en hopen dat op een dag
je door lichtheid bent vervaagd
dat ik weer durf kleur bekennen
als er nog eens een vrouw komt
die haar vouwen om mij slaat
Ik ken je nog maar pas
Of twee passen misschien
maar alles lijkt al jaren
Tussen ons gezegd
En gezwegen elk woord
Loopt op de lippen
En het is de leegte liefste
Die gaapt ons in hetzelfde bed
er hangt nog altijd mist in mij
er hoeft nog altijd niet veel
te gebeuren voor ik aan je denk
iets dat niet op jou lijkt
is al genoeg, dan denk ik kijk
dit lijkt echt niet op haar
De liefde lag open
En bloot voor ons uit
We hadden haar maar
Zacht te betreden
Ik wilde een laken
Over haar heen
haar ontwapend zien
Durfde ik bijna niet aan
Met de zon zou ik blozen
En de wolken hoopten op
de verdwijning van zichzelf
ik zou wondervol van je zijn
Mijn meisje toch
De liefde lag open
Waarom heb je haar nu al gedicht.
Maud Vanhauwaert
Troika mei
6
Museum, archief, muze:
75 jaar Letterenhuis
In een 18e eeuws notarishuis in de Minderbroedersstraat, vlakbij de Academie en
de UA, nam het Archief en Museum voor het Vlaamsche Cultuurleven oftewel
AMVC in 1958 zijn intrek. Al sinds 1933 houdt het zich bezig met het
conserveren van literaire curiosa, maar met een draai. Waar bibliotheken
meestal enkel geïnteresseerd zijn in het resultaat van een creatief proces
(meerbepaald een boek), streeft het AMVC ernaar om vooral zoveel mogelijk
neerslag van het proces zélf voor het nageslacht te bewaren. Het Letterenhuis,
zoals het museum tegenwoordig wordt genoemd, is één groot archief van de
Vlaamse literatuur. En omdat ze daar natuurlijk geen egoïsten zijn, geven ze de
buitenwereld een inkijk in hun collectie door middel van een uitgebreide
tentoonstelling die de laatste 2 eeuwen overspant. Dit jaar viert het Letterenhuis
haar 75e verjaardag met allerlei festiviteiten, waaronder een gelegenheidsexpo,
en Troika ging ter plaatse een kijkje nemen.
‘De deur op een kier zetten’, noemen ze het bij het Letterenhuis. Als men echter
ziet welk een enorme hoeveelheid documenten en artefacten alleen al de
permanente tentoonstelling uitmaken, groeit pas echt het besef hoe groot en hoe
diepgaand de verzameling van het Letterenhuis wel is. Foto’s, schilderijen,
posters, kranten, borstbeelden, persoonlijke voorwerpen en natuurlijk tientallen
bladzijden vol nota’s, krabbels, getypte manuscripten, brieven, tekeningen, en
alles wat je verder nog voor creatiefs met papier kan doen (met uitzondering van
het ietwat onprofessionele vliegertje-vouwen). Een tijdlijn aan de muur plaatst de
auteurs in hun historische context, terwijl aan de andere kant van de zaal allerlei
kasten met bezienswaardigheden smeken om onze aandacht. En ook het
audiovisuele aspect is niet vergeten, want hier en daar kan je een filmpje uit de
oude doos bekijken of een hoofdtelefoon op je kruin zetten om een auteur uit
eigen werk te horen voorlezen.
De museumstukken zelf zijn eveneens moeilijk te onderschatten. Op onze
wandeltocht komen we langs de eerste pagina van het handgeschreven
manuscript voor Louis Paul Boons “De Kapellekensbaan”, het originele velletje
waarop in het naïeve handschrift van Paul van Ostaijen “Marc groet ’s morgens de
dingen” gepotlood staat, en zelfs een kladblad van Hendrik Conscience met
verschillende doorgehaalde openingszinnen voor zijn “De Leeuw Van
Vlaenderen”. De stukken tonen de schrijver als mens, als levend wezen in plaats
van onaantastbaar icoon. Hoe zij ook schrijffouten maken, mindere stukken
doorhalen en vervangen, koffievlekken maken op eigen werk. Het museum
bereikt hiermee haar doel: laten zien hoe een auteur te werk gaat, en dat een
meesterwerk niet op één dag geschreven wordt.
7
Troika mei
Op de eerste verdieping vinden we de ‘gelegenheidstentoonstelling’ naar
aanleiding van 75 jaar Letterenhuis. Kunstenaar Johan van Geluwe zorgde voor
een merkwaardige installatie voor de verjaardag van het schrijversarchief. Op de
grote gelauwerde 75 op de muur na, is er namelijk niets in deze ruimte dat ook
maar enigszins te maken heeft met de geschiedenis van het Letterenhuis. In
plaats daarvan is het een hommage aan de Vlaamse schrijvers, dood én levend. De
eerste ruimte, verlicht door een draaiende spiegelbal, is een groot mausoleum
met de namen van alle overleden en gearchiveerde Vlaamse schrijvers in
chronologische volgorde. In een hoekje is opvallend onopvallend de onlangs
overleden Hugo Claus toegevoegd.
De woorden “Ars Longa, Vita Brevis”
herinneren ons aan het contrast tussen sterfelijkheid van auteur en eeuwigheid
van diens werk. Vervolgens komen we via een rode loper langs ruimtes vol
borstbeelden, doodsbrieven, foto’s van begrafenissen, gipsen handafdrukken en
dodenmaskers, allen van bekende en minder bekende schrijvers; een nogal
morbide schouwspel. Van Geluwe wil hiermee aantonen dat dode materie zoals
die in een archief bewaard wordt, steeds weer herleeft door het contact met de
bezoeker, die er telkens nieuwe interpretaties aan geeft. Het museum als
mausoleum, maar ook als muze.
Tenslotte komen we van het dode verleden in het levende heden terug. Hier
geven negen vitrines ‘literaire interpretaties’ door hedendaagse schrijvers als
Anne Provoost, Jeroen Brouwers en Kristien Hemmerechts. Zij verzamelden van
alles en nog wat uit hun leven en hun visie op literatuur en brachten het elk in
een vitrine onder. Zo ligt Brouwers’ vitrine vol met kladversies van zijn
pennenvruchten, Provoost legt “haar eigen archiefje” aan met allerhande foto’s,
voorwerpen en nota’s en Kristien Hemmerechts strooide, volledig naar eigen stijl,
lustig met aarde, condooms en ondergoed. Hier loopt de ruimte echter dood, en
we moeten symbolisch terug de dood en de herinnering in om de uitgang te
bereiken.
Het Letterenhuis is een bijzonder museum, en een dikke aanrader voor al wie
literatuur een warm hart toedraagt. In het bijzonder de Taal- en
Letterkundestudenten die het vak “Nederlandse Literatuurgeschiedenis” volg(d)en,
zullen vele namen en werken herkennen, maar ook de gewone bezoeker kan niet
om de grote kanonnen als Guido Gezelle en Hugo Claus heen. Wie echter de
gelegenheidsinstallatie naar aanleiding van 75 jaar bezoekt met dezelfde
historische verwachting, zal teleurgesteld worden, gezien dit meer een kunstige
ingesteldheid vereist. Literatuuradepten zullen echter nog meer dan genoeg in de
watten gelegd worden in de loop van het jaar, want de festiviteiten gaan door tot
4 januari 2009. Er staan onder andere ontbijtvoordrachten, boekenwandelingen,
poëziefilms en zelfs een kerstfeestje op de planning. Ons literair erfgoed
Ewald
staat nog een feestelijk 2008 te wachten!
Voor het volledige programma van 75 jaar Letterenhuis kan je in de bibliotheek
het boekje “Het Letterenhuis is jarig en trakteert!” uit het flyerrek pikken of
surfen naar http://museum.antwerpen.be/amvc_letterenhuis.
Troika mei
8
RECENSIE
Un Coeur Simple: Stille Wanhoop
Deze maand kozen we voor de Franse
arthouse film Un Coeur Simple van
Marion Laine. Dit drama ( gebaseerd
op het gelijknamige kortverhaal van
Gustave Flaubert) draait rond de
goedgelovige Félicité (Sandrine
Bonnaire), die na een teleurstellende
liefdesrelatie dienstmeid wordt bij het
gezin Aubain. De eenzame Félicité,
steeds zoekend naar affectie en
bevestiging, ontwikkelt al snel een
sterke emotionele band met de
kinderen des huizes, zeer tegen de zin van hun biologische moeder
(Marina Foïs). Deze laatste zal dan ook trachten een wig te drijven tussen
Félicité en al wie haar liefheeft.
Ook al hangt er overduidelijk een sluier van desolatie en wanhoop over Un
Coeur Simple, toch blijft de film draaglijk en integer, mede dankzij de
minimalistische, emotionele vertolking van Bonnaire. Zij brengt met één
blik de stille Félicité op een bijna griezelige manier tot leven, dolend in het
landelijke decor van Normandië.
Een aanrader voor wie houdt van psychologische drama’s.
Evelien Geerts
Satin Chick Denial
9
there’s no end
to the love
you can give
or
is there?
frail
I am
the true
Princess of Denial
when you start
to wonder
past getting brighter
devotion growing weaker
the end is near
miserable tidings lie ahead
feeble
fragile
Amanda
Troika mei
Tentoonstelling:
Donau: Langs de mythische stroom
Donau:
Fotografien
von
Inge
Morath
Fotografe Inge Morath is vooral bekend omwille van haar foto’s van
beroemdheden. Ze maakte ook fotoreportages voor het befaamde
agentschap Magnum. Gedurende haar carrière keerde ze steeds
weer terug naar de machtige Donau. Ze volgde de stroom van diens
bron in het Zwarte Woud tot aan de monding in de Zwarte Zee. De
tentoonstelling toont de foto’s die ze nam op haar reizen van 1958
tot 1995. Hier krijgt men een eenmalige verzameling over de wissel
van politieke systemen, over natuur en over mensen,
samengebracht door de stroom die volkeren verbindt.
Donau, Langs de mythische stroom. Nog tot 21 mei in ‘t Brantijser
(Sint-Jacobsmarkt 9-13, Antwerpen).
Door het Oostenrijk-Centrum van de UA:
http://www.ua.ac.be/main.aspx?c=*OCTANT
Ruusbroeclezingen
Het vertaalproject van Petrus Naghel
In de periode van 1357 tot 1388 vertaalde Petrus Naghel, prior van
het Hernse kartuizerklooster, een groot aantal klassiekers uit de
geestelijke literatuur vanuit het Latijn naar het Middelnederlands,
waaronder de Legenda aurea, de Vitaspatrum en (een groot deel
van) de Vulgata. Uit recent onderzoek blijkt echter dat een aantal
andere werken ook aan Naghel kunnen worden toegeschreven,
zoals de vertaling van Ezechiël in de Delftse bijbel. Bovendien
komen nu een aantal literatuur-historische lijnen aan het licht, die
in deze lezing toegelicht zullen worden.
Petrus Naghel vertaalde in 1386 de Lignum Vitae. Niet veel later
wordt er een tweede vertaling gemaakt, en nu is er ook een derde
bovengekomen. Deze lezing stelt de vraag waarom er op relatief
korte tijd drie volledige vertalingen van één werk verschijnen. Zegt
dit misschien iets over de literaire relaties tussen kloosters?
De lezingen gaan door op 16 mei in lokaal D-424 om 14u. Ze
worden gegeven door Katty de Bundel en Eefje Bosmans.
Michael Domen
Troika mei
10
d
j
i
r
t
s
d
e
W
e
r
i
a
r
e
Lit
Proza: ‘Hybris’
I
De avond naderde sluimerend en naadloos; van hier tot hoog op nergens, ruim
gedrapeerd over onze hoofden langzaam de hemel toegetrokken. De wereld
maakte zich op voor een nieuw aangezicht: want ‘s nachts buiten is het leven
gemoedelijk en het hart gehuld in duister. En overal sloten zich blinden,
jaloezieën en rolluiken. De dag liep ten einde en mensen haastten zich naar
huis.
Het was voorjaar, maar er waren geen winters meer zoals men ons over
verhaalde. De avonden waren broeierig en aangenaam.
II
Sjofele taal is legio; in deze stad praat men Arrogantwerps. Een verhuisde stad,
nadat het water zich bedacht. Anderhalve toren kijkt uit over de binnenstad en in
één rechte met de Boerentoren de luchthaven van Deurne in het verlengde.
Vorige week een duif zien platgereden worden door een bus op de
Rooseveltplaats, een wasachtige brij met pluimen achterlatend, en een enkele
keer meen ik zelfs een adelaar te hebben opgemerkt.
Van hieruit langs Brabo, de Rots en de Academie, tot uiteindelijk waar ik
woon; tien minuutjes wandelen. Een kleine studio met al mijn spullen, valt nog
best wel mee. Als ik me haast, kan ik nog langs Van Gils en Prins. Moet nog iets
halen om te eten; één briefje van vijf en kleingeld. Nu nog. Beter bijhouden voor
straks.
- “G’navond.”
Misschien eens langs Ape gaan; ligt op de weg. Nee, toch maar eerst naar mijn
stek en daar iets eten.
Eigenlijk van jongs af aan enorm eigenwijs geweest; besloten vegetariër te
worden en na een opname vanwege ondervoed toch volgehouden. Nu volledig
zelfvoorzienend en onafhankelijk het ouderlijk huis verlaten; maar wel
sprokkelen om rond te kunnen komen. Alleen weet niemand het. Maar ik heb een
goed bed en ik drink witte wijn voor het slapengaan; superieure slaaptechniek.
Vooralsnog vooral nog veel confituur en jonge kaas koud staan. Maar geen
brood, weinig voedzame combinatie.
En och arme moeder, vergeef mij. Want ik heb het nooit begrepen, wat het
is dat het hart van een moeder maakt tot wat het is, en ik zal het nooit weten.
Moederliefde is ondoorgrondelijk; ik heb u gelatend verlaten. Ik als uw vrucht,
afgeworpen, draag een litteken dat mij aan u herinnert en ons ooit verbond,
maar uw noeste arbeid is mij vreemd. Het herfstvrouwtje ploegt naarstig voort.
Hier afslaan.
11
Troika mei
Proza: ‘Hybris’
Literaire We
dstrijd
In de schemering de vertrouwde dingen in de kamer; tafel,
stoel, boeken, een onvoltooid schilderij, wat kleren, onopgemaakt bed,
plastic zakjes, en een nachtlamp en een stofzuiger. Het is doodstil, als ik
binnenkom.
III
Stil; doorbroken.
Beweging.
Geluid van lopend water. Leidingen in leven; leven in water. En water in leidingen.
Idioot; als ik zo blijf cirkelredeneren, kom ik nooit rond.
Hieronder is aan het douchen. Even wachten aan het toilet... Dan doorspoelen.
Humor; altijd lachen, zelden grappig.
Slechte tijden voor lyriek; er zijn meer mensen die schrijven dan dat er lezers
zijn.
IV
Toneelaanwijzingen aanwenden als leidraad.
Een café aan de Ossenmarkt. Aan het raam zit een koppeltje, verderop een groep
mannen, aan de toog een lokale zanger-cineast-concertorganisator, en Marvin
Gaye zingt zacht. Hoofdpersonage M. stapt binnen, kijkt zelfzeker rond, bestelt
iets te drinken. De barman zegt iets onverstaanbaars, M. neemt plaats aan een
tafel. Twee olijke kornuiten komen terug van het toilet, herkennen M. en zetten
zich er bij.
HANNES (heel fel): Seg, heddet gehoord? Claus is vandaag gestorven!
CAS (grimmig): En hij heeget zelf gedaan.
M. (verbaasd): Wa?
H.: Dieje zal de Nobelprijs ni meer kunne winne. (lacht)
M.: Hij hee zelfmoord gepleegd?
L.: Da zeggek ni. (stilte) Nee, hij hee zellef om eutanazie gevraagd.
M.: En worrom?
L.: Sukkelde toch al jaren me zijn gezontijd, en dan diejen alzeimer der nog bij...
M.: Ik wist pecies ni da dieje alzeimer had?
H.: Ik hebbet geweten; ma kwas’t ook vergeten... (stilte)
Op dat moment treedt Marc binnen, groet de dingen en ook hij vervoegt de tafelt.
De sfeer wordt grimmiger.
Troika mei
12
d
j
i
r
t
s
d
e
W
e
r
i
a
r
e
t
Li
Proza: ‘Hybris’
MARC: Iesé, de vriende van de literatuur. En den dikkenek isser ook bij, zienek?
MATT (M., verveeld): Dag Marrek... Leuk dat jij der ook bent.
MARC: Oewiest? Daslankgelejeneeej... Gij komt oek ni veul buite, weer wa
pretensjeuze tekste geschreve?
H.: Pretensjeus? Oebedoelde...
MARC: Da manneke nier is ne schijneilige. Vint zeneige beter dan de rest. Loopt
wa rond, arrogant te weze, en maar te denke da dij de waareit in pacht hee. Hee
literaire ambisies zenne, ma denkt da de zon uit zen gat schent ofzo. Denkt
dattem alles wét.
MATT (onthutst): Das ni waar, elemaal ni zellefs! Ik weet just niks.
MARC: Gij loopt toch rond gelak ne strekevent, ene da weet hoe tleven ineen zit.
MATT (opgehitst): Hoe ik er in het dagelijks leven rondloop, doet er niet toe. Da
staat der los van. Ik heb mijn overtuigingen en mijn eigen ideologie, maar da sta
helemaal los van wa kik schrijf. Meer zelfs, ik vind da ideologieën in ne goeien
tekst niet thuishoren! Teksten moeten iets aanreiken en da vervolgens zelf
afbreken. Volgens mij is het de taak van de schrijver om de lezer tot nadenken te
stemmen, niet om deze te overtuigen van een of andere mening. Zie naar wat
Plato deed in zijn dialogen, of Brecht met het theater: het eigen medium
doorbreken om het publiek kritisch...
MARC (onderbreekt): Joenge, stopt al maar met die sjieke name. Das nog zoiets,
uw namen. Ni voor niks dat ge de laatste Evangelist over taal laat praten, me uwe
dieperliggende symboliek... Ikaar van mijn voeten. En der is zelfs meer. Ik heb
gehoord van uw zogezegde verborge boodschappe, zenne.
H.: Wa bedoelde daarmee?
MARC: Den deze hier zenne, zo doetem; als er in zijnen tekst een puntkomma
sta, dan is da een soort van codetaal voor intellectuele kwiete. Verwijst dan naar
nen bestaanden tekst ofzo, of iet da echt gebeurd is of kweeniewa. En schrijft
aan het begin van ne nieuwe paragraaf zijn zinnen soms zelfs acroniemis!
L.: Elke paragraaf begint met een letterwoord?
MARC: Neeje, elke eerste letter van elk woord vormt één woord da dan weer
verwijst naar nog iet anders.
H.: Just, das een acroniem. Das horizontaal te lezen. En zegdis, hoe heet da
verticaal?
MATT: Een acrostichon.
H.: Sterrek. En schuins?
13
Troika mei
Proza: ‘Hybris’
Literaire Weds
tr
ijd
MATT: Een anomalie.
H.: Fraai.
Skip.
V
Ook nadien bezorgt elke wrede uiting slechts tollende ellende; hij nam zijn hoed
en stond op. Met de jas in de hand stapte hij naar buiten: geïrriteerd en beledigd.
Elk verwijt van hoogmoed was terecht, maar hoogst ongepast; het kwam hem
altijd voor als elementaire trots. Een rotsvast geloof in de eigen capaciteiten:
zelfvertrouwen. En misschien was hij dan geen hoogvlieger; toch altijd proberen
zo ver mogelijk te gaan. Falen en vallen, opnieuw proberen.
Eeuwige dichotomie van het leven. Opwaarts of neerwaarts; vliegen of
vallen. Aan mijn vader, ik heb veel van u geleerd; doordat gij er niet waart. Ik heb
uw drang om mensen te verlaten overgeërfd. En hier sta ik, met uw handen, uw
stem en vooral, uw naam; een replica die het origineel moet overtreffen. Alleen
lopen en naam maken, dan mee in lijn namaken. Geen voetstappen naast de
mijne. Wou altijd al een alleenloper zijn; ik ben het geworden ook. Stemt me
somber.
De nacht is ingezet, zwart over ons gespannen: een schichtige kat steekt de
straat over, ziet mij en loopt weg. Nachtogen, angstig; weggelopen. Minileeuw. Ik
vraag mij af hoe ze mij ziet; kan het mij niet inbeelden, eenzijdig.
En ik weet eigenlijk niet waar ik naartoe ga... Ik heb deze weg gekozen
omdat het gezicht me hier bevalt. Hoef nergens te zijn, kan dus ook de weg niet
kwijt raken.
Het is woensdag, dus Lena en haar vrienden zitten vast verderop. Altijd
eerst indrinken alvorens te gaan dansen. Wat daar het nut van is, heb ik nooit
begrepen. Ik hang toog. Misschien toch maar daar eens gaan zien, ook al is zo’n
dansgebeuren altijd een beetje lijden. Maar dat maakt het dan juist weer leuk;
het genot in het lijden. Iedereen plooit zich in tegennatuurlijke bochten en klaagt
vervolgens als men breekt.
In ieder geval beter dan weer een avond rondzwerven. Of Claus gebrekkig
eren.
Dansen.
(danste, h. gedanst; -ser) I (ov. ww., ook abs.) 0.1
Fysieke beweging; bestaande uit ritmische spiercontracties, vaak begeleid
door muziek. Sociaal aanvaarde aandoening. Vorm van spasme.
Huppelkutten.
Troika mei
14
d
j
i
r
t
s
d
e
Literaire W
Proza: ‘Hybris’
VI
Zoals wij daar zaten en praatten en lachten overviel het mij plots en toen dacht ik
er aan zo opeens en voor ik het wist kwam haar naam in mij op en spookte door
mijn gedachten zelfs al wou ik het helemaal niet en ik blij was waar ik zat ja zelfs
genoot van mijn nieuwe gezelschap toch moet ik eerlijk zijn en toegeven ik weet
niet hoe het komt dat ik aan haar zat te denken echt heel plots en onverwacht zo
spookte haar naam in mijn hoofd; haar naam, en met haar naam zij zelf in mijn
gedachten.
En ik weet niet wat het is of hoe het was want de kolder in de kop huist
hiaten in het hart ik voel onrust in de geest en ik weet lang niet alles meer soms
lijkt het zelfs zo lang geleden al dat het mij zelf nooit is overkomen maar een
ander als een film die ik zag en waar ik enkel scènes nog van ken is mijn eigen
herinnering mij vreemd, de geschiedenis van een ander verworden, een verhaal
dat ik vast en zeker ooit es ergens heb gelezen of gehoord of misschien zelfs wel
heb gedroomd ik weet het niet.
Het overviel mij als een koude rilling of een nat deken over mijn schouders
en een abrupte concentratiestoring of zoiets ja veroorzaakte dacht ik aan die
keren die we samen hadden en wat het voor mij betekende en dat ik het haar
nooit gezegd maar ze moet het toen toch ook al geweten hebben wat het was
dat ik zeggen wou en mijn hart klopte vurig en tegelijk was ik zenuwachtig en
angstig en toen mijn maag draaide als een dolle hond die zijn eigen staart
najoeg.
Het was een verlamming die bliksemde maar geluidloos alle tijd stilte schiep
en ik dacht dat ik nooit uit dat moment zou kunnen ontsnappen zonder haar
want zij was het, toen, en nu, en hier. Voor mij; en mij nu.
Mijn arme geheugen bedriegt mijn gemoed.
“Kom je?”
“Gaan we nu al door?”
VII
Met innemende sereniteit stapte elkeen naarstig door; zij waren met twaalf,
stappers in de nacht. De grootste, Das, richtte zich tot mij en sprak plots: ‘Jij
zegt niet veel, hé?’. Deze had ik niet verwacht.
-‘Huh? Hoe bedoel je?’, vroeg ik.
- ‘Gewoon, je praat wel mee natuurlijk. Maar je haalt nauwelijks zelf onderwerpen
aan.’
Blijkbaar het subject van andermans gedachten; denkelijk.
15
Troika mei
Literaire Weds
trijd
Proza: ‘Hybris’
-‘Kan wel. Nog niet op gelet.’, uitte ik.
- ‘Ik wel. Jij praat alleen als je aangesproken wordt.’, zei hij.
Vraagt zich af wat er in me omgaat. Niet zo interessant; zou er geen geld voor
geven.
VIII
Ik compliceer alles regelmatig uiterst stug; maar niet nu. Reeds bij het
binnenkomen hing er iets in de lucht, een soort onheil. In het schipperskwartier
een oude fabriek getransponeerd tot uitgaansruimte, zelden geweest.
Uitgerekend daar, juist die plaats; alsof het nergens anders kon zijn, daar was zij
dansend op een podium. Zij stond dansend luchtig op haar voetstuk
ongenaakbaar mooi te wezen. Hoe ik mij haar voorgesteld om terug te zien had
was zij alleen met mij en niemand anders alleen wij waren en zij somber zou
zeggen dat het haar ontglipt is en als water door haar handen rimpelt in het
watervlak en langzaam verzonken in het diep. Maar nu stond zij daar, dansend
uitgelaten, ik, verlamd, en verblind, smolt, haar aanschouwde en zij, sierlijk, zij
oogde mooier dan mogelijk.
Ik registreerde elke van haar bewegingen zo zij daar draaide en bewoog en
tsjonge kan zij dansen, ik zweer het je.
IX
In die enkele ogenblikken leek oogcontact geen ideale evidentie; meer zelfs,
ik slaagde er niet in om enig contact te leggen. Zij zag mij niet en ik stond
verstomd, niet in staat om maar een woord te zeggen, onbeweeglijk en statisch.
Verzonken in gedachten, een zee van woorden maar geen lucht te happen,
verdrinkend in verdriet.
Ik hield zelfs van haar gebreken.
X
Onmachtig nurks vertrekken escaleert reikende machteloosheid ogenblikkelijk
gutsend en noodlottig; tollend buiten naar adem happen.
De hemel donker en somber zwart, een vrije val tot in de leegte, het volstrekte
niets. Onontkoombare tijdloosheid van het nu. Mijn ogen vochtig het zicht
verblindden.
Met mijn handen voor mijn ogen; omarmd door duisternis.
Onbekend
Troika mei
16
Praeses Dixit
Gegroet Klioten en sympathisanten!
De afgelopen weken hebben we gemerkt dat het nieuwe praesidium een
schot in de roos was. Ik wil iedereen bedanken die er mee voor gezorgd
heeft dat onze Soirée Masquée, het toneel en de andere activiteiten een
daverend succes waren! Maar genoeg in het verleden geleefd, dit doen we
als historici al meer dan genoeg. Voordat iedere student - al dan niet met
plezier - aan de verplichte marteling der examens begint zorgen wij van
Klio nog voor een welgeplaatste portie ontspanning. Meer info over onze
activiteiten vind je op de volgende pagina of op www.klio.be.
Als
jullie
dit
lezen
is
onze
quiz
al
achter
de
rug.
Deze
was
hoogstwaarschijnlijk een geweldig succes! Als je je goed geamuseerd hebt
op de quiz, vergeet dan zeker niet onze zedenmeester Pieter een bedankje
te betuigen als je hem nog eens ziet. Om te bekomen van al dat gekwis zal
het praesidium zich terugtrekken in de prachtige landschappen van 'de
Limburg' om aan team building te doen, zodat we jullie voor de rest van
dit en volgend jaar nog beter kunnen dienen. Met andere woorden, we
hebben een excuus om veel bier te zuipen.
Geniet nog van de laatste weken van dit semester en we wensen iedereen
alvast veel succes met de aankomende examens!
Ut vivat, crescat floreatque Klio!
Mathias Rysman
Praeses Klio 2008-2009
17
Troika mei
Activiteiten
- 8 mei
d
n
o
v
a
Film
l
en de film za
,
5
2
-2
R
in
n
e
zal plaatsvind
et die Duitse
m
rd
e
k
e
rz
De filmavond
e
v
ier
and' zijn. Plez
W
ie
d
n
e
g
e
'G
rakkers!
Cantus - 13 mei
De laatste
cantus van
het jaar vin
stek. Het z
d plaats op
al meteen o
13 mei
ok de eerste
nieuwe can
gelegenheid in onze vaste
tor om te la
zijn voor on
ten zien of
genoeg is o
da zijn piep
ze
m een dron
stemmeke
ken Klio-ma
het volste v
sterk
ssa te temp
ertrouwen
eren! Ik he
in
o
n
z
e Randall, d
b alvast
vrouwelijk
ie op z’n m
schoon wl
in
s t h et
zal kunnen
bedwingen
...
Eerste zit TD - eind juni
.
a de examens
n
n
e
rd
o
w
rd
isee
n TD georgan
26 en 28 juni,
e
n
e
e
g
s
o
s
n
tu
k
n
o
e
o
d
l
in
Er za
zal die plaatsv
ggen zijn met
jk
e
li
rl
n
e
ij
v
h
o
c
t
rs
e
a
h
a
n
aa
Hoogstw
ast omdat we
v
t
ie
n
datum volgt!
g
te
o
c
n
a
t
x
g
e
li
n
t
e
a
E
d
.
r
a
a
gu
ma
an PSW en Lin
de sloebers v
Troika mei
18
VRIENDEN VAN DE FILOSOFIE
Ook deze keer heeft Troika een filosofisch boek voor jullie in petto!
Historici en letterkundigen, spits jullie oren, want Religie na de religie.
Gesprekken over de toekomst van het religieuze is voer voor jullie (de
filosofen worden deze keer verondersteld dit werk al gelezen te hebben!).
Waarom is dit een aanrader? Wel, om te beginnen is Religie na de religie
een inleidend boek over een actueel onderwerp: de secularisering en de
toekomst van de religie in al haar facetten. Een actueler onderwerp bestaat
er niet! En ook al ligt het transcendentieniveau van het onderwerp vrij
hoog, het werkje zelf is minder abstract.
Weliswaar worden er hier en daar filosofische
termen gehanteerd, maar omdat dit een
verslag is van een lijfelijk debat en alle
argumenten van Luc Ferry en Marcel Gauchet
netjes opgesomd worden, blijft het allemaal
boeiend en concreet genoeg voor nietfilosofen.
Ook de relevantie van het thema doet het
boek goed scoren op de must-readmeter: er
wordt ingegaan op de secularisering en het
verdwijnen van religie als institutioneel
fenomeen, maar anderzijds verliest men ook
niet uit het oog dat er nog een grote
gevoeligheid is voor metafysische zinvragen
(Vandaar ook de titel: het fenomeen religie na
de institutionele religie). Wie een inzicht wil krijgen in deze intense en
hedendaagse problematiek, zal kunnen genieten van deze heldere
filosofisch-historische uiteenzetting!
Door Evelien Geerts
Ferry, Luc –Gauchet, Marcel, Religie na de religie.Gesprekken over de
toekomst van het religieuze. Vertaald door J.M.M de Valk, Kampen:
Klement/Pelckmans,2005,103 p.
19
Troika mei
Scrip-Tease
De Licentiaatsthesis en
Masterscriptie blootgelegd
De ene scriptie is nog niet af of daar is de volgende al. De masterscriptie, grote
broer van de bachelorscriptie, is een verplicht werkstuk voor iedere student die
zijn of haar masterdiploma wil behalen. Een goede masterscriptie geldt dan ook
als het ultieme bewijs van de vakexpertise die de student heeft opgedaan tijdens
zijn of haar studie aan de universiteit. De term “scriptie” is echter nog niet zo
sterk ingeburgerd; meestal wordt er nog steeds over de “thesis” gesproken. Wat
veel mensen zich wellicht afvragen is: wat zijn de grote verschilpunten tussen de
vroegere licentiaatsthesis en de huidige masterscriptie? En is dat nieuwe systeem
nu zoveel beter? Troika ging op zoek naar antwoorden en kwam terecht bij
Professor Guido Marnef, hoogleraar bij het departement Geschiedenis.
TROIKA: Professor Marnef, momenteel is er heel wat te doen rond de duur
van de masteropleiding voor geschiedenis, filosofie, en taal- en letterkunde.
Er wordt geopperd de masters te verlengen tot twee jaar. Het ene jaar, dat
nu voorzien is, zou niet volstaan om de studenten tot volwaardige
vakspecialisten op te leiden. Tijdens dat ene jaar moet bovendien ook de
'masterproef' worden geschreven, iets waar de licentiestudenten tot voor
kort twee jaar voor kregen. Of mogen we de masterproef niet vergelijken
met de vroegere licentiaatsverhandeling?
Guido Marnef: Zowel de licentiaatsverhandeling als de masterscriptie is het
kroonjuweel van onze opleiding. Alle competenties die in de loop van vier jaar
werden opgebouwd, komen daarin samen en worden op een zelfstandige manier
verwerkt en geïntegreerd. We hebben geprobeerd om het niveau van de
mastercriptie zo veel mogelijk te vrijwaren. We hebben er dan ook 30
studiepunten (voor Geschiedenis, nvdr), of de helft van het masterjaar, aan
toegekend. Dat is zeker ruim voldoende om een breed pallet aan competenties te
ontwikkelen en te toetsen. Omdat je op een periode van één academiejaar nu
eenmaal minder werk kan verzetten dan in een periode van twee jaar, neemt de
masterscriptie in de opleiding Geschiedenis de vorm aan van een
wetenschappelijk tijdschriftartikel.
Wat is het doel van de 'masterproef'? Wat moet de student er juist mee
Via de masterproef moet de student aantonen dat hij op een zelfstandige manier
een aantal competenties op een geïntegreerde manier kan verwerken. Het gaat
Troika mei
20
dan om het ontwikkelen van een probleemstelling, het opsporen van primair
bronnenmateriaal en secundaire literatuur, het analyseren en synthetiseren
van informatie. Bovendien moet het gaan om origineel onderzoek. Die
originaliteit kan liggen in het gebruik van nieuw bronnenmateriaal, het
stellen van nieuwe onderzoeksvragen of een doorgedreven comparatieve
methode – een combinatie van dat alles is natuurlijk ook mogelijk.
Was dat dan niet het geval voor de licentiaatsverhandeling?
Die eisen stelden we ook aan de licentiaatsverhandeling. De omvang van het
primaire bronnenonderzoek was daar echter gewoonlijk beduidend
uitvoeriger.
Welke meer- of minderwaarde biedt de licentiaatsverhandeling ten
opzichte van de masterproef en vice versa?
Bij een tweejarige licentiaatsverhandeling stond de student minder onder
tijdsdruk. Je kon je ook al eens een ‘misstap’ permitteren, terwijl er nu veel
meer op veiligheid moet gespeeld worden. Onderwerpen die qua
bronnenonderzoek risicovol zijn, zijn in een éénjarige masterstructuur dan
ook niet aangewezen. Als promotor ga je dus meer sturen in de richting van
‘veilige’ en ‘zekere’ onderwerpen en dat is niet altijd een voordeel.
Anderzijds zijn de eisen die we aan een wetenschappelijk artikel stellen niet
minder. Bovendien moet je ze nu in een veel meer gecondenseerde manier
waar maken – een goed tijdschriftartikel schrijven met alles er op en er aan
is een hele kunst. Het viel alleszins op dat een behoorlijk aantal studenten
van bij het begin zeer gemotiveerd was. Het zou mooi zijn indien na afloop
een aantal van die mastercripties effectief ook als tijdschriftartikel zou
gepubliceerd worden. Dat hopen we alleszins, in welke mate het zal
gebeuren moeten we natuurlijk nog afwachten.
Zou een eventuele verlenging van de masteropleiding ingrijpende
gevolgen hebben voor de 'masterproef'?
We denken er alleszins aan om de formule van een wetenschappelijk
tijdschriftartikel te behouden. De precieze uitwerking en vereisten moeten
we dan natuurlijk nog eens bekijken.
Hoe staan de studenten ervoor, die 'slechts' een éénjarige master zullen
hebben gedaan? Is hun diploma minderwaardig?
Zeker niet! Bovendien studeren vele van onze studenten na die vier jaar nog
een jaartje bij. Met een gespecialiseerde masteropleiding erbij, heeft men
een pijl meer op zijn/haar boog. Met een studietijd (voor de basisopleiding)
van minimaal vijf jaar, wordt dat laatste minder evident.
Hartelijk dank omdat u, ondanks uw drukke agenda, toch even tijd voor
ons wilde maken.
Joris Heirstrate en Christel Van Damme
21
Troika mei
Antwerpen = Amerika = Red Star Line
Tussen 1873 en 1934 trekken meer dan
twee
miljoen
immigranten
vanuit
Antwerpen naar Amerika met de Red
Star Line. Ze komen uit heel Europa, op
zoek naar een beter leven of op de
vlucht voor oorlog en vervolging. Red
Star
Line,
voor
migrantentransport,
belangrijkste
op
dat
moment
de
scheepvaartmaatschappij
vervoert
vooral arme migranten in derde klasse.
Maar er zijn ook luxueuze kamers voor
passagiers die eerste klas varen, met
restaurants, zwembaden en concerten.
Antwerpen =
Amerika = Red Star Line vertelt het
De
bron: www.redstarline.be
tentoonstelling
verhaal van deze migranten. Het is een mooie afsluiter voor het Nationaal
Scheepvaartmuseum in het Steen; in 2009 verhuist de collectie immers
naar het Museum Aan de Schelde (MAS) op het Eilandje.
Een geschilderd panorama van Antwerpen in het begin van de twintigste
eeuw, uitgestrekt over drie muren, trekt als eerste de aandacht bij het
binnenkomen. Een computer toont dezelfde afbeelding in een interactief
programma, dat toelaat om van alle belangrijke gebouwen en plaatsen
informatie op te vragen. Dit illustreert meteen dat er grondig opzoekwerk
aan deze erg goed gedocumenteerde tentoonstelling voorafging. Bij elk
onderdeel wordt op een groot bord de historische context geschetst. In het
programmaboekje staan deze teksten nog eens afgedrukt. Samen vormen
ze het verhaal van Red Star Line. Interessant om thuis nog eens na te
lezen, maar zeker ook noodzakelijk om de tentoonstelling tot zijn recht te
laten komen. De foto’s, affiches, schilderijen, gebruiksvoorwerpen en
maquettes roepen weliswaar een levendig beeld op van alles wat er bij de
overtocht naar Amerika kwam kijken, maar kunnen een woordje uitleg
goed gebruiken. Bij elk object hoort gelukkig een nummer dat naar een
Troika mei
22
korte beschrijving in het boekje leidt. Het zorgt er tevens voor dat je alles
in de juiste volgorde bekijkt en op die manier als het ware de emigranten
op hun tocht van het Centraal Station in Antwerpen tot Ellis Island in New
York volgt.
Aan de vormgeving van Antwerpen =
Amerika = Red Star Line is duidelijk heel
wat aandacht besteed. Alles zit in een
consequent
strak
kader
en
oogt
afgewerkt. Foto’s werden evenwichtig
naast elkaar geplaatst, enkelen werden
uitvergroot en als achtergrond ingepast
in een ontwerp van vlakken. Heel mooi is
ook
een
kleine
opening
die
werd
bron: www.redstarline.be
vrijgehouden voor een raam en uitzicht biedt op de Schelde. Enkele
maquettes van Red Star Line schepen zijn te bewonderen achter glas, net
als allerlei objecten uit het dagelijkse leven aan boord. Een film laat
getuigenissen van passagiers die de overtocht meemaakten door de zaal
weerklinken. De bijhorende beelden zijn rustig te bekijken in een apart
hoekje. Ook de moeite zijn de prachtige affiches, kalenders en menu’s in
art nouveau stijl. Toch blijft bij het buitengaan het gevoel hangen dat de
uitgestalde collectie wat mager is. Lees echter het boekje nog eens
opnieuw, stel je voor dat iemand rond 1900 vanuit pakweg Warschau de
reis naar de Verenigde Staten wil maken, leef je vervolgens even in als
emigrant aan boord van een stoomschip; en je beseft dat deze
tentoonstelling micro-storia op z’n best is.
Martijn Gys en Hadewijch Masure
Nog tot 28/12/2008 in het Mas/
Nationaal Scheepvaartmuseum,
Steenplein 1, Antwerpen.
Dinsdag t.e.m. zondag 10u00-17u00.
€3 voor studenten, inwoners van
Antwerpen gratis.
bron: www.redstarline.be
23
Troika mei
In april zagen we de Dionysia, het theaterfestival met als thema:
klassieke cultuur, dat georganiseerd werd door de K.U. Leuven. De
Bromvlieg nam deel met (min of meer) drie producties. Medea,
Trojaanse Vrouwen en ook Leda , de eerste productie van de
Bromvlieg (2006), die hernomen werd met een licht gewijzigde cast
onder de naam Tomass. Ondanks enkele kleine tegenslagen (een
plotse buikgriep, last-minute vervangingen & kerstverlichting die
boven het decor hing) slaagde de Bromvlieg erin om de 2de plaats
weg
te
kapen
met
Trojaanse
Vrouwen.
Met het einde van het
academiejaar in zicht, blikt de
Bromvlieg alvast vooruit op
2008-2009. De Bromvlieg
zoekt gedreven studenten die
een theatervoorstelling op
poten willen zetten. Wil jij
meewerken aan een theatraal
project? Surf dan naar
www.ua.ac.be/bromvlieg en
check de rubriek: projecten. Aan de start van het nieuwe academiejaar
(oktober) zullen er opnieuw audities georganiseerd worden voor
acteertalent.
www.ua.ac.be/bromvlieg
Troika mei
24
r
u
u
t
a
r
e
Lit
Failure
God nam het dikke, in leer gebonden boek van de plank. Hij ging met een diepe
zucht zitten in zijn gemakkelijke zetel en dacht terug aan wat er vandaag in zijn
agenda had gestaan.
15:53:27 Voorbestemd.
Zielsverwanten.
Ontmoeting
van
een
jongen
en
een
meisje.
God sloeg het boek ergens vooraan open, haalde zijn bladwijzer eruit en begon
te lezen.
15:50:00
Haast gaf hem vleugels. Vrienden die de straat doorkruisten werden bomen. De
warme zon was een helgele ster die zijn bezwete huid verschroeide. De jongen
liep verder. Hij zag geen auto’s, hoorde geen mensen. Hij was alleen, op zijn
weg.
Eenzaamheid gaf haar dromen. Bomen die de straat sierden, werden
vrienden. De koude tegels waren frisgroene grassprieten die haar naakte huid
streelden. Het meisje liep verder. Ze zag geen mensen, hoorde geen auto’s. Ze
was alleen, op haar weg.
Een lichtflits in zijn wervelwind. Daar stond zij, ver weg. Het was zij, die hem
deed stoppen. Het waren haar ogen, die hem niet zagen. Een prinses aan de
overkant van de straat. Rijdende auto’s als draken voor haar toren.
Duisternis in haar kasteel. Hier was niemand, dichtbij. Er was geen ridder,
die haar deed stoppen. Er waren geen ogen, die haar zagen. Geen prins aan de
overkant van de straat. Geparkeerde fietsen als paarden zonder ruiter.
Een beeld sloot zijn gedachten af. Een hard rijdende auto, hij liep de straat
op. Zachte dromen hingen in zijn hoofd. Twijfelend om naar haar toe te gaan,
vertragend. Kijkend op zijn horloge. 15:53:20 De jongen stopte.
Een klap spatte haar droom open. Een zacht slippende vrachtwagen, mensen
liepen de straat op. Harde realiteit hing in de lucht. Twijfelend om naar hem toe
te gaan, vertragend. Kijkend op haar horloge. 15:53:27 Het meisje liep verder.
God stopte met lezen, legde zijn bladwijzer ergens vooraan in het boek en sloot
het. Hij keek weer in zijn agenda.
15:53:26 De dood van een jongen.
God stond met een diepe zucht op uit zijn gemakkelijke zetel en legde het dikke,
in leer gebonden boek weer op de plank.
Zelfs God kon verdrietig zijn.
Virginia
25
Troika mei
Kalender Mei 2008
5 mei
Lezing Frits van Oostrom
Alfa tussen gamma en bèta
Over de humaniora en de
universitaire apenrots
R-007, 10.30u-12.00u
6 mei
Lezing Amos Oz
Israël, Palestina en de vrede
Aula Rector Dhanis, 18.30u19.30u
7 mei
Lezing Sari Nusseibeh
Nation Building in Palestine
Kapel Grauwzusters, 16u
8 mei
Klio Film: Gegen die Wand
R-225
13 mei
Klio Cantus
Markies de Sade
Tot 21 mei
Tentoonstelling: Donau,
langs de mythische stroom.
Foto’s van Inge Morath.
‘t Brantijser
Tot 21 december
Tentoonstelling: Red Star
Line.
‘t Steen
Tot 9 januari 2009
75 jaar AMVC-Letterenhuis
AMVC-Letterenhuis
Troika mei
26
www.ua.ac.be/troika
[email protected]
27
Troika mei

Similar documents

Onderwijssysteem Verenigde Staten

Onderwijssysteem Verenigde Staten woord Diploma, met de naam van de high school ergens bovenaan. Elke staat bepaalt de minimumeisen om een High School Diploma te krijgen, uitgedrukt in het minimum aantal studiepunten (credits) dat ...

More information

De familie Hendrik Hamers uit Einighausen, vertrokken 1863

De familie Hendrik Hamers uit Einighausen, vertrokken 1863 Everstraat huis no. 34. In de lijst van Limburgse emigranten van het Provinciaal Archief staat Hendrik onder de naam Rademakers (de meisjesnaam van zijn moeder) genoteerd wat dus duidelijk foutief ...

More information