kort geding dagvaarding - Vrienden van Jaap Eden

• '
I
S
VOORZIENINGENRECHTER RECHTBANK AMSTERDAM
ZITTING D.D. 23 APRIL 2013 O M 13.45 UUR
KORT GEDING DAGVAARDING
1. DUO CURSUSSEN B.V.
2. STICHTING VRIENDEN V A N JAAP EDEN
3 TOT EN MET 460: INDIVIDUELE EISERS
EISERS
ADVOCATEN: MR. A.G.J. V A N WASSENAER E N MR. J.P. PICHEL
tegen
STICHTING IJSCOMPLEX JAAP EDEN
GEDAAGDE
ADVOCAAT: M R F.J. MAJOOR
Gescand
Allen
*
0 v e r y L L P
<9
Heden, de vijfde april tweeduizend en dertien, ten verzoeke van
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
21.
22.
23.
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32.
33.
34.
3 5.
36.
37.
38.
39.
de besloten vennootschap DUO CURSUSSEN B.V. gevestigd te Amsterdam;
de stichting STICHTING VRIENDEN VAN JAAP EDEN, gevestigd te Amsterdam,
Aaltje Johanna Kreuning, wonende te Amsterdam Zuidoost
Ad van Helmond, wonende te Amsterdam
Adriaan Strijland, wonende te Almere
Adriana Augustinus, wonende te Amsterdam
Adrie van de Streek, wonende te Amsterdam
Agatha (H.M.) Joma, wonende te Amsterdam
Albertine van Aerssen, wonende te Haarlem
Albertus Jozef Kooter, wonende te Amsterdam
Albertus Petrus Cornelius Koeleman
Alfred Ummels, wonende te Amsterdam
Alice Boverhof, wonende te Muiden
Alida (M.A.) van Thienen, wonende te Almere
Andre van Zaane, wonende te Amsterdam
Anky Theelen, wonende te Hilversum
Anna Aardenburg, wonende te Amstelveen
Anna Groenewold, wonende te Monnickendam
Anna Tiedink, wonende te Amsterdam
Annee de Jong, wonende te Vinkeveen
Anneke Avis, wonende te Amsterdam
Anneke de Soete, wonende te Amsterdam
Anneke van Dijk, wonende te Diemen
Anneli van Heemstra, wonende te Muiderberg
Annelies Frolke, wonende te Amsterdam
Annelou de Vries, wonende te Amsterdam
Annemarie Kos, wonende te Huizen
Annemiek Maria Johanna Geijsel, wonende te Amsterdam
Annemieke Marinkovic, wonende te Amsterdam
Annemieke van der Leij, wonende te Amsterdam
Annet van Nie, wonende te Amsterdam
Annetje Gerdina Maria van den Heuvel, wonende te Amstelveen
Annette Greuell, wonende te Abcoude
Anouk ten Bruggencate, wonende te Amsterdam
Ans Galesloot, wonende te Weesp
Ans Geertruida van den Berg, wonende te Amsterdam
Ans Klinkenberg, wonende te Amsterdam
Anthonie Segers, wonende te Amsterdam
Antonie Josephus Dammers, wonende te Abcoude
AMCO:S625277.10
1
40.
41.
42.
43.
44.
45.
46.
47.
48.
49.
50.
51.
52.
53.
54.
55.
56.
57.
58.
59.
60.
61.
62.
63.
64.
65.
66.
67.
68.
69.
70.
71.
72.
73.
74.
75.
76.
77.
78.
79.
80.
81.
82.
Antonius van Leeuwen, wonende te Bussum
Arend van Bergeijk, wonende te Amsterdam
Aria Elisabeth van Buuren, wonende te Zaandam
Aria Elisabeth van Buuren, wonende te Zaandam
Ariane Vervoom, wonende te Amsterdam
Arianne Jacomine van den Berg, wonende te Amsterdam
Arie-Willem Bijl, wonende te Almere
Arja Vink, wonende te Amsterdam
Amo Prins, wonende te Amsterdam
Arthur Staneke, wonende te Gouda
Arve Staneke, wonende te Almere
Astrid Fischer, wonende te Amsterdam
Astrid Janssen, wonende te Amsterdam
Barbara Jet Wichers Hoeth, wonende te Amsterdam
Bart Elffers, wonende te Amsterdam
Bart Koene, wonende te Amsterdam
Bas Waterhout, wonende te Amsterdam
Bastiaan Anink, wonende te Amsterdam
Baukje Louise Maria Kothuis, wonende te Amsterdam
Beate Verbeek, wonende te Amsterdam
Beeke Jacqueline van Wingaarden, wonende te Amsterdam
Bemadette Teresa Tordoir, wonende te Amsterdam
Bemardus Jan Hamaker, wonende te Amsterdam
Bemardus van Duijnen, wonende te Amsterdam
Berry van Brakel, wonende te Vijfhuizen
Bert ter Stege, wonende te Kortenhoef
Bettina Boom, wonende te Amsterdam
Bettina Boom, wonende te Amsterdam
Bibi Dumon Tak, wonende te Amsterdam
Bob van Waveren, wonende te Amsterdam
Boudewijn Schipper, wonende te Muiden
Bram Hachmang, wonende te Amsterdam
Brenda van Keimpema, wonende te Amsterdam
Carina Heynens, wonende te Amsterdam
Carolien Huijzer, wonende te Hilversum
Carolien Moonen, wonende te Diemen
Carolina Marietta Schulte Fischedick, wonende te Amsterdam
Catharina Geertruida Maria Hulsebosch, wonende te Amsterdam
Catherine Brouwer, wonende te Nigtevecht
Cees Smit, wonende te Amsterdam
Cees van Eck, wonende te Purmerend
Charlotte (C.E.W.) van Sante, wonende te Amsterdam
Christiaan Kraan, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.10
83.
84.
85.
86.
87.
88.
89.
90.
91.
92.
93.
94.
95.
96.
97.
98.
99.
100.
101.
102.
103.
104.
105.
106.
107.
108.
109.
110.
111.
112.
113.
114.
115.
116.
117.
118.
119.
120.
121.
122.
123.
124.
125.
Christian Schneemann, wonende te Amsterdam
Clara Lidwina Maria Verhoeven, wonende te Amsterdam
Conroy Coenraad, wonende te Amsterdam
Cora Catharina Meere, wonende te Amsterdam
Corinne Schrauwen, wonende te Amsterdam
Com&ie Moller, wonende te Loosdrecht
Cornelis Jan Boerman, wonende te Amstelveen
Corrie Rasink, wonende te Amsterdam
Daan de Haan-Waaijer, wonende te 's-Graveland
Daan Meijer, wonende te Amsterdam
Danielle Clement, wonende te Bussum
Danielle de Jong, wonende te Amsterdam
Danielle Raalte, wonende te Amsterdam
David Fischer, wonende te Amsterdam
Denise Leloup, wonende te Bussum
Dennis Jannette Walen, wonende te Nigtevecht
Desiree de Hollander, wonende te Katwoude
Dico van Leeuwen, wonende te Bussum
Dirk Johannes Pieter van Peet, wonende te Amsterdam
Dirk-Pieter Hoogervorst, wonende te Diemen
Dolores van Enkhuijzen, wonende te Amsterdam
Edith van Berkel, wonende te Amsterdam
Edo Pfennings, wonende te Haarlem
Eduard ter Schiphorst, wonende te Amsterdam
Eduard van Wensen, wonende te Blaricum
Edzard Zeinstra, wonende te Amsterdam
Eeltje Adriana van Oosterom, wonende te Uithoom
Elisabeth Helena Lucia Maria Randag, wonende te Amsterdam
Elisabeth Jongsma, wonende te Amsterdam
Ellen Blankman, wonende te Amsterdam
Ellen Cramer-de Jong, wonende te Amsterdam
Ellen Fagel, wonende te Amsterdam
Ellen Heeres, wonende te Amsterdam
Ellen Klaver, wonende te Amsterdam
Ellen van Donk, wonende te Abcoude
Elvira van Gemerden, wonende te Amsterdam
Emile Koper, wonende te Amsterdam
Emile Muntinga, wonende te Amsterdam
Erik van den Bosch, wonende te Diemen
Ema Gaal, wonende te Amsterdam
Emst Grapperhaus, wonende te Amsterdam
Erwin Bak, wonende te Amsterdam
Erwin Blom, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.10
126.
127.
128.
129.
130.
131.
132.
133.
134.
135.
136.
137.
138.
139.
140.
141.
142.
143.
144.
145.
146.
147.
148.
149.
150.
151.
152.
153.
154.
155.
156.
157.
158.
159.
160.
161.
162.
163.
164.
165.
166.
167.
168.
Esther Dussel, wonende te Amsterdam
Eveline van Gelderen, wdnende te Amsterdam
Evelyn Boyd, wonende te Amsterdam
Evelyn van der Plas, wonende te Amsterdam
Faber Frans, wonende te Landsmeer
Fleur van Heen, wonende te Amsterdam
Fons Verbeek, wonende te Amsterdam
Francisca Greiner, wonende te Amstelveen
Franciscus Dominicus Huijzendveld, wonende te Amsterdam
Fran9ois Six, wonende te Hilversum
Frank van der Horst, wonende te Zuiderwoude
Frederic Theissing, wonende te Amstelveen
Frederick Goldewijk, wonende te Almere
Frederik Andre Furstner, wonende te Amsterdam
Frederik Lobbrecht, wonende te Amsterdam
Frederik Robbert Willink, wonende te Hilversum
Frederik van Driel, wonende te Amsterdam
Frederike Cornelia Maus, wonende te Amsterdam
Fredrica Simonides, wonende te Amsterdam
Freek ten Broeke, wonende te Amsterdam
Frits Benacchio, wonende te Baambrugge
Frits Johannes Ham, wonende te Amsterdam
Frits van Eijk, wonende te Almere
Geert Boot, wonende te Almere
Geert Strik, wonende te Weesp
Geert Wilmink, wonende te Bussum
Georg Agne, wonende te Diemen
Gerard van Reekum, wonende te Amsterdam
Germie van den Berg, wonende te Amsterdam
Gigi Calkoen, wonende te Amsterdam
Gij s de Vries, wonende te Almere
Gijs Roos, wonende te Landsmeer
Giny Oosthoek, Loenen aan de Vecht
Guido Veuger, wonende te Amsterdam
Gustaaf Vossenaar, wonende te Driebergen
Han Bosch, wonende te Amsterdam
Han Kooijman, wonende te Amsterdam
Hands van der Linden, wonende te Amsterdam
Hank van Dijk, wonende te Amsterdam
Hanny Langendijk, wonende te Zaandam
Hans Gerard Thomas Finkensieper, wonende te Amsterdam
Hans Hoeksema, wonende te Zaandam
Hans Kokke, wonende te Hilversum
AMCO:5625277.10
169.
170.
171.
172.
173.
174.
175.
176.
177.
178.
179.
180.
181.
182.
183.
184.
185.
186.
187.
188.
189.
190.
191.
192.
193.
194.
195.
196.
197.
198.
199.
200.
201.
202.
203.
204.
205.
206.
207.
208.
209.
210.
211.
Hans Orlemans, wonende te Amsterdam
Hans van Rooijen, wonende te Oostzaan
Hans Wendel, wonende te Amsterdam
Harm van Tinteren, wonende te Amsterdam
Harm Wallast, wonende te Amsterdam
Harry ten Asbroek, wonende te Amstelveen
Heerte Wiersma, wonende te Huizen
Hein Bijl, wonende te Amsterdam
Helene Kneppers, wonende te Amsterdam
Hendrik Bernard Johan ter Maat, Castricum
Hendrika Philomena Wilhelmina Maria de Vries, wonende te Amsterdam
Hendrikus Gerardus Antonius Nelissen, wonende te Amsterdam
Hendrikus Josephus van Ravenstein, wonende te Amsterdam
Hendry Nagel, wonende te Weesp
Henk Jansen, wonende te Amsterdam
Henriette Sophia Lesia Koers, wonende te Amsterdam
Herman Berk, wonende te Amsterdam
Herman Tom van der Meer, wonende te Naarden
Hilde Hofinan, wonende te Amsterdam
Hilde Klok, wonende te Amsterdam
Hubert van der Kleij, wonende te Amstelveen
Hugo van de Graaf, wonende te Hoofddorp
Ike Gronheid, wonende te Amsterdam
Ilona van der Vloed, wonende te Broek in Waterland
Ingeborg Lang, wonende te Amsterdam
Ingrid Boot, wonende te Almere
Ingrid Houtepen, wonende te Amsterdam
Ingrid van der Jagt, wonende te Amsterdam
Iris Gorlee, wonende te Amsterdam
Irma Puma, wonende te Amsterdam
Ja cob Alexander Bellaar Spruyt, wonende te Amsterdam
Jaap Akkerman, wonende te Wilnis
Jaap Baud, wonende te Amsterdam
Jack Fijlstra, wonende te Amsterdam
Jacqueline Ansem, wonende te Amsterdam
Jan Derksen, wonende te Vinkeveen
Jan Pieter Gilhuis, wonende te Amsterdam
Jan Simon de Boer, wonende te Amsterdam
Jan van de Water, wonende te Amsterdam
Jan van Huystee, wonende te Edam
Jan Willem Reijersen van Buuren, wonende te Nederhorst den Berg
Janke Keus, wonende te Amsterdam
Janneke Boogaard-B lom, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.I0
212.
213.
214.
215.
216.
217.
218.
219.
220.
221.
222.
223.
224.
225.
226.
227.
228.
229.
230.
231.
232.
233.
234.
235.
236.
237.
238.
239.
240.
241.
242.
243.
244.
245.
246.
247.
248.
249.
250.
251.
252.
253.
254.
Janneke Jonkman, wonende te Almere
Jantina Danner, wonende 'te Amsterdam
Jasmin Bakker, wonende te Amsterdam
Jasper Spiering, wonende te Hilversum
Jeroen de Jong, wonende te Amsterdam
Jeroen Franciscus Veraart, wonende te Amsterdam
Jeroen ten Bruggencate, wonende te Amsterdam
Jeroen Zonneveld, wonende te Amsterdam
Jim Spiering, wonende te Hilversum
Jo Haen, wonende te Amsterdam
Johan de Haan, wonende te 's-Graveland
Johanna Annetta Giesbers, wonende te Amsterdam
Johanna Cornelia Meijer, wonende te Amsterdam
Johanna Eppinga, wonende te Ouderkerk aan de Amstel
Johanna van Dijk, wonende te Amsterdam
Johannes Brits, wonende te Amstelveen
Jolijn van Leeuwen, wonende te Bussum
Joost Hardick, wonende te Amsterdam
Joost Jacob Vogel, wonende te Amsterdam
Joost Pieter Boonen, wonende te Laren
Joppe Boodt, wonende te Amsterdam
Joris Prins, wonende te Amsterdam
Jos Goedhart, wonende te Landsmeer
Jos Lem, wonende te Muiden
Jos Pronk, wonende te Abcoude
Joyce Kortlandt, wonende te Amsterdam
Joyce van Stigt, wonende te Kortenhoef
Juan van Eck, wonende te Laren (NH)
Jules Hoogma, wonende te Amsterdam
Jurdith Biesheuvel, wonende te Amsterdam
Karen van Brakel, wonende te Vijfhuizen
Karen Zwerver, wonende te Weesp
Karleen Veenker, wonende te Amsterdam
Katouscha Kalff, wonende te Naarden
Kim van Wijk, wonende te Amsterdam
Klaas Baud, wonende te Amsterdam
Koen Buntsma, wonende te Amsterdam
Larisa van Homsveld, wonende te Amsterdam
Laurine ter Keurst, wonende te Amsterdam
Leendert Pot, wonende te Amsterdam
Leendert Westerhof, wonende te Enkhuizen
Leo Max Arbeid, wonende te Amsterdam
Leo van der Veen, wonende te Badhoevedorp
AMCO:5625277.10
255.
256.
257.
258.
259.
260.
261.
262.
263.
264.
265.
266.
267.
268.
269.
270.
271.
272.
273.
274.
275.
276.
277.
278.
279.
280.
281.
282.
283.
284.
285.
286.
287.
288.
289.
290.
291.
292.
293.
294.
295.
296.
297.
Leon Johannes Adrianus.de Keijzer, wonende te Amsterdam
Liesbeth Ruys, wonende tie Broek in Waterland
Liesbeth Vrakking, wonende te Graft - te Rijp
Lilian Caris, wonende te Diemen
Linda Vlassenrood, wonende te Amsterdam
Lisa Roos, wonende te Landsmeer
Lisanne Molenaar, wonende te Amsterdam
Lodewijk Hendricus Maria Holman, Monnickendam
Loek Kok, wonende te Amsterdam
Lonneke Grotenhuis, wonende te Amsterdam
Lot Meijer, wonende te Amsterdam
Lotte Spiering, wonende te Hilversum
Louise Ruys, wonende te Edam
Lucy Duijn, wonende te Weesp
Lutgard Veraart, wonende te Amsterdam
Maarten Comelis Pieter de Keijzer, wonende te Amsterdam
Maarten Schneider, wonende te Amsterdam
Maarten Veen, wonende te Amsterdam
Madeleine Vreeburg, wonende te Amsterdam
Maikel van Rooijen, wonende te Oostzaan
Majori Bonhof-Zweers, wonende te Muiderberg
Manuella Patricia Klomp, wonende te Amsterdam
Marc Martijn Riimke, wonende te Amsterdam
Marcel Kos, wonende te Huizen
Marcel Udo, wonende te Amsterdam
Marcel Vervloet, wonende te Abcoude
Marcia Dorresteijn, wonende te Amsterdam
Marco Roos, wonende te Landsmeer
Marco Teunisse, wonende te Amsterdam
Margarietha Jobse, wonende te Hilversum
Margit Willems, wonende te Amsterdam
Margreet Kramer, wonende te Amsterdam
Margreet Wieringa, wonende te Amsterdam
Margriet Jannette Walen, wonende te Nigtevecht
Maria Afra Josepha de Wit, wonende te Amsterdam
Maria de Ridder, wonende te Amsterdam
Marian Boellaard, wonende te Hoofddorp
Marian Farjon, wonende te Amsterdam
Marianne Faas, wonende te Diemen
Marianne Groenhof, wonende te Amsterdam
Marianne Isaac, wonende te Amsterdam
Marieke de Wijs, wonende te Amsterdam
Marieke Franssen, wonende te Amsterdam
AMCO:562S277.10
298.
299.
300.
301.
302.
303.
304.
305.
306.
307.
308.
309.
310.
311.
312.
313.
314.
315.
316.
317.
318.
319.
320.
321.
322.
323.
324.
325.
326.
327.
328.
329.
330.
331.
332.
333.
334.
335.
336.
337.
338.
339.
340.
Mariette Wolf, wonende te Amsterdam
Marina Brans, wonende te Amsterdam
Marius van Maanen, wonende te Amsterdam
Marja Roos, wonende te Landsmeer
Marjan Kelder, wonende te Gouda
Marjolein de Leeuw, wonende te Amsterdam
Mark Raming, wonende te Diemen
Mark van Galen, wonende te Huizen
Marleen van Westing, wonende te Broek in Waterland
Martijntje Hesselink, wonende te Amsterdam
Martin Goosens, wonende te Amsterdam
Martin van Leeuwen, wonende te Weesp
Martine Pronk-Komin, wonende te Purmerend
Mathijs Dirksen, wonende te Amsterdam
Matthijs Wils, wonende te Haarlem
Matthis Dontje, wonende te Amsterdam
Max van Boxel, wonende te Amsterdam
Mayra Jurriaans, wonende te Amsterdam
Maze Grapperhaus, wonende te Amsterdam
Menno van den Brink, wonende te Amsterdam
Merijn Westerhof, wonende te Amsterdam
Merlijn Nijhof, wonende te Den Haag
Michiel Insinger, wonende te Amsterdam
Mieke van den Elzen, wonende te Duivendrecht
Miep Harding, wonende te Amsterdam
Miranda Hulst, wonende te Amsterdam
Miranda RUmke, wonende te Amsterdam
Mirjam Kraan, wonende te Zwanenburg
Moniek Verster-Bosman, wonende te Amsterdam
Monique Dontje, wonende te Amsterdam
Monique Pastoor, wonende te Amsterdam (Zuidoost)
Mories ROmkens, wonende te Amsterdam
Natalie van der Sanden, wonende te Amsterdam
Nella van Braam, wonende te Bussum
Nick Wessel, wonende te Amsterdam
Nicolaas Andriessen, wonende te Amsterdam
Nicolaas Petrus Gerardus de Bruijn, wonende te Amsterdam
Niels Nicolaas Gerardus Raat, wonende te Amsterdam
Nienke Kodde, wonende te Amsterdam
Nol de Wit, wonende te Amsteradam
Norbert Wijtenburg, wonende te Amsterdam
Olav Lennart Maria Heuts, wonende te Amsterdam
Olga Jansen, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.10
341.
342.
343.
344.
345.
346.
347.
348.
349.
350.
351.
352.
353.
354.
355.
356.
357.
358.
359.
360.
361.
362.
363.
364.
365.
366.
367.
368.
369.
370.
371.
372.
373.
374.
375.
376.
377.
378.
379.
380.
381.
382.
383.
Oscar van Rijn, wonende. te Amsterdam
Otto Over, wonende te Ouderkerk a/d Amstel
Patricia Bijvoet, wonende te Amsterdam
Paul (P.J.) van Dijk, wonende te Amsterdam
Paul de Graaf, wonende te Amsterdam
Paulus Termeulen, wonende te Amstelveen
Pepijn ten Kate, wonende te Amsterdam
Peter Boeken, wonende te Amsterdam
Peter Valkenet, wonende te Amsterdam
Peter van Spronsen, wonende te Bussum
Peter Witjes, wonende te Amsterdam
Petra Noom, wonende te Amsterdam
Philip Jacob Filz, wonende te Amsterdam
Philip van Aerssen, wonende te Abcoude
Pien Spekreijse, wonende te Amsterdam
Pieter Kole, wonende te Amsterdam
Pieter Maarten Veen, wonende te Amsterdam
Pieter Schoenmakers, wonende te Amsterdam
Quirien Elizabeth Catharina de Keijzer, wonende te Amsterdam
Raijmond Staneke, wonende te Almere-Haven
Raymond Young, wonende te Diemen
Razzak Marcel Dantuma, wonende te Amsterdam
Reinie Westerhof-Keesman, wonende te Enkhuizen
Remko de Jong, wonende te Amsterdam
Renate de Boer, wonende te Amsterdam
Rene de Waal, wonende te Amsterdam
Rene Nuij, wonende te Uithoorn
Rene Savelsberg, wonende te Amsterdam
Renee Kuit, wonende te Amsterdam
Renee Marie Vroom, wonende te Zaandam
Renee van der Haar, wonende te Amsterdam
Richard van Laar, wonende te Badhoevedorp
Richmond Gortzak, wonende te Amsterdam
Rika Donkervoort, wonende te Vinkeveen
Roan van Leeuwen, wonende te Bussum
Rob Janssen, wonende te Amsterdam
Rob van Mastwijk, wonende te Amstelveen
Robby Mol, wonende te Amsterdam
Robert Jezek, wonende te Almere
Robert Leijs, wonende te Naarden
Roberto Briganti, wonende te Amsterdam
Robertus Comelis Monseurs, wonende te Bussum
Robin Gunning, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.10
3 84.
385.
386.
387.
388.
389.
390.
391.
392.
393.
394.
395.
396.
397.
398.
399.
400.
401.
402.
403.
404.
405.
406.
407.
408.
409.
410.
411.
412.
413.
414.
415.
416.
417.
418.
419.
420.
421.
422.
423.
424.
425.
426.
Roel Amdts, wonende te Amsterdam
Rogier Noomen, wonende te Amsterdam
Roland Wessel, wonende te Amsterdam
Rolf Zaal, wonende te Amsterdam
Ronald Batstra, wonende te Amsterdam
Ronald van der Sanden, wonende te Amsterdam
Ronny Hoogland, wonende te Amstelveen
Rosalie Alberts, wonende te Amsterdam
Rosemarijn Roes, wonende te Amsterdam
Rozemarijn Padberg, wonende te Amsterdam
Runa Wils, wonende te Almere
Ruth Monas, wonende te Amsterdam
Ruud Kroese, wonende te Amstelveen
Sacha Kramer, wonende te Amsterdam
Samuel Paul, wonende te Amsterdam
Sanne Beijen, wonende te Amsterdam
Sanne Marthe van Sluis, wonende te Amsterdam
Saron Westmaan, wonende te Amsterdam
Seija Teeuwen, wonende te Amsterdam
Sietske de Haan, wonende te Amsterdam
Sigrid Otto, wonende te Amsterdam
Silvana Primowees, wonende te Amsterdam
Sjaak Reus, wonende te Amsterdam
Sonja de Groot, wonende te Amsterdam
Sonja Marina van der Zwan, wonende te Amsterdam
Sophie Chavannes, wonende te Amsterdam
Stan Jonkmans, wonende te Amsterdam
Stefana Cornelia Maria Schalkwijk, wonende te Amsterdam
Stephan Laurensse, wonende te Amsterdam
Stephanie van de Graaf, wonende te Oostzaan
Steven Lenos, wonende te Amsterdam
Stichting Vrienden van Jaap Eden, gevestigd te Amsterdam
Susanna van Oort, wonende te Amstelveen
Suzanne van Lier, wonende te Bussum
Sylvia Bense, wonende te Amstelveen
Sylvia Ivonne Gielink, wonende te Amsterdam
Taco van der Mast, wonende te Huizen (NH)
Tamara Ronteltap, wonende te Amsterdam
Tecla Adriana Snoeks, wonende te Amsterdam
Thij s Prins, wonende te Amsterdam
Thomas Kothuis, wonende te Amsterdam
Thomas ten Bruggencate, wonende te Amsterdam
Tiemen Koopman, wonende te Amsterdam
AMCO:5625277.10
10
427.
428.
429.
430.
431.
432.
433.
434.
435.
436.
437.
438.
439.
440.
441.
442.
443.
444.
445.
446.
447.
448.
449.
450.
451.
452.
453.
454.
455.
456.
457.
458.
459.
460.
Tim Rosse, wonende te Landsmeer
Tina Elewaut, wonende te Amsterdam
Titus van Maas, wonende te Amsterdam
Tom Pick, wonende te Nieuwegein
Tom Prins, wonende te Amsterdam
Ton Griffioen, wonende te Kamerik
Ton van Schagen, wonende te Utrecht
Trienke Damstra, wonende te Amsterdam
Veerle van Balen, wonende te Amsterdam
Veronica Elizabeth van Rossum, wonende te Amsterdam
Vicky Maks, wonende te Bussum
Victor Broos, wonende te Westbeemster
Victor Meijer, wonende te Abcoude
Vincent Tulp, wonende te Amsterdam
Vincentius Sala, wonende te Ouderkerk a/d Amstel
Vivienne Tersteeg, wonende te Amsterdam
Walter Boer, wonende te Amstelveen
Wendela Ebbinge, wonende te Amsterdam
Wenny Schippers-den Hartog, wonende te Weesp
Wilbert Tollenaar, wonende te Amsterdam
Wilhelmina Hendrika Nieters, wonende te Amsterdam
Wilhelmus van Seumeren, wonende te Amsterdam
Wilko Mocking, wonende te Amsterdam
Willem van Baarsen, wonende te Amstelveen
Willem van der Schoot, wonende te Bussum
Willy van Grondelle, wonende te Amsterdam
Wim Jillings, wonende te Wormer
Wim van Zaane, wonende te Mijdrecht
Winnie Endenburg, wonende te Weesp
Wout van Zuilichem, wonende te Ouderkerk aan de Amstel
Wouter Herremans, wonende te Amsterdam
Wypkeline Jannette Walen, wonende te Amsterdam
Yardena Roos, wonende te Amsterdam
Zola Zwerver, wonende te Amsterdam
allen te dezer zake woonplaats kiezende te (1077 AB) Amsterdam aan de Apollolaan 15 ten
kantore van Allen & Overy LLP van welk kantoor mr. W.H. van Baren tot advocaat wordt
gesteld en mr. A.G.J. van Wassenaer als behandelend advocaat optreedt.
AMCO:5625277.]0
11
na daartoe van de voorzieningenrechter te Amsterdam verkregen last
Heb ik, Jan Sebastiaan Evers, gerechtsdeurwaarder te Amsterdam en aldaar kantoorhoudende aan de
Maassluisstraat 258;
IN KORT GEDING GEDAGVAARD:
De stichting STICHTING IJSCOMPLEX JAAP EDEN, gevestigd te Amsterdam, en kantoorhoudende aldaar aan de Radiowpg 64, aldaar mijn exploot doende en afschrift dezes latende aan: £
. / f f . SCO&l-e
(
OM:
op dinsdag de drieentwintigste april tweeduizend en dertien. des namiddags te 13:.45 uur, in
persoon of vertegenwoordigd door een advocaat, te verschijnen ter terechtzitting van de
voorzieningenrechter bij de Rechtbank te Amsterdam, rechtsprekende in kort geding, alsdan
en aldaar te houden in het Gerechtsgebouw aan de Pamassusweg 220;
ONDER AANZEGGING DAT:
(a)
(b)
(c)
(d)
AMCO:5625277.10
indien gedaagde niet in persoon en evenmin vertegenwoordigd door een advocaat op de terechtzitting verschijnt en de voorgeschreven termijnen en
formaliteiten in acht zijn genomen, de rechter verstek tegen gedaagde zal
verlenen en de hiema omschreven vordering zal toewijzen, tenzij deze hem
onrechtmatig of ongegrond voorkomt;
bij verschijning in het geding van gedaagde een griffierecht zal worden geheven, te voldoen binnen vier weken te rekenen vanaf het tijdstip van verschijning;
de hoogte van de griffierechten is vermeld in de meest recente bijlage behorend bij de Wet griffierechten burgerlijke zaken, die onder meer is te vinden
op de website: www.kbvg.nl/griffierechtentabel
van een persoon die onvermogend is, een bij of krachtens de wet vastgesteld
griffierecht voor onvermogenden wordt geheven, indien hij op het tijdstip
waarop het griffierecht wordt geheven heeft overgelegd:
(i)
een afschrift van het besluit tot toevoeging, bedoeld in artikel 29
van de Wet op de rechtsbijstand, of indien dit niet mogelijk is ten
gevolge van omstandigheden die redelijkerwijs niet aan hem zijn toe
te rekenen, een afschrift van de aanvraag, bedoeld in artikel 24,
tweede lid, van de Wet op de rechtsbijstand, dan wel
(ii)
een verklaring van het bestuur van de raad voor rechtsbijstand, bedoeld in artikel 7, derde lid, onderdeel e, van de Wet op de rechtsbijstand waaruit blijkt dat zijn inkomen niet meer bedraagt dan de
12
inkomens bedoeld in de algemene maatregel van bestuur krachtens
artikel 35, tweede lid, van die wet;
TENEINDE:
Tegen zich als gedaagde door mijn requiranten als eisers in kort geding te horen eisen doen:
1.
INLEIDING
1.1
Eiseres sub 1 zal verder worden aangeduid als "Duosport". Eiseres sub 2 zal verder
worden aangeduid als "de Vrienden". Eisers sub 3 tot en met • zullen verder worden aangeduid als "Cursisten". Gedaagde zal verder worden aangeduid als "de
Stichting".
1.2
De Stichting is huurder van het in voile eigendom aan de Gemeente Amsterdam toebehorende sportcomplex Jaap Eden ("Jaap Edenbaan"), waarop zich een ijshal, een
400 meter baan en enkele gebouwen (waaronder het schaatscafe De Skeeve Skaes)
bevinden. Daamaast ontvangt de Stichting van de gemeente Amsterdam ("Gemeente") een aantal subsidies. Verder is de Stichting onder meer houder van een omgevingsvergunning voor de Jaap Edenbaan. Ook heeft de in voile eigendom aan de
Stichting toebehorende besloten vennootschap Sportkantines Jaap Eden b.v. een exploitatievergunning voor het door haar in de Jaap Edenhal gegxploiteerde caferestaurant Boven Nul. In mededingingsrechtelijke zin is de Stichting dus de houder
van een exclusieve concessie voor de exploitatie van de Jaap Edenbaan.
1.3
Duosport is opgericht in 1990 (de huidige Duo Cursussen b.v. als voortzetting daarvan in 1999), aanvankelijk om schaatsinstructie op de Jaap Edenbaan te verzorgen.
Nadien is Duosport uitgegroeid tot de grootste aanbieder van schaatsinstructie (in de
ruimste zin des woords) op een aantal ijsbanen in Nederland, waaronder de Jaap
Edenbaan. Op de Jaap Edenbaan waren in het seizoen 2012/2013 121 schaatsinstmcteurs in dienst van Duosport werkzaam. Deze verzorgden lessen, cursussen, vakantiecursussen, intensiefcursussen en schoolschaatscursussen ten behoeve van ruim
5.000 cursisten, samen goed voor 78.000 bezoeken aan de Jaap Edenbaan en een
omzet voor de Stichting van € 410.000 in het seizoen 2012/2013. Het laatste contract
tussen de Stichting en Duosport waarin de Stichting het recht verleende om op de
Jaap Edenbaan schaatslessen te geven dateerde van 2008 en liep tot einde schaatsseizoen 2012/2013.
1.4
De Vrienden zijn als stichting opgericht op 15 januari 2008. Overeenkomstig artikel
3.1 van haar statuten heeft zij de volgende doelomschrijving:
3.1
De stichting heeft ten doel, het bevorderen van de belangen
van de gebruikers van het Jaap Eden Uscomplex te Amsterdam, in de
ruimste zin des woords. De stichting beoogt haar doel te bereiken door
onder meer:
AMCO:5625277.10
13
(a)
daartoe alles te ondernemen wat tot het dienen van de belangen van de gebruikers van het Jaap Eden Uscomplex strekt;
(b)
het namens de gebruikers voeren van overleg met het bestuur
van de Stichting IJscomplex Jaap Eden, en met al die private en publieke belanghebbenden die op het goed functioneren van het Jaap Eden
IJscomplex van invloed kmnen zijn;
(c)
alsmede het bevorderen van de schaatssport op kunstijsbanen
in de omgeving van Amsterdam in het algemeen.
De Vrienden zijn mede opgericht om in overleg met alle gebruikers en exploitanten
op en rond de Jaap Edenbaan in goed overleg met de Stichting te komen tot de oplossing van een aantal sinds 2006 slepende geschillen tussen de Stichting en de exploitanten op en rond de Jaap Edenbaan: Duosport, De Skeeve Skaes en Waterman
Sport. Deze geschillen houden verband met een verandering in het beleid van de
stichting die er op is gericht om een gezondere exploitatie van de Jaap Edenbaan te
bewerkstelligen. Het door de Stichting voorgestane beleid is er op gericht om de exploitatie van horeca, schaatsinstructie en schaatslessen in eigen hand te nemen. Het
hier aan de orde zijnde geschil vloeit rechtstreeks uit die beleidswijzigingen voort.
Op moment van dagvaarden vertegenwoordigen de Vrienden 2.599 individuele
"vrienden". Deze hebben zich als zodanig op de website van de Vrienden
(www.vriendenvaniaapeden.nn geregistreerd.
1.5
De Cursisten hebben in de afgelopen schaatsseizoenen allen zelf, dan wel hun minderjarige kinderen, schaatslessen gevolgd bij Duosport op de Jaap Edenbaan. Sommige Cursisten doen dat ook als lid van schaatsverenigingen, zoals de Amsterdamse
Schaats- en Skeelervereniging "Hogerop", die voor hun trainingsuren gebruik maken
van instructeurs van Duosport.
1.6
De hiervoor bedoelde conflicten hebben inmiddels geleid tot grote maatschappelijke
onrust onder duizenden schaatsers en behelzen veel meer dan de hier behandelde
aanbesteding van de schaatsschool. Zo hebben ruim 5.000 personen een petitie ondertekend die de Stichting opriep om haar plannen te bevriezen. Ook krijgt deze
problematiek inmiddels veel aandacht in lokale en landelijke media: het Parool., de
Telegraaf, VPRO's Slag om Nederland, AT5 en RTVNH besteden al geruime tijd
veel aandacht aan deze problematiek. Bekende Nederlanders, zoals Ard Schenk,
Kees Verkerk en Johan Cruyff hebben de Stichting opgeroepen om dit beleid te stalen. Om haar moverende redenen - de Stichting gelooft rotsvast in het haar voorgestane beleid - legt de Stichting deze en andere oproepen steeds naast zich neer. Eisers beperken zich voor deze zaak tot de aanbesteding en de gevolgen daarvan.
2.
AANBESTEDING SCHAATSSCHOOL
2.1
Op 16 oktober 2012 heeft de Stichting een vooraankondiging geplaatst op de website www.aanbestedingskalender.nl voor de openbare aanbesteding van schaatslessen
AMCO:5625277.10
14
en schaatsinstructie (productie 1. net als alle overige producties zo spoedig mogelijk
in het geding te brengen). De Stichting heeft de uiteindelijke aankondiging niet gepubliceerd. Ook is de aanbesteding niet aangekondigd in het Publicatieblad EU.
2.2
Op 26 november 2012 heeft de Stichting aan belangstellende partijen - waaronder
Duosport - de aanbestedingsstukken verspreid. Eisers zullen deze als productie 2 in
het geding brengen. Deze stukken bestaan uit een zestal documenten. Vervolgens
heeft de Stichting in januari 2013 een zogenaamde Nota van Inlichtingen (productie
3) aan de gegadigde partijen, waaronder Duosport, verspreid. Deze Nota van Inlichtingen bevatte onder meer ook de reactie op een inlichtingengesprek dat Duosport en
haar raadsvrouwe Mr A.I. Keur, op 7 januari 2013 met de leden van de toetsingscommissie, Mr F.J. Majoor en de heer L. van Drooge, hebben gevoerd (productie 4).
2.3
De inschrijving sloot op 26 februari 2013. Duosport heeft niet ingeschreven. Voor
zover bekend heeft geen enkele bestaande schaatsschool ingeschreven. De reden dat
Duosport niet wenste in te schrijven was dat de opzet en structuur van de door de
Stichting voorgestane wijze van schaatsinstructie op de Jaap Edenbaan en de daarmee samenhangende verhouding tussen de Stichting en de opdrachtnemer zo ver af
stond van het bedrijfsmodel dat Duosport nu al jaren succesvol heeft opgezet en geimplementeerd, dat Duosport daarvoor geen verantwoordelijkheid kon nemen.
Daamaast was het voorgelegde contract zo eenzijdig dat Duosport dat ook nooit zou
kunnen ondertekenen.
2.4
Op maandag 25 maart 2013 maakte de Stichting bekend dat zij de opdracht voor het
geven van schaatsinstructie inmiddels had gegund aan zekere "De Schaatsschool b.v.
i.o.", een partij die op 22 februari 2013 bij het Handelsregister is ingeschreven en die
een initiatief is van zekere Gert-Jan Veenstra en zekere Wilf O'Reilly. Eerstgenoemde is ondememer, de tweede is oud shorttrackkampioen en parttime disciplinemanager shorttrack bij de KNSB. Als productie 5 zullen eisers een aantal op die aankondiging en op die partij betrekking hebbende documenten (uittreksels Handelsregister)
in het geding brengen. De Schaatsschool b.v. i.o. behoort toe aan twee vennootschappen: Meebell b.v. (van de heer Veenstra) en Spwort Consultants b.v. (van de
heer O'Reilly).
2.5
Naar de Stichting op 27 maart 2013 in een vergadering van de Raadscommissie
Kunst Sport en Zorg van de Gemeente Amsterdam aankondigde, zouden de contracten inmiddels getekend zijn. Daarmee wijkt de Stichting overigens af van haar eigen
procedure waarin zij had vermeld om tot en met 10 april 2013 te wachten met de
ondertekening van de contracten. Verder wijkt zij af van artikel 24 lid 1 van haar offertereglement waarin zij zich het recht had voorbehouden de aanbesteding als mislukt te beschouwen als er minder dan twee partijen zouden hebben ingeschreven. De
Stichting beschouwt de aanbesteding als geslaagd.
AMCO:5625277.10
15
2.6
Door:
(a)
De aanbesteding niet Europees aan te besteden en door
(b)
De opdracht voor het geven van schaatsinstructie te gunnen aan de Schaatsschool b.v. i.o.
handelt de Stichting in strijd met het aanbestedingsrecht, althans in strijd met de
door haar zelf opgestelde aanbestedingsregels. Dat is onrechtmatig tegenover eisers.
Eisers hebben dan ook een spoedeisend belang bij de in dit kort geding gevorderde
voorlopige voorzieningen. Eisers lichten dit toe.
3.
STICHTING IS PUBLIEKRECHTELIJKE INSTELLING IN DE ZIN VAN
HET BESLUIT AANBESTEDINGEN OVERHEIDSOPDRACHTEN (BAO)
3.1
De Stichting is een publiekrechtelijke instelling in de zin van het BAO. Om die reden had zij deze opdracht, met een waarde van meer dan € 130.000 ex BTW, Europees moeten aankondigen. Nalaten daarvan leidt tot nietigheid van de tussen de
Stichting en de Schaatsschool b.v. i.o. gesloten overeenkomsten.
3.2
Een Publiekrechtelijke Instelling als bedoeld in het BAO is:
een instelling opgericht met het specifieke doel te voorzien in behoeften
van algemeen belang, niet zijnde van industriele of commerciele aard,
die rechtspersoonlijkheid bezit en waarvan:
1°. de activiteiten in hoofdzaak door de staat, een provincie, een gemeente, een waterschap of een andere publiekrechtelijke instelling
worden gefinancierd,
2°. het beheer onderworpen is aan toezicht door de staat, een provincie,
een gemeente, een waterschap of een andere publiekrechtelijke instelling, of
3°. de leden van het bestuur, het leidinggevend of het toezichthoudend
orgaan voor meer dan de helft door de staat, een provincie, een gemeente, een waterschap of andere publiekrechtelijke instellingen zijn
aangewezen;
3.3
De Stichting heeft rechtspersoonlijkheid. Verder is zij opgericht met het specifieke
doel te voorzien in behoeften van algemeen belang, niet zijnde van industriele of
commerciele aard. De Stichting ziet dat zelf ook in getuige het gestelde in paragraaf
1.3 van het aanbestedingsdocument deel 1 (behorende bij productie 2). De Stichting
meent zelf dat zij geen aanbestedende dienst is omdat haar activiteiten - zoals zij
zelf stelt - niet voor meer dan 50%, maar voor 40% worden gefinancierd door de
Gemeente Amsterdam. Het beheer van de Stichting is echter onderworpen aan het
toezicht door de Gemeente Amsterdam, en daarmee voldoet de Stichting aan de definitie.
AMCO:5625277.10
16
3.4
Ingevolge vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie EU is er sprake van toezicht
op beheer, indien het toezicht door de overheid een afhankelijkheid schept die gelijkwaardig is aan die welke bestaat wanneer aan een van de andere twee criteria is
voldaan. Er is sprake van toezicht op beheer indien de betrokken instelling is onderworpen aan toezicht door de overheid dat deze in staat stelt de beslissingen van de
betrokken instelling op het gebied van overheidsinstellingen te bei'nvloeden. Wil er
sprake zijn van overheidstoezicht, dan mag er niet sprake zijn van een loutere controle achteraf. De overheid kan immers via een dergelijke controle de besluiten van
de betrokken instelling inzake overheidsopdrachten niet beTnvloeden. Welnu, die afhankelijkheid tussen de Stichting en de Gemeente Amsterdam bestaat, en wel op
grond van een combinatie van de subsidievoorwaarden en de eigendomsverhoudingen tussen Gemeente en Stichting.
3.5
Als productie 6 zullen eisers de subsidiebeschikking voor periodieke subsidie aan de
Stichting voor de periode 2009-2012 overleggen. Daaruit blijkt van een zodanige afhankelijkheid van de Stichting ten opzichte van de Gemeente dat de Gemeente geacht kan worden alle belangrijke beslissingen van de Stichting vooraf te bei'nvloeden.
Op grond van de subsidievoorwaarden stelt de Gemeente verregaande eisen aan
openingstijden, roosterindelingen uren sportbonden, baangebruik. Verder zijn er verregaande informatieverplichtingen vooraf. Voorts moet de Stichting van de Gemeente toestemming vooraf vragen voor rechtshandelingen met financiele gevolgen,
waaronder onder meer het aangaan van kredietovereenkomsten, garantstellingen en
ontbinding. Het gebruiksrooster van de Jaap Edenbaan moet vooraf aan de Gemeente worden overgelegd. De Gemeente stelt eisen aan egalisatie- en onderhoudsfondsen. Prijsstijgingen boven de index hebben voorafgaande goedkeuring van de Gemeente nodig. Uit de statuten van de Stichting vloeit voorts voort dat het liquidatiesado van de Stichting toevalt aan de Gemeente.
3.6
De Gemeente is sinds 1994 nauw betrokken bij het reilen en zeilen van de Stichting.
De accountantsdienst van de Gemeente heeft een aantal onderzoeken ingesteld die
hebben geleid tot een geheel nieuw subsidiekader, strikte voorwaarden, en tevens tot
de beleidswijzigingen die hebben geleid tot deze aanbesteding. Zie bijvoorbeeld het
onderzoek van de ACAM Accountancy en Adviesdienst van de Gemeente Amsterdam van 6 december 2004 (productie 7"). Ook het aanpassen van de pachtcontracten
vloeit rechtstreeks voort uit de koker van de Gemeente. De begroting wordt jaarlijks
geheel doorgesproken met de Gemeente, investeringen kunnen alleen maar in overleg met de Gemeente. De Gemeente bei'nvloedt daarmee ook het beleid van de Stichting op het gebied van investeringen en aanbestedingen. Ook over de aanbesteding
van de schaatsinstructie hebben de Stichting en de Gemeente (Sportservice Amsterdam als onderdeel van Dienst DMO) overleg gevoerd, zoals blijkt uit de Nota van
Inlichtingen.
3.7
Een en ander, in combinatie met de 40%-subsidiering, de door de Gemeente aan de
Stichting daamaast verstrekte leningen (de Gemeente heeft in 1994 onder meer een
AMCO:5625277.10
17
lening van € 2.8 miljoen aan de Stichting verstrekt, die de Gemeente door een annuiteitensubsidie in 2014 geheel aan zichzelf zal hebben afgelost en in 2006 nog een
aanvullende eenmalige subsidie van € 1.550.000), de eigendomsverhoudingen: dit
alles als geheel maakt dat de Stichting voldoet aan de criteria voor het zijn van een
publiekrechtelijke instelling als bedoeld in het BAO.
3.8
Op grond van artikel 8 van de Wet implementatie rechtsbeschermingsrichtlijnen
aanbesteden ("WIRA") is de overeenkomst tussen de Stichting en de Schaatsschool
b.v. i.o. vemietigbaar nu de aankondiging daartoe niet heeft plaatsgevonden in het
Publicatieblad van de Europese Unie. Verder heeft de Stichting niet de door haarzelf
aangekondigde Alcateltermijn tot 10 april 2013 in acht genomen en heeft direct de
contracten ondertekend. Duosport is voomemens in een bodemprocedure onder
meer een daartoe strekkende vordering in te stellen.
4.
GUNNING NIET VOLGENS EIGEN REGELS
4.1
De Stichting heeft een aanbestedingsprocedure ingericht die totaal is geent op een
Europese aanbesteding. Dit blijkt uit de aanbestedingsdocumentatie maar ook uit de
antwoorden die de Stichting aan Duosport heeft gegeven bij het door de Stichting
genotuleerde "aanbestedingsgesprek" op 7 januari 2013 (productie 4). De door de
Stichting genomen gunningsbeslissing moet dan ook worden getoetst aan (Europees)
aanbestedingsrecht. Dit is inmiddels vaste jurisprudentie in lagere rechtspraak.
4.2
In het Offertereglement (behorende bij productie 2) heeft de Stichting een aantal
selectie- en gunningscriteria opgenomen.
4.3
Artikel 11 lid 1 van het Offertereglement stelt dat om voor gunning in aanmerking te
kunnen komen de inschrijver aannemelijk dient te maken dat hij beschikt over voldoende economische draagkracht om de opdracht zonder commerci6le risico's voor
de Stichting tot een goed einde te brengen. N.B.: het is opmerkelijk dat de Stichting
hier geen specifieke eisen stelt ten aanzien van omzet, solvabiliteit, o.i.d.. In dat verband zijn deze eisen weinig transparant: transparantie ten aanzien van de over te
leggen gegevens maar niet ten aanzien van de daaraan aan te leggen toetsen. Hoe
dan ook, op grond van artikel 11 lid 2 moet de Inschrijver de jaarverslagen en de
jaarrekeningen van de afgelopen drie boekjaren over te leggen. Omdat de Schaatsschool eerst als b.v. i.o. op 23 februari 2013 in het Handelsregister is ingeschreven is
het uitgesloten dat deze hieraan heeft kunnen voldoen.
4.4
Artikel 12 van het Offertereglement gaat over de technische geschiktheid. Om voor
de opdracht in aanmerking te komen moet de inschrijver over voldoende bekwaamheid beschikken om de opdracht uit te voeren. Deze konden de Inschrijvers aantonen
aan de hand van referenties. Duosport en de overige eisers konden en mochten er
van uitgaan dat het hier ging om referenties als bedoeld in artikel 49 lid 2 sub b
BAO, tezamen met een lijst van de uitgevoerde diensten, in dit kader: het exploite-
AMCO:5625277.10
18
ren van een schaatsschool van vergelijkbare aard en omvang als die welke benodigd
is voor het kunnen uitvoeren van de opdracht die de Stichting had uitgeschreven.
4.5
Voor zover eisers bekend hebben de beide partijen die samen als De Schaatsschool
hebben ingeschreven, echter geen enkele ervaring op dit punt. De oprichters beschikken niet over een schaatsschool die nodig is om deze opdracht te kunnen uitvoeren. De redelijke uitleg van de (in de visie van de Stichting "transparante") selectiecriteria: voor gunning van de opdracht komt alleen in aanmerking een inschrijver
die op de dag van inschrijving, c.q. op de dag van gunning kan beschikken over de
middelen - zowel materieel als personeel - die benodigd zijn om een dergelijke
schaatsschool te exploiteren, met de daarbij behorende ervaring.
4.6
Het zou kunnen dat zij zich op basis van artikel 49 lid 3 beroepen op andere natuurlijke personen of rechtspersonen die aan dit selectiecriterium voldoen en die hebben
verklaard dat zij beschikbaar zijn voor de uitvoering van de opdracht. In dat geval
moet de inschrijver de aanbestedende dienst aantonen dat hij kan beschikken over de
voor de uitvoering van de overheidsopdracht noodzakelijke middelen. Voor zover
eisers bekend - naar aanleiding van publicaties in de media door de Stichting (zie
het persbericht, productie 8) zou het hier kunnen gaan om de KNSB. Navraag bij het
bestuur van de KNSB heeft opgeleverd dat de KNSB niet een dergelijke verregaande vorm van samenwerking heeft aangeboden. Zie in dit verband ook de brief van de
KNSB aan Loon Salarisadministratie (sponsor van Loon Masters Amsterdam, zie
hiema onder 5.3) van 3 april 2013 (productie 9). Als de Stichting zou zeggen dat dit
criterium ook zo kan worden uitgelegd dat het voldoende is als een inschrijver als
natuurlijke persoon ervaring heeft als schaatscoach, dan merken eisers op dat dit criterium dan zo ver wordt opgerekt dat het niet meer voldoet aan eisen van transparantie en een en ander ook in strijd komt met het gelijkheidsbeginsel. De Schaatsschool
kan dan ook niet geacht worden te hebben voldaan aan dit selectiecriterium.
4.7
Overigens heeft de Stichting de Schaatsschool zodanig gepresenteerd dat het programma, en de aard en opzet daarvan een exacte kopie is van de programmering,
aard en opzet van de al sinds jaar en dag door Duosport verzorgde cursussen. Aldus
is in wezen sprake van een ovemame door de Stichting, c.q. de Schaatsschool van
jarenlang door Duosport opgebouwd bedrijfsdebiet. Hoewel de aanbesteding zodanig was opgezet dat de geselecteerde schaatsschool een nieuw programma en een
nieuwe aanpak zou presenteren, is de schaatsschool zoals nu door de Stichting gepresenteerd een natuurgetrouwe copie van aard en opzet van Duosport, met dat verschil dat deze schaatsschool niet bestaat. Daarmee eigent de Stichting zich op onrechtmatige wijze het door vele investeringen opgebouwde kapitaal van Duosport bestaande uit opgeleide en ingewerkte instructeurs, opleidingsprogramma's, inrichting cursussen, reputatie, cursisten - aan zich toe.
4.8
Op grond van artikel 21 sub e van het Offertereglement is een van de gunningscriteria een beschrijving hoe de inschrijver waarborgt dat de instructeurs die op de Jaap
AMCO:5625277.10
19
Edenbaan al actief zijn zullen worden ingezet: voor zover Duosport bekend gaan
geen van de 121 instructeurs van Duosport over naar de Schaatsschool.
4.9
Ook is sprake van een wijziging: in de aanbestedingsstukken is als eis gesteld dat de
intensiefcursussen vijf dagen dienen te duren: de nu door de Schaatsschool aangeboden intensiefcursussen duren vier dagen.
4.10
De Stichting heeft dus (a) naar nu blijkt een intransparante aanbestedingsprocedure
ontworpen en (b) haar eigen aanbestedingsreglement met voeten getreden: de door
haar geselecteerde partij voldoet niet aan de eigen selectiecriteria en ook op een
voomaam gunningscriterium wordt niet voldaan.
4.11
Daamaast heeft de Stichting, door de door haar zelf gestelde termijn tussen voorlopige gunningsbeslissing en sluiten contracten (zie ook artikel 4 lid 1 en artikel 7
WIRA) niet in acht te nemen en dadelijk tot contractering over te gaan in strijd gehandeld met de WIRA, hetgeen de overeenkomst met de Schaatsschool ook vemietigbaar maakt.
5.
DE CURSISTEN HEBBEN RECHT OP GOEDE SCHAATSINSTRUCTIE
5.1
De Cursisten zijn indertijd op de Jaap Edenbaan gaan schaatsen om van Duosport les
te krijgen, sommigen van hen reeds bijna vanaf het prille begin (1990). De Cursisten
zijn zeer ontevreden over het beleid van de Stichting. Dit beleid leidt er namelijk toe
dat zij in de volgende seizoenen verstoken zullen blijven van schaatsinstructie van
hunvertrouwde instructeurs op het vertrouwde schaatsuur van het vertrouwde kwalitatief hoge niveau.
5.2
De Cursisten - zoals gezegd voor een groot deel al voor zeer lange tijd trouwe klanten van Duosport en daardoor ook van de Stichting - hebben met lede ogen toegezien hoe de Stichting de contracten met Duosport heeft opgezegd, zonder daarover
voorafgaand overleg met hen te voeren of hen voor een keuze te stellen. Zij hadden
nog enige hoop dat de aanbesteding zodanig zou worden ingevuld dat ook Duosport,
of een daarmee gelijk te stellen kwalitatief hoogwaardige schaatsschool, een faire
kans zou krijgen de aanbesteding te winnen. Uit de informatie die de Stichting hen
heeft verstrekt, zowel op haar website, als in flyers, als later uit de andere informatie
die zij hebben gekregen, is hen echter duidelijk geworden dat de Stichting nu zelf
een Schaatsschool denkt te kunnen exploiteren, daarbij gebruik makend van een nog
niet opgericht instituut. Verder begrijpen zij dat de Stichting de aanbestedingsregels
heeft geschonden en dat er geen sprake is geweest van een faire procedure.
5.3
Onder de Cursisten bevinden zich ook leden van verenigingen en leden van de zogenaamde Loon Masters Amsterdam (www.loonmastersamsterdam.nD. Dat is eiser
Marco Roos. De Loon Masters Amsterdam worden getraind en begeleid door Duosporttrainers en dit jaar werd een van hen wereldkampioen en een van hen wereldrecordhoudster in hun klasse.
AMCO:5625277.10
20
5.4
De Cursisten hebben dus ook recht en belang bij de hiema ingestelde vorderingen.
6.
SPOEDEISEND BELANG EN AANVULLENDE VORDERING
6.1
Eisers hebben alien een spoedeisend belang bij het treffen van de hiema te noemen
voorzieningen.
6.2
Het belang van Duosport is hierin gelegen: Duosport heeft 23 jaar op de Jaap Edenbaan lesgegeven. Zij heeft 121 instructeurs in dienst en heeft in het laatste seizoen
op de Jaap Edenbaan meer dan 5.000 cursisten lesgegeven. Duosport had goede redenen om niet in te schrijven. Als een goede andere schaatsschool de aanbesteding
zou hebben gewonnen dan zou Duosport daar vrede mee hebben gehad. Maar nu de
Stichting - met voorbijzien aan alle door haarzelf en door de wet opgelegde aanbestedingsregels - een partij heeft gecontracteerd die op geen enkele wijze kan waarborgen dat het volgende seizoen haar cursisten goed les krijgen, heeft Duosport belang bij het ongedaan maken van de gunning.
6.3
Verder heeft de Stichting aangekondigd dat bij inschrijving van slechts ten partij zij
de aanbesteding als mislukt zou beschouwen. Zie hierover onder artikel 24 lid 1 van
het Offertereglement (productie 2). Verder heeft de Stichting verklaard dan weer als
eerste met een partij om de tafel te gaan zitten, dan wel de schaatslessen in eigen beheer te nemen. (zie onder 5.5. van de Nota van Inlichtingen (productie 3)). Bij meerdere gelegenheden heeft de Stichting verklaard dat die ene partij vanzelfsprekend
Duosport zou zijn.
6.4
Het schaatsseizoen is afgelopen. Normaal is het nu de tijd dat inschrijvingen voor
het volgende seizoen plaatsvinden. Duosport, de Vrienden en de Cursisten hebben
recht op snelle duidelijkheid. De Vrienden en de Cursisten willen volgend seizoen
weer hoogwaardig en vertrouwenwekkend schaatsonderwijs en -training op de Jaap
Edenbaan. Door het in deze dagvaarding geschetste beleid van de Stichting wordt
hen dit nu onthouden.
6.5
Omdat het onwaarschijnlijk is dat in de periode die nu rest de Stichting in staat zal
zijn om een nieuwe succesvolle aanbesteding uit te schrijven, dan wel de schaatslessen in eigen beheer te nemen hebben eisers er tevens recht en belang bij dat Duosport voor het seizoen 2013-2014 zal worden toegelaten op de Jaap Edenbaan om
haar cursisten weer op dezelfde wijze les te kunnen geven als alle voorgaande seizoenen tot grote tevredenheid van alle betrokkenen is geschied.
6.6
In dit verband merken eisers op dat het onzeker is of de Stichting vanaf het seizoen
2014-2015 zelf nog de exploitant van de Jaap Edenbaan zal zijn. De Gemeente is
doende alle opties te bekijken, waaronder een plan ingediend door de Stichting Behoud en Beheer Jaap Eden, waarvoor eisers mede-initiatiefhemers zijn.
AMCO:5625277.10
21
6.7
Omdat de Vrienden de belpngen van exploitanten en gebruikers behartigt hebben de
Vrienden er belang bij dat de rust weerkeert, dat het contract tussen de Schaatsschool en de Stichting niet zal worden geeffectueerd en dat de Stichting Duosport
weer op de Jaap Edenbaan toelaat.
6.8
De primaire vordering in dit verband is gericht op het toelaten van Duosport in het
seizoen 2013-2014. De subsidiaire vordering is gericht op het voeren - onder leiding
van een door UEA aan te wijzen onderhandelaar - van onderhandelingen over
voorwaarden voor terugkeer. Dit sluit aan bij de mededelingen die de Stichting over
het mislukken van de aanbesteding in de Nota van Inlichtingen en in het openbaar
heeft gedaan. Dit zou echter geen mediation moeten zijn en de onderhandelaar zou
ook aan UEA verslag van de onderhandelingen moeten uitbrengen. Bij mislukken
van de onderhandelingen zou dit kort geding ook moeten kunnen worden voortgezet.
Meer subsidiair verzoeken eiseres UEA tot het treffen van zodanige voorzieningen
als UEA geraden acht.
7.
VERWEER STICHTING
7.1
Het verweer van de Stichting zal ongetwijfeld zijn dat zij meent in overeenstemming
met wet- en regelgeving en haar eigen aanbestedingsreglement te hebben gehandeld.
Uit het vorengaande blijkt dat dat niet het geval is.
MITSDIEN
het de voorzieningenrechter bij de Rechtbank Amsterdam behage bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1. VORDERING MET BETREKKING TOT DE AANBESTEDING
(A)
Primair
Gedaagde te bevelen om binnen 48 uur na betekening van het door UEA te wijzen
vonnis uitvoering aan de tussen haar en de Schaatsschool b.v. i.o. gesloten overeenkomst tot het geven van schaatsinstructie op de Jaap Edenbaan te staken en gestaakt
te houden;
(B)
Subsidiair (voor het geval die overeenkomst nog niet zou zijn gesloten)
Gedaagde te verbieden de opdracht schaatsinstructie aan de Schaatsschool te gunnen;
Alles op verbeurte van een dwangsom van € 250.000, voor iedere overtreding van
het door UEA te geven bevel, c.q. het door u op te leggen verbod;
AMCO:5625277.10
22
2. VORDERING MET BETREKKING TOT SCHAATSSEIZOEN 2013-2014
(A)
Primair
Gedaagde te bevelen om Eiseres sub 1 binnen zeven dagen na betekening van het
door UEA te wijzen vonnis toe te laten om voor het seizoen 2013/2014 weer op de
Jaap Edenbaan schaatsinstructie te geven op dezelfde wijze en tegen dezelfde voorwaarden zoals Eiseres sub 1 dat in de seizoenen 2008-2012 (laatste contract) heeft
gedaan;
(B)
Subsidiair
Gedaagde te bevelen om binnen veertien dagen na betekening van het vonnis exclusief met eiseres sub 1 in overleg te treden over de voorwaarden voor terugkeer op de
Jaap Edenbaan in het schaatsseizoen 2013-2014, een en ander onder leiding van een
door UEA in het te wijzen vonnis aan te wijzen onderhandelaar, waarbij de onderhandelaar uiterlijk zes weken na het te wijzen vonnis aan UEA de uitkomst van de
onderhandelingen zal berichten en waarbij dit kort geding wordt aangehouden tot
een nader door UEA te bepalen zitting voor het geval de onderhandelingen niet tot
een vaststellingsovereenkomst blijken te zullen hebben geleid.
(C)
Meer subsidiair
Althans die voorzieningen te treffen die UEA in deze dienstig voorkomen.
Alles op een verbeurte van een dwangsom van € 5.000 per dag dat Gedaagde in gebreke zal blijven aan het door u te geven bevel te voldoen, met een maximum van €
250.000,-.
3. KOSTEN
Gedaagde te veroordelen om de kosten van dit geding inclusief de nakosten aan eisers te voldoen binnen zeven dagen na dagtekening van het vonnis, onder bepaling
dat indien de gedingkosten, niet binnen genoemde termijn zijn voldaan, hierover
vanaf de achtstejJagivettpKjke rente verschuldigd is.
De kosten de:
Deu
er
Dez/mak wordt behtitadeld door mr. A.G.J. van Wassenaer en door Mr J.P. Pichel, Allen & Overy LLP, Apollolato 15 (1077 AB) AmLrdam, telefoon: 020 674 1360, fax: 020 674 1989.
AMCO:5625277.I0
23
OVERZICHT IN HET GEDING TE BRENGEN PRODUCTIES
1.
Vooraankondiging
aanbesteding
www.aanbestedingskalender.n 1
2.
Aanbestedingsdocumenten zoals door de Stichting aan de gegadigden verspreid
3.
Nota van Inlichtingen
4.
Gespreksverslag 7 januari 2013
5.
Uittreksels Handelsregister De Schaatsschool b.v. i.o., Meebell b.v. en Spwort Consultants
b.v.
6.
Subsidiebeschikking 2008-2012
7.
Onderzoek van de ACAM Accountancy en Adviesdienst van de Gemeente Amsterdam van
6 december 2004
8.
Persberichten aankondiging gunning aan De Schaatsschool
9.
Brief KNSB aan Loon Salarisadministratie van 3 april 2013
AMCO:5625277.10
zoals
geplaatst
op
de
website
24
Allen & Overy LLP
Productie 1
VOORAANKONDIGING
Diensten
AFDELING I: AANBESTEDENDE DIENST
1.1)
NAAM, ADRESSEN EN CONTACTPUNT(EN):
Stichting IJscomplex Jaap Eden
Radioweg 64
Contact: Operationele Zaken
T.a.v.: mw. C. terWeeme
1098 NJ Amsterdam
NEDERLAND
Telefoon +31 20-6949652
E-mail: [email protected]
Fax+31 20-6631765
Internetadres(sen):
Adres van de aanbestedende dienst http://www.iaapeden.nl/wat-gaat-ervolgend-seizoen-veranderen/
Nadere inlichtingen zijn te verkrijgen op het volgende adres: Zelfde adres als
voor het/de hierboven vermelde contactpunt(en)
1.2)
TYPE AANBESTEDENDE DIENST EN HOOFDACTIVITEITEN:
Stichting
Recreatie, cultuur en godsdienst,
De aanbestedende dienst koopt aan namens andere aanbestedende diensten: Neen.
AFDELING II.B: VOORWERP VAN DE OPDRACHT (LEVERiNGEN / DIENSTEN)
11.1)
DOOR DE AANBESTEDENDE DIENST AAN DE OPDRACHT GEGEVEN
BENAMING:
aanbesteding schaatslessen en schaatsinstructie
11.2)
TYPE OPDRACHT EN PLAATS VAN LEVERING VAN DE GOEDEREN OF
VERLENING VAN DE DIENSTEN:
Diensten.
0084405-0000002 AMCO:5641577.1
Categorie diensten: 26
Belangrijkste plaats van dienstverlening of levering:Amsterdam
11.3)
KORTE BESCHRIJVING VAN DE AARD EN DE OMVANG OF WAARDE
VAN LEVERING OF DIENSTEN:
Het aanbesteden van schaatslessen en schaatsinstructie. Er worden in de
31 weken dat de Jaap Eden Usbaan open is, ongeveer 8000 schaatsinstructie-uren gegeven aan particulieren, scholen en bedrijven. Jaarlijks worden
op de Jaap Eden Usbaan circa 100.000 schaatsuren gemaakt in cursusverband. Mensen kunnen schaatsles volgen zonder lidmaatschap- of
verenigingsverplichtingen.
Verdeling in percelen: Ja.
11.4)
CPV-CLASSIFICATIE (gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten):
92000000
11.5)
GEPLANDE DATUM VOOR HET BEGIN VAN DE GUNNINGSPROCEDURES:
26/11/2012.
11.6)
OPDRACHT VALT ONDER DE OVEREENKOMST INZAKEN OVERHEIDSOPDRACHTEN (GPA):
Neen.
11.7)
NADERE INLICHTINGEN:
[email protected]
inlichtingen betreffende percelen
PerceelNR. Titel:
1)
KORTE BESCHRIJVING:
CPV-CLASSIFICATIE (gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrach2)
ten):
92000000.
3)
HOEVEELHEID OF OMVANG:
0084405-0000002 AMCO:5641577.1
2
AFWIJKENDE DATUM VOOR HET BEGIN VAN DE GUNNINGSPROCE4)
DURES EN/OF DE DUUR VAN DE OPDRACHT:
Geplande datum voor begin van de gunningsprocedures:
5)
AANVULLENDE INFORMATIE OVER PERCELEN:
AFDELING III: JURIDISCHE, ECONOMISCHE, FINANCIELE EN TECHNISCHE INFORMATIE
111.1)
VOORWAARDEN MET BETREKKING TOT DE OPDRACHT:
111.1.1)
Belangrijkste financierings-en betalingsvoorwaarden en/of verwijzing naar de
voorschriften dienaangaande:
111.2)
VOORWAARDEN VOOR DEELNEMING:
II.2.2)
Voorbehouden opdrachten:
Neen.
AFDELING Vi: AANVULLENDE INLICHTINGEN
VI.1)
OPDRACHT HOUDT VERBAND MET EEN PROJECT EN/OF EEN PROGRAMMA DAT MET MIDDELEN VAN DE EU WORDT GEFINANCIERD:
Neen.
VI.2)
NADERE INLICHTINGEN:
VI.3)
INFORMATIE OVER DE ALGEMENE VOORSCHRIFTEN:
Internetsites van de overheid waar inlichtingen verkrijgbaar zijn
Belastingwetgeving:
Milieuwetgeving:
Arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden:
V1.4)
DATUM VAN VERZENDING VAN DEZE AANKONDIGING:
16/10/2012.
0084405-0000002 AMCO:5641577.1
0084405-0000002 AMCO:5641577.1
Allen & Overy LLP
Productie 2
Document 1
1 Inleiding
1.1 Introductie
De Stichting IJscomplex Jaap Eden, hierna te noemen "Stichting" of "Opdrachtgever"
heeft als doel:
het bevorderen in Amsterdam van de belangstelling voor en beoefening van de
schaatssporten alles in de meest uitgebreide zin van het woord.
Zij tracht dit doel ondermeer te bereiken door exploitatie van de kunstijsbaan
Jaap Eden cum annexis en de multifunctionele Jaap Edenhal.
Binnen het kader van deze doelstelling worden door de Stichting de volgende
activiteiten verricht:
• het bevorderen van schaatsonderricht in de breedste zin van het woord,
• het deelnemen in, het financieren van, het zich op andere wijze interesseren bij
en het voeren van beheer over vennootschappen en ondernemingen die zich
bezig houden met horeca, materiaalverhuur en andere activiteiten op de
kunstijsbaan Jaap Eden cum annexis en in de Jaap Edenhal.
Het ontwikkelen van activiteiten op de 400m baan, in de ijshal en op de terreinen van
Jaap Eden heeft altijd de voorafgaande toestemming nodig van de directie van Jaap
Eden Usbaan.
1.2 Opdracht
De Stichting IJscomplex Jaap Eden wil in het kader van de door haar te behartigen
activiteiten een of meer ondememers selecteren die het geven van schaatslessen en
schaatsinstructie in de breedste zin van het woord op zich nemen en uitvoeren.
De te verstrekken opdracht bestaat uit zes onderdelen (percelen):
perceel A :
seizoenscursus schaatsen op 400m baan
perceel B :
schoolschaatsen in de hal
perceel C :
intensief cursussen tijdens schoolvakanties op 400m baan
perceel D:
vakantie schaatskampen
perceel E :
prive lessen
perceel F :
clinics, verjaardagsfeestjes, arrangementen en dergelijke (alle op
incidentele basis)
1.3 Aanleiding aanbesteding
Jaap Eden Usbaan heeft besloten om het sportief verzorgen van schaatslessen,
schaatscursussen, schaatsclinics en andere sportieve activiteiten zowel op de
ijsvloeren als op het terrein van Jaap Eden Usbaan te gaan aanbesteden, nadat de
huidige samenwerkingsovereenkomst is geeindigd ultimo april 2013.
De overeenkomst geeft de aanbieder rechten tot het verzorgen op Jaap Eden
Usbaan van schaatslessen, schaatscursussen, schaatsclinics en andere sportieve
activiteiten.
Jaap Eden Usbaan geeft de voorkeur aan een aanbesteding boven een
onderhandse gunning op grond van een aantal redenen.
Ten eerste speelt bij dit besluit een belangrijke rol dat er in Nederland maar een
beperkt aantal ijsbanen opereert, dat de diensten van potentiele aanbieders kan
afnemen. In dergelijke gevallen zal de uitsluiting van mogelijke aanbieders ook als
dat gebeurt door een private stichting als Jaap Eden, volgens de huidige
rechtsopvattingen mogelijk onaanvaardbaar zijn naar maatstaven van redelijkheid en
billijkheid. Naast de huidige aanbieder zullen dus ook andere aanbieders moeten
worden gevraagd naar hun interesse en mogelijke aanbiedingen.
Ten tweede speelt een even belangrijke rol dat een aanbesteding voor de schaatsers
de beste schaatslessen kan opleveren tegen een aanvaardbare prijs. Tevens zal een
aanbesteding mogelijk ook een economisch voordeel opleveren voor Jaap Eden
Usbaan. Dat is ook nodig omdat de Gemeente Amsterdam de Stichting uitdrukkelijk
heeft gevraagd om de inkomsten (anders dan de toegangskaarten) zo veel mogelijk
te optimaliseren.
Ten derde speelt een belangrijke rol dat in een formele aanbestedingsprocedure de
mogelijke aanbieders verzekerd zijn van een faire behandeling. Om van een
"aanbesteding" te kunnen spreken moeten meerdere ondernemingen dezelfde
uitnodiging ontvangen. De uitgenodigde partijen treden met een aanbesteding in
rechtstreekse competitie met elkaar.
De vraag, die voorligt, is of Jaap Eden Usbaan een Europese aanbestedingsprocedure in gang moet zetten, kortom of Jaap Eden Usbaan aanbestedingsplichtig
is in de zin van 'een publiekrechtelijke instelling' ingevolge het Besluit
aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (Bao).
Indien Jaap Eden Usbaan voor 50 % of meer van zijn inkomsten afhankelijk is van
de overheid zou een aanbestedingsplicht gelden. Dat is niet het geval. Wel is Jaap
Eden I Jsbaan voor ongeveer 40 % van de jaarlijkse inkomsten afhankelijk van de
gemeente Amsterdam. Daarmee wordt de grens niet overschreden, maar is de
overheidsbijdrage wel zeer substantieel.
Gezien het belang voor Jaap Eden Usbaan van de schaatslessen in brede zin van
het woord en gezien de publieke gevoeligheid van een eventuele (gedeeltelijke)
verandering van schaatsschool heeft Jaap Eden Usbaan, hoewel er formeel geen
plicht geldt voor een Europese aanbesteding, er vrijwillig voor gekozen om een
transparante aanbestedingsprocedure te gaan volgen.
Bij deze aanbestedingsprocedure heeft Jaap Eden Usbaan er tevens voor gekozen
om de verdeling van de verantwoordelijkheden tussen de schaatsschool en Jaap
Eden anders vorm te geven dan de laatste jaren het geval is geweest.
Jaap Eden heeft dit gedaan om meer efficiency te bereiken en duidelijkheid te
verschaffen.
Deze veranderingen zullen er toe leiden dat de gebruikers van de schaatsschool nog
beter kunnen worden bediend en hiervoor, uitgezonderd inflatie, in principe hetzelfde
zullen betalen,
1.4 Transparante aanbestedingsprocedure
Bij een transparante offerteprocedure wordt een aanbestedingsdocument (een
bestek) op gesteld, waarin duidelijk is aangegeven wat de te gunnen opdracht
inhoudt en welke aanbestedingsvoorwaarden en andere voorwaarden gelden.
Deze procedure houdt dus in dat het aantal partijen dat een inschrijving mag
indienen, onbeperkt is.
De aankondiging van deze aanbestedingsprocedure is openbaar gepubliceerd op:
• www.iaapeden.nl
• www.aanbestedingskalender.nl
• www.topsportamsterdam.nl
• www.tenderguide.nl
Er zijn advertenties zijn geplaatst in:
• Sportblad Sportaccom
• Vakblad Sportgericht
• Sportblad SportFM
• Magazine Schaatsen.nl
In de aankondiging is het internetadres vermeld dat de mogelijkheid biedt om het
aanbestedingsdocument, het bestek en alle aanvullende documenten, te ontvangen.
Daarnaast wordt aan meerdere partijen op basis van dit bestek een gelijke
uitnodiging toegestuurd tot het uitbrengen van een offerte voor de opdracht.
Het bestek bestaat uit drie onderdelen:
1. het Programma van Eisen (PvE)'
2. de toetsing / selectie criteria,
3. de gunning criteria.
Het Programma van Eisen omvat datgene dat de klanten direct zien. In het
Programma van Eisen (PvE) zijn de eisen en wensen opgenomen die betrekking
hebben op de inschrijving zodat alle inschrijvers weten waarop zij hun offerte moeten
richten.
De toetsing / selectie criteria zijn de criteria, waaraan een deelnemer van de
aanbesteding moet voldoen om deel te kunnen nemen.
De gunningcriteria vormen de basis voor de beoordeling. Nadat de offertes zijn
binnengekomen, worden deze met elkaar vergeleken op basis van de gunning
criteria die zijn opgenomen in het gepubliceerde bestek.
De totstandkoming van de keuze wordt duidelijk vastgelegd in een dossier onder
andere door middel van een ondertekende gunningmatrix.
Vervolgens stuurt Jaap Eden I Jsbaan de afgewezen partijen een brief waarin
gemotiveerd wordt aangegeven waarom zij -aan de hand van de toetsing / selectie
criteria respectievelijk de gunning criteria- de opdracht niet gegund krijgen. Zij
worden in de gelegenheid gesteld om gedurende veertien dagen inlichtingen en
toelichting hierover te vragen bij Jaap Eden Usbaan.
Jaap Eden Usbaan verstrekt de opdracht aan de aanbieder met de economisch
meest voordelige aanbieding (dit hoeft niet perse de goedkoopste aanbieding te zijn)
en brengt de aanbieder hiervan schriftelijk op de hoogte.
De offerteaanvraag, alle offertes en de brieven aan de afgewezen inschrijvers
worden niet openbaar gemaakt en blijven volstrekt vertrouwelijk.
1.5 Documentatie van de aanbestedingsprocedure
De documenten van de inschrijvende partijen worden zorgvuldig geordend en
bewaard. Deze documenten zijn niet openbaar en wordt strikt vertrouwelijk
behandeld.
De vast te leggen gegevens in het dossier bestaan dan uit:
Openbaar
•
Beschrijving van de procedure;
•
Bestek ten behoeve van de opdracht met selectie / toetsing criteria en
gunningcriteria;
•
De publicatie van de uitvraag;
•
De Nota van Inlichtingen;
Niet openbaar
•
De ingediende offertes;
•
Het proces verbaal van de opening van de offertes;
•
De gespreksverslagen en gunningmatrices uit de gunningfase;
•
De beoordeling van de offertes;
•
Motivering van de gemaakte keuze;
•
De gunningbrieven en afwijzingsbrieven;
•
Het proces verbaal van de gunning;
•
Het contract met de gegunde partij(en).
Leeswijzer
Dit bestek bestaat uit zes documenten.
Dit Document 1 geeft een algemene inleiding en schetst de achtergronden en
uitgangspunten van de opdracht en geeft een algemeen overzicht over de opzet en
de betekenis van een transparante aanbestedingsprocedure.
Document 2 beschrijft de te volgen offerteprocedure met het bijbehorende
offertereglement. Dat document geeft ook een overzicht van de verschillende
toetsing / selectie criteria en gunning criteria alsmede de wijze waarop de
inschrijvingen beoordeeld zullen worden en de informatie die inschrijvers bij het
opstellen dienen op te nemen bij hun inschrijving.
Document 3 geeft het Programma van Eisen (PvE).
Document 4 bevat de Overeenkomst zoals de Stichting IJscomplex Jaap Eden die
wenst te gaan afsluiten.
Document 5 bevat de Nota van Inlichtingen, die naar aanleiding van de vragen en
bezwaren wordt opgesteld. Deze is beschikbaar vanaf 10 januari 2013 en wordt op
verzoek verstrekt.
Document 6 bevat een aantal bijlagen met invulformulieren ten behoeve van deze
offerteprocedure.
Document 2
2
Offertereglement
2.1
Transparante offerteprocedure
Artikel 1.
Procedurebeschrijving
De transparante offerteprocedure vindt plaats conform dit Offertereglement
Artikel 2.
0
T
Tijdsplanning transparante offerteprocedure
actie
dag
datum
Aankondiging via persbericht
en advertenties
Verzending aanvraag tot
offertes
Rondleidingen (op aanvraag)
en formele vragen stellen
maandag
15 oktober 2012
maandag
26 november 2012
maandag
tot en met
vrijdag
tot
woensdag
3 december 2012
tot en met
14 december 2012
maandag
en dinsdag
7 januari 2013 en
8 januari 2013
woensdag
9 januari 2013
donderdag
10 januari 2013
dinsdag
26 februari 2013
dinsdag
26 februari 2013
maandag
tot
maandag
donderdag
I maart 2013 tot
II maart 2013
Indienen formele vragen en
bezwaren
6
T
9
10
Overleg over vragen en
bezwaren tussen potentiele
inschrijvers en de
Toetsingscommissie
Vaststellen Nota van
Inlichtingen (beantwoording
van vragen en bezwaren) door
het Bestuur
Nota van Inlichtingen naar alle
potentiele inschrijvers
Uiterste datum en tijdstip te
overleggen inschrijvingen
Opening overlegde
inschrijvingen
Werkzaamheden van de
Beoordelingscommissie
Afronding beoordeling
inschrijvingen en voordracht
tot keuze van de begunstigde
inschrijver aan het bestuur
19 december 2012
14 maart 2013
tijd
12.00
uur
12.00
uur
14.00
uur
11
Streefdatum gunningbeslissing donderdag
21 maart 2013
12
Schriftelijke mededeling aan
elk van de inschrijvers apart en
vertrouwelijk over de
gunningbeslissing
Bezwaartermijn
maandag
25 maart 2013
maandag
tot en met
woensdag
vrijdag
vrijdag
25 maart 2013
maandag
1 mei 2013
13
14
15
16
Gunning
Ondertekening contract en
start voorbereidingen voor
opdracht
Start uitvoering van opdracht
10 april 2013
12 april 2013
19 april 2013
20.00
uur
12.00
uur
n.b. de onder de punten 3, 6, 7 en 8 gestelde termijn zijn zogenaamde fatale
termijnen: aanmeldingen voor de punten 3 en 7 welke later binnen komen dan de
genoemde termijn zullen ongeopend geretourneerd worden en worden dus ook niet
in de beoordeling betrokken. De overige termijnen gelden als richtinggevend en zijn
derhalve niet bindend.
Artikel 3.
Rondleidingen en algemene inlichtingen
1. Voor rondleidingen en algemene inlichtingen dient de potentiele inschrijver zich te
richten tot Mevr. E. van der Weerden, directeur van Jaap Eden Usbaan. Telefoon
020 - 6949652.
2. De rondleidingen worden gehouden van 3 december tot en met 14 december
2012. Het is mogelijk om algemene vragen betreffende Jaap Eden Usbaan en het
schaatsen op Jaap Eden te stellen.
3. Aan de informatie gegeven tijdens de rondleiding kunnen geen rechten worden
ontleend.
4. Het is tijdens de rondleiding niet toegestaan vragen te stellen over de inhoud van
het aanbestedingsdocument en alle aanvullende documenten.
Artikel 4.
Formele vragen en bezwaren
Formele vragen en bezwaren dienen enkelvoudig, zowel schriftelijk per post als
digitaal te worden ingediend uiterliik op 19 december 2012 om 12.00 uur bij:
Stichting IJscomplex Jaap Eden
T.a.v.
Mevr. E. van der Weerden
Adres: Radioweg 64
1098 NJ Amsterdam
Mailadres: [email protected]
Artikel 5.
Inschrijving en sluitingsdatum
De inschrijving dient voor elk perceel apart te worden ingediend. De beschrijving van
de percelen is opgenomen in het Programma van Eisen (PvE).
De inschrijving dient enkelvoudig, zowel schriftelijk per post als digitaal, te worden
ingediend uiterliik op dinsdaq 26 februari om 12.00 uur bij:
Stichting Uscomplex Jaap Eden
Notaris Spier en Hazenberg
T.a.v.
Mr. H.J.M. van den Eerenbeemt
Adres: Westeinde 24
1017 ZP Amsterdam
Mailadres: [email protected]
1. Persoonlijke overhandiging is mogelijk op werkdagen tussen 9.00 uur en 16.00 uur
en op voorafgaande aan de sluitingstijd en -datum op het onder 1. genoemde
adres: Westeinde 241017 ZP Amsterdam
2. De Inschrijver draagt het risico voor en de bewijslast van de tijdige overlegging van
zijn inschrijving.
3. Een prijs dient zowel in cijfers als in letters te worden vermeld. Als deze niet met
elkaar overeenstemmen, geldt de prijs in letters.
4. Na ontvangst van inschrijvingen zullen geen wijzigingen in de inschrijving worden
geaccepteerd.
5. Inschrijvers zijn verplicht, na een verzoek daartoe van Jaap Eden Usbaan, de
inhoud van hun inschrijving te verduidelijken en hierover met Jaap Eden en/of door
Jaap Eden benoemde personen besprekingen te voeren.
6. Inschrijvers kunnen zelfstandig of in samenwerkingsvorm met andere ondernemers
inschrijven op onderhavig opdracht. Indien wordt ingeschreven in
samenwerkingsvorm dient aangegeven te worden welke werkzaamheden in
onderaanneming worden gegeven en bij wie. Hiertoe dient u de Biilage 1a "Inzet
onderaannemer" in te vullen. Bovendien dient u aan te tonen dat u voor de
uitvoering van de werkzaamheden daadwerkelijk kunt beschikken over de voor de
uitvoering noodzakelijke middelen van deze onderaannemer of derde, bijvoorbeeld
door middel van een intentieverklaring. (nb. Financiele aspecten verbonden aan de
inzet van een samenwerking of onderaanneming worden geacht in de offerte te
zijn verwerkt)
7. Het is niet toegestaan meerdere inschrijvingen per perceel in te dienen. Het is wel
toegestaan om op meerdere percelen in te schrijven.
Artikel 6.
Modelformulieren
De modelformulieren moeten op de gevraagde manier per perceel worden ingevuld
en ondertekend. In te vullen modelformulieren worden ook digitaal via e-mail ter
beschikking gesteld. Het is niet toegestaan om de vaste tekst van de
modelformulieren aan te vullen en/of te wijzigen. Het modelformulier is ongeldig
indien de vaste tekst van een modelformulier is aangevuld en/of gewijzigd.
Artikel 7.
Bepaling van keuze Opdrachtnemer
1. Jaap Eden spreekt de voorkeur uit voor een opdrachtnemer met aantoonbare
kennis en ervaring in de (schaats)sport.
2. Voor de gunning van de opdracht komen alleen Inschrijvers in aanmerking die
zowel op de dag van de opening als op de dag van de gunning van de opdracht
niet in een omstandigheid verkeren ingevolge de uitsluitingscriteria, en die
voldoen aan de geschiktheidseisen als vermeld in het bestek en dit
offertereglement.
3. Dat de Inschrijver bij zijn inschrijving een eigen verklaring als genoemd in Artikel
9 lid 7 heeft overgelegd betreffende het niet in een omstandigheid verkeren
ingevolge de uitsluitingscriteria, laat onverlet, dat Opdrachtgever voorafgaand
aan het moment van gunning van de opdracht kan eisen dat de betreffende
Inschrijver alsnog de in het bestek of dit offertereglement genoemde officiele
bewijsstukken en verklaringen aan Opdrachtgever overlegt.
4. Onverminderd het bepaalde in lid 2 en 3 van dit artikel geschiedt de gunning van
de opdracht aan de Inschrijver met de vanuit het oogpunt van Opdrachtgever
economisch meest voordelige inschrijving, gelet op de gunningcriteria als
aangegeven in paragraaf 2.3.2.
5. Opdrachtgever zal de Inschrijvers aan wie de opdracht niet wordt gegund
hierover schriftelijk mededeling doen.
6. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor om in gevallen waarin dit bestek niet
voorziet, een beslissing te nemen of een regeling te treffen.
7. Uit deze aanbestedingsprocedure vloeien geen andere verplichtingen voort
voor opdrachtgever dan de verplichting zich aan de aanbestedingsprocedure te
houden. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor de opdracht uiteindelijk niet
aan te besteden. In dat geval hebben de inschrijvers geen recht op
schadevergoeding betreffende de gemaakte kosten in het kader van de
aanbesteding.
2.2
Toetsing / selectie criteria
Artikel 8.
Algemeen
1. Bij deze offerteprocedure worden de in deze paragraaf omschreven criteria
gehanteerd. Om te kunnen beoordelen of Inschrijver aan de toetsing / selectie
criteria voldoet, dient de Inschrijver de in deze paragraaf genoemde gegevens in
te dienen. In geval van het ontbreken van vorenbedoelde te overleggen
gegevens bij de inschrijving behoudt Opdrachtgever zich het recht voor de
inschrijving terzijde te leggen.
2. Naast de in de navolgende artikelen genoemde uitsluitings- en
geschiktheidseisen geldt dat Inschrijvers zich door middel van het model
inschrijvingsbiljet in Biilage 2a: model inschriivingsbiliet akkoord moeten
verklaren met de inhoud van het bestek. Indien een Inschrijver zich niet volledig
akkoord verklaart, behoudt Opdrachtgever zich het recht voor de betreffende
inschrijving niet in behandeling te nemen.
2.2.1
Uitsluitingcriteria
Artikel 9.
Algemene gronden voor uitsluiting van deelneming
1. Van deelneming aan de opdracht wordt uitgesloten iedere Inschrijver jegens wie
bij een onherroepelijk vonnis een veroordeling om een of meer van de hieronder
opgegeven redenen is uitgesproken, waarvan Opdrachtgever kennis heeft:
- deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2 lid 1 van
Gemeenschappelijk Optreden 98/773/JBZ van de Raad;
- omkoping in de zin van artikel 3 van het besluit van de Raad van 26 mei 1997,
respectievelijk artikel 3 lid 1 van Gemeenschappelijk Optreden 98/742/JBZ
van de Raad;
- fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de
bescherming van de financiele belangen van de Gemeenschap;
- witwassen van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de
Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiele
stelsel voor het witwassen van geld.
2. Opdrachtgever sluit iedere Inschrijver jegens wie bij een onherroepelijk vonnis of
arrest een veroordeling is uitgesproken op grond van artikel 140,177,177a, 178,
225, 226, 227, 227a, 227b of 323a, 328ter, tweede lid, 416, 417, 417bis, 420bis,
420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht van deelneming uit.
3. Opdrachtgever kan om dwingende redenen van algemeen belang afwijken van
de verplichting, bedoeld in lid 1 en lid 2 van dit artikel.
4. Van deelneming aan de offerteprocedure kan iedere inschrijver door
Opdrachtgever worden uitgesloten:
a. die in staat van faillissement of van liquidatie verkeert, wiens werkzaamheden
zijn gestaakt, jegens wie een surseance van betaling of een akkoord geldt of
die in een andere vergelijkbare toestand verkeert ingevolge een soortgelijke
procedure die voorkomt in de op hem van toepassing zijnde wet- of
regelgeving van een lidstaat van de Europese Unie;
b. wiens faillissement of liquidatie is aangevraagd of tegen wie een procedure
van surseance van betaling of akkoord dan wel een andere soortgelijke
procedure die voorkomt in de op hem van toepassing zijnde wet- of
regelgeving van een lidstaat van de Europese Unie, aanhangig is gemaakt;
c. jegens wie een rechterlijke uitspraak met kracht van gewijsde volgens de op
hem van toepassing zijnde wet- of regelgeving van een lidstaat van de
Europese Unie is gedaan, waarbij een delict is vastgesteld dat in strijd is met
zijn beroepsgedragsregels;
d. die in de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan,
vastgesteld o p een grond die Opdrachtgever aannemelijk kan maken;
e. die niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan ten aanzien van de betaling van
de sociale zekerheidsbijdragen overeenkomstig de wettelijke bepalingen van
het land waar hij is gevestigd of van Nederland;
f. die niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan ten aanzien van de betaling van
zijn belastingen overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij
is gevestigd of van Nederland;
5.
6.
7.
8.
9.
10.
g. die zich in ernstige mate schuldig heeft gemaakt aan valse verklaringen bij het
verstrekken van de inlichtingen die worden verlangd, of die inlichtingen niet
heeft verstrekt.
Opdrachtgever kan in .verband met de toepassing van lid 1, 2 of lid 4 van dit
artikel de Inschrijver verzoeken om bewijsstukken of verklaringen te overleggen
teneinde te kunnen vaststellen of een Inschrijver niet in de omstandigheden als
genoemd lid 1, 2 en lid 4 sub a tot en met f van dit artikel verkeert.
Van deelneming aan de aanbestedingsprocedure kan iedere inschrijver door de
Opdrachtgever worden uitgesloten:
a. die zelf of wiens onderaannemer een gerechtelijke procedure tegen
Opdrachtgever heeft aangespannen en welke nog voort duurt;
b. die zelf of wiens onderaannemer moedwillig de goede naam van Jaap
Eden bij de gemeente Amsterdam en/of bij het publiek direct en/of via de
media en/of de "social media" aantast.
Opdrachtgever kan in verband met de toepassing van lid 6 van dit artikel de
Inschrijver verzoeken om bewijsstukken of verklaringen te overleggen teneinde te
kunnen vaststellen of een Inschrijver niet in de omstandigheden als genoemd lid
6 van dit artikel verkeert.
Onverlet het bepaalde in lid 5 van dit artikel dient ten aanzien van de
omstandigheden als genoemd in lid 1, 2 en lid 4 onder sub a tot en met sub g
van dit artikel de Inschrijver bij zijn inschrijving te overleggen een door een
vertegenwoordigingsbevoegde ondertekende eigen verklaringen overeenkomstig
de eigen verklaring als opgenomen in Bijlage 3: Eigen verklaring en de eigen
verklaring als opgenomen in Bijlage 8: Eigen verklaring inzake Nota van
Inlichtingen.
Met deze eigen verklaring geeft de Inschrijver aan dat hij voldoet aan de
minimaal noodzakelijke voorwaarden voor het verkrijgen van de gevraagde
bewijsstukken en verklaringen en dat hij in staat is de gevraagde bewijsstukken
en verklaringen binnen twee weken na een verzoek daartoe door Opdrachtgever
aan deze te verstrekken. Deze eigen verklaring dient ondertekend te zijn door
een bestuurder die de Inschrijver rechtsgeldig vertegenwoordigt.
Indien de Inschrijver er niet in slaagt om de bewijsstukken en verklaringen binnen
de in lid 9 van dit artikel genoemde termijn aan Opdrachtgever te verstrekken,
dan wordt hij geacht hiertoe niet in staat te zijn.
Artikel 10.
Inschrijving in handelsregister
1. Om voor gunning van de opdracht in aanmerking te kunnen komen, dient de
Inschrijver ingeschreven te zijn in het handelsregister.
2. Teneinde te kunnen beoordelen of de Inschrijver heeft voldaan aan de in lid 1
van dit artikel opgenomen eis dient de Inschrijver een bewijs van inschrijving in
het handelsregister te overleggen. Het bewijs dient de actuele stand van zaken
met betrekking tot de Inschrijver weer te geven en mag niet ouder zijn dan
maximaal 6 maanden.
2.2.2
Geschiktheideisen
Artikel 11.
Financiele en economische draagkracht
1. Om voor gunning van de opdracht in aanmerking te kunnen komen dient de
Inschrijver aannemelijk te maken dat hij:
a. beschikt over voldoende economische draagkracht om de opdracht zonder
financiele risico's voor Opdrachtgever tot een goed einde te brengen.
b. deugdelijk verzekerd is voor bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheid;
2. Teneinde te kunnen beoordelen of de Inschrijver heeft voldaan aan de in lid 1
van dit artikel genoemde eisen, dient de Inschrijver bij zijn inschrijving de
volgende gegevens te overleggen:
a. de jaarverslagen en de jaarrekeningen van de afgelopen drie boekjaren, ten
minste bestaande uit een (geconsolideerde) balans en een verlies- en
winstrekening van de onderneming van de Inschrijver met een toelichting
hierop, opgemaakt door een accountant als bedoeld in art. 2:393, eerste lid,
van het burgerlijk wetboek dan wel een daaraan gelijk te stellen functionaris uit
het land van vestiging van de Inschrijver;
b. een verzekeringsbewijs voor bedrijfsaansprakelijkheid, waaruit naar het
oordeel van Opdrachtgever blijkt dat Inschrijver op adequate wijze tegen
civiele aansprakelijkheid verzekerd is.
De dekking dient ten minste € 1.000.000,= per gebeurtenis te bedragen met
een maximum van € 2.500.000,- per kalenderjaar;
3. Indien de Inschrijver geen officiele stukken heeft gepubliceerd en neergelegd,
kan worden volstaan met interne stukken. Indien de Inschrijver deel uitmaakt van
een groep (holding, concern of beheersmaatschappij) en de jaargegevens zijn
geconsolideerd met de gegevens van de groep, dan kunnen in plaats van de
eigen financiele gegevens de geconsolideerde financiele gegevens ingediend
worden. In dit laatste geval dient tevens een verklaring van de
moedermaatschappij te worden overgelegd waaruit blijkt dat zij zich volledig
verantwoordelijk stelt voor de uitvoering van de opdracht en de financiele
draagkracht van de onderneming van de Inschrijver.
4. Indien de Inschrijver vanwege gegronde redenen niet in staat is de in lid 2 van dit
artikel genoemde gegevens te overleggen, kan hij ook door andere documenten
die Opdrachtgever geschikt acht aantonen dat zijn economische draagkracht
voor de uitvoering van de opdracht voldoende is.
Artikel 12. Referenties
1. Om voor de opdracht in aanmerking te komen, moet de Inschrijver over
voldoende bekwaamheid beschikken om de opdracht uit te kunnen voeren.
2. Om te kunnen beoordelen of de Inschrijver aan de in lid 1 van dit artikel
genoemde eis heeft voldaan dient de Inschrijver bij zijn inschrijving de volgende
gegevens te overleggen:
a. Inschrijver dient door middel van minimaal en maximaal 2 referenties aan te
tonen dat hij gedurende de laatste drie jaren voorafgaande aan de datum
van de inschrijving inzake deze offerte ervaring heeft opgedaan, die dient
te worden onderbouwd door een korte omschrijving van verrichte en in
aard vergelijkbare opdracht in verschillende branches met hierin in ieder
geval vermeld: de aard en omvang van de opdracht, de contractperiode en
de concrete resultaten.
b. Voor iedere referentie dient door Inschrijver gebruik gemaakt te worden
van het model conform Biilage 4 Referentieverklaring.
c. Als bewijs dient bij iedere referentie een specifiek bij deze referentie
behorende door de toenmalige Opdrachtgever ondertekende
tevredenheidverklaring op briefpapier van Opdrachtgever waar de
werkzaamheden zijn uitgevoerd bijgevoegd te worden.
d. Referenties kunnen door of namens Opdrachtgever worden getoetst.
Artikel 13.
Aanvulling en toelichting gegevens
Op verzoek van Opdrachtgever dient de Inschrijver overgelegde getuigschriften en/of
bescheiden aan te vullen of nader toe te lichten.
Artikel 14.
Te overleggen verklaringen en beschrijvingen
Voor de selectie van Inschrijvers is het noodzakelijk dat alle in het offertereglement
vermelde verklaringen en beschrijvingen in de inschrijving zijn opgenomen. Het niet
voldoen aan de gestelde selectiecriteria kan leiden tot uitsluiting van deelname aan
de offerteprocedure.
2.3
Gunning criteria
Artikel 15.
Algemeen
Bij deze offerteprocedure worden de in deze paragraaf omschreven gunning criteria
gehanteerd. Om de kwaliteit van de Inschrijver te kunnen beoordelen volgens de
gunning criteria, dient de Inschrijver de in deze paragraaf genoemde gegevens in te
dienen. In geval van het ontbreken van vorenbedoelde te overleggen gegevens bij de
inschrijving behoudt Opdrachtgever zich het recht voor de inschrijving terzijde te
leggen.
2.3.1
Artikel 16.
Beoordelingsprocedure
Beoordelingsprocedure inschrijvingen
De beoordelingsprocedure start na het uiterste tijdstip waarop de Inschrijver zijn
inschrijving heeft overgelegd. De beoordelingsprocedure zal als volgt geschieden:
8
Stap 1 Toets op compleetheid van de inschrijving
Opdrachtgever toetst of de ingediende inschrijving compleet is. Opdrachtgever
behoudt zich het recht voor verduidelijkende vragen te stellen over de ontvangen
inschrijvingen. Inschrijvers dienen deze vragen binnen 7 dagen te beantwoorden.
Het niet voldoen aan deze voorwaarde kan leiden tot het niet verder in
behandeling nemen van de inschrijving.
Stap 2 Beoordeling op selectiecriteria
Opdrachtgever toetst of de Inschrijvers voldoen aan alle in paragraaf 2.2 van het
offertereglement opgenomen toetsing/selectiecriteria (uitsluitinggronden en
geschiktheideisen). Inschrijvers die niet voldoen aan een of meer van deze
criteria, worden uitgesloten.
Stap 3 Toets op conformering aan het PvE
Opdrachtgever toetst of de Inschrijver zich conformeert aan alle eisen en
bepalingen van het Programma van Eisen. Een inschrijving die niet voldoet aan
het Programma van Eisen kan worden aangemerkt als niet geschikt. Zulks kan
leiden tot ongeldigverklaring van de inschrijving.
Stap 4 Toets op conformering aan de Overeenkomst
Opdrachtgever toetst of de Inschrijver zich conformeert aan de Overeenkomst als
gegeven in Document 4. Een inschrijving die deze toets niet doorstaat, wordt
aangemerkt als niet geschikt. Zulks leidt tot ongeldigverklaring van de
inschrijving.
Stap 5 Beoordeling op gunningcriteria
Opdrachtgever is voornemens de overeenkomst, onder de voorwaarden als
opgenomen in dit Offertereglement te gunnen aan de Inschrijver met de vanuit
het oogpunt van Opdrachtgever economisch meest voordelige inschrijving. De
inschrijvingen worden beoordeeld op de gunningcriteria als vermeld in paragraaf
2.3.2.
2.3.2
Gunning criteria
Artikel 17.
Gunning criteria algemeen
Er wordt een overeenkomst aangegaan met de Inschrijver met de vanuit het oogpunt
van de Opdrachtgever economisch meest voordelige inschrijving. Dit behoeft niet
perse de goedkoopste aanbieding te zijn. Dit leidt tot de volgende weging van
criteria:
gunningcriteria
maximale score
1. Prijs
50
2. Kwaliteit
50
onderverdeling
a. plan van aanpak
25
b. plan voor samenwerken
25
Totaal
100
Artikel 18.
Gunning criterium Priis
Wijze van beoordelen kwantitatieve gunningcriteria
Op het gunningcriterium Prijs kunnen maximaal 50 punten worden behaald.
Op basis van de totaalprijs als opgegeven in het prijzenformulier (Bijlage 2 b).
De gekozen parameters leiden tot een score van 50 punten voor de Inschrijver met
de laagste berekende totaalprijs. Pro rata wordt de individuele score van de andere
Inschrijvers berekend met behulp van de navolgende formule:
P
S: score
P: totaalprijs Inschrijving
Piaagste: laagste totaalprijs van alle Inschrijvingen
Artikel 19.
Gunning criterium Kwaliteit
Wijze van beoordelen gunningcriterium Kwaliteit
- De beoordeling van de kwaliteit geschiedt door "De
beoordelingscommissie". (zie artikel 31).
- Bij de kwalitatieve gunningcriteria kent de beoordelingscommissie per
gunningcriterium een waardering toe in de vorm van een geheel cijfer
tussen minimaal 1 en maximaal 10 punten.
- De beoordelingscommissie baseert haar waarderingen op het totaalbeeld
van de kwaliteit van de inschrijving met betrekking tot het desbetreffende
gunningcriterium.
- De gunningcriteria zijn voorzien van een toelichting, waarin elementen
worden genoemd die voor Opdrachtgever van belang zijn. Deze elementen
zijn slechts genoemd ter toelichting ten behoeve van Inschrijver en zijn niet
te beschouwen als nadere "subgunningcriteria". De genoemde elementen
zijn niet in volgorde van belangrijkheid opgenomen en zijn evenmin
uitputtend.
- De waardering van de beoordelingscommissie wordt vervolgens omgezet in
een score. Hierbij geldt dat een waardering met het cijfer 10 gelijk staat aan
de maximaal te behalen score op het desbetreffende gunningcriterium. Een
lager cijfer leidt tot een evenredig lagere score.
10
Voorbeeld:
gunningcriterium 2 a - Kwaliteit plan van aanpak
Maximale score = 25 punten
cijfer van
beoordelingscommissie
10
8
6
Artikel 20.
score
10/10x25
9/10x25
8/10x25
7/10x25
6/10x25
5/10x25
4/10x25
3/10x25
2/10x25
1/10x25
25
22,5
20
17,5
15
12,5
10
7,5
punten
punten
punten
punten
punten
punten
punten
punten
punten
2,5 punten
Gunningcriterium : Prijs
De beoordeling van gunningcriterium 1 vindt plaats aan de hand van de prijs zoals
opgegeven in zijn Prijzenformulier (Bijlage 2b: Inschrijvingsbiljet
Prijzenformulier).
Artikel 21.
Gunningcriteria : Kwaliteit
Gunningcriterium: Kwaliteit plan van aanpak
In het Programma van Eisen zijn eisen opgenomen met betrekking tot de uit te voeren
werkzaamheden. Hiertoe wenst de Opdrachtgever een beschrijving te ontvangen hoe
de Inschrijver invulling geeft aan een aantal aspecten van deze werkzaamheden.
De kwaliteit van de invulling hiervan wordt met dit gunningcriterium beoordeeld.
De volgende elementen spelen (onder andere) een rol:
a. Strategie en visie op deze werkzaamheden;
b. Wijze van organisatie;
c. Kennis van de schaatssport;
d. Beschrijving hoe de inschrijver kennis bijhoudt en gebruikt in de uitvoering
van de werkzaamheden;
e. Beschrijving hoe de inschrijver waarborgt dat de instructeurs, die op Jaap
Eden al actief zijn, zullen worden ingezet;
f. Wijze waarop gekwalificeerd medewerkers worden geselecteerd;
g. Voorgestelde wijze van administratie van ingezette medewerkers;
h. Beschrijving van de borging van kwaliteit, enthousiasme en capaciteit;
11
i.
Beschrijving van de wijze waarop nieuwe initiatieven op het gebied van
schaatsen worden gestimuleerd en gemcorporeerd.
Ten aanzien van de beschrijving geldt: hoe completer en
vertrouwenwekkender de beschrijving en hoe efficienter de voorgestelde
werkwijze, des te hoger de score.
Gunningcriterium: Kwaliteit plan van samenwerken
Het plan van samenwerken bevat de beschrijving van alle activiteiten en de
planning van die activiteiten die noodzakelijk zijn om vanaf het moment van
gunning te waarborgen dat samenwerking op het terrein van Jaap Eden I Jsbaan
en met de opdrachtgever goed verloopt.
Daarnaast dient inzichtelijk te worden gemaakt hoe door dit samenwerken het
verblijf van de gebruikers van Jaap Eden I Jsbaan kan verbeteren en
veraangenamen. Ook dient inzichtelijk te worden gemaakt hoe door dit
samenwerken de binding met de klanten kan verbeteren en het gebruik van Jaap
Eden Usbaan kan toenemen.
De kwaliteit van dit implementatieplan wordt met dit gunningcriterium beoordeeld.
De volgende elementen spelen (onder andere) een rol:
1. De beschrijving van de rol van de inschrijver ten opzichte van de
opdrachtgever en hun beider verantwoordelijkheden;
2. De beschrijving van de rol van de inschrijver ten opzichte van de
schaatsverenigingen, die actief zijn op Jaap Eden Usbaan;
3. De beschrijving van de rol van de inschrijver ten opzichte van de rollen en
verantwoordelijkheden van de andere concessiehouders op Jaap Eden
Usbaan;
4. De mate van detaillering van het plan van samenwerken;
5. Kwaliteit communicatieparagraaf (overlegmomenten Opdrachtgever);
6. De kwaliteit van de planning. In de planning worden opgenomen de uiterste
data waarop harde afspraken moeten zijn gerealiseerd met Opdrachtgever.
Ten aanzien van de beschrijving geldt: hoe completer en
vertrouwenwekkender de beschrijving en hoe efficienter de voorgestelde
werkwijze, des te hoger de score.
Het bepaalde in dit artikel laat onverlet dat aan de minimumeisen uit het
programma van eisen onverkort dient te worden voldaan conform het gestelde in
Document 3 (PvE).
12
2.4
Slotbepalingen
Artikel 22.
Toepasselijkheid van het reglement
1. ledere inschrijver wordt geacht kennis genomen te hebben van dit
offertereglement en door overlegging van de inschrijving te hebben ingestemd
met de toepasselijkheid hiervan.
2. Alle documenten en de bij deze documenten opgenomen bijlagen maken
integraal onderdeel van de uitvraag voor deze aanbesteding.
Artikel 23.
Algemene verklaring van de Opdrachtgever
1. inschrijvers dienen bij het opmaken van hun inschrijving uit te gaan van de
gegevens die door Opdrachtgever zijn verstrekt in alle documenten van deze
aanbesteding.
2. De gegevens en dan met name de managementgegevens als door derden aan
Opdrachtgever verstrekt, zijn in de aanvraag van offerte naar beste weten en
kunnen aan de inschrijvers verstrekt. Opdrachtgever kan niet garanderen dat er
in de vorenbedoelde gegevens geen onvolkomenheden zitten. Opdrachtgever
kan voor de inhoud van de vorenbedoelde gegevens niet aansprakelijk worden
gesteld.
Artikel 24.
Afgelasten aanbestedingsprocedure
1. De opdrachtgever behoudt zich het recht voor de aanbesteding als mislukt te
beschouwen en af te gelasten indien er minder dan twee partijen hebben
ingeschreven en zijn toegelaten tot de beoordeling door de
beoordelingscommissie;
2. Inschrijvende partijen worden niet toegelaten tot de beoordelingscommissie
indien zij niet de benodigde papieren hebben ingevuld of te laat indienen of niet
aan de toetsing/selectie-eisen voldoen of uitgesloten zijn op grond van artikelen in
paragraaf 2.3.;
3. Indien een inschrijver niet wordt toegelaten, wordt dit met redenen omkleed zo
spoedig mogelijk aan de inschrijver bericht;
4. Indien de aanbesteding is mislukt, wordt dit zo spoedig mogelijk aan de
inschrijver(s) bericht.
13
Artikel 25.
Marktconformiteit van prijzen en tarieven
1. De door Inschrijver aangeboden prijzen en/of tarieven dienen marktconforme
prijzen en tarieven te zijn, zodanig dat er geen sprake lijkt te zijn van een
abnormaal laag lijkende inschrijving.
2. Wanneer een inschrijving is gedaan die in verhouding tot de te verrichten
diensten abnormaal laag lijkt, verzoekt Opdrachtgever, voordat zij deze
inschrijving kan afwijzen, schriftelijk om de door hen nodig geachte
verduidelijkingen over de samenstelling van de desbetreffende inschrijving
Artikel 26.
Varianten
Varianten afwijkend van de eisen in het bestek zijn niet toegestaan.
Artikel 27.
Gestanddoeningstermijn
1. De Inschrijver moet zijn inschrijving gestand doen op de dag van de start van de
voorbereidingen voor de opdracht.
2. Opdrachtgever kan verzoeken de termijn van gestanddoening te verlengen. Aan
een zodanig verzoek kan de Inschrijver geen aanspraak op gunning van de
opdracht ontlenen.
Artikel 28.
Gemaakte kosten
1.
De door een Inschrijver in verband met de deelname aan de offerteprocedure
gemaakte kosten worden niet vergoed.
2. Opdrachtgever kan niet door een Inschrijver aansprakelijk worden gesteld voor
kosten en/of andere uitgaven, gemaakt of te maken door een Inschrijver met
betrekking tot de inschrijving, noch tijdens de inschrijvingsperiode, noch tijdens
mogelijke besprekingen, ongeacht of deze besprekingen al dan niet tot het
verlenen van een opdracht aan de Inschrijver leiden.
Artikel 29.
Procedurevoorwaarden
1. Door in te schrijven accepteert en conformeert de Inschrijver zich onverkort aan
onderstaande voorwaarden tot deelname aan de procedure voorafgaande aan
de inschrijving tot na de definitieve gunning en hieronder geduide voorbehouden.
2. Vertrouwelijkheid: Deze vraag naar offerte dient volstrekt vertrouwelijk te blijven
en door een inschrijver slechts aan medewerkers te worden getoond, die voor
het indienen van de inschrijving daarvan kennis moeten nemen. De
14
vertrouwelijkheid zal ook in acht worden genomen, indien de inschrijving niet tot
gunning zal leiden. Voorts zal de door Inschrijver verstrekte informatie als
vertrouwelijk worden behandeld.
3. Onafhankelijkheid Beoordelingscommissie: De beoordelingscommissie
opereert onafhankelijk van de Stichting IJscomplex Jaap Eden. Het is Inschrijvers
niet toegestaan contact te hebben met de leden van de Beoordelingscommissie.
4. Intellectuele Eigendom: Niets uit deze uitvraag mag zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van Opdrachtgever worden openbaar gemaakt en/of
vermenigvuldigd.
5. Algemene Voorbehouden:
a. Opdrachtgever kan niet worden verplicht de opdracht dan wel onderdelen van
de opdracht als genoemd in het programma van eisen op te dragen.
b. Opdrachtgever zal niet verplicht zijn interne documenten, zoals de resultaten
van evaluaties en adviezen inzake de kwalificatie en gunning aan de
Inschrijvers bekend te maken.
c. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor om de procedure op ieder gewenst
moment tijdelijk te staken of definitief te beeindigen. Inschrijvers kunnen in
voorkomend geval geen aanspraak maken op vergoeding van enigerlei
kosten gemaakt in het kader van deze offerteprocedure.
d. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor om gedurende de looptijd van de
offerteprocedure de randvoorwaarden van de procedure te wijzigen al naar
gelang nieuwe inzichten of ontwikkelingen daartoe nopen. In dat geval zal
Inschrijvers de mogelijkheid geboden worden om op basis van de nieuwe
randvoorwaarden een inschrijving te doen. Inschrijvers kunnen in
voorkomend geval echter geen aanspraak maken op vergoeding van
enigerlei kosten gemaakt in het kader van deze procedure.
e. Een inschrijving die niet voldoet aan het bestek is ongeldig. Eveneens
ongeldig is een inschrijving waaraan een of meer voorwaarden zijn
verbonden.
f. Een inschrijving dient onherroepelijk te zijn. Een inschrijving die niet
onherroepelijk is, is ongeldig.
Artikel 30.
De Toetsingscommissie
1. De Toetsingscommissie opereert onafhankelijk van het bestuur van de Stichting Jaap
Eden Usbanen.
15
2. De Toetsingscommissie bestaat uit de volgende leden:
a. De heer mr. F.J. Majoor
b. De heer A.H. van Drooge
Zij worden bijgestaan door mevrouw E. van der Weerden, directeur van de
Stichting IJscomplex Jaap Eden
3. De toetsingscommissie voert gesprekken met alle potentiele inschrijvers, die vragen
hebben over en bezwaren maken tegen het Offertereglement, het Programma van
Eisen en de concept overeenkomst.
4. De Toetsingscommissie stelt de Nota van Inlichtingen op en legt die ter vaststelling
voor aan het Bestuur van de Stichting IJscomplex Jaap Eden.
Artikel 31.
De Beoordeiingscommissie
1. De Beoordelingscommissie opereert onafhankelijk van het bestuur van de Stichting
Jaap Eden I Jsbaan.
2. De Beoordelingscommissie bestaat uit de volgende leden:
a. De heer mr P.E. Wevers, voorzitter ORAM, lid algemeen bestuur VNO-NCW,
Voorzitter branchevereniging van de Amsterdamse haven, bestuurslid Stichting
Vrienden van Jaap Eden en enthousiast fietser, hardloper en schaatser;
b. Mevrouw E. van Dam, Opleidingsmanager Johan Cruyff University en
Sportmarketing bij de Hogeschool van Amsterdam;
c. De heer dr. ir. H.H.J, van der Poel, directeur Mulier Instituut te Utrecht voor
sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek en bestuurslid van de Stichting
IJscomplex Jaap Eden;
d. Mevrouw drs. M.C. Portengen mid., zelfstandig ondernemer; eigenaar Riet
Portengen Holding BV (SoNeStra BV en TOPIC BV); meer dan 40 jaar actief
Schaatser op ijsbaan en verbonden an verenigingsleven; promotor van
Schaatssport in brede zin;
e. De heer dr. C. Vervoorn, lector Topsport en Onderwijs, Universiteit van
Amsterdam en Hogeschool van Amsterdam.
3. De Beoordelingscommissie beoordeelt de inschrijvers aan de hand van de gegevens,
die de inschrijver verstrekt in het Plan van Aanpak (bijlage 7) en Plan van
Samenwerken (bijlage 8). De commissie betrekt hierbij de Referentieverklaring
(bijlage 4) en het Inschrijvingsbiljet (bijlage 2 a). Tevens toetst de commissie de
Algemene gegevens (bijlage 1) en de inzet van onderaannemers (bijlage 1 A).
4. Het is inschrijvers niet toegestaan te spreken met of te schrijven aan leden van de
beoordelingscommissie. Indien dat toch geschiedt, is zulk contact reden tot uitsluiting.
5. Er is een Reglement van de Beoordelingscommissie opgesteld. Zie 2. Bijlage 1.
16
Artikel 32.
Gunning onder opschortende voorwaarde
Indien binnen 15 dagen (de bezwaartermijn) na de schriftelijke mededeling inzake de
gunningbeslissing, door een van de partijen een kort geding aanhangig is gemaakt
tegen de beslissing van de Opdrachtgever, zal de Opdrachtgever niet overgaan tot
gunning van de opdracht voordat in kort geding vonnis is gewezen.
Elke inschrijver stemt er mee in Jaap Eden terstond op de hoogte te stellen van het
aanwenden van een rechtsmiddel, bij voorkeur door het opsturen van de kopie
dagvaarding.
Artikel 33.
Beslechting van geschillen
Bij geschillen aangaande deze offerteprocedure is het Nederlands recht van
toepassing en is de burgerlijke rechter in het arrondissement te Amsterdam bevoegd.
17
2. Bijlage 1
Reglement van de
beoordelingscommissie
1. De beoordelingscommissie heeft de taak om er op toe te zien dat tijdens het
aanbestedingsproces de keuze objectief verloopt.
2. De beoordelingscommissie beoordeelt de plannen en ideeen van de inschrijvers
en geeft hieraan meetbare en vergelijkbare cijfers.
3. De beoordelingscommissie geeft ook een oordeel over de niet-meetbare eisen,
die aan de inschrijvers worden gesteld.
4. De beoordelingscommissie moet streng waken over haar onafhankelijkheid met
name ten opzichte van de inschrijvers en ten opzichte van het bestuur van Jaap
Eden.
5. Aan alle besprekingen in het bestuur van IJscomplex Jaap Eden betreffende de
aanbesteding zal het bestuurslid tevens lid van de Beoordelingscommissie niet
deelnemen.
6. De leden van de beoordelingscommissie mogen geen contact hebben met de
(potentiele) inschrijvers over de eventuele inschrijving en aanbesteding. De
inschrijvers is het contact hebben per reglement verboden.
7. De werkzaamheden van de beoordelingscommissie worden in vertrouwelijkheid
verricht. De beraadslagingen zijn geheim en de uitkomsten van de
beraadslagingen zijn eveneens geheim.
8. De uitkomsten van de beraadslagingen en de cijfermatige onderbouwing worden
in het totale aanbestedingsdossier opgeslagen.
9. De beoordelingscommissie krijgt van elke inschrijver door de notaris toegestuurd:
• Bijlage 7 Gunningcriterium : Plan van Aanpak en
• Bijlage 8 Gunningcriterium : Plan van Samenwerken.
Daarnaast krijgt de beoordelingscommissie ter informatie door de notaris
toegestuurd :
• Bijlage 1 Algemene gegevens van de organisatie;
• Bijlage 1A Inzet van samenwerkingsverband of onderaannemers;
• Bijlage 2 a Inschrijvingsbiljet;
• Bijlage 4 Referentieverklaring.
18
10. Elk lid van de beoordelingscommissie beoordeelt de binnengekomen offertes op
de volgende onderdelen: Plan van Aanpak en Plan van Samenwerken.
11. Elke inschrijver krijgt tijdens de beoordelingen gedurende anderhalf uur de
gelegenheid om met de beoordelingscommissie te spreken over het Plan van
Aanpak en het Plan van Samenwerken.
12. Elk lid van de beoordelingscommissie beoordeelt de binnengekomen offertes en
de toelichtingen van de inschrijvers met cijfers op een aantal vastgestelde
onderdelen.
13. Elk lid van de beoordelingscommissie geeft onafhankelijk van elkaar zijn oordeel
op de onderdelen in een cijfer uitgedrukt aan de fungerend secretaris.
14. Bij de vaststelling van de beoordeling vallen het hoogste cijfer en het laagste cijfer
steeds af. Het gemiddelde wordt berekend van de overblijvende drie cijfers.
15. Daarna worden de gemiddelden in de vaststellingsvergadering besproken en
wordt de definitieve volgorde vastgesteld.
16. De beoordelingscommissie brengt een schriftelijk en ondertekend verslag uit aan
het bestuur van IJscomplex Jaap Eden.
19
2. Bijlage 2
Checklist in te dienen bescheiden
ten behoeve van de inschrijver
inschrijver
tabblad omschrijving
8
10
11
12
Algemene gegevens organisatie
Inzet van onderaannemers
Inschrijvingsbiljet
Inschrijvingsbiljet Prijzenformulier
Eigen verklaring
Uittreksel KvK
Referentieverklaring
Economische gegevens
Akkoordverklaring overeenkomst
Gunningcriterium: Plan van Aanpak
Gunningcriterium: Plan van
Samenwerken
Eigen verklaring inzake Nota van
Inlichtingen
Document 6
Document 6
Documents
Document 6
Document 6
Bijlage 1
Bijlage 1 A
Bijlage2a
Bijlage 2 b
Bijlage 3
Document 6
Document 6
Document 6
Document 6
Document 6
Bijlage 4
Bijlage 5
Bijlage 6
Bijlage 7
Bijlage 8
Documents Bijlage9
20
Document 3
3.
Programma van Eisen (PvE)
3.1
Algemeen
Artikel 1
1.
Inleiding
De opdracht betreft de zes navolgende percelen:
a.
Het sportief verzorgen van schaatslessen op de 400m baan met de
looptijd van een seizoen en eventueel een half seizoen voor de tweede
helft van het seizoen.
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 4 jaar.
b.
Het sportief verzorgen van schaatslessen voor het project van
schaatsen voor scholen gedurende de schooltijd in de ochtend
gedurende een groot deel van het seizoen in de schaatshal.
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 + 2 jaar.
c.
Het sportief verzorgen van schaatslessen op de 400m baan voor de
intensief schaatscursussen gedurende een week, vallende in de
schoolvakanties in het totaal vier weken per seizoen.
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 + 2 jaar.
d.
Het sportief verzorgen van vakantie schaatsweek c.q. schaatskamp
waarbij een mix wordt gezocht van sportieve uitdagingen, ontspannend
plezier en educatieve uitdagingen. Alleen gedurende schoolvakanties
gedurende de gehele werkweek.
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 + 2 jaar.
e.
Het sportief verzorgen van prive schaatslessen op de 400m baan en in
de schaatshal, langdurig incidenteel gedurende het gehele seizoen.
Dit betreft een niet-exclusief recht met een flexibele looptijd.
f.
Het sportief verzorgen van schaatsclinics, verjaardagsfeestjes,
incidentele schaatslessen voor scholen, bedrijfsuitjes, enz. incidenteel
gedurende het gehele seizoen zowel op de 400m baan als in de
schaatshal en op de krabbelbaan.
Dit betreft een niet-exclusief recht met een flexibele looptijd.
2.
In de bovenstaande zes percelen zijn uitdrukkelijk niet begrepen:
a. Schaatscursussen/schaatslessen door universiteiten, hogescholen en
scholen en schaatscursussen/schaatslessen van de Gemeente
Amsterdam en andere overheden;
b. Schaatslessen gegeven door of onder de verantwoordelijkheid van
schaatsverenigingen gedurende de speciale verenigingsuren, de z.g.
recreatie uren, de KNSB-uren en de wedstrijduren;
c. Schaatslessen gegeven door personen met een specifieke uitstraling.
3. Jaap Eden Usbaan kan in de gevallen genoemd lid 2 afwijken van de rechten,
die zijn verleend in percelen a, b, c, d, e en f en toestemming verlenen tot het
zelf verzorgen van ijsactiviteiten op commerciele basis.
4. In dit document is het programma van eisen voor de dienstverlening opgenomen,
waarin tevens de specifieke eisen/wensen zijn vermeld betreffende alle zes
percelen. De eisen zijn opgenomen in onderstaande paragrafen, waarbij de
algemene en specifieke eisen, nader zijn beschreven.
3.2
Uitgangspunten
Artikel 2.
1.
2.
3.
De algemene leverings- en betalingsvoorwaarden van Opdrachtnemer, dan wel
andere algemene of bijzondere voorwaarden, die door Opdrachtnemer worden of
zullen worden gebruikt, zijn niet van toepassing.
Opdrachtnemer zal voor de onderhavige procedure en de opdracht een
contactpersoon benoemen.
Deze contactpersoon zal gemachtigd dienen te zijn om afspraken te maken, die
voor alle onder Opdrachtnemer vallende en deelnemende ondernemingen c.q.
samenwerkingsverbanden rechtsgeldig zijn. In geval van gunning van de
opdracht aan Opdrachtnemer zal Opdrachtnemer aan Jaap Eden I Jsbaan
aangeven welke de eerste strategische en operationele aanspreekpunten voor
Jaap Eden Usbaan zullen zijn binnen de onder Opdrachtnemer vallende en
deelnemende ondernemingen c.q. samenwerkingsverbanden inzake de nadere
uitvoering van de overeenkomst.
Artikel 3:
1.
2.
Algemeen
Looptijden concessies
De looptijd van perceel / concessie A. is 4 (vier) jaar.
De looptijden van de percelen / concessies B, C. en D. is 2 (twee) jaar met een
mogelijkheid tot verlenging met nogmaals 2 (twee) jaar onder dezelfde condities.
3.
De looptijden van de percelen / concessies E. en F. lopen gelijk op met de
concessies, die de concessiehouder heeft in de percelen A., B., C , en D.
Artikel 4:
Tariefstelling
1. De tariefstelling is gebaseerd op de prijsstelling in bijlage 2 b. In dit tarief zijn
belastingen, (sociale) premies, administratie- en secretariaatskosten en reis- en
verblijfkosten alsmede alle overige kosten begrepen.
2. De overeengekomen tarieven en overige condities worden gehanteerd door alle
deelnemende ondernemingen en samenwerkingsverbanden van Opdrachtnemer
en de daaronder ressorterende vestigingen als vermeld in de Overeenkomst.
3. De overeengekomen tarieven zijn gerekend vanaf de ingangsdatum van de
Overeenkomst en voor ten minste 12 maanden vast.
4. Indien na afloop van de in lid 3 van dit artikel genoemde periode mocht blijken,
dat er wijzigingen hebben plaatsgevonden in de wettelijke bepalingen en/of
sociale verzekeringen, dan kunnen deze wijzigingen aanleiding zijn voor een
aanpassing van de overeengekomen omrekeningsfactor voor het daarop
volgende contractjaar. Hiertoe kan Opdrachtnemer eenmaal per jaar tot uiterlijk 3
maanden voor afloop van het voorafgaande contractjaar een voorstel bij Jaap
Eden Usbaan indienen, onder bijvoeging van een herziene (gedetailleerde)
specificatie van de desbetreffende omrekeningsfactoren. Dit voorstel dient
gespecificeerd te zijn naar de componenten welke deze wijzigingen noodzakelijk
maken en dient niet hoger te zijn dan het desbetreffende CBS-prijsindexcijfer
zakelijke dienstverlening. De wijzigingen zijn van kracht, nadat Jaap Eden
Usbaan hiermede schriftelijk heeft ingestemd.
5. Alle overige kosten als gevolg van nieuw ontstane risico's, kunnen niet worden
doorberekend aan Opdrachtgever.
Artikel 5.
Privacy
1. Partijen zijn over en weer gehouden tot geheimhouding van alle informatie,
waarvan het vertrouwelijke karakter bekend is of redelijkerwijs bekend moet
worden geacht, behoudens wettelijke verplichtingen.
2. Over alle eventuele externe uitingen door partijen zullen partijen elkaar altijd
overal informeren, voor zover dat in de gegeven omstandigheden in redelijkheid
gevergd kan worden. Schriftelijke externe uitingen van opdrachtnemer behoeven
altijd de schriftelijke instemming van de Stichting IJscomplex Jaap Eden.
3.3
Organisatie
Artikel 6.
Gezamenlijk project
Jaap Eden Usbaan beschouwt het verzorgen van schaatslessen en de andere
activiteiten van deze aanbesteding als een gezamenlijke activiteit van de Stichting en
de concessiehouder. De concessiehouder is de opdrachtnemer die de aanbesteding
van het betreffende perceel gewonnen heeft. Jaap Eden Usbaan treedt hierbij op als
opdrachtgever en draagt de administratieve verantwoordelijkheid. De
concessiehouder draagt de sportieve verantwoordelijkheid.
Artikel 7.
Gezamenlijke klanten
1. De klanten van de activiteit worden beschouwd als klanten van zowel
Opdrachtgever als van de Concessiehouder;
2. Communicatie met de klanten van de activiteit vindt alleen plaats na overleg en
afstemming door de Concessiehouder met Jaap Eden I Jsbaan;
3. De NAW (naam, adres en woonplaats) gegevens van de klanten zijn het
eigendom van Jaap Eden en kunnen na voorafgaande toestemming van Jaap
Eden Usbaan gebruikt worden door de concessiehouder;
4. Het gebruik van de NAW gegevens door de concessiehouder is beperkt tot
maximaal 3x per jaar.
Artikel 8.
Werkzaamheden Jaap Eden Usbaan
Jaap Eden Usbaan is verantwoordelijk voor:
1. het werven van klanten
2. het administreren van aanmeldingen
3. de facturering van klanten
4. het verlenen van toegang tot de baan
5. het verstrekken van bewijs van deelname aan het betreffende perceel met
vermelding van dag, tijd en plaats van eerste melding
6. het invullen van het gezamenlijke besloten systeem over dit perceel
7. het betalen van de facturen van de Concessiehouder binnen 30 dagen
8. het toestemming verlenen voor het uitvoeren van nieuwe producten, die de
concessiehouder bedenkt.
Artikel 9.
Website Jaap Eden Usbaan
De website www.iaapeden.nl is de portal voor alle producten en diensten, die Jaap
Eden Usbaan biedt. De Schaatslessen en schaatscursussen zijn onderdeel van de
online webshop, die de nieuwe website biedt. Content management wordt door Jaap
Eden I Jsbaan uitgevoerd. Communicatiemiddelen via de website als nieuwsbrieven
en social media worden ook voor de producten van de schaatsschool ingezet.
Artikel 10.
Voorzieningen van Jaap Eden I Jsbaan voor de Concessiehouder
Jaap Eden I Jsbaan heeft voor de Concessiehouder en haar medewerkers
voorzieningen getroffen. Dit betreft onder andere:
• Vrije toegang tot de baan en de hal;
• Een beperkt aantal gratis parkeerplaatsen voor instructeurs;
• Een beperkte, gratis ruimte voor het opbergen van eigendommen;
• Een beperkte, gratis verblijfsruimte voor voorbereiding en tussenuren.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid om ruimten van Jaap Eden te huren voor zover
deze beschikbaar zijn, tegen normale huurprijzen voor:
• Een afsluitbare kantoorfaciliteit:
• Een verblijfsruimte.
Artikel 11.
Werkzaamheden concessiehouder
De Concessiehouder is verantwoordelijk voor:
1. de opvang van deelnemers voor de eerste les /instructie
2. het geven van instructie / lessen
3. de nazorg na de lessen
4. het enthousiasmeren van de deelnemers
5. het facturen van gegeven prestaties bij Jaap Eden I Jsbaan
Daarnaast vervult de concessiehouder tevens een rol als:
6. extra toezichthouder op de schaatsbaan en de binnenbaan
7. eerste opvang bij de EHBO functie
8. gastheerschap op Jaap Eden.
Artikel 12.
Verantwoordelijkheden van concessiehouder voor kwaliteit lessen
/ instructie
De Concessiehouder is verantwoordelijk voor:
1. de visie en het beleid op het lesgeven
2. kennis bijhouden en gebruiken bij de uitvoering van de werkzaamheden
3. de invulling van het gastheerschap op de baan
4. het uitdragen en invullen van de beleving van Jaap Eden Usbaan
5. het selecteren en contracteren van instructeurs
6. het opleiden en op peil houden van de instructeurs
7. het controleren van de kwaliteit van les geven
8. het controleren op stiptheid van de instructeurs
9. het hebben en beheren van de benodigdheden voor het les geven zoals lintjes,
pylonen, enz.
10. het enthousiasmeren van de instructeurs
11. het toezien op de veiligheid van de cursisten en andere schaatsers
12. het bewaken van de gewenste uitstraling van de instructeurs
13. en verder alles wat de kwaliteit van het schaatsonderricht ten goede komt.
Artikel 13.
De kennis van de instructeurs van de concessiehouder
De Concessiehouder dient er in samenspraak en samenwerking met Jaap Eden
I Jsbaan voor te zorgen dat alle instructeurs
a. een EHBO diploma hebben of tenminste het EHBO gedeelte van de BHV
cursus hebben gedaan
b. de risico's vanwege de opslag van ammoniak op Jaap Eden kennen,
c. het Bedrijfsnoodplan van Jaap Eden kennen en er naar kunnen handelen,
d. de Veiligheidsinstructie van Jaap Eden kennen en er naar kunnen handelen.
Artikel 14.
De minimale beloning van de instructeurs
Jaap Eden Usbaan verwacht dat de Concessiehouder de instructeurs naar kennis,
kunde en inzet beloond. Jaap Eden eist daarbij een minimum niveau van beloning
van de instructeurs en senior instructeurs.
Hierbij wordt aangesloten bij de salarisschalen van de CAO voor sportverenigingen.
Zie hiervoor 3. Bijlage 3.
Voor een instructeur geldt een minimum van schaal 4.
Voor een senior instructeur geldt een minimum van schaal 6.
Artikel 15.
De maximale beloning van de concessiehouder
Gezien de verdeling van de verantwoordelijkheden en de werkzaamheden en de
voorzieningen, die Jaap Eden Usbaan aan de concessiehouder ter beschikking stelt,
heeft Jaap Eden een maximale beloning voor de concessiehouder vastgesteld.
De maximale beloning, die door de Opdrachtgever aan de concessiehouder wordt
vergoed is vastgesteld op € 33,65 ex BTW (drieendertig euro en vijfenzestig
eurocent) per lesuur per instructeur of senior instructeur.
Artikel 16.
Gezamenlijke gegevensuitwisseling
Om de werkzaamheden van Jaap Eden Usbaan en de Concessiehouder goed op
elkaar af te stemmen, wordt door Jaap Eden Usbaan een gezamenlijk besloten
systeem ontworpen, waar alleen Jaap Eden en de Concessiehouder toegang tot
hebben. In dit systeem worden op dagelijkse basis de wijzigingen bij gehouden.
Artikel 17.
Aanbrengen klanten door concessiehouder
1. Het werven van nieuwe klanten is de eerste verantwoordelijkheid van Jaap Eden
Usbaan. In de organisatie van Jaap Eden Usbaan is voor deze
verantwoordelijkheid zowel mankracht als budget uitgetrokken.
2. In het kader van de gezamenlijkheid van deze activiteit is een betrokkenheid van
de Concessiehouder van belang. Het aanbrengen van nieuwe klanten ook door
de Concessiehouder wordt op prijs gesteld.
3. Voor het aanleveren van de NAW gegevens van elke nieuwe prive persoon, die
door de Concessiehouder als potentiele klant wordt aangebracht en die
vervolgens daadwerkelijk klant wordt, wordt de Concessiehouder voor het werk
daarvoor beloond door Jaap Eden Usbaan met een vergoeding van € 5,-.
Gezinsleden met hetzelfde adres worden als een persoon gerekend.
4. Voor het aanbrengen van clinics en andere arrangementen geldt een vergoeding
van 5 % van de omzet met een minimum van € 15,-.
Artikel 18.
Samenwerking met schaatsverenigingen
De concessiehouder is verantwoordelijk voor het geven van schaatslessen en
schaatsinstructie zonder dat de deelnemers vast zitten aan een lidmaatschap van
een vereniging.
De samenwerking van de Concessiehouder met de schaatsverenigingen, die actief
zijn op Jaap Eden, is voor het gezamenlijk gebruik van de baan van groot belang.
Jaap Eden Usbaan verwacht dat de Concessiehouder zich inzet om de
samenwerking goed te laten verlopen en hierover regelmatig zal rapporteren.
Artikel 19.
De tenaamstelling van de diensten
De tenaamstelling van de activiteit kunnen plaats vinden onder de naam "Jaap Eden
Schaatsschool" of onder de naam "Jaap Eden en <Concessiehouder>".
Artikel 20.
Rapportage aan de Opdrachtgever
Opdrachtnemer rapporteert elke maand - en op verzoek van Jaap Eden Usbaan
vaker - over de uitvoering van de werkzaamheden. Zie bijlage 5 van het contract
(document 4).
3.4
Specifieke eisen
Artikel 21.
Aanvullende diensten bij de concessie
Jaap Eden Usbaan verwacht dat de Concessiehouder gevraagd en ongevraagd
meedenkt, adviseert over (en op verzoek van Jaap Eden I Jsbaan desgewenst
uitvoering geeft aan) de volgende de onderwerpen / aspecten van de diensten, die
door de concessiehouder worden aangeboden:
a. de wijze waarop de werkzaamheden worden opgezet;
b. de wijze waarop de te verrichten werkzaamheden worden georganiseerd;
c. het toepassen van kennis van de sector en de wijze waarop deze kennis kan
worden gebruikt;
d. de wijze waarop gekwalificeerd personeel wordt geselecteerd;
e. de wijze waarop de risico's en beheersmaatregelen worden geanalyseerd
voorafgaand, tijdens van de te verrichten werkzaamheden;
f. de wijze waarop tijdens de uitvoering van de werkzaamheden borging van
kennis en capaciteit kan plaatsvinden;
g. de wijze waarop ingespeeld kan worden op nieuwe ontwikkelingen in de
schaatssport en in de ontwikkelingen in de recreatie sportbeleving;
h. het signaleren van mindere ijskwaliteit,
i.
het helpen bij het verwijderen van schaatsers van het ijs bij dweilpauzes.
Artikel 22.
Sportieve en sociale activiteiten buiten de percelen
1. Jaap Eden I Jsbaan verwacht dat de Concessiehouder meedenkt, adviseert en
uitvoering geeft aan het gebruik van de terreinen en gebouwen van Jaap Eden
I Jsbaan buiten het schaatsseizoen.
2. De voorwaarden waaronder dit plaats vindt zijn nader overeen te komen, waarbij
de nadruk ligt op initiatiefnemer, die beloond wordt voor zijn ideeen en zijn
initiatieven.
Artikel 23.
Inzet instructeurs vorige concessiehouder
Jaap Eden Usbaan verwacht dat de Concessiehouder de instructeurs, die op Jaap
Eden in het seizoen 2012-2013 actief waren, zal vragen om schaatsinstructie te
blijven geven.
3.5
Bonus en Malus regeling
Artikel 24.
Bonus voor groei
1. Voor de concessies A en C is een normgetal vastgesteld op grond van de
deelname in de afgelopen jaren. Zie bijlage 2 "Normgetallen percelen" bij dit
Programma van Eisen.
2. Indien het aantal deelnemers groter is dan 120 % van het normgetal, dan
ontvangt de Concessiehouder een bonus ter hoogte van 5 % van de
gedeclareerde instructeurkosten in dat seizoen over die concessie.
3. Deze bonus wordt gegeven over de instructeurkosten en niet over andere
bonussen.
Artikel 25.
Bonus voor klanttevredenheid
1. Jaarlijks wordt onder de deelnemers van percelen A, C en D door Jaap Eden
Usbaan een enquete gehouden om de klanttevredenheid te meten. Deze enquete
wordt binnen een week na het einde van de jaarcursus gehouden en binnen drie
weken na de intensiefcursussen.
2. Indien de algemene prestatie gelijk is aan of hoger dan 8.0 op een schaal van 10,
ontvangt de Concessiehouder een bonus. Bij de intensief weken wordt het
gemiddelde berekend over de vier intensief weken.
3. Bij de jaarcursus worden de volgende bonus verstrekt: € 5.000 bij 8.0 tot 8.5;
€ 10.000 bij 8.5 tot 9.0 en € 15.000 bij 9.0 en hoger. Deze bedragen zijn inclusief
BTW.
4. Bij de intensief cursussen worden de volgende bonus verstrekt: € 2.000 bij 8.0 tot
8.5; € 4.000 bij 8.5 tot 9.0 en € 6.000 bij 9.0 en hoger. Deze bedragen zijn
inclusief BTW.
Artikel 26.
Bonus voor nieuwe producten
1. De Concessiehouder ontvangt een bonus voor nieuwe initiatieven, mits die leiden
tot (gedeeltelijk) nieuwe bezoekers.
2. In het geval van gedeeltelijke kannibalisatie van bestaande producten bedraagt
de bonus 25 % van de gedeclareerde instructeurs kosten in het 1 jaar en 10 % in
het 2 jaar en 0% in het 3 jaar.
3. Bij een volledig nieuwe doelgroep bedraagt de bonus 50 % van de gedeclareerde
instructeurs kosten in het 1 jaar, 30 % in het 2 jaar, 15 % in het 3 jaar en 0 % in
het vierde jaar.
4. Nieuwe producten kennen geen andere bonussen.
e
e
e
e
Artikel 27.
e
e
Malus bij lage stiptheid instructeurs
1. De instructeurs van de Concessiehouders dienen altijd tenminste vijf minuten
voor de aanvang van de instructie aanwezig te zijn om de instructie te beginnen
met schaatsen en benodigdheden.
2. Indien de aanwezigheid van instructeurs op afgesproken tijd over het gehele
seizoen gemeten lager dan is 98 %, dan krijgt de Concessiehouder een malus
van 3 % van de gedeclareerde instructeurkosten in dat seizoen over die
concessie.
3. Indien de aanwezigheid van instructeurs op afgesproken tijd over het gehele
seizoen gemeten lager dan is 95 %, dan krijgt de Concessiehouder een malus
van 10 % van de gedeclareerde instructeurkosten in dat seizoen over die
concessie.
Artikel 28.
Malus voor schadelijke berichtgeving
1. In de samenwerking tussen Jaap Eden Usbaan en de Concessiehouder is
gezamenlijk optrekken Van het grootste belang.
2. Berichtgeving (schriftelijk of mondeling) zonder voorafgaand overleg en
toestemming van Jaap Eden Usbaan en verwijtbare gedragingen en meldingen
(schriftelijk of mondeling) van de Concessiehouder, die leiden tot imagoschade
wordt beoordeeld als schadelijk voor de samenwerking en is in strijd met de
Offertereglement.
3. De Concessiehouder krijgt hiervoor een malus opgelegd van € 10.000 per keer
voor een schriftelijk bericht en € 2.000 voor een mondelinge mededeling.
Artikel 29.
Malus voor oneigenlijk gebruik van gezamenlijke gegevens
1. In de samenwerking tussen Jaap Eden I Jsbaan en de Concessiehouder worden
de klanten beschouwd als gezamenlijke klanten.
2. Het gebruik door de Concessiehouder van deze gegevens voor activiteiten buiten
Jaap Eden Usbaan is in strijd met dit Offertereglement. Hiervoor wordt een malus
opgelegd van € 10.000 per keer.
Artikel 30.
Malus voor niet houden aan afspraken.
Indien een van de partijen zich niet houdt aan de gemaakte afspraken, geldt hiervoor
een boete van € 5.000,- per voorval.
3.6
Samenhang percelen
Artikel 31.
Inschrijven op meerdere percelen
1. Het is alle inschrijvers toegestaan om op alle percelen in te schrijven. Het is niet
toegestaan om op een perceel meerdere keren in te schrijven,
2. Dit geldt zowel voor de directe inschrijving als voor de inschrijving als onderaannemer.
Artikel 32.
Exclusieve rechten en gedeelde rechten
De percelen A, B. C en D geven recht op een exclusieve rechten aan de winnaar van
de aanbesteding. De percelen E en F kennen geen exclusieve rechten. Voor deze
percelen kunnen meerdere concessiehouders worden aangewezen. De percelen E
en F worden in principe alleen toegewezen aan partijen, die al concessiehouder zijn
van een of meerdere van de percelen A, B, C en/of D.
10
Artikel 33.
Aantal concessiehouders voor deze aanbesteding
Vanwege de beperkte opdracht en de beperktheid van het fysieke terrein van Jaap
Eden I Jsbaan, heeft de Stichting IJscomplex Jaap Eden een voorkeur voor een
beperkt aantal concessiehouders. De voorkeur gaat uit naar twee concessiehouders
en maximaal drie concessiehouders.
3.7
Programma van Eisen Specifiek
Artikel 34.
Algemeen
1. De beschikbare uren en dagen voor de verschillende percelen zijn opgenomen in
Bijlage 1 bij dit Programma van Eisen.
2. De uren en dagen zijn indicatief. Deze worden elk jaar voor het nieuwe seizoen
opnieuw vastgesteld en kunnen dus worden aangepast aan het rooster.
3. In de onderstaande zes percelen zijn uitdrukkelijk niet begrepen:
a. Schaatscursussen/schaatslessen door universiteiten, hogescholen en
scholen en schaatscursussen/schaatslessen van de Gemeente
Amsterdam en andere overheden;
b. Schaatslessen gegeven door of onder de verantwoordelijkheid van
schaatsverenigingen gedurende de speciale verenigingsuren, de z.g.
recreatie uren, KNSB-uren en de wedstrijduren;
c. Schaatslessen gegeven door personen met een specifieke uitstraling.
4. Jaap Eden Usbaan kan in de gevallen genoemd lid 3 afwijken van de rechten, die
zijn verleend in percelen A., B., C , D., E. en F. en toestemming verlenen tot het
zelf verzorgen van ijsactiviteiten op commerciele basis.
Artikel 35.
•
•
•
•
•
•
•
Perceel A : Jaarcursus
Het sportief verzorgen van schaatslessen op de 400m baan met de looptijd van
een seizoen en eventueel een half seizoen voor de tweede helft van het seizoen.
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 4 jaar
De deelnemers komen op een vaste dag en op vast tijdstip
De cursus wordt gegeven op uren, die open zijn voor publiek en op besloten uren
voor recreanten (indicatie van de uren staat in bijlage 1)
De cursus beslaat ongeveer 20 weken; alle weken van het seizoen met
uitzondering van de vakantie weken
De gemiddelde groepsgrootte per instructeur bedraagt 13 personen
Bij meerdere groepen in een uur kunnen de deelnemers verdeeld worden naar
capaciteit en andere factoren
11
•
•
Bij de inzet van 3 of meer instructeurs treedt een instructeur op als
leidinggevende, die daarvoor wordt beschouwd als senior-instructeur.
De bedoeling is dat een vaste instructeur op een groep zit gedurende de gehele
cursusperiode.
Artikel 36.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Het sportief verzorgen van schaatslessen voor het project van schaatsen voor
scholen
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 jaar met een optie van 2 jaar
De lessen worden gegeven in de schaatshal en zijn besloten
Er mogen per uur maximaal 80 kinderen deelnemen
De lessen worden gegeven gedurende de schooltijd in de ochtend op maandag,
dinsdag, donderdag en vrijdag
De kinderen komen gedurende 4 weken achter elkaar en in elke week een uur
In de ochtend zijn drie lessen voorzien van 9.00-10.00,10.20 - 11.20 en 11.40 12.40
De lessen vervallen in de schoolvakanties
De lessen vallen in de maanden oktober tot en met het einde van het seizoen
De instructeurs geven ook schaatsen uit en bergen deze na afloop weer op
De instructeurs helpen met het aantrekken en uittrekken van de schaatsen
De gemiddelde groepsgrootte per instructeur bedraagt 22 personen
De invulling van de lessen is afhankelijk van het subsidiekader van de Gemeente
Amsterdam en de voorwaarden, zoals gesteld door Jaap Eden.
Artikel 37.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Perceel B : Schoolschaatsen
Perceel C : Intensief cursus
Het sportief verzorgen van schaatslessen op de 400m baan voor de intensief
schaatscu rsussen
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 jaar met een optie op 2 jaar
De deelnemers komen gedurende een week
Deze weken vallen in de vier vakanties, te weten herfstvakantie, twee aparte
weken in de Kerstvakantie en de voorjaarsvakantie
De deelnemers komen alle 5 dagen op een vast tipstip voor 2 uren les
De cursus wordt gegeven op uren, die open zijn voor publiek
Bij meerdere groepen in een uur kunnen de deelnemers verdeeld worden naar
capaciteit en andere factoren
De gemiddelde groepsgrootte per instructeur bedraagt 13 personen
De cursus wordt afgesloten met een test en deelnemers ontvangen een
aandenken.
12
Artikel 38.
•
•
•
•
•
•
•
Het sportief verzorgen van vakantie schaatsweek c.q. schaatskamp
Dit betreft een exclusief recht met een looptijd van 2 jaar met een optie van 2 jaar
Hierbij wordt een mix gezocht van sportieve uitdagingen, ontspannend plezier en
educatieve uitdagingen.
Alleen gedurende schoolvakanties gedurende de gehele werkweek
Van de Concessiehouder wordt verwacht dat hij hiervoor voorstellen doet en in
overleg met Jaap Eden Usbaan tot uitvoering komt.
De instructeurs zijn van 8.30 tot 17.30 aanwezig voor de deelnemende kinderen
Gemiddelde groepsgrootte per instructeur bedraagt 10 kinderen.
Artikel 39.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Perceel E : Prive schaatslessen
Het sportief verzorgen van prive schaatslessen op de 400m baan en in de
schaatshal
Dit betreft een gedeeld recht met een flexibele looptijd.
Langdurig incidenteel gedurende het gehele seizoen
De deelnemer spreekt met de instructeur een nieuwe tijd af
De instructeur geeft de afspraken door aan Jaap Eden I Jsbaan
Jaap Eden Usbaan factureert de prive schaatslessen op regelmatige basis
De groepsgrootte bedraagt maximaal 4 personen per instructeur.
Artikel 40.
•
Perceel D : Vakantie schaatsweek of schaatskamp
Perceel F : Schaatsclinic, verjaardagsfeestje, enz.
Het sportief verzorgen van schaatsclinics, verjaardagsfeestjes, incidentele
schaatslessen voor scholen, bedrijfsuitjes, enz.
Incidenteel gedurende het gehele seizoen zowel op de 400m baan als in de
schaatshal en op de krabbelbaan.
Minimum duur per evenement een uur.
Dit betreft een gedeeld recht met een flexibele looptijd
Het actief en sportief bezig houden van niet-schaatsers is hierbij een belangrijk
aandachtspunt
De gemiddelde groepsgrootte bedraagt 14 personen per instructeur.
13
5. Bijlage 1
Urenschema 2011-2012
Dit schema geeft een overzicht van uren waarop schaatslessen mogelijk zijn.
Recreatie uren hebben vaste klanten en kennen een beperkte toegang. De plaatsen
worden verdeeld tussen de schaatsverenigingen, de schaatsschool en vaste klanten
van de ijsbaan. De ruimte van de schaatsschool is maximaal gevuld met gemiddeld
160 leerlingen per uur.
Publieksuren zijn openbaar en kennen geen maximale toegang. Dat betekent dat er
een grote drukte kan zijn op de ijsbaan. Op die tijden is het lesgeven vaak
ingewikkeld en daardoor zijn niet alle uren geschikt om schaatslessen te geven.
N.B. Dit urenschema is indicatief en kan wijzigen per seizoen.
Maandag
Publieksuren
08:00-09:00
09:20-10:20
10:20-11:20
11:40-12:40
12:40-13:40
14:00-15:00
15:45-16:45
17:00-18:00
21:00-22:00
Recreatie uren
18:20-19:20
19:40-20:40
Dweil
09:00-09:20
11:20-11:40
13:40-14:00
15:00-15:45
16:45-17:00
18:00-18:20
19:20-19:40
20:40-21:00
Recreatie uren
Dweil
19:40-20:40
11:20-11:40
13:40-14:00
15:00-15:45
19:20-19:40
20:40-21:00
Recreatie uren
Dweil
09:00-09:20
11:20-11:40
13:40-14:00
16:00-16:30
22:00-23:00
Dinsdag
Publieksuren
09:20-10:20
10:20-11:20
11:40-12:40
12:40-13:40
14:00-15:00
15:45-16:45
21:00-22:00
22:00-23:00
Woensdag
Publieksuren
08:00-09:00
09:20-10:20
10:20-11:20
11:40-12:40
12:40-13:40
14:00-15:00
15:00-16:00
14
Donderdag
Publieksuren
08:00-09:00
09:20-10:20
10:20-11:20
11:40-12:40
12:40-13:40
14:00-15:00
15:45-16:45
17:00-18:00
21:00-22:00
22:00-23:00
Recreatie uren
18:20-19:20
19:40-20:40
Dweil
09:00-09:20
11:20-11:40
13:40-14:00
15:00-15:45
16:45-17:00
18:00-18:20
19:20-19:40
20:40-21:00
Vrijdag
Publieksuren
08:00-09:00
09:20-10:20
10:20-11:20
11:40-12:40
12:40-13:40
14:00-15:00
15:45-16:45
21:00-22:00
Recreatie uren
Dweil
09:00-09:20
11:20-11:40
13:40-14:00
15:00-15:45
Recreatie uren
Dweil
14:00-14:20
Recreatie uren
09:15-10:15
Dweil
10:15-10:30
12:30-12:50
15:00-15:20
22:00-23:00
Zaterdag
Publieksuren
12:00-13:00
13:00-14:00
14:20-15:20
15:20-16:20
Zondag
Publieksuren
10:30-11:30
11:30-12:30
12:50-13:50
13:50-14:50
15:20-16:20
16:20-17:20
18:00-19:00
19:20-20:20
17:20-18:00
19:00-19:20
15
3. Bijlage 2
Normgetallen percelen
Op basis van de werkelijke deelname in het seizoen 2011-2012 zijn deze
normgetallen opgesteld.
aantal
volwassen
soort
jaarcursus
publieksuren
publieksuren
recreatie uren
recreatie uren
perceel A
totaal
uren
heel
seizoen
half
seizoen
1300
500
1800
20 36.000
250
250
500
4.500
heel
seizoen
half
seizoen
1100
50
1150
23 26.500
100
100
totaal
intensief cursus
herfst vakantie
kerst vakantie
nieuwjaar vakantie
voorjaar vakantie
perceel C
totaal aantal
aantal
leerlingen
lesuren
jeugd
50
200
150
150
200
900
850
500
totaal
schoolschaatsen
deelnemers
2300
perceel B
clinics en scholen
verjaardagsfeestjes 150
3500
2000
(schatting)
(schatting)
1300
10
1.000
3550
68.000
250
650
10 2.500
10 11.000
10 10.000
10 6.500
3000
30.000
2300
9.200
2300
9.200
5500
5.500
1300
1.300
6800
6.800
1100
1000
feestjes
perceel F
totaal
16
3. Bijlage 3
Schaal
Salarisschalen
van CAO voor sportverenigingen
minimum
bruto voltijd
maandsalaris
minimum
bruto
uurloon
maximum
bruto voltijd
maandsalaris
maximum
bruto
uurloon
1
1.428,13
8,68
1.788,26
10,88
2
1.450,70
8,82
1.903,42
11,57
3
1.484,57
9,02
2.164,20
13,15
4
1.529,73
9,30
2.350,47
14,28
5
1.586,17
9,64
2.534,50
15,40
6
1.665,20
10,12
2.709,48
16,47
7
1.766,81
10,73
2.890,11
17,57
8
1.890,99
11,49
3.184,77
19,35
9
2.037,76
12,38
3.546,03
21,55
10
2.218,39
13,48
3.945,69
23,98
11
2.432,90
14,79
4.399,52
26,74
12
2.681,26
16,29
4.747,24
28,86
13
2.940,92
17,87
5.311,72
32,27
14
3.175,52
19,59
6.243,10
37,94
N.B. Bedragen per 1 September 2012 in euro's; exclusief vakantietoeslag
17
Document 4
4. Overeenkomst met betrekking tot [Perceel A - F]
De Stichting IJscomplex Jaap Eden gevestigd te Amsterdam aan de Radioweg 64,
1098 NJ te Amsterdam, ingeschreven in de KvK nummer S 41204870 , hierna te
noemen 'Stichting', 'Opdrachtgever' of: Jaap Eden", te dezer zake rechtsgeldig
vertegenwoordigd door <
>
en
<Begunstigde lnschrijver>, statutair gevestigd te <...>, hierna te noemen de
Opdrachtnemer <...>, ten deze vertegenwoordigd door <...>
nemen in aanmerking dat:
•
•
•
•
•
De Stichting IJscomplex Jaap Eden als doel heeft het bevorderen in Amsterdam
van de belangstelling voor en beoefening van de schaatssporten alles in de
meest uitgebreide zin van het woord.
Jaap Eden tracht dit doel ondermeer te bereiken door exploitatie van de
kunstijsbaan Jaap Eden cum annexis en de multifunctionele Jaap Edenhal.
Jaap Eden dit doel ook wil bereiken door het merk Jaap Eden altijd leidend te
laten zijn in de communicatie over de activiteiten, die op de 400m baan, in de hal
en op het terrein van Jaap Eden worden verricht.
Binnen het kader van deze doelstelling wordt door de Stichting onder andere als
belangrijke activiteit gezien: het bevorderen van schaatsonderricht in de breedste
zin van het woord.
Jaap Eden een transparante aanbestedingsprocedure heeft gehouden om
verschillende onderdelen van het schaatsonderricht aan te besteden aan de
beste aanbieder.
verklaren als volgt te zijn overeengekomen:
Artikel 1.
Looptijd (en evt. verlengingsopties) van de overeenkomst
De looptijd van de overeenkomst is 4 (vier) jaar en loopt derhalve af op 30 april 2017.
Artikel 2.
1.
De opdracht
De opdracht bestaat uit: < perceel A t/m F >
2.
3.
4.
Opdrachtnemer voert voorts de werkzaamheden uit als omschreven in het
Programma van Eisen.
De navolgende documenten maken integraal deel uit van deze Overeenkomst
en zijn hiermee onlosmakelijk verbonden. Deze Overeenkomst prevaleert te
alien tijde boven deze documenten. Indien de inhoud van de hierna genoemde
documenten met elkaar in tegenspraak is, geldt de navolgende rangorde,
waarbij het eerder genoemde document prevaleert boven het later genoemde:
a. de Nota van Inlichtingen (Document 5)
b. het Offertereglement en het Programma van Eisen (Document 2 en
Document 3)
c. de inschrijving met bijlagen van Opdrachtnemer (Document 6)
d. besprekingsverslagen
e. overeengekomen afwijkingen voor specifieke gevallen.
Indien partijen met een uitdrukkelijke verwijzing naar dit artikel schriftelijk
overeenkomen, dat ten aanzien van een specifiek onderdeel van de inhoud van
Document 2, Document 3 en Document 6 wordt afgeweken, gelden steeds de
nader overeengekomen afwijkingen. Deze afwijkingen worden gerangschikt
naar de datum waarop zij tot stand kwamen en opgenomen in een Bijlage bij de
overeenkomst.
Artikel 3.
Merk Jaap Eden
Bij de activiteiten van de opdrachtnemer moet het merk Jaap Eden altijd leidend zijn
in de communicatie uitingen.
Artikel 4.
Rapportages aan Opdrachtgever
De Opdrachtnemer rapporteert elke maand over de uitvoering aan Opdrachtgever of
zoveel vaker als redelijkerwijs naar de opvatting van Opdrachtgever nodig is. Zie
hiervoor bijlage 5 van dit contract.
Artikel 5.
1.
2.
3.
Tariefstelling Opdrachtnemer en Vergoeding aan Opdrachtnemer
als verschuldigd door Opdrachtgever
De tariefstelling is gebaseerd op de prijsstelling in bijlage 2 b. In dit tarief zijn
belastingen, (sociale) premies, administratie- en secretariaatskosten,
opleidingskosten en begeleidingskosten en reis- en verblijfkosten alsmede alle
overige kosten begrepen.
De overeengekomen tarieven zijn gerekend vanaf de ingangsdatum van de
Overeenkomst en voor ten minste 12 maanden vast.
Indien na ommekomst van de in lid 2 van dit artikel genoemde periode mocht
blijken, dat er wijzigingen hebben plaatsgevonden in de wettelijke bepalingen
en/of sociale verzekeringen, dan kunnen deze wijzigingen aanleiding zijn voor
een aanpassing van de overeengekomen omrekeningsfactor voor het daarop
volgende contractjaar. Hiertoe kan Opdrachtnemer eenmaal per jaar tot
uiterlijk 2 maanden voor afloop van het voorafgaande contractjaar een
voorstel bij Opdrachtgever indienen, onder bijvoeging van een herziene
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
(gedetailleerde) specificatie van de desbetreffende omrekeningsfactoren. Dit
voorstel dient gespecificeerd te zijn naar de componenten welke deze
wijzigingen noodzakelijk maken en dient niet hoger te zijn dan het
desbetreffende CB3-prijsindexcijfer zakelijke dienstverlening, dan wel conform
hetgeen in de branche gebruikelijk is. De wijzigingen zijn van kracht, nadat
Opdrachtgever hiermede schriftelijk heeft ingestemd.
Alle overige kosten als gevolg van nieuw ontstane risico's (in de prijzen en
tarieven), kunnen niet worden doorberekend aan Opdrachtgever.
De Opdrachtnemer kan alleen aantoonbaar werkelijk gemaakte kosten in
rekening brengen bij Opdrachtgever, nadat voorafgaande aan het maken van
kosten toestemming daarvoor is verkregen van de opdrachtgever.
Alleen als de werkzaamheden aantoonbaar anders zijn dan in het PvE en de
andere documenten omschreven kan van de Vaste Prijs worden afgeweken
onder voorbehoud van goedkeuring van de Opdrachtgever. Artikel 9 is hierop
van toepassing.
Ter verkrijging van betaling zal Opdrachtnemer een gespecificeerde factuur
aan Opdrachtgever toezenden. Zo nodig zal Opdrachtnemer op verzoek van
Opdrachtgever documenten overleggen waarmee de factuur, i.e. de
prijs/prestatie kan worden gestaafd.
Betalingen geschieden in Euro.
Indien de Opdrachtgever de verschuldigde betalingen niet tijdig verricht en de
vertraging niet het gevolg is van een omstandigheid waarvoor de
Opdrachtnemer verantwoordelijk is, heeft deze aanspraak op vergoeding van
rente tegen het wettelijke percentage met ingang van de dag, waarop de
betaling uiterlijk had moeten geschieden. De rentevordering van de
Opdrachtnemer zal nimmer omvatten rente op rente. Het wettelijke
percentage voor het verrekenen van een vergoeding van rente is het
percentage volgens artikel 119a, Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.
Opdrachtgever zal de door hem op basis van deze overeenkomst
verschuldigde bedragen binnen 30 dagen na ontvangst en goedkeuring van
de betreffende factuur aan Opdrachtnemer betalen.
Overschrijding van de betalingstermijn door Opdrachtgever of niet-betaling
door Opdrachtgever van de factuur op grond van vermoede inhoudelijke
onjuistheid dan wel van ondeugdelijkheid van de gefactureerde prestaties,
geeft Opdrachtnemer niet het recht zijn prestaties op te schorten c.q. te
beeindigen.
Artikel 6.
Controle
De Opdrachtnemer zal in redelijkheid meewerken aan alle controles die
Opdrachtgever en/of door Opdrachtgever aangewezen derden wensen uit te voeren
met betrekking tot de opdracht.
De Opdrachtnemer geeft hiertoe inzage in de administratie en alle documenten,
alsook digitale gegevensdragers welke betrekking hebben op de opdracht.
Artikel 7.
1.
2.
3.
4.
Opdrachtnemer heeft zich adequaat verzekerd en zal zich adequaat verzekerd
houden voor wettelijke (bedijfs)aansprakelijkheid in verband met aanspraken
die voorvloeien uit deze overeenkomst en/of hierop gebaseerde Nadere
Opdrachten.
Opdrachtnemer zal desgevraagd onverwijld de bewijzen van premiebetaling
aan Opdrachtgever overleggen.
De dekking dient ten minste € 1.000.000 = per gebeurtenis te bedragen met
een minimaal maximum van € 2.500.000,- per kalenderjaar.
De Opdrachtnemer vrijwaart de Opdrachtgever voor aanspraken van derden
tot vergoeding van indirecte en directe schade die is ontstaan ten gevolge van
de uitvoering van deze overeenkomst en waarvoor de Opdrachtnemer
aansprakelijk is.
De bewijslast van de laatstgenoemde niet-aansprakelijkheid rust op
Opdrachtnemer.
Partijen vrijwaren elkander voor aanspraken van derden tot vergoeding van
indirecte en directe schade die is ontstaan ten gevolge van de uitvoering van
deze overeenkomst en waarvoor de ander aansprakelijk is. De bewijslast van
de laatstgenoemde niet-aansprakelijkheid rust op de ander.
De Opdrachtnemer vrijwaart de Opdrachtgever voor het verhaal van
belastingen, premies, enzovoorts in het kader van de Wet
Ketenaansprakelijkheid en verbindt zich eventueel op de Opdrachtgever
verhaalde bedragen volledig te vergoeden.
Artikel 8.
1.
2.
3.
Verzekering, aansprakelijkheid en vrijwaring
Ontbinding
Opdrachtgever is gerechtigd, zonder dat terzake enige sommatie of
ingebrekestelling is vereist.deze overeenkomst met onmiddellijke ingang te
ontbinden, indien:
a.
door Opdrachtnemer (voorlopige) surseance van betaling of faillissement
wordt aangevraagd;
b.
Opdrachtnemer (voorlopige) surseance van betaling wordt verleend of in
staat van faillissement wordt verklaard;
c.
de ondememing van Opdrachtnemer wordt geliquideerd;
d. de Opdrachtnemer zijn huidige onderneming staakt;
e. op een aanmerkelijk gedeelte van het vermogen van Opdrachtnemer
beslag wordt gelegd;
f.
Opdrachtnemer anderszins niet langer in staat moet worden geacht zijn
verplichtingen uit deze overeenkomst te kunnen nakomen;
g.
Opdrachtnemer is veroordeeld wegens strafbare feiten.
Opdrachtgever en Opdrachtnemer zijn gerechtigd deze Overeenkomst door
middel van een aangetekend schrijven buiten rechte te ontbinden, indien
Opdrachtnemer ook na schriftelijke sommatie, waarin een redelijke termijn wordt
gesteld, in gebreke blijft aan zijn verplichtingen uit deze Overeenkomst te
voldoen.
Indien de ontwikkeling van de werkzaamheden ten behoeve waarvan de
Opdrachtnemer is ingezet zodanig verloopt dat naar oordeel van Opdrachtgever
voortzetting van de werkzaamheden niet langer wenselijk is, kan deze
4.
5.
6.
Overeenkomst door Opdrachtgever worden ontbonden voor het verstrijken van
de einde van de looptijd als bedoeld in artikel 2 lid 4, met een opzegtermijn van
ten hoogste twee (2) kalendermaanden.
Opdrachtnemer heeft geen andere aanspraak dan op de hem krachtens deze
Overeenkomst tot op de dag van beeindiging toekomende bedragen.
Aan ontbinding als bedoeld in voorgaande leden kan Opdrachtnemer geen
enkel recht op schadevergoeding ontlenen.
Verplichtingen welke naar hun aard bestemd zijn om ook na ontbinding van de
overeenkomst voort te duren, blijven na ontbinding van deze overeenkomst
bestaan. Hieronder worden ten minste artikel 11,12 en 13 begrepen.
Artikel 9.
1.
2.
Indien door additionele wensen van Opdrachtgever, welke leiden tot wijziging
of verzwaring van de overeengekomen werkzaamheden, de prestaties welke
Opdrachtnemer op grond van de Opdracht moet leveren, worden verzwaard,
c.q. uitgebreid, is er sprake van meerwerk welke voor vergoeding in
aanmerking komt. Indien Opdrachtnemer meent dat van meerwerk sprake is
c.q. zal zijn, zal hij daarvan terstond schriftelijk melding maken aan
Opdrachtgever.
Opdrachtnemer vangt niet aan met meerwerk alvorens hij daartoe schriftelijke
Opdracht van Opdrachtgever heeft gekregen. Opdrachtnemer brengt ter
verkrijging van een schriftelijke Opdracht een schriftelijke Voorstel uit
betreffende de omvang van het verwachte meerwerk, de daaraan verbonden
tijdsduur en kosten. Ter zake van het door Opdrachtnemer te verrichten
meerwerk gelden de bepalingen van deze overeenkomst, waaronder de
tarieven. Opdrachtnemer is niet gerechtigd bij het uitbrengen van een Voorstel
nadere dan wel zwaardere voorwaarden te stellen.
Artikel 10.
1.
2.
Meerwerk
Overleg en voortgang van de werkzaamheden
Partijen zullen conform het bepaalde in het Programma van Eisen een
contactpersoon en een vervangend contactpersoon aanwijzen, die overleg
voeren over de (wijze van) uitvoering van deze overeenkomst. Partijen
informeren elkaar schriftelijk over degene die zij als contactpersoon hebben
aangewezen.
Ter zake van verstrekte Opdracht zal Opdrachtnemer op eerste verzoek van
Opdrachtgever maar in ieder geval per maand, dan wel zoveel vaker of
minder vaak als Opdrachtgever in redelijkheid wenst, over de voortgang van
de werkzaamheden aan Opdrachtgever rapporteren. Zie hiervoor Bijlage 5 bij
dit contract. Door middel van de rapportages zal Opdrachtnemer inzicht geven
in de door hem in de betrokken periode verrichte werkzaamheden (en het
aantal bestede uren).
Artikel 11.
1.
2.
3.
Opdrachtnemer is zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
Opdrachtgever niet.gerechtigd de personen, die zijn belast met de uitvoering
van de Diensten, tijdelijk of definitief te vervangen. Opdrachtgever zal zijn
toestemming niet op onredelijke gronden weigeren en is gerechtigd aan deze
toestemming voorwaarden te verbinden.
Indien Opdrachtgever vervanging verlangt van personen die zijn belast met de
uitvoering van de Diensten, omdat hij meent dat dit in het belang van een
goede uitvoering van de Opdracht nodig of wenselijk is, geeft Opdrachtnemer
hieraan zo snel mogelijk gevolg.
Bij een vervanging van de personen, bedoeld in lid 1 en 2, dienen die qua
deskundigheid, opleiding en ervaring tenminste gelijkwaardig zijn aan de
oorspronkelijk ingezette personen.
Artikel 12.
1.
2.
3.
2.
3.
Bijzondere bepalingen
Partijen zijn verplicht geheimhouding te betrachten met betrekking tot alle
gegevens met betrekking tot elkaars organisatie, waarvan partijen of personen
waarvan zij zich bij de uitvoering van deze Overeenkomst bedienen,
kennisnemen, voor zover redelijkerwijze moet worden aangenomen dat deze
gegevens een vertrouwelijk karakter dragen.
Ingeval Opdrachtnemer een onderneming als eenmanszaak voert, verschaft
hij Opdrachtgever op de kortst mogelijke termijn een voor de duur van de
Overeenkomst geldige Verklaring ArbeidsRelatie afgegeven door de
Belastingdienst.
Opdrachtnemer heeft zich adequaat verzekerd en zal zich adequaat verzekerd
houden voor de risico's van wettelijke aansprakelijkheid.
Artikel 13.
1.
Vervanging personen, die belast zijn met de uitvoering
Overdracht rechten en verplichtingen; onderaanneming
Opdrachtnemer mag zijn rechten of verplichtingen in verband met deze
overeenkomst noch geheel, noch gedeeltelijk, overdragen zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van Opdrachtgever. Aan deze
toestemming kan Opdrachtgever voorwaarden verbinden. Overdrachten in
strijd met het hiervoor bepaalde zullen ten aanzien van Opdrachtgever nietig
zijn.
Opdrachtnemer zal gerechtigd zijn het uit hoofde van deze overeenkomst
voortvloeiende recht op betaling geheel of gedeeltelijk aan een derde over te
dragen, mits Opdrachtnemer hiervan aan Opdrachtgever schriftelijk
mededeling doet, onder volledige handhaving van de rechten van
Opdrachtgever en verplichtingen van Opdrachtnemer alsmede onder
voorbehoud van het recht van Opdrachtgever op schuldvergelijking op het
tijdstip van elke betaling voor het geval Opdrachtgever nog enige vordering op
Opdrachtnemer mocht hebben.
Indien Opdrachtnemer bij de uitvoering van deze overeenkomst gebruik wil
maken van de diensten van derden, in onderaanneming, dan zal hij daartoe
slechts bevoegd zijn na daartoe verkregen schriftelijke toestemming van
4.
Opdrachtgever, welke toestemming niet op onredelijke gronden zal worden
onthouden. Bij het verlenen van goedkeuring als in dit lid bedoeld, is
Opdrachtgever gerechtigd aan de goedkeuring voorwaarden te verbinden dan
wel deze in tijd te beperken.
De door Opdrachtgever gegeven schriftelijke toestemming laat onverlet de
verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van Opdrachtnemer voor de
nakoming van de krachtens deze overeenkomst op hem rustende
verplichtingen en de krachtens de belasting- en sociale
verzekeringswetgeving op hem als werkgever rustende verplichtingen.
Artikel 14.
1.
2.
3.
4.
Wijziging van zeggenschapverhouding van meer dan 10 % moet worden
gemeld;
Het niet melden van bedoelde wijziging is de zeggenschapverhouding is
beboetbaar met € 25.000,-;
De nieuwe onderneming moet wederom beoordeeld worden op grond van de
uitsluitingcriteria Document 2 artikel 9;
De Opdrachtgever moet akkoord gaan met de voortzetting van de
werkzaamheden door de nieuwe onderneming.
Artikel 15.
1.
2.
3.
4.
5.
Wijziging van zeggenschap
Toepasselijk recht en bevoegde rechter
Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.
Op deze Overeenkomst zijn uitdrukkelijk geen algemene voorwaarden van
<naam Opdrachtnemer> van toepassing.
Herziening, wijziging of aanvulling van het in deze Overeenkomst bepaalde
zal worden vastgelegd in een nader te sluiten wijzigingsovereenkomst.
Handmatig aangebrachte wijzigingen maken deze Overeenkomst ongeldig.
De Rechtbank te Amsterdam is bij uitsluiting bevoegd om kennis te nemen
van eventuele geschillen voortvloeiend uit deze overeenkomst.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te Amsterdam, < datum >
OPDRACHTGEVER,
Stichting IJscomplex Jaap Eden
OPDRACHTNEMER,
datum ondertekening:
datum ondertekening:
<naam>
<functie>
<naam>
<functie>
datum ondertekening:
datum ondertekening:
<naam>
<functie>
<naam>
<functie>
datum ondertekening:
datum ondertekening:
Bijlagen
Bijlage 1 :
Bijlage 2 :
Bijlage 3 :
Bijlage 4 :
Bijlage 5 :
<...>
Offertereglement (document 2)
Programma van Eisen (document 3)
Nota van Inlichtingen (document 5)
Alle invulformulieren, ingevuld (document 6)
Aanvulling / Afwijkingen van overeenkomst / Nadere afspraken
8
Document 5
5.
Nota van Inlichtingen (voorlopig)
5.1
Algemeen
Artikel 1
Procedure beschrijving
1.
De Nota van Inlichtingen wordt naar alle potentiele inschrijvers verstrekt per post
en per e-mail en wordt op verzoek verstrekt op 10 januari 2013.
2.
De Nota van Inlichtingen wordt samengesteld naar aanleiding van vragen over
en bezwaren tegen het Offerte Reglement (document 2), het Programma van
Eisen (document 3) en de Overeenkomst (document 4).
5.2
Wijzigingen Offerte Reglement
/Vader in te vullen op 10-1-2013
5.3
Wijzigingen Programma van Eisen
/Vader in te vullen op 10-1-2013
5.4
Wijzigingen Overeenkomst
Nader in te vullen op 10-1-2013
Allen & Overy LLP
Productie 3
Document 5
5.
Nota van Inlichtingen
5.1
Algemeen
Artikel 1
Procedure beschrijving
1.
Deze Nota van Inlichtingen wordt aan alle potentiele inschrijvers verstrekt per
post en per e-mail en maakt vanaf 10 januari 2013 onderdeel uit van de
documentatie, die op verzoek wordt verstrekt.
2.
De Nota van Inlichtingen is samengesteld naar aanleiding van vragen over en
bezwaren tegen het Offerte Reglement (document 2), het Programma van Eisen
(document 3) en de Overeenkomst (document 4).
Aanvulling op de "Inleiding" (document 1)
Toegevoegd wordt na de eerste alinea:
Alle documenten van de inschrijvers aan wie geen gunning is verleend, zullen na
voltooiing van de procedure van de aanbesteding worden vemietigd.
5.2
Wijzigingen in het "Offerte Reglement" (document 2)
Artikel 5
Inschrijving en sluitingsdatum
Het mailadres van de notaris is gewijzigd:
Stichting IJscomplex Jaap Eden
Notaris
Spier en Hazenberg
T.a.v. Mr. H. van den Eerenbeemt
Adres:
Westeinde 24
1017 ZP Amsterdam
Mailadres: [email protected]
Artikel 30 De Toetsingscommissie
Lid 2 huidige tekst wordt vervangen door:
2. De Toetsingscommissie bestaat uit de volgende leden:
a. De heer Mr. F.J. Majoor
b. De heer A. H. van Drooge
Artikel 31 De Beoordelingscommissie
De heer mr P.E. We vers heeft zich teruggetrokken. In zijn plaats is benoemd:
a. De heer Dr. J.L.P. Piet, MBA, RA, zelfstandig accountant adviseur, 60 jaar
actief schaatser, bestuurslid van Jaap Eden Usbaan (1992 - 2002) en
bestuurlid Vereniging Duurzame Ondernemers Regio Amsterdam;
Toegevoegd wordt een nieuw artikel:
Artikel 34
Vertrouwelijkheid
Alle door de inschrijvers verstrekte gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld.
Deze gegevens worden voor niets anders gebruikt dan alleen voor de beoordeling
van de aanbesteding
De verstrekte gegevens van een Concessiehouder maken vervolgens onderdeel uit
van het contract. Contractspartijen zijn volgens artikel 12 van dit contract verplicht
geheimhouding te betrachten.
5.3
Wijzigingen in het "Programma van Eisen" (document 3)
Artikel 10. Voorzieningen van Jaap Eden I Jsbaan voor de Concessiehouder
Huidige tekst wordt vervangen door:
Artikel 10. Vooraieningen van Jaap Eden Usbaan voor de Concessiehouder
Jaap Eden Usbaan heeft voor de Concessiehouder en haar instructeurs en
medewerkers voorzieningen getroffen, die gratis ter beschikking worden gesteld.
Dit betreft:
• Toegang tot de ijsbaan voor de contactpersoon en de plaatsvervangend
contactpersoon en parkeerpassen voor deze twee personen op het
binnenterrein behalve tijdens speciale evenementen;
• Toegang voor de instructeurs tot de baan en de hal op de dag van de les; op
andere dagen na overleg met Jaap Eden;
•
•
•
•
Gereserveerde parkeerplaatsen voor instructeurs zijn er niet. Parkeertarief op
de Radioweg is thans € 0,10 per uur;
Een beperkte ruimte voor het opbergen van eigendommen;
Voor voorbereidingfentussenuren is er een beperkte verblijfsruimte, met
koffiezetapparaat en voorziening voor thee;
Voor opleiding en bijscholing van de eigen instructeurs worden door Jaap
Eden ruimtes en terrein ter beschikking gesteld, tot maximaal vijfmaal per
seizoen.
Daamaast bestaat de mogelijkheid om ruimtes en terrein van Jaap Eden te huren
voor zover deze beschikbaar zijn, tegen normale huurprijzen voor bijvoorbeeld:
• Een afsluitbare kantoorfaciliteit;
• Een verblijfsruimte.
Artikel 13. De Kennis van de instructeurs van de Concessiehouder
Huidige tekst wordt lid 1. Toegevoegd wordt:
Lid 2. Jaap Eden I Jsbaan zal de BHV opleiding eenmaal per jaar aanbieden direct
voorafgaande aan het seizoen. De instructeurs en de medewerkers van de
Concessiehouder die werkzaam zijn op Jaap Eden worden hiervoor
uitgenodigd. Van de deelnemers wordt een eigen bijdrage verwacht van € 25,ten einde een klein deel van de werkelijke kosten te dekken.
Artikel 16. Gezamenlijke gegevensuitwisseling
Huidige tekst wordt lid 1. Toegevoegd wordt:
Lid 2. In dit systeem is op dagelijkse basis bij te houden hoeveel groepen op welke
uren staan ingeroosterd. Zodoende is voortschrijdend in te schatten hoe druk
de roosteruren zijn.
Ud 3. Wijzigingen, die leiden tot meer groepen, zullen binnen de periode van een
week voorafgaande aan het moment van lesgeven alleen plaats vinden na
overleg met de Concessiehouder.
Lid 4. Roosteruren, die vervallen zullen tenminste 24 uur van te voren worden
gemeld aan de Concessiehouder. Roosteruren, die op een later tijdstip
vervallen door het wegblijven van de klant of door storm, sneeuw, enz.,
kunnen door de Concessiehouder in rekening worden gebracht.
Artikel 20. Rapportage aan de Opdrachtgever
Huidige tekst wordt lid 1. Toegevoegd wordt:
Lid 2. Deze rapportage zal ten minste omvatten:
• de stand van zaken over het eigen Plan van Aanpak (zoals door de
Concessiehouder is ingediend);
• de stand van zaken over het eigen Plan van Samenwerken (zoals door de
Concessiehouder is ingediend);
• afwijkingen van het Programma van Eisen (PvE);
• bijzondere gebeurtenissen in de afgelopen periode;
• bijzonderheden voor de komende periode;
• al het overige dat noodzakelijk en gebruikelijk is voor een goede
samenwerking tussen opdrachtgever en Concessiehouder.
Artikel 33. Aantal Concessiehouders voor deze aanbesteding
Huidige tekst wordt lid 1. Toegevoegd wordt:
Lid 2. Inschrijvers, die alleen inschrijven op de percelen E en F, kunnen alleen in
aanmerking voor deze concessie komen, indien er op de percelen A, B, C en
D slechts een Concessiehouder of twee verschillende Concessiehouders zijn.
Toegevoegde bijlagen aan Document 3 :
3.
Bijlage 4
Aantal deelnemers per instructeur
(zie apart vel; biz. 10)
3.
Bijlage 5
Totaal aantal lesuren (geschat)
(zie apart vel; biz. 11)
5.4
Wijzigingen in de "Overeenkomst" (document 4)
Artikel 4. Rapportages aan Opdrachtgever
Huidige tekst wordt vervangen door:
Artikel 4.
Rapportages aan Opdrachtgever
De Opdrachtnemer rapporteert elke maand over de uitvoering aan Opdrachtgever of
zoveel vaker als redelijkenvijs naar de opvatting van Opdrachtgever nodig is.
Deze rapportage zal ten minste omvatten:
• de stand van zaken over het eigen Plan van Aanpak (zoals door de
Concessiehouder is ingediend);
• de stand van zaken over het eigen Plan van Samenwerken (zoals door de
Concessiehouder is ingediend);
• afwijkingen van het Programma van Eisen (PvE);
• bijzondere gebeurtenissen in de afgelopen periode;
• bijzonderheden voor de komende periode;
• al het overige dat noodzakelijk en gebruikelijk is voor een goede
samenwerking tussen opdrachtgever en Concessiehouder.
Zie hiervoor ook bijlage 5 van dit contract.
Artikel 5. Tariefstelling Opdrachtnemer en Vergoeding aan Opdrachtnemer
ais verschuldigd door Opdrachtgever
Toegevoegd wordt:
12.
Het is opdrachtnemer toegestaan, voorafgaande aan de factuur na afloop, een
aanbetaling te verlangen. Bij perceel A kan direct voorafgaande aan de start van de
seizoenscursus een aanbetaling worden verlangd van 50 % van de te verwachten
declaratie. Bij perceel B kan, direct voorafgaande aan de start van de cursus een
aanbetaling worden verlangd van 50 % van de te verwachten declaratie. Bij perceel
C kan, direct voorafgaande aan de start van elke intensiefweek, een aanbetaling
worden verlangd van 50 % van de te verwachten declaratie na afloop van elke
intensiefweek. De overige percelen worden alleen na afloop gedeclareerd.
Artikel 11 Vervanging personen, die belast zijn met de uitvoering
Huidige tekst wordt vervangen door:
Artikel 11. Vervanging personen, die belast zijn met de uitvoering
1.
Opdrachtnemer is zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
Opdrachtgever niet gerechtigd de contactpersoon en/of de plaatsvervangend
contactpersoon (als bedoeld in artikel 10) tijdelijk of definitief te vervangen.
Opdrachtgever zal zijn toestemming niet op onredelijke gronden weigeren en
is gerechtigd aan deze toestemming voorwaarden te verbinden.
2.
Indien Opdrachtgever vervanging verlangt van deze personen, omdat hij
meent dat dit in het belang van een goede uitvoering van de Opdracht nodig
of wenselijk is, geeft Opdrachtnemer hieraan zo snel mogelijk gevolg.
3.
Bij een vervanging van de personen, bedoeld in lid 1 en 2, dienen die qua
deskundigheid, opleiding en ervaring tenminste gelijkwaardig zijn aan de
oorspronkelijk ingezette personen.
5.5
Antwoorden op vragen, die niet hebben geleid
tot wijzigingen van de documenten
Afgelasten aanbestedingsprocedure
Jaap Eden Usbaan is een aanbestedingsprocedure begonnen om schaatslessen
door een of meerdere schaatsscholen / Concessiehouders te laten verzorgen.
Om extra belangstelling te trekken zijn de schaatslessen in percelen opgedeeld.
Er is daamaast publiciteit gezocht.
Indien de aanbesteding desondanks zou mislukken, zal Jaap Eden moeten
besluiten om olwel een partij uit te nodigen, ofwel om de schaatslessen in eigen
beheer te gaan verzorgen. De beslissingen hierover liggen geheel en alleen bij
het bestuur van Jaap Eden Usbaan.
De lopende petitie tegen de aanbesteding en de aanbesteding door Jaap
Eden
Het huidige contract met de schaatsschool loopt af op 1 april 2013. De gemeente
Amsterdam heeft, in het kader van bezuinigen op de jaarlijkse subsidie, Jaap
Eden IJsbaan uitdrukkelijk de opdracht gegeven om de inkomsten te verhogen,
zonder de toegangsprijs te verhogen.
De aanbesteding past in deze opdracht van de gemeente Amsterdam.
De Stichting Jaap Eden Usbaan ontvangt weliswaar subsidie van de gemeente
Amsterdam, maar is onafhankelijk en kan zelf over haar handelen beslissen.
Gezien de opdracht van de gemeente Amsterdam, zal de lopende petitie niets
veranderen aan de aanbesteding.
Conformering aan het PvE en de Overeenkomst
Door het ondertekenen van de invulformulieren conformeert de inschrijver zich
aan het Programma van Eisen, het Offertereglement en de Overeenkomst.
Afwijkingen hiervan zijn alleen mogelijk met instemming van beide partijen.
Geen neven activiteiten door de Concessiehouder
Het is de Concessiehouder binnen de overeenkomst niet toegestaan zich bezig te
houden met activiteiten, die niet in de concessie zijn opgenomen. Dus niet:
schaatsverhuur, schaatsen slijpen, verkoop van schaatsen of schaatskleding,
horeca activiteiten, enz.
Vertrouwelijkheid / privacy
De gehele aanbestedingsprocedure is omgeven door maatregelen om de
vertrouwelijkheid en privacy te waarborgen. De namen van de inschrijvers en het
aantal inschrijvers is vertrouwelijk en wordt niet bekend gemaakt. Alle gegevens
van de inschrijvers worden als bedrijfsgevoelig beschouwd en worden strikt
vertrouwelijk behandeld.
De toetsing / selectie criteria komen alleen ter kennis van en worden alleen
beoordeeld door de toetsingscommissie. De basis van de beoordeling wordt
gevormd door de eigen verklaringen en de referenties van de inschrijver. Een
eventuele uitsluiting wordt met redenen omkleed ter kennis gebracht van de
potentiele inschrijver. De potentiele inschrijver wordt in de gelegenheid gesteld
hierop schriftelijk te reageren.
De gunning criteria komen alleen ter kennis van en worden alleen behandeld door
de onafhankelijke beoordelingscommissie.
De Toetsingscommissie ontvangt de uitslag van de beoordelingscommissie en via
de notaris de prijzenformulieren. Met de beide gegevens wordt op grond van de
vastgestelde weging van het criterium "prys" en het criterium "kwaliteif een
voorstel tot keuze van de begunstigde inschrijver gemaakt voor het Bestuur.
Indien de inschrijver de aanbesteding gegund krijgt, vormen al zijn gegevens
onderdeel van het contract. In dit contract is wederkerig geheimhouding
vastgelegd.
Alle documenten van de inschrijvers aan wie geen gunning is verleend, zullen na
voltooiing van de procedure van de aanbesteding worden vemietigd.
Motivering gemaakte keuzes
De motivering van de gemaakte keuzes wordt niet openbaar gemaakt (dus niet
gepubliceerd), omdat dan onvermijdelijk bedrijfsgevoelige en vertrouwelijke
informatie van inschrijvers bekend zou worden.
Afgewezen inschrijvers krijgen ieder voor zich een gemotiveerde alwijzing. Zij
kunnen de onafhankelijke rechter verzoeken om de gang van zaken rond de
aanbesteding te toetsen op een juiste behandeling.
Intellectueel eigendom
Jaap Eden bezit het intellectuele eigendom van deze procedure. Om dit
intellectuele eigendom te beschermen wordt aan potentiele inschrijvers ook
geheimhouding van alle letterlijke teksten opgelegd.
De aanbesteding is openbaar. ledereen mag kennis nemen van de stukken, maar
mag er niet mee gaan handelen. Zie Document 2 artikel 29 lid 4.
Gezamenlijk project van Jaap Eden en Concessiehouder en
verdeling werkzaamheden tussen Jaap Eden en Concessiehouder
Jaap Eden beschouwt het verzorgen van schaatslessen en de andere activiteiten
van deze aanbesteding als een gezamenlijke activiteit van de Stichting en de
Concessiehouder (zie Document 3 artikel 6.).
Jaap Eden IJsbaan is verantwoordelijk voor het administratieve deel en de
Concessiehouder is verantwoordelijk voor het sportieve gedeelte van dit
samenwerkingsverband.
Jaap Eden doet het administratieve voorwerk en verleent toegang tot de ijsbaan.
Vanaf dat moment is het de verantwoordelijkheid van de Concessiehouder.
In document 3 worden in artikel 8 en 11 is de verdeling van werkzaamheden
tussen opdrachtgever en Concessiehouder nader uitgewerkt.
•
Uitzonderingen op percelen
In Document 3 in artikel 1 lid 3 en artikel 34 lid 3 worden uitzonderingen gemaakt
op de percelen van de concessie. Niet begrepen in de zes percelen zijn
cursussen en lessen door onderwijsinstellingen, de gemeente Amsterdam en
door de schaatsverenigingen. Jaap Eden kan in die gevallen toestemming
verlenen dat zijzelf (d.w.z. de instelling of vereniging) ijsactiviteiten op
commerciele basis verrichten.
Toestemming zal bij de instellingen altijd worden gegeven als de lessen worden
gegeven door eigen personeel. Indien andere instructeurs worden ingehuurd
dient dit in principe bij de Concessiehouder te gebeuren.
Daamaast kan Jaap Eden toestemming verlenen voor het geven van
schaatslessen door personen met een specifieke uitstraling, zoals bijvoorbeeld
beroemde schaatsers. Dit kan, maar hoeft niet via de Concessiehouder te lopen.
•
Minimale beloning van instructeurs
In Document 3 artikel 14 wordt een minimale beloning voor de instructeurs
vastgelegd. Het staat de Concessiehouder vrij zijn instructeurs te belonen naar
het hem goed dunkt, zolang er aan de minimale beloningseis wordt gedaan. Er
wordt dus niet aangesloten bij de CAO voor sportverenigingen. Deze bepaling is
opgenomen om prijsdumping ten nadele van de instructeurs te voorkomen.
•
Maximale beloning van de Concessiehouder
De maximale beloning voor de Concessiehouder (Document 3 artikel 15) is
vastgesteld op grond van overleg met de markt, hetgeen gebruikelijk is in de
sportwereld en op grond van informatie van Sportservice Amsterdam, onderdeel
van de Dienst DMO van de gemeente Amsterdam.
•
Kleding instructeurs
De kleding van de instructeur is uiteraard een zaak van de Concessiehouder.
Afgezien van de tenaamstelling (zoals verwoord in document 3 artikel 19)
worden er geen eisen door de opdrachtgever gesteld, zolang de uitrusting niet
strijdig is met de belangen en uitstraling van Jaap Eden en deze binnen wat
betamelijk is, blijft. Andere uitingen, zoals reclame, zijn dus toegestaan, maar
behoeven de toetsing van Jaap Eden.
•
Inzet bestaande instructeurs
In artikel 23 van Document 3 is de verplichting opgenomen voor de
Concessiehouder om zich in te spannen om instructeurs, die nu actief zijn op
Jaap Eden IJsbaan, te vragen om weer instructie te geven. Uiteraard rust er geen
verplichting op de instructeurs om hierop in te gaan. Deze bepaling is opgenomen
om rechten van de huidige instructeurs te erkennen. Als een instructeur een
opleidingsverklaring (concurrentiebeding) heeft getekend, is dat een zaak van de
instructeur zelf.
•
Schaatslessen op feestdagen
In artikel 37 van Document 3 zijn de specifieke eisen opgenomen van Perceel C :
Intensief cursus. In de twee weken van de Kerstvakantie zijn geen vrije dagen
opgenomen. Er wordt vanuit gegaan dat de cursus plaats vindt op alle
weekdagen ook als dit 1 Kerstdag, 2 Kerstdag of Nieuwjaarsdag betreft.
De openingstijden van Jaap Eden IJsbaan zullen dit mogelijk maken.
e
e
•
Lesgeven tijdens Publieksuren
In Document 3 Bijlage 1 (ten onrechte aangeduid als 5. Bijlage 1) is het
urenschema van het seizoen 2011-2012 gepubliceerd. Tijdens drukke
publieksuren is het lesgeven vaak ingewikkeld. Of er toch les kan worden
gegeven en zoja met hoeveel groepen, wordt bepaald door Jaap Eden na
overleg met de Concessiehouder.
•
Onderzoek naar Klanttevredenheid
In artikel 25 van Document 3 wordt het onderzoek naar de klanttevredenheid
genoemd. De vraagstelling voor dit onderzoek is algemeen. De Concessiehouder
mag voorstellen doen voor vragen in het onderzoek naar de klanttevredenheid.
•
Aanbrengen van klanten door Concessiehouder
In Document 3 artikel 17 lid 3 is vastgelegd dat de Concessiehouder wordt
beloond door de Jaap Eden Usbanen, als de Concessiehouder NAW gegevens
aanlevert van elke nieuwe prive persoon, die daadwerkelijk klant wordt. Zie voor
precieze gegevens: Document 3 artikel 17.
Bij Jaap Eden zijn de NAW gegevens van de huidige cursisten over het algemeen
niet bekend.
•
Uitsluiting vanwege lopende gerechtelijke procedures en aantasting goede
naam
Samenwerken tussen Stichting en Schaatsschool is een belangrijk doel van deze
aanbesteding. Om een gezamenlijke activiteit op een goede manier vorm te
geven, is het niet gewenst dat de twee partijen in de samenwerking in juridische
strijd met elkaar zijn gewikkeld en zeker niet elkaar jegens het publiek te schande
maken. Daarom is in Document 2 artikel 9 lid 6 opgenomen.
Op voorhand is geen enkele inschrijver uitgesloten van deelname aan deze
aanbesteding.
Toegevoegd aan Bijlage 3
3. Bijlage 4
Aantal deelnemers per instructeur
Op basis van het gemiddelde groepsgrootte per instructeur (zie hiervoor art.
35, 36 en 37 van dit document 3) is een staffel gemaakt van de grootte van
de groep deelnemers per instructeur.
Bij de percelen A en C is het maximum aantal deelnemers per groep bepaald
op 16 en het minimum op 11. Groepen met minder dan 11 deelnemers zullen
geen doorgang vinden. Bij groepen van meer dan 16 deelnemers, maar geen
22 deelnemers zullen alleen de eerste 16 deelnemers worden toegelaten. In
beide gevallen zullen de potentiele deelnemers de keuze krijgen om op
andere tijdstippen in te schrijven.
In bijzondere gevallen kan Jaap Eden besluiten om toch kleinere groepen te
formeren. Grotere groepen dan maximaal 16 deelnemers zullen niet worden
toegestaan.
Bij de percelen B en F zal op eenzelfde manier worden gewerkt.
aantal
instructeurs
aantal
deelnemers
perceel
A en C
perceel
B
perceel
F
1
11-16
19-26
12-16
2
22-32
38-52
24-34
3
33-45
57-78
36-48
4
46-58
79 - 99
5
59-71
6
72-84
7
85-97
8
98-110
9
111-123
10
enz.
10
Toegevoegd aan Bijlage 3
3. Bijlage 5
Totaal aantal lesuren (geschat)
Op basis van het aantal deelnemers aan de verschillende cursussen in de
seizoenen 2010-2011 en 2011-2012 (zie hiervoor 3. Bijlage 2) en op basis van
de gemiddelde groepsgrootte per instructeurs (zie hiervoor art. 35, 36 en 37
van dit document), is een inschatting gemaakt van het aantal lesuren, dat
per perceel zou worden gegeven.
Dit is geen garantie voor het aantal uren dat in de komende jaren daadwerkelijk
kan worden gegeven.
Perceel A : Jaarcursus
Aantal lesuren = totaal aantal uren gedeeld door gemiddelde groepsgrootte
68.000 :13
=
5.200 lesuren
Perceel C : Intensief cursus
Aantal lesuren = totaal aantal uren gedeeld door gemiddelde groepsgrootte
30.000 : 13
=
2.300 lesuren
Perceel B : Schoolschaatsen
Aantal lesuren = totaal aantal uren gedeeld door gemiddelde groepsgrootte
9.200 : 22
=
450 lesuren
Totaal aantal lesuren in de percelen A. B en C : 8.000 uren
11
Pro
^cti
e4
Aanbestedingsgesprek Jaap Edenbaan
Datum: 7 januari 2013,11.00-12.45 uur
Locatie: Restaurant Frankendael, Middenweg 116
Aanwezig:
mevrouw A. Keur, de heer C. van Saaze,
de heer L. van Drooge, de heer F. Majoor
Verslag:
mevrouw A. Vernooij, Notuleerservice Nederland
De heer VAN DROOGE: Welkom. We hebben afgesproken dat als er vragen toegelicht moesten worden dit nu
zou gebeuren. Anneloes maakt een verslag. Zij is van Notuleerservice Nederland. Dit is het bedrijf dat het ook
altijd bij de gemeenteraad doet. Ze maakt een woordelijk verslag. Dit krijgen jullie uiteraard na afloop. Dat lijkt
mij helder. Dat is een extra service want in principe komen we naar aanleiding van de vragen die gesteld zijn
en de opmerkingen die gemaakt zijn met een nota waarin eventuele wijzigingen staan. Hoe lang je er ook over
nagedacht hebt, het kan altijd zijn dat er iets niet in genoegen is. Daarvoor zijn dus dit soort vragen. Het
verslag is alleen maar een vastlegging. Frits Majoor en ik zijn de paters intellectualis van dit boekwerk dus we
kennen het van voor tot achter en kunnen daarom het makkelijkst de antwoorden geven en kijken wat daaruit
komt. Jou ken ik genoegzaam. Aranka, ik heb je even gegoogled, dat hoort erbij, we doen ook modern en zag
dat je ergens in het oosten kantoor houdt.
De heer MAJOOR: Zit je niet bij Allen & Overy?
Mevrouw KEUR: Nee. Het kantoor bestaat uit mijzelf en mijn kantoorgenoot, mijn compagnon. We zijn met
twee advocaten op het gebied van ondernemingsrecht. Ik denk dat u dat via Google gevonden hebt.
De heer VAN DROOGE: En ik heb gevonden: een enthousiast schaatster.
Mevrouw KEUR: Ja. Dat vindt u ook via Google. Dat klopt.
De heer VAN DROOGE: Toen dacht ik ook: dit begrijp ik. Ik denk dat we daarmee genoeg aan de inleiding
hebben gedaan. Jullie hebben de vragen heel overzichtelijk genummerd. Ik denk dat het het verstandigst is om
het vraag voor vraag door te nemen en elke keer naar aanleiding van elke puntje te concluderen. Het lijkt me
ook verstandig dat het dan helder is wat er na afloop gebeurt. Het vervolg hierna is dat er een nota van
wijzigingen komt en daar staat niet in dat die dat heeft gevraagd en dit is het antwoord daarop. Er staat alleen
in wat het antwoord op bepaalde vragen is. Het is geanonimiseerd, zoals alles in deze hele procedure altijd
anoniem is.
Mevrouw KEUR: Komen de vragen die gesteld zijn wel terug in het geheel?
De heer VAN DROOGE: Dat hangt er een beetje vanaf. Als het een vraag voor de open deur is, moeten we
erover besluiten of we er echt een antwoord in willen hebben. Dat mag je dan zeggen. Het is allemaal
geanonimiseerd. Ergens staat een vraag: Mag Duosport meedoen? Daar zal geen antwoord op gegeven
worden als Duosport mag meedoen. Er zal wel een antwoord worden gegeven dat er bij voorbaat niemand is
uitgesloten. Het is altijd geanonimiseerd. Het is niet de bedoeling dat je ergens zou kunnen terugvinden wie
eventueel belangstelling heeft getoond of vragen heeft gesteld. Dat is de basis van een dergelijke procedure.
Chris? Ik dacht dat je nog iets wilde ...?
De heer VAN SAAZE: Nee. Ik zei: duidelijk.
De heer VAN DROOGE: Sorry. Bij vraag 1 staat dat de motivering niet bekend zal worden gemaakt.
De heer MAJOOR: Ik heb daar het antwoord op. De motivering van de gemaakte keuze is niet openbaar. Die
wordt niet gepubliceerd. Maar de inschrijvers worden conform artikel 6 van de WIRA bericht.
Mevrouw KEUR: Dat houdt dus ook in dat de motivering en de inschrijvers bekendgemaakt worden?
De heer MAJOOR: Ja.
1/21
Mevrouw KEUR: Ok6.
De heer VAN SAAZE: Per inschrijver?
De heer MAJOOR: Artikel 6 van de WIRA is daar duidelijk over. Dit geeft een duidelijk opgave over wat er aan
de inschrijvers meegedeeld moet worden en dat is de motivering. Dat schrijft de WIRA zelfs voor.
Mevrouw KEUR: Helder.
De heer VAN DROOGE: Dit is helder. Moet dit nog toegevoegd worden in de nota van wijzigingen?
Mevrouw KEUR: Bij voorkeur wel.
De heer MAJOOR: Aan de andere kant is het gewoon de wet.
Mevrouw KEUR: Het is de wet.
De heer MAJOOR: Misschien is het verschil, en dat is een ontologische kwestie natuurlijk, dat openbaar
publiceren voor iedereen is. En dat gebeurt dus niet.
Mevrouw KEUR: Klopt. Maar zoals het hier stond, was bij ons onduidelijkheid gerezen.
De heer MAJOOR: En ik denk dat die onduidelijkheid er niet meer kan zijn. Het is gewoon de wet WIRA.
Mevrouw KEUR: Ja. Ik zou het toch graag opgenomen willen hebben. Als u vervolgens besluit dat u het niet
wilt opnemen, dan neemt u het niet op. Ik neem aan dat dat aan u is.
De heer VAN DROOGE: Voor alle helderheid, het is gewoon heel simpel. Het is ook een vraag. Het document
1 staat overigens niet ter discussie, maar ergens verderop wordt nog wel iets gezegd en we zullen ergens iets
toevoegen dat mensen worden ingelicht volgens de WIRA.
De heer MAJOOR: Dat is toch lastig met dat soort teksten. Dan zou er in die nieuwe aanvulling komen te
staan dat wij ons aan de wet houden. Dat is een beetje een open deur intrappen want dat moeten we sowieso.
Mevrouw KEUR: Het is een open deur, maar ik neem aan dat...
De heer VAN SAAZE: Ik vond het best lastig om duidelijk te hebben ... omdat de aanbesteding volgens
bepaalde regels verloopt, maar bijvoorbeeld niet volgens Europese aanbestedingsregels.
De heer VAN DROOGE: Jawel.
De heer MAJOOR: Het zijn volstrekte Europese aanbestedingsregels. Maar de regels van de Europese
aanbestedingen zijn een richtlijn van de Europese Unie en die is gelmplementeerd in de Nederlandse
wetgeving door de WIRA. De WIRA heeft daar een apart artikel 6 aan gewijd over waaraan de berichten aan
de inschrijvers moeten voldoen. Ik wil dat artikel 6 van de WIRA wel even laten zien. "De mededeling aan
iedere inschrijver of gegadigde van een gunningsbeslissing bevat de relevante redenen voor die beslissing
alsmede een nauwkeurige omschrijving van de termijn bedoeld in artikel 4." Aan iedere inschrijver van een
gunningsbeslissing.
De heer VAN SAAZE: Wat mij niet duidelijk was, is dat het een Europese aanbesteding betrof. Misschien is
dat voor advocaten anders. 0:08:41 formeel geen plichten geldt voor een Europese aanbesteding er vrijwillig
voor gekozen wordt om een transparante aanbestedingsprocedure te volgen.
De heer MAJOOR: De Europese aanbesteding is door meer wetgeving ingekaderd en dan moet je aan meer
verplichtingen voldoen.
De heer VAN SAAZE: Ik had er dus niet uitgehaald dat het een officiele Europese aanbesteding was. En dat is
dus het geval.
De heer VAN DROOGE: Volstrekt formeel houden wij ons gewoon aan de wet. Europese aanbesteding is een
beetje vermeden omdat er dan soms mensen zijn die denken dat heel Europa mag inschrijven.
2/21
De heer VAN SAAZE: En dat is ook het geval.
De heer MAJOOR: En dat is ook het geval.
De heer VAN DROOGE: Dat is ook het geval. Maar je kunt wel zeggen: ze moeten Nederlands spreken. We
houden ons aan de wet.
De heer MAJOOR: We hoeven de stukken niet te vertalen. Dat scheelt.
De heer VAN SAAZE: Dat wil ik in ieder geval bij het antwoord weten: de reden waarom er verwezen wordt
naar de wet. Omdat het een officiele Europese aanbesteding is. Alleen daarom al vind ik het antwoord erg
belangrijk op vraag 1.
De heer MAJOOR: Dat heb ik nu gegeven.
De heer VAN DROOGE: Goed. Dan gaan we naar document 2. In document 2 worden uitsluitingscriteria
geformuleerd. Daar zegt u: geef een voorbeeld van iemand die bij de uitoefening van zijn beroep een ernstige
fout heeft begaan.
De heer MAJOOR: Het betreffende artikel is rechtstreeks overgenomen van artikel 45 van de BAO. Dat is de
letterlijke tekst. De uitleg van die letterlijke tekst. Wat een ernstige fout is, zal beoordeeld moeten worden aan
de hand van de omstandigheden van het geval. Het is bedoeld om een inschrijver te weren waarin
onvoldoende vertrouwen kan worden gevonden dat deze de werkzaamheden naar behoren kan vervullen. Ik
zie het als een soort parapluartikel. Er is een aantal uitsluitingen en een van die uitsluitingsgronden is dan een
artikel waar je meer in kan onderbrengen. Een voorbeeld. Stel je voor dat iemand inschrijft van wie je tijdens
de inschrijving hoort dat het een bedrieger is. Het is moeilijk om precies aan te geven hoe dat is, maar dat het
overduidelijk wordt dat het een rare en niet serieus bedoelde inschrijver is. Dan zou je hem met dat artikel
kunnen uitsluiten.
Mevrouw KEUR: En dat zou dan gebeuren op basis van dit artikel?
De heer MAJOOR: Ja. Bijvoorbeeld. Als het niet valt onder een van de andere artikelen.
Mevrouw KEUR: Het is wel zodanig specifiek geformuleerd dat het om een ernstige fout bij de uitoefening van
het beroep gaat en dat het dus niet de persoon van de inschrijver betreft.
De heer MAJOOR: Ja.
Mevrouw KEUR: Daar wordt dan toch onder verstaan dat ook de persoon van de inschrijver, als daar twijfels
over ontstaan, ...
De heer MAJOOR: Ja. Want zo'n fout wordt natuurlijk gemaakt door een persoon.
Mevrouw KEUR: Ja. Maar als er geen fout wordt geconstateerd en meer een eigenschap is van de persoon ...
De heer MAJOOR: Een eigenschap van een persoon uit zich altijd in zijn daden en als die daden fout zijn, dan
is het de fout van de persoon gebaseerd op zijn karakter.
De heer VAN SAAZE: De inschrijver is niet altijd een persoon. Het kan ook een rechtspersoon zijn.
De heer MAJOOR: Ja. Dat kan ook een rechtspersoon zijn. Maar daar kunnen we wel doorheen kijken
natuurlijk. Al die vragen komen eigenlijk terug op 66n vraag van u en dat is: is voor Duosport te vrezen dat zij
op een van al deze vragen uitgesloten zou kunnen worden? Daarvan kunnen we al zeggen: dat is niet het
geval.
Mevrouw KEUR: Dat is niet een antwoord op een volgende vraag.
De heer MAJOOR: Maar een heleboel van die vragen richten zich daar een beetje op. Het algemene antwoord
is dat Duosport is uitgenodigd en Duosport is niet uitgesloten. Zij is ook niet uitgesloten op grond van wat u
stelt in uw tweede vraag van document 2. Evenmin is Duosport uitgesloten als zij een kort geding gaat voeren,
over de aanbestedingsprocedure natuurlijk.
Mevrouw KEUR: Het antwoord op vraag 3 is dat de procedures over de aanbesteding niet tot uitsluiting leiden?
3/21
De heer MAJOOR: Nee.
De heer VAN DROOGE: Voor de helderheid. Het is een procedure over de manier van aanbesteden.
De heer MAJOOR: Precies.
De heer VAN DROOGE: Laten we dat helder zeggen.
Mevrouw KEUR: Dan vraag ik me af waar die nuancering vandaan komt.
De heer MAJOOR: Het is geen nuancering.
De heer VAN DROOGE: Duosport vecht wel aan dat wij willen aanbesteden.
Mevrouw KEUR: En dat valt wel onder de uitsluiting?
De heer MAJOOR: Dat valt niet onder de uitsluiting natuurlijk. Die algemene uitsluitingscriteria slaan niet op
procedures die de aanbesteding betreffen. Als Duosport zou besluiten om, ik weet niet wat aan procedures
tegen de eigenaar te ondernemen, dan kan dat op grond van dit artikel nadere overweging noodzakelijk
maken. Maar dat verwachten we niet. Onder normale omstandigheden treft Duosport geen enkele uitsluiting.
Mevrouw KEUR: Ik begrijp het antwoord op de vraag nog niet helemaal. Misschien dat dat aan mij ligt. Het
eerste antwoord was dus dat de procedures over de aanbesteding, over procedures die betrekking hebben op
de aanbesteding niet tot uitsluiting leiden. Vervolgens hoorde ik u zeggen dat als er een procedure wordt
begonnen dit wel tot nadere overweging kan leiden.
De heer MAJOOR: Een procedure, maar niet betreffende de aanbesteding.
Mevrouw KEUR: Ok6. Waar denkt u dan aan? Ik begrijp niet helemaal hoe het in de context van deze vraag in
het antwoord past.
De heer MAJOOR: Ik kan mij ook niet zo goed voorstellen in welk geval dat dan wel in werking zou treden. Ik
kan me eigenlijk niet zo goed een procedure voorstellen die Duosport zal ondernemen om iets tegen Jaap
Eden te ondernemen buiten de aanbesteding. Ik kan me ook niet zo'n goed voorbeeld voor ogen halen in
welke gevallen dat dan wel of niet zo zou zijn.
De heer VAN SAAZE: We hebben in het verleden wel eens iets gehad met parkeerplaatsen.
De heer MAJOOR: Dat is geeneens een procedure geworden. We hebben in het verleden iets gehad met de
parkeerplaatsen. Daar is toen een aanzegging tot een kort geding gekomen, maar die aanzegging is weer
ingetrokken. Dat is al weer jaren geleden.
Mevrouw KEUR: Meer recent, ik weet niet of u daar ook bij betrokken was, is er een voorbeeld om even
duidelijk te krijgen wat de reikwijdte van deze bepaling is. In September 2012 was er een wens van de Jaap
Eden om een logo te verwijderen van de muur. Stel dat daar een procedure over gevoerd zou worden, zou dat
dan onder dit criterium vallen?
De heer MAJOOR: Nee. Dat denk ik niet. Ik denk dat dat verwijderen van dat logo een misvatting van Jaap
Eden was. Dat is ook helemaal geen procedure geworden. Dus er is geen sprake geweest van een procedure.
Mevrouw KEUR: Resumerend: het antwoord is inderdaad dat u als eerste aangaf...
De heer MAJOOR: Duosport is uitgenodigd. Duosport heeft veel ervaring in het geven van les. Duosport doet
van harte mee aan deze aanbesteding. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat Jaap Eden redenen
gaat zoeken om Duosport aan de kant te gooien in de aanbesteding. Dat is gewoon niet het geval. Ik probeer u
daarvan te overtuigen, maar dat zijn woorden.
De heer VAN SAAZE: Ik begrijp de reactie en dat komt omdat er een bepaalde situatie is op dit moment waar
veel verwezen wordt naar contracten. Dat maakt dat je ... Dan wil je wel graag weten of...
De heer MAJOOR: Het contract is natuurlijk ook de basis van de samenwerking. Het is een gedetailleerd
samenwerkingscontract. Er staan een hele hoop dingen in die ook niet alle feitelijke situaties omvatten zodat je
4/21
moet interpreteren waarop je dat kunt baseren. En er is een aantal situaties waarin Duosport een andere
mening heeft over de uitwerking van het contract dan Jaap Eden. Daar wordt dan wel eens over gesteggeld.
Maar dat is geen reden om Duosport uit te sluiten.
De heer VAN SAAZE: Maar het maakt wel dat je graag wilt weten wat het antwoord op de vraag is.
Mevrouw KEUR: Ik probeer inderdaad helder te krijgen wat het doel van de bepalingen is. De bepalingen
lezende, rijzen daar vragen uit en komen daar vragen uit voort.
De heer MAJOOR: Maar die sluiten in ieder geval niet op een huidige situatie en de huidige verhouding met
Duosport.
Mevrouw KEUR: Maar omdat de bepaling geschreven is juist ook als een uitsluitingscriterium, wat een heel
duidelijk criterium is en waarvan dus ...
De heer VAN DROOGE: Ik wil je toch even onderbreken.
Mevrouw KEUR: Dat mag.
De heer VAN DROOGE: Als je vaker aanbestedingen hebt gedaan, zul je deze hele trits van uitsluitingen
overal altijd tegenkomen. Het is niets bijzonders. Dus om de stelling aan te gaan dat dit speciaal geschreven is
om iemand in de wielen te rijden, is niet het geval. Laat ik dat maar even eerst helder zeggen. Het komt altijd
voor.
De heer VAN SAAZE: Dat had ik ook niet verwacht trouwens.
De heer VAN DROOGE: Maar goed, ik wil die argwaan even wegnemen. Dat is niet het geval.
Mevrouw KEUR: Er is aan deze zijde geen enkele argwaan.
De heer VAN DROOGE: Ok§. Helemaal goed. Aan onze kant ook niet dus dat maakt het al een stuk
makkelijker.
Mevrouw KEUR: Het is ook niet zo dat al die vragen zijn toegeschreven op of Duosport is uit te sluiten, is
uitgesloten op dit moment. Waar het om gaat, is dat we hier een uitsluitingscriterium hebben, wat een heel
duidelijk criterium is. Er is een situatie waarbij grote belangen spelen en waarbij er ook rekening mee moet
worden gehouden dat daarover op enig moment een procedure kan worden begonnen. Gelet op het
uitsluitingscriterium is dus van belang om te weten hoe wijd dat wordt genomen of hoe strikt dat wordt
genomen. Als ik u hoor zeggen dat de procedures die betrekking hebben op de aanbesteding niet tot uitsluiting
zullen leiden, is dat een antwoord op de vraag die helderheid geeft.
De heer MAJOOR: Ok<&. Prima.
Mevrouw KEUR: Dus dan lijkt mij die vraag beantwoord.
De heer MAJOOR: Heel goed.
De heer VAN SAAZE: Ja.
De heer VAN DROOGE: Daarmee hebben we dan vraag 2 behandeld en vraag 3 hebben we daarmee nog
niet behandeld. Ofwel?
Mevrouw KEUR: Dan kijk ik Chris even aan. Van een ernstige fout in de uitoefening van zijn beroep begrijp ik
dat dit voorkomt uit de regelgeving en dat er geen concreet voorbeeld van te geven is, maar dat het een soort
paraplubepaling is. Vraag 3 hebben we volgens mij ook behandeld.
De heer VAN DROOGE: Bij vraag 4, 5 vraagt u wat voor commissies er zijn. Frits?
De heer MAJOOR: Er zijn twee commissies in deze aangelegenheid, maar dat zult u ook wel hebben gelezen
in de stukken. De toetsingscommissie en de beoordelingscommissie. De bevoegdheden staan beschreven in
de artikelen 30 en 31. Dat moet dus duidelijk zijn. Daar staat in dat de beoordelingscommissie de inschrijvers
beoordeelt zoals beschreven in artikel 31, lid 3. De toetsingscommissie handelt conform artikel 30, lid 3. Een
eventuele uitsluiting wordt door de toetsingscommissie beoordeeld en de beslissing wordt aan de betrokken
5/21
inschrijver bericht. Daar staat geen bezwaar tegen open. De selectiecriteria worden door de
beoordelingscommissie getoetst. Het reglement dat in onderdeel 2, bijlage 1, is gevoegd, maakt dat duidelijk.
Mevrouw KEUR: U las nu artikel 30 voor?
De heer MAJOOR: De selectiecriteria worden door de beoordelingscommissie getoetst. Het reglement dat in
onderdeel 2, bijlage 1, is gevoegd, maakt dat duidelijk.
De heer VAN DROOGE: Document 2, artikel 30 en 31.
De heer MAJOOR: Dan verwijs ik naar het reglement dat in bijlage 1 in onderdeel 2 is bijgevoegd. Daar staat
ook in dat de beoordelingscommissie haar verslag aan de opdrachtgever uitbrengt.
Mevrouw KEUR: Misschien lees ik er overheen, maar ik lees in bijlage 1 bij document 2 niet wat u net voorlas,
wie de selectiecriteria beoordeelt.
De heer MAJOOR: Dat was dus de vraag. De beantwoording van de vraag is dat de toetsingscommissie dat
doet.
Mevrouw KEUR: Ok6. Dat is de beantwoording van de vraag.
De heer MAJOOR: Ja. Dan denk ik dat de meest belangrijke vraag uw onderdeel 7 is.
Mevrouw KEUR: Wacht even. Ik hang nu nog bij 4. Misschien heb jij nog iets bij 5?
De heer VAN SAAZE: Bij 4 schrijf ik op dat de toetsingscommissie dat doet.
Mevrouw KEUR: Dus de toetsingscommissie doet de uitsluitingscriteria?
De heer VAN DROOGE: Ja.
Mevrouw KEUR: En de toetsingscommissie doet ook de selectiecriteria?
De heer MAJOOR: Nee. Dat is de beoordelingscommissie. Wat dat betreft, verwijs ik dus naar onderdeel 2,
bijlage 1, dat het reglement is van de beoordelingscommissie, op welke wijze de technische kant en de
inhoudelijke kant worden beoordeeld.
Mevrouw KEUR: En dat is echt hoe het beoordeeld wordt?
De heer MAJOOR: Ja.
Mevrouw KEUR: Ok6.
De heer MAJOOR: Dan komen we in onderdeel 7.
De heer VAN DROOGE: Nee. 6 eerst nog even. Wie in welke commissie de conformering aan het programma
van eisen en aan de overeenkomst toetst en of de inschrijver daarbij wordt gehoord en of tegen de beslissing
een vorm van bezwaar is. Conformering aan het programma van eisen en aan de overeenkomst gebeurt via
het inschrijvingsformulier.
Mevrouw KEUR: Wie beoordeelt dat?
De heer VAN DROOGE: Uzelf. U schrijft in of u daarmee akkoord bent want op het moment dat u inschrijft,
bent u daarmee akkoord. Dit is nog het moment om te zeggen dat er dingen niet goed in staan of dat u dingen
anders wilt. Dat kunnen we dan beoordelen. Of u zich daar vervolgens mee conformeert, gaat u dus zelf
zeggen volgens de inschrijfformulieren.
Mevrouw KEUR: Het staat genoemd als afzonderlijke stap in de beoordeling door de opdrachtgever.
De heer VAN DROOGE: Als u geen akkoordverklaring geeft met de overeenkomst, dan zegt u: er ligt een
conceptovereenkomst. Ik ben niet akkoord. Dan tekent u niet. Dan heeft u een van de formulieren niet ingevuld
en dat is een reden om te zeggen dat u niet meedoet. Het is niet zo dat je na afloop van een aanbesteding
zegt: nu heb ik het gewonnen en nu ga ik nog eens praten over het programma van eisen of over de
6/21
conceptovereenkomst. Dan zou je dan de regels nog gaan veranderen waarbij andere mensen hebben
ingeschreven op die regels. Dat kan dus niet.
De heer MAJOOR: Dat is tevens de reden geweest voor het meest belangrijke kort geding wat gevoerd is
tussen de KLM en de schoonmakers. Die gingen toen na de aanbesteding nog even verder onderhandelen.
Mevrouw KEUR: Dit is dus een feitelijke constatering die door een notaris wordt gedaan?
De heer VAN DROOGE: De notaris ziet of er akkoord is gegaan met alle inschrijfformulieren.
Mevrouw KEUR: Dat is de vraag ook.
De heer VAN DROOGE: De notaris krijgt alles en de notaris constateert of alles is ingevuld.
Mevrouw KEUR: En als het niet is ingevuld, dan wordt niet meegedaan?
De heer VAN DROOGE: Als het wel is ingevuld, maar niet ondertekend. Bij zo'n aanbesteding kun je gewoon
niet de regels veranderen na afloop.
Mevrouw KEUR: Dat is helder, maar het is een stap die in de procedure wordt genoemd en waarvan niet
duidelijk wie die stap neemt.
De heer VAN DROOGE: De notaris zal iets constateren en die opdrachtgever zal dan besluiten om uit te
sluiten. En als u zegt dat u niet akkoord bent met de overeenkomst - we gaan straks nog een keer praten over
het programma van eisen van de overeenkomst - dan kan de opdrachtgever niet anders dan zeggen: het spijt
me, maar dan kun je niet meedoen. Daarmee ga ik namelijk de regels veranderen en dat kan ik niet.
Mevrouw KEUR: En is de opdrachtgever het bestuur van de stichting die daar uiteindelijk over besluit?
De heer VAN DROOGE: Ja natuurlijk, dat is het bestuur.
Mevrouw KEUR: Of is dat de directeur die dat besluit?
De heer VAN DROOGE: De directeur besluit alleen maar met het consent van het bestuur. Zo zijn de regels.
Het bestuur is de baas van de stichting.
Mevrouw KEUR: Dus de feitelijke beslissingen worden overgelaten aan het bestuur?
De heer MAJOOR: Het bestuur neemt de beslissingen.
De heer VAN DROOGE: Het bestuur neemt de beslissingen.
De heer MAJOOR: En de directie is gemandateerd voor een aantal beslissingen, maar niet voor alles.
Mevrouw KEUR: En ook niet voor deze begrijpen we hieruit?
De heer VAN DROOGE: Wat denkt u? Dat lijkt me toch buitengewoon logisch.
De heer MAJOOR: Maar het is ook gewoon zo. Het is voor Duosport belangrijk, maar het is voor de stichting
ook belangrijk. Het is gewoon een heel belangrijke beslissing die genomen moet worden want deze hangt
direct samen met de toekomst van zowel Duosport als van de stichting. Dus dat is een buitengewoon
belangrijke beslissing die dus uiteraard door het voltallige bestuur wordt genomen.
De heer VAN DROOGE: Er staat ook heel duidelijk dat de nota van inlichtingen wordt vastgesteld door het
bestuur. De afronding van de beoordeling wordt voordracht gedaan aan de inschrijver aan het bestuur. Het is
ook heel duidelijk dat het bestuur dat doet. Voor alle helderheid: het bestuur besluit.
Mevrouw KEUR: Het kan aan mij liggen, maar ik heb u wel horen voorlezen dat er geen bezwaar mogelijk was
tegen de beslissing van de toetsingscommissie en van de beoordelingscommissie op vraag 4 en 5. Heb ik dat
correct gehoord?
De heer MAJOOR: Ja.
7/21
Mevrouw KEUR: Dan kunnen we wat mij betreft door naar vraag 7.
De heer MAJOOR: Daarop is het antwoord al gegeven. Duosport is op dit moment niet uitgesloten van
deelneming.
Mevrouw KEUR: Dan kunnen we door naar vraag 8.
De heer VAN DROOGE: Die is heel helder. Als er minder dan twee zijn, dan kan worden gezegd dat de
aanbesteding is mislukt. Het zal ook helder zijn waarom. Als dit het geval zal zijn, zal de toetsingscommissie dit
melden aan het bestuur. Dan zal de opdrachtgever, het bestuur, zich beraden over de dan ontstane situatie.
De heer VAN SAAZE: ...
De heer MAJOOR: Een beetje harder graag.
De heer VAN DROOGE: Nee. Ik heb het gehoord. De vraag van Chris was informatie over het aantal mensen
dat heeft ingeschreven. Dat is onbekend.
Mevrouw KEUR: Dat wordt ook niet bekendgemaakt?
De heer VAN DROOGE: Nee.
De heer VAN SAAZE: Bij de notaris is het aantal inschrijvingen wel bekend?
De heer VAN DROOGE: De notaris weet alles. Verder is het een volstrekt geheime procedure. We gaan ook
niet vertellen hoeveel er zijn, ook niet hoeveel mensen nu vragen hebben gesteld, hoeveel mensen inlichtingen
hebben gevraagd. Dat zit er niet in. Bij minder dan twee kan het bestuur besluiten. Dan moet ze zich beraden.
Wordt er dan een nieuwe aanbesteding uitgeschreven? De kans daarop is niet zo groot. Je hebt genoeg
lawaai gemaakt om mensen nu te hebben.
Mevrouw KEUR: Ik begrijp het antwoord niet helemaal. Er is genoeg lawaai gemaakt?
De heer VAN DROOGE: Er zijn genoeg advertenties gezet in de media.
De heer MAJOOR: Publiciteit.
De heer VAN DROOGE: Publiciteit gegeven aan. Dat is op verschillende manieren gebeurd. Er zijn een
heleboel mensen aangeschreven. Als het nu mislukt, dan is de kans dat als je direct weer iets doet en dat het
wel lukt niet zo groot.
De heer VAN SAAZE: Het eerste deel van de vraag?
De heer VAN DROOGE: Wat gebeurt er als er om wat voor reden wordt beeindigd? Dan zal het bestuur zich
beraden over wat ze dan gaat doen. Dan kan alles zijn. Dat kan zijn: ik doe het zelf. Of ik vraag iemand alsnog
om het te doen. Dat kan allemaal. Dan gaan we naar document 3. In document 3 staat dat de NAW-gegevens
van de klanten eigendom zijn van de stichting. Dat gaat uiteraard over de klanten die dan ontstaan. Daarvan is
een aantal dingen geregeld. We willen niet in problemen komen met de Wet bescherming persoonsgegevens.
We willen dus ook niet dat ze ergens anders voor worden gebruikt. Het zijn allemaal klanten die door de
opdrachtgever worden geworven. Eventuele overdracht van de klantgegevens door Duosport valt buiten het
bestek van deze aanbesteding.
De heer MAJOOR: Het is zo dat met de Wet bescherming persoonsgegevens de stichting wat betreft haar
huidige klantenbestand gebruikmaakt van de vrijstellingen van die wet. We willen die vrijstellingen blijven
gebruiken omdat als je niet binnen die vrijstelling blijft je er een personeelsfunctionaris voor vrij moet maken
omdat zo'n functionaris allerlei vragen moet kunnen beantwoorden. Hij moet zich helemaal inwerken in de
uitwerking van die wet. Dat is gewoon lastig. Als je de toepassing van de klantgegevens heel sterk inperkt, dan
moet je bijvoorbeeld beloven dat je ze niet ter beschikking van anderen stelt. Je mag ze alleen maar gebruiken
voor het doel waarvoor die klantgegevens zijn opgegeven. Dat is voor de schaatslessen. Om daar geen
problemen mee te hebben en omdat de stichting zich binnen de beperkingen van de Wet bescherming
persoonsgegevens wil bewegen, leek dit de beste aanpak te zijn zodat de anderen ook contractueel verplicht
zijn om zich binnen die Wet bescherming persoonsgegevens en de kaders hiervan te bewegen. Jaap Eden
heeft geen idee wat Duosport met zijn klantgegevens zou willen doen.
8/21
De heer VAN SAAZE: Die klantgegevens van Duosport?
De heer MAJOOR: Ja. Want jullie vallen ook onder de Wet bescherming persoonsgegevens.
Mevrouw KEUR: Dat is de verantwoordelijkheid van Duosport. Maar dat wordt natuurlijk anders als we kijken
naar het document en de eisen die daarin gesteld worden.
De heer MAJOOR: Ja. Dat wordt anders. Maar de klanten zijn gezamenlijk. Dat is natuurlijk zo. Zo staat het
ook in de stukken.
De heer VAN SAAZE: In de stukken staat dat de klantgegevens eigendom zijn van de stichting.
De heer MAJOOR: Ja. Dat staat er, maar dat is om te voldoen aan de werking en het gebruikmaken van de
vrijstellingsmogelijkheden van de Wet bescherming persoonsgegevens. Misschien moeten we de tekst er even
bij pakken.
De heer VAN DROOGE: In artikel 7 staat duidelijk: de klanten van de activiteit worden beschouwd als de
klanten van zowel de opdrachtgever als van de concessiehouder. Daar is dan geregeld dat de
concessiehouder er een aantal keren per jaar gebruik van mag maken, maarze zijn in principe eigendom van
de schaatsbaan. Ze worden beschouwd als gezamenlijke klanten. Dat is zoals het is verwoord en zoals het de
bedoeling is.
Mevrouw KEUR: Maar in lid 3 van dat artikel dat u net voorlas, ...
De heer VAN DROOGE: Staat dat het eigendom is ...
Mevrouw KEUR: De NAW-gegevens eigendom zijn van Jaap Eden.
De heer MAJOOR: Ja. Dat is natuurlijk lastig. Dat is een bepaling die probeert uit te drukken dat Jaap Eden de
controle wil houden over wat er met de inschrijvingsgegevens gebeurt. Een inschrijvingsgegeven op zich
vestigt natuurlijk geen eigendom. Het heeft ook geen auteursrecht. De hele bedoeling daarvan is om ervoor te
zorgen dat er geen problemen ontstaan met die Wet bescherming persoonsgegevens waarbij als je
databanken voor andere doeleinden gaat gebruiken je gewoon veel moeiiijkheden krijgt.
De heer VAN SAAZE: Ik moet even mijn neus snuiten.
De heer VAN DROOGE: Goed. We waren bezig met de NAW-gegevens. Dus ze worden beschouwd als
gezamenlijke klanten. Ze zijn het eigendom van Jaap Eden die daarbij heeft vastgelegd dat de
concessiehouder ze een aantal keren kan gebruiken.
De heer VAN SAAZE: Ik probeer zo goed mogelijk te praten. Misschien heb ik dit niet goed omdat ik dit deel
van het rechtssysteem niet snap, maar de praktijk wordt als volgt: klanten die dit jaar bij ons les hebben en wij
zouden de aanbesteding winnen, het wordt aan ons gegund, die klanten staan bij ons in het systeem en die
NAW-gegevens zijn ons eigendom.
De heer VAN DROOGE: Ja.
De heer VAN SAAZE: Die schrijven zich volgend jaar weer in voor een cursus. Wat gebeurt er op dat
moment?
De heer VAN DROOGE: Volgens artikel 17, lid 3 wordt op het moment dat er klanten terechtkomen bij Jaap
Eden via de concessiehouder per adres 5 euro vergoed.
Mevrouw KEUR: Dus alle klanten die nu in het klantenbestand staan, moeten zich weer melden of vallen die
onder...
De heer VAN DROOGE: Als die klanten zich weer melden voor een cursus volgend jaar en dat klantenbestand
is van tevoren aan Jaap Eden overhandigd, dan wordt het aanbrengen van een klant door de concessiehouder
beloond met 5 euro per adres.
De heer VAN SAAZE: In de praktijk is dat lastig. Daar moet ik even over nadenken.
De heer VAN DROOGE: Op dit moment is het zo dat de klanten van Jaap Eden over het algemeen onbekend
9/21
zijn. Of ze hebben een abonnement via Jaap Eden en zijn met naam en adres bekend. Of ze zijn klant via
Duosport en dan hebben ze alleen een kaart en eventueel een naam. Als volgend jaar via de aanbesteding
iemand eigenaar is geworden van de concessie, als hij een klant aanlevert aan de gezamenlijkheid die zich
inderdaad inschrijft, dan vindt Jaap Eden dat hij dit moet belonen. Hij vindt ook dat hij in de jaren daarop, als
de concessiehouder met een klantenbestand komt met potentiele klanten en de aangeschreven zich melden,
de concessiehouder steeds beloond wordt voor het werk wat hij daarvoor verricht. Maar het NAW-bestand is
vervolgens eigendom van Jaap Eden en het mag door de concessiehouder gebruikt worden.
Mevrouw KEUR: Is de beloning eenmalig of is dat iets dat jaarlijks terugkomt?
De heer VAN DROOGE: Het is eenmalig. Wil je dat jaarlijks terug laten komen, dan is het buitengewoon
onhelder of het dan nog steeds je klant is.
Mevrouw KEUR: Dat ben ik niet met u eens.
De heer MAJOOR: Eenmalig dus.
Mevrouw KEUR: Eenmalig.
De heer VAN DROOGE: Het is eenmalig.
De heer VAN SAAZE: Wat ik nog niet voor me zie, is: hoe stel je vast dat een klant komt via de
concessiehouder?
De heer VAN DROOGE: Omdat de concessiehouder een naam, adres en woonplaats van een potentiele klant
aanlevert die zich inschrijft en dan is het dus aangeleverd door de concessiehouder. Als je na afloop zegt: 'dit
zijn alle mensen die zich ingeschreven hebben en nu mag jij een kruisje achter de namen zetten die jij toevallig
al kent', dan is dat een manier van werken die niet kan in de praktijk. Dat ben ik met je eens.
Mevrouw KEUR: Je zou het aan de hand van het klantenbestand dat bestaat door bijvoorbeeld een accountant
of een notaris kunnen laten matchen of die overeenkomt. Dat is gewoon even praktisch vooruit denken.
De heer VAN DROOGE: Volgens mij staat hier: voor het aanleveren wordt 5 euro betaald. Als je zegt: als wij
de concessie winnen en we willen dat doen onder de volgende voorwaarden, dan moet je elk jaar weer gaan
matchen om te kijken of er nu misschien nog nieuwere mensen zijn die ooit al op een lijst van Duosport
stonden. Dat kan. Dat is een uitwerking. Maar het principe is helder.
Mevrouw KEUR: Is dat bespreekbaar?
De heer VAN DROOGE: Er staat hier geen uitwerking in.
Mevrouw KEUR: Nee. Dat klopt.
De heer VAN DROOGE: Het is bespreekbaar zolang het eenvoudig blijft. Hier moet je niet ongelooflijk moeilijk
over gaan doen.
De heer VAN SAAZE: Het is ongelooflijk moeilijk.
De heer VAN DROOGE: Waarom is het ongelooflijk moeilijk?
De heer VAN SAAZE: Stel, de concessiehouder levert een klantenbestand. Dat klantenbestand wordt
aangeschreven of aangemaild, dan is het best moeilijk om te controleren of er gereageerd wordt op dat bericht
van jou of dat er mailtjes doorgestuurd worden. Het is best moeilijk vast te stellen wie waar vandaan komt.
De heer VAN DROOGE: Alle omwegen zijn dan de kleine uitzonderingen op de grote getallen. Het lijkt me
allemaal geen halszaak. Het ging er gewoon om om een regeling te ontwerpen waarbij recht wordt gedaan aan
een klantenbestand dat bestaat dat ge'fnteresseerd is in lessen, om daar iets tegenover te stellen en ook om
de concessiehouder te stimuleren om mee te denken en mee te doen. Dat is de bedoeling ervan. De
praktische uitwerking zou volgens mij niet al te ingewikkeld moeten zijn. Maar in geval van twijfel zou ik
zeggen, lijkt het mij nog niet zo ingewikkeld. Natuurlijk is het mij bekend dat jullie een groot klantenbestand
hebben. De vraag is dus of door de inschrijving de verplichting bestaat om het klantenbestand over te dragen.
Het antwoord daarop is dus nee. Het zijn jullie klanten. Jullie kunnen niet verplicht worden. Het staat niet in de
aanbesteding.
10/21
Mevrouw KEUR: Het gaat dus alleen om de nieuw geworven klanten.
De heer VAN DROOGE: Het is voor Jaap Eden. En als er nieuwe klanten komen die via de concessiehouder
komen, dan wordt daarvoor beloond zo lang als de concessie staat en niet elk jaar weer, maar voor...
Mevrouw KEUR: Eenmalig.
De heer VAN DROOGE: Eenmaal is het nieuw.
Mevrouw KEUR: Ok6. Is dat een voldoende antwoord?
De heer VAN SAAZE: Voor mij wel.
Mevrouw KEUR: OkS.
De heer VAN DROOGE: In het programma-van-eisendocument staan de percelen beschreven. Wordt met
perceel A bedoeld, de looptijd van 66n seizoen en eventueel een half seizoen? Wat wordt daarmee bedoeld?
Ik kan er nog een woord tussenin zetten: een cursus met een looptijd van, maar volgens mij was het volstrekt
helder.
Mevrouw KEUR: Dus bedoeld is dat binnen het seizoen een cursus kan worden gegeven voor de duur van het
hele seizoen of van een half seizoen?
De heer VAN DROOGE: Ja.
Mevrouw KEUR: OkS.
De heer VAN DROOGE: Zoals dat geheel gebruikelijk is.
Mevrouw KEUR: Dan lees ik wat er staat.
De heer VAN DROOGE: Is dat zo voldoende?
Mevrouw KEUR: Wat mij betreft wel. Wat jou betreft ook?
De heer VAN SAAZE: Ja.
De heer VAN DROOGE: Dan gaan we naar... Kan worden aangegeven hoeveel lesuren het per perceel per
jaar, per maand betreft, eventueel bij benadering? Daarvoor zal een bijlage worden opgenomen waarin is
uitgewerkt met een gemiddelde van ... dat het in het totaal bij de percelen A, B en C omstreeks achtduizend
uren gaat.
Mevrouw KEUR: A, B en C gezamenlijk?
De heer VAN DROOGE: Ja. A 5200, C 2300 en bij schoolschaatsen 450. Is er een garantie te geven, vraagt u
ook. Nee. O, dat is pas later.
Mevrouw KEUR: Maar het antwoord op vraag 12 zal dus in een bijlage bij de nota van inlichtingen worden
gevoegd?
De heer VAN DROOGE: Ja. Het is gewoon een kwestie van het aantal uren delen door dertien.
Mevrouw KEUR: Oke. En het aantal uren ...?
De heer VAN DROOGE: Dat staat in bijlage 1.
Mevrouw KEUR: Bij document?
De heer VAN DROOGE: Document 3, bijlage 2: Op basis van de werkelijke deelname in het seizoen
2012/2013 zijn de normgetallen opgesteld. En dat is in het seizoen 2012/2013 zoals het zich laat aanzien
ongeveer hetzelfde en het jaar daarvoor was het ook ongeveer hetzelfde.
11/21
Mevrouw KEUR: Ok6.
De heer VAN DROOGE: Kan worden aangegeven wie bepaalt op welke uren lessen worden aangeboden? Dat
zal uiteindelijk de opdrachtgever zijn in overleg met de concessiehouder.
Mevrouw KEUR: En als daar een verschil van mening over ontstaat?
De heer VAN DROOGE: Daar kan geen verschil van mening over ontstaan. Waarom zou daar een verschil
van mening over kunnen ontstaan?
Mevrouw KEUR: Ik kan me voorstellen dat de opdrachtgever een andere insteek heeft over het indelen van de
lesuren, wanneer les moet worden gegeven en wanneer niet. Stel dat de concessiehouder zegt: ik kan op
zondag geen instructeurs leveren want om principieie redenen doen we dat niet, bijvoorbeeld. En de stichting
zegt: wij willen per se dat er op zondag lesgegeven wordt. Ik neem aan, maar ik ben hier niet om dingen aan te
nemen, dat het uiteindelijk de opdrachtgever is die beslist wanneer er les wordt gegeven.
De heer VAN DROOGE: Dat zei ik ook.
Mevrouw KEUR: Ok6.
De heer VAN DROOGE: De opdrachtgever beslist. De opdrachtgever hoort de concessiehouder. Als de
concessiehouder heel valide argumenten heeft, dan zal de opdrachtgever daarnaar moeten luisteren. Dat is
normaal in elke samenwerking. Maar de opdrachtgever beslist. Hoewel ik een zware voorstander ben van
zondagsrust zal dat daarbij niet gelden. Verder is er een gemeenschappelijk belang. Op het moment dat je een
uur hebt dat gewoon niet courant is, dat niet goed is, is het niet in het belang van de concessiehouder om dat
te willen, maar het is ook niet in het belang van de opdrachtgever om dan uren uit te schrijven. De belangen
lopen volstrekt parallel behalve dan met zondagsrust of dat soort dingen. Daar komen we zo meteen met de
kerstvakantie nog op. Maar het is de opdrachtgever die dat bepaalt.
De heer VAN SAAZE: Duidelijk.
Mevrouw KEUR: Wat mij betreft ook.
De heer VAN DROOGE: Dan staat er in het programma van eisen dat Jaap Eden kan afwijken van de rechten
en zelf de ijsactiviteiten op commerciele basis kan gaan verzorgen. Ik zou u aanraden om document 3 nog een
keer te lezen onder punt 3.
Mevrouw KEUR: Het is pagina 2 van document 3, onder punt 3: Jaap Eden IJsbaan in de gevallen van dat
dingen afwijken van de rechten toestemming verlenen tot het zelf verzorgen van ijsactiviteiten op commerciele
basis.
De heer VAN DROOGE: Toestemming verlenen tot het zelf verrichten in gevallen genoemd in lid 2. In lid 2
staat: schaatscursussen door universiteiten en scholen, schaatslessen door de schaatsverenigingen,
schaatslessen door personen en een specifieke uitstraling. Jaap Eden kan in die gevallen afwijken van de
rechten die zij verleent in de percelen A, B, C en D en toestemming verlenen tot het zelf verzorgen van
ijsactiviteiten. Dat zelf is niet Jaap Eden want Jaap Eden hoeft zichzelf geen toestemming te geven, maar aan
de genoemde groepen. Volgens mij is de tekst hier volstrekt helder.
Mevrouw KEUR: Zoals u het nu toelicht, is het nu helder.
De heer VAN DROOGE: Het staat er toch echt?
Mevrouw KEUR: Het woordje zelf slaat niet terug op een ander doorgaans. Vandaar dat daar... Uw antwoord
is duidelijk.
De heer VAN DROOGE: Dan zullen we erover nadenken om alsnog iets te veranderen in de tekst. Er is dus
geen sprake van dat Jaap Eden dat zelf wil doen. Dat zou heel gek zijn. Is de bedoeling om de instructeurs in
of bij te huren bij een partij aan wie het is gegund ...? Ja, dat heeft de voorkeur, maar het is geen verplichting.
Dus als een universiteit met eigen personeel daar wat doet en zij hebben mensen nodig, dan heeft het de
voorkeur dat het bij de concessiehouder gebeurt. Ik kan het aan een universiteit of aan de gemeente
Amsterdam niet opleggen om dat te moeten doen. Maar dat lijkt mij helder. Kan er worden aangegeven binnen
welke termijn de inzet van instructeurs bekend is? Een praktijkvoorbeeld. Ja, dat kan. Er is een gezamenlijk
systeem zoals beschreven staat in het aantal inschrijvingen met naam en toenaam. Daarin zal dus
12/21
voortschrijdend zichtbaar zijn hoeveel mensen er zijn.
De heer VAN SAAZE: Is het bestand altijd actueel?
De heer VAN DROOGE: Ja. Dat is een gezamenlijk systeem waarin je voortdurend kunt kijken en daar kun je
dus zien hoeveel er zijn. Wij zullen daarbij de tekst aanvullen van artikel 16: wijzigingen die leiden tot meer
groepen zullen binnen een periode van 66n week voorafgaand aan het moment van lesgeven alleen
plaatsvinden na overleg met de concessiehouder. Dat leek mij voldoende, maar dan kijk ik even naar Chris.
De heer VAN SAAZE: In sommige situaties misschien wel, in andere misschien niet. Dat is moeilijk te
beoordelen.
Mevrouw KEUR: Het is in ieder geval een duidelijk antwoord.
De heer VAN DROOGE: Is een week voldoende is de vraag. Ik kan nu het conceptantwoord iets aanpassen.
Wijzigingen die leiden tot meer groepen zullen binnen de periode van 66n week voorafgaand aan het moment
van lesgeven alleen plaatsvinden na overleg met de concessiehouder. Artikel 16. De huidige tekst wordt lid 1
en daar wordt aan toegevoegd: in dit systeem wordt op dagelijkse basis bijgehouden hoeveel groepen op
welke uren staan ingeroosterd. Zodoende is voortschrijdend in te schatten hoe druk die roosteruren zijn. Lid 3
is: wijzigingen die leiden tot meer groepen zullen binnen de periode van 66n week voorafgaand aan het
moment van lesgeven alleen plaatsvinden na overleg met de concessiehouder.
Mevrouw KEUR: Wat was dan de uitgangssituatie? Er staat dat het leidt tot meer...
De heer VAN DROOGE: Meer groepen. Intensieve cursus. Dan staan op de tweede uren twaalf groepen. Er
komen er nog een heleboel bij. Vlak van tevoren moet er een dertiende groep bijkomen. Dat zul je dus niet
doen in dat systeem dan na overleg met de concessiehouder. Je kunt zeggen, ik heb nog een aantal
aanmeldingen meer waardoor er nog een groep bijkomt. Kan dat nog? Het uur daarna heb je ook dertien
groepen of zullen we het proberen naar een ander uur te duwen? Dat is het overleg.
Mevrouw KEUR: Is dat een antwoord op jouw vraag?
De heer VAN SAAZE: Ja.
Mevrouw KEUR: Ok<&.
De heer VAN DROOGE: En een week is voldoende? Laten we even helder zijn. Het is een aanpassing. Straks
staat deze erin. Daarna kun je niet meer zeggen: ik wil het aangepast hebben.
Mevrouw KEUR: Een week zal soms te kort zijn. Ik denk dat dat jouw gedachte is. Als je het voorbeeld hebt
van 9 oktober en op 1 oktober blijkt dat er nog ergens drie groepen bij moeten, dan zal het misschien te kort
zijn.
De heer VAN SAAZE: Soms is een uur prima en soms is een maand te kort.
Mevrouw KEUR: Dus wat dat betreft, denk ik niet dat je daar grip op hebt?
De heer VAN SAAZE: Nee.
De heer VAN DROOGE: Dus het blijft zo staan?
De heer VAN SAAZE: Ja.
De heer VAN DROOGE: En dan een derde: roosteruren die vervallen, zullen ten minste 24 uur van tevoren
worden gemeld aan de concessiehouder. Roosteruren die op een later tijdstip vervallen door het wegblijven
van de klanten of door storm, sneeuw enzovoort kunnen door de concessiehouder in rekening worden
gebracht.
De heer VAN SAAZE: En dat wordt ook toegevoegd?
De heer VAN DROOGE: Dat wordt toegevoegd. Dit zijn drie dingen die toegevoegd worden aan artikel 16. Dit
was punt 15. Voldoende toegelicht?
13/21
De heer VAN SAAZE: Ja en direct punt 16 ook denk ik.
De heer VAN DROOGE: Ja. 16 is ook meteen gedaan. Bij verschillende percelen wordt de gemiddelde
groepsgrootte per instructeur vermeld. Voor de kwaliteit van de lessen ... bonusregeling ... maximum aantal
per cursisten. Wie bepaalt de groepsgrootte? Is er door de stichting een maximaal aantal cursisten per groep?
In dat geval zie ik graag per perceel het te hanteren maximum per groep. Is in het verlengde van de vorige
vraag een staffel aan te geven waarin vermeld wordt hoeveel deelnemers er voor 66n instructeur vereist is,
van hoeveel twee etc.? Er wordt een tweede bijlage toegevoegd aan deel 3 waarin een staffel staat. Als je daar
even naar wilt kijken, dan ga ik naar het toilet.
De heer MAJOOR: Je kunt nu nog veranderingen voorstellen.
De heer VAN SAAZE: Duidelijk.
Mevrouw KEUR: Geen opmerkingen.
De heer VAN DROOGE: Geen opmerkingen? Dat zijn dus 17 en 18.
Mevrouw KEUR: Het is dus de stichting die de groepsgrootte bepaalt?
De heer VAN DROOGE: Ja. Dat staat duidelijk in het programma van eisen en dit is wat wij denken dat
verantwoord is, wat gebruikelijk is, wat bij andere ijsbanen ook gevolgd wordt. Vind jij het te veel?
De heer VAN SAAZE: Te veel mensen in een groep?
De heer VAN DROOGE: Ja?
De heer VAN SAAZE: Ik kan dat niet inschatten.
Mevrouw KEUR: Wij hebben daar verder geen aanvulling op. Het lijkt me dat het niet aan Chris is om daar
commentaar op te geven.
De heer VAN DROOGE: Waarom niet?
Mevrouw KEUR: Waarom wel. Het klinkt heel onaardig, maar...
De heer VAN DROOGE: Watje doet, is een programma van eisen opstellen watje vervolgens de mogelijkheid
geeft aan potentiele inschrijvers om daarop te reageren. Dat doen jullie met in het totaal 37 vragen. Je hebt
ook meningen over bepaalde dingen. Die laat je ook merken. Dit is een nieuw gegeven waar je niet meer in
een volgende ronde op kunt antwoorden dus is mijn vraag, als dit in eerste instantie was genomen, had je er
dan een mening over gegeven?
Mevrouw KEUR: Nee. Daar was geen mening over gegeven als dat in eerste instantie was gekomen. Vandaar
dat ik op deze manier reageer.
De heer VAN DROOGE: Ik vind het prima. Dan is voor perceel intensiefcursus aangegeven dat er een 1:06:00
in&tructSe is van vijf dagen. Ik hoor graag of daaronder ook de kersdagen en 1 januari vallen en anders hoe dat
wordt ingedeeld. Daar vallen de kerstdagen en 1 januari onder. Ja?
Mevrouw KEUR: Ja.
De heer VAN DROOGE: In het urenschema staat aangegeven dat tijdens publieke uren het vaak ingewikkeld
is om les te geven. Wie bepaalt of lesgeven op bepaalde tijdstippen wel of niet plaats moet vinden? Dat is de
opdrachtgever na overleg met de concessiehouder. In bijlage 2 zijn normgetallen gegeven. Kunnen garanties
worden gegeven? Nee. Er kan geen garantie worden gegeven. De bonus voor de klanttevredenheid heeft te
maken met het klanttevredenheidsonderzoek. Dat is een algemene vraag over klanttevredenheid. Als de
concessiehouder daar graag vragen bij wil hebben, dan moet hij dat vooral aangeven.
De heer VAN SAAZE: Heb je invloed op de vraagstelling en vorm van het...?
De heer VAN DROOGE: Ja.
De heer VAN SAAZE: Ok6.
14/21
De heer VAN DROOGE: Je hebt invloed op de vraagstelling.
Mevrouw KEUR: Maar niet op de vorm?
De heer VAN DROOGE: Ik weet niet watje onder de vorm wilt verstaan.
Mevrouw KEUR: Het gaat er gewoon om duidelijk te krijgen hoe het klanttevredenheidsonderzoek plaats zal
vinden. In dat kader is zowel de vraagstelling als de vorm ... Als er iemand ... Je kunt aan verschillende dingen
denken als je zo'n klanttevredenheidsonderzoek uitvoert.
De heer VAN SAAZE: Op de vragen van de vragenlijst... 1:08:22
De heer VAN DROOGE: Het zal bijna altijd redelijk anoniem zijn. Het zullen gesloten vragen zijn om een cijfer
toe te kennen en er zullen vast open vragen bij staan, precies zoals je dat doet. Wat je graag wilt, is een zo
hoog mogelijke klanttevredenheid. Dat wil je als opdrachtgever en dat wil je als concessiehouder. Je wilt graag
dat je een zodanige score haalt dat iedereen tevreden is, terugkomt en daarvoor wil je de concessiehouder
dan ook belonen met een bonus om te zeggen: het is niet alleen de administratie, maar het is met name ook
de manier waarop het gegeven wordt en daarom vinden we het verstandig om er een bonus aan te plakken.
Het zijn stevige bonussen. Dat wil niet zeggen dat je flauwekulvragen gaat uithalen.
Mevrouw KEUR: Dus er is invloed, maar het is uiteindelijk de stichting die ...?
De heer VAN DROOGE: Ja. Het is de opdrachtgever die het doet. Het moet niet het begin zijn van een
eindeloos heen en weer praten over wat gebruikelijk is watje er dan wel in zou willen. Ik heb wel eens
vragenlijsten van Duosport gezien want ik heb daar geschaatst en ik weet wel ongeveer wat erin staat. Het zal
niet zoveel anders zijn.
Mevrouw KEUR: Volgens mij is het voldoende beantwoord. Voor jou ook?
De heer VAN SAAZE: Ja. De opdrachtgever bepaalt en luistert.
De heer VAN DROOGE: Ja natuurlijk. En heeft een gewillig oor voor de concessiehouder. Die moet het
uiteindelijk doen. Wordt de indeling van groepen en begeleiden van nieuwe cursisten verzorgd door het
personeel van Jaap Eden? Nee. Dat staat ook heel duidelijk in de stukken Jaap Eden is verantwoordelijk voor
het administratieve gedeelte tot de toegang en daarna is het de concessiehouder.
De heer VAN SAAZE: Dus er is ook geen vergoeding voor de inzet van de extra instructeurs voor indeling?
De heer VAN DROOGE: Het is heel duidelijk geknipt in twee dingen: administratief en lesgeven. De
administratie houdt op bij de toegang. Daarna is het de concessiehouder. Het zou niet goed zijn als de
opdrachtgever zich daar samen met de concessiehouder mee ging bezighouden.
De heer VAN SAAZE: Op sommige vlakken is het moeilijk te interpreteren. Er wordt gesproken over uren en
een urenvergoeding. Een instructeur moet wel vijf minuten van tevoren op het ijs staan. Dus de instructeur
staat in principe een uur en vijf minuten op het ijs. De vergoeding gaat over een uur. Vanuit de extra service
die van een concessiehouder wordt verwacht, valt dit er ook onder?
De heer VAN DROOGE: Nee. Ik geloof niet dat dat juist is. Je maakt van tevoren afspraken over watje
verwacht van de concessiehouder. Daarin zeg je: het is verstandig dat ze er vlak van tevoren zijn en dat soort
dingen. Het is niet zo dat er op dat moment een waakhond staat. Het principe is dat je mensen administreert
die op een gegeven moment naar de Jaap Edenbaan toekomen om les te krijgen. Tot en met de
toegangshekjes is het de verantwoordelijkheid voor Jaap Eden. En hij heeft de verantwoordelijkheid om tegen
de concessiehouder te zeggen: er komen zoveel mensen aan en gezien de hoeveelheid mensen betekent dat
dus dat je nog ten minste rekening moet houden met zoveel instructeurs. Verder is er vastgelegd wat de
instructeurs betreft dat ze aan de normale eisen moeten voldoen. Deze concessie is geschreven voor iedereen
die hier aan mee wil doen. Dus er staan ook een heleboel dingen in die voor Duosport gefundenes fressen is,
maar mensen die Jaap Eden niet gewend zijn, moeten dit van tevoren weten. Daarom schrijf je dat op.
De heer VAN SAAZE: Eigenlijk staat hier in artikel 27 1:13:20 instructeurs.
De heer VAN DROOGE: Ja.
15/21
De heer VAN SAAZE: En daar staat voor aanvang van de instructie aanwezig te zijn om de instructie te
beginnen met schaatsen en benodigdheden. Dus dit is echt heel duidelijk gekoppeld aan een concessie
1:13:43. Het is niet zo dat die vijf minuten extra erin verwerkt zitten. Er wordt gesproken over een vergoeding
per uur en ik neem aan dat het geen vergoeding is van een uur en vijf minuten.
De heer VAN DROOGE: Nee, maar het zal ook duidelijk zijn dat iemand die twee of drie uur achter elkaar
lesgeeft, drie uur kan niet, maar twee uur wel, dan ben je al vijf minuten van tevoren aanwezig omdat je er op
dat moment al voor de les bent. De verwachting is dat iemand die om elf uur lesgeeft, er een paar minuten van
tevoren is. Ik durf te wedden dat jij dat tegen alle instructeurs zegt. Elf uur wil niet zeggen dat je klokslag elf uur
op dat moment aan komt hollen, maar dat je er even van tevoren moet zijn. Als je over die vijf minuten valt, wil
ik er wel twee minuten van maken. Het is gebruikelijk dat je er even van tevoren bent.
De heer MAJOOR: Je moet natuurlijk om elf uur dan met de schaatsen onder en je pak aan klaarstaan.
De heer VAN DROOGE: Moeten we dat er dan ook nog bij zetten?
De heer VAN SAAZE: Net als gisteren, toen begon het uur twintig minuutjes later omdat de pauze uitliep.
De heer VAN DROOGE: Dat kan.
De heer VAN SAAZE: De instructeurs staan dan wel anderhalf uur op het ijs. Ze krijgen in principe ook die
anderhalf uur betaald natuurlijk.
De heer VAN DROOGE: Krijg je dan anderhalf uur betaald?
De heer VAN SAAZE: De opdrachtgever...
De heer VAN DROOGE: Zal dan twee uur moeten betalen ja.
De heer VAN SAAZE: Van de opdrachtgever staat daar niet iets tegenover.
De heer VAN DROOGE: Daar staat voor de opdrachtgever tegenover dat als je voor twee uur les moet geven,
je voor twee uur betaald krijgt. Als het onverhoopt maar 66n uur en veertig minuten is, krijg je nog steeds twee
uur betaald.
Mevrouw KEUR: Ik denk dat we het antwoord hebben.
De heer VAN DROOGE: Je voorbeeld werkt net de andere kant op denk ik.
De heer VAN SAAZE: Dat idee heb ik niet. Gisteren stonden de instructeurs om zes uur klaar op het ijs en
konden pas om tien voor half zeven beginnen. Doordat het uur uitliep, stonden ze gisteren niet twee uur op het
ijs, maar twee6nhalf uur.
Mevrouw KEUR: En dat valt dan in de concessie onder 66n uur betalen volgens het uur dat volgens het
rooster...
De heer VAN SAAZE: Daar staat geen extra vergoeding tegenover.
Mevrouw KEUR: Helder.
De heer VAN DROOGE: Wij gaan naar 24. In de stukken lijkt ervan uitgegaan te worden ... Hoe verwacht de
stichting ... krijgen ...? Wij verwachten helemaal niets. Het is aan de concessiehouder om zijn instructeurs te
verzamelen. Wij vonden alleen en vinden dat het wijs en verstandig is om de mensen die hier jaren lesgeven
om de nieuwe concessiehouder, wie dat dan ook moge zijn, te zeggen dat wij ervan uitgaan dat ze deze
mensen zal benaderen en als ze niet benaderd worden even goede vrienden. Het is alleen maar om te zeggen
dat mensen die dit al jaren hebben gedaan, daarbij gerespecteerd moeten worden. Wij vinden het een
verplichting zoals je het wel vaker hebt bij aanbestedingen...
Mevrouw KEUR: Waarbij de stichting er zelf geen rol in heeft.
De heer VAN DROOGE: Nee. De stichting heeft er geen rol in. Als een instructeur een opleidingsverklaring
heeft of met een concurrentiebeding werkt bij Duosport, dan is dat zijn probleem of hij wel of niet les gaat
geven bij een andere aanbesteder.
16/21
Mevrouw KEUR: Helder.
De heer VAN SAAZE: Voor mij ook.
De heer VAN DROOGE: Ik heb begrepen dat de kleding die wordt aangeschaft... Ja. Dat is helder. Daar
willen wij ons niet mee bemoeien. We vinden het alleen verstandig dat erop staat Jaap Eden en
concessiehouder of Jaap Eden Schaatsen of wat dan ook en vinden dat het betamelijke kleding moet zijn.
Mevrouw KEUR: Gaat het dan alleen om een jas of maakt dat verder niet uit?
De heer VAN DROOGE: Dat maakt ons niet uit. Alleen als je er reclame op wilt zetten prima, maar als je zegt:
Durex the best there is, dan zullen we zeggen: dat vinden wij niet verstandig tegenover kinderen die daar zijn.
Maar het is aan de concessiehouder. De concessiehouder moet zelf weten hoe hij dat doet. Dan voor de
voorzieningen. Ook daar hebben we naar aanleiding van de vragen een aanpassing gemaakt. Gratis toegang
tot de ijsbaan voor de contactpersoon en de plaatsvervangend persoon op alle dagen met een parkeerterrein
behalve bij heel speciale evenementen als een heleboel bezet is. Toegang voor de instructeurs op de dag van
de les. Van tevoren gereserveerde parkeerplaatsen zijn er niet. Ruimte voor het opbergen van eigendommen
voor de voorbereiding, tussenuur verblijfsruimte, opleiding, bijscholing. Voor eigen instructeurs zal Jaap Eden
ruimtes en terrein ter beschikking stellen, vijf keer per seizoen of zoiets.
Mevrouw KEUR: Sorry? Vijf keer?
De heer VAN DROOGE: Vijf keer per seizoen voor opleidingen. Als je dat wilt, mag dat allemaal. Als je dan
ook nog wilt huren, dan gaat dat tegen normale huurprijzen van kantoren en weet ik veel wat allemaal.
Mevrouw KEUR: Is er in die verblijfsruimte ...
De heer VAN DROOGE: Koffie.
Mevrouw KEUR: En een toilet?
De heer VAN DROOGE: Dat weet ik nog niet. In ieder geval koffie en thee. Of daar ook een toilet is, weet ik
nog niet. Dat staat er niet bij.
De heer VAN SAAZE: Dus de instructeurs hebben toegang op het moment dat ze lesgeven?
De heer VAN DROOGE: Ja. De dagen dat ze lesgeven. Willen ze op andere dagen, dan mag dat, maar wel in
overleg. Je kunt je voorstellen dat iemand die maar 66n dag in de week lesgeeft een kaart krijgt voor zoveel
weken toegang en als hij al die prikken op heeft gemaakt omdat hij op alle andere dagen ook gaat schaatsen,
dan wordt er op een gegeven moment gezegd: dat is niet helemaal de bedoeling.
Mevrouw KEUR: Helder wat mij betreft. Wat jou betreft ook?
De heer VAN SAAZE: Ja.
Mevrouw KEUR: Het aantal parkeerplaatsen was niet gereserveerd?
De heer VAN DROOGE: Twee plaatsen binnen het terrein voor de contactpersonen en de plaatsvervangend
contactpersoon. Voor de instructeurs zijn er op dit moment geen gereserveerde parkeerplaatsen. Het is uiterst
ingewikkeld met het oog op het aantal toe te laten auto's dat je op het terrein mag hebben, gemeentelijk
parkeerbeleid etc. Dat kun je niet zomaar van tevoren al zeggen. Dan Eerste Hulp en dat soort dingen. Jaap
Eden ijsbaan zal de BHV-opleiding eenmaal per jaar aanbieden, direct voorafgaand aan het seizoen.
Instructeurs van medewerkers en van de concessiehouder worden hiervoor uitgenodigd. Van de deelnemers
wordt een eigen bijdrage verwacht van 25 euro teneinde een deel van de werkelijke kosten terug te halen. De
werkelijke kosten zijn 75 tot 80 euro per deelnemer. En wat voor niets is, heeft meestal ook weinig waarde.
De heer VAN SAAZE: En er is geen tussentijdse ...?
De heer VAN DROOGE: Nee. Dat hoeft dan niet. Als jij er tussentijds nog iemand bij hebt, dan zal hij wel iets
van een papier krijgen, maar dan hoeft hij niet... Als je hem tussentijds naar een cursus stuurt, ben je 80 euro
kwijt en dan heeft hij nog maar de helft. Als de grote groep het maar heeft. Ik hoor graag of de
opleidingskosten en investeringen geheel of gedeeltelijk worden vergoed als een overeenkomst tussentijds zou
17/21
eindigen doordat gebruik zou worden gemaakt van artikel 8, lid 3. Dat is weer een Frits-vraag. Hij heeft daarop
geantwoord. Dit betreft een ontbinding met een termijn als er bijvoorbeeld een onwerkbare situatie ...
Eventuele vergoeding van schade is dan aan de rechter. Het staat in het contract. Als het tussentijds wordt
afgebroken. Dan heb je dus hommeles. Dan heb je goeie hommeles en dan wordt er over alles geprocedeerd.
Wij hopen dat allemaal niet mee te maken. Ik hoor graag waarom moet worden aangesloten bij de cao voor
Sportverenigingen. Dat is onjuist. Er staat nergens dat moet worden aangesloten bij de cao voor
Sportverenigingen.
Mevrouw KEUR: Alleen wat betreft voor de tarifering?
De heer VAN DROOGE: Nee. Cao Sportverenigingen is alleen genoemd als bodembedrag. Er is alleen maar
gezegd: minimale beloning van de instructeurs. Daarvan is de cao Sportverenigingen toegevoegd. Dat hebben
we opgenomen om de prijsdumping in aanbesteding te voorkomen.
De heer MAJOOR: Ik denk ook dat die cao nog steeds algemeen verbindend is. Dat was hij in elk geval wel.
De heer VAN DROOGE: Het gaat om document 3, artikel 14.
De heer MAJOOR: Is deze algemeen verbindend?
Mevrouw KEUR: Dat zou ik u niet durven zeggen.
De heer MAJOOR: Dat was hij tot voor kort wel. Ik weet niet hoe het nu is.
De heer VAN DROOGE: Volgens mij is het zo dat als je haar onderschreven hebt, zij verbindend is.
De heer MAJOOR: Jawel. Maar dan moeten ze lid van de werkgeversvereniging zijn en ik weet niet of dat zo
is. Dat denk ik ook niet want veel van die sportverenigingen zijn natuurlijk nergens lid van anders dan van de
KNSB of van de KNVB of KNMB. Dan zijn ze mogelijk wel van toepassing. Ik weet niet of Duosport daar lid van
is. Als Duosport daar geen lid van is en het is algemeen verbindend verklaard, is ze toch verplicht om een
cao ...
Mevrouw KEUR: Dat spreekt voor zich. Dat zijn gewoon de arbeidsrechtelijke beginselen.
De heer MAJOOR: En het voorkomt, zoals gezegd ... de loonkosten zijn dan vergelijkbaar voor iedereen. Dat
niet iemand met Polen aan komt zetten die betaald worden volgens de cao uit Polen of zo.
Mevrouw KEUR: Helder.
De heer VAN DROOGE: Het is gewoon een bodemlegger. Ik hoor graag waar de maximale beloning van de
concessiehouder op is gebaseerd, hoe deze is berekend. Deze is gebaseerd op een groot aantal rondvragen
bij de markt. We hebben het vastgesteld op grond van overleg met de markt, hetgeen gebruikelijk is in de
sportwereld en op grond van de informatie van Sportservice Amsterdam dat een onderdeel is van DMO van de
gemeente Amsterdam. Dan gaan we naar document 4, artikel 11 3. Daar komen we ook met een wijziging. Het
was voor ons helder, maar we begrijpen dat het niet helder genoeg was. Artikel 11 sloeg wat ons betreft terug
op artikel 10 over de contactpersoon en de plaatsvervangend contactpersoon. Als die gewijzigd worden. We
komen met een wijziging van de tekst van de overeenkomst van artikel 11 waarin staat dat het opdrachtgever
... niet gerechtigde contactpersoon en of de plaatsvervangend contactpersoon als bedoeld in artikel 10 tijdelijk
of definitief te vervangen enzovoort. Het gaat dus om de gesprekspartners, over de mensen die altijd toegang
hebben. Daarvan wil je niet dat die wordt vervangen zonder daar van tevoren overleg over te hebben.
De heer VAN SAAZE: Als iemand aan bepaalde eisen voldoet?
De heer VAN DROOGE: Hij moet ook aan de eisen voldoen. Op de inschrijfformulieren staat ook wie de
contactpersoon zal zijn, wie de plaatsvervangend contactpersoon. Dat zijn de mensen met wie je gaat werken.
Als de concessiehouder zegt: ik ga Van Saaze vervangen en ik ga daar die neerzetten, dan zeggen wij ho ho,
dat moet eerst overlegd worden want dat is de man met wie wij het afgelopen halfjaar allemaal afspraken
hebben gemaakt en nu vervang je hem. Dat willen we niet zomaar. Gebruikelijk in dit soort concessies. Hoe
stelt de stichting het overleg over de wijze van uitvoering van werkzaamheden voor? Dat stellen wij ons voor
als een normaal overleg, maar ter wille van de helderheid hebben wij daarbij gezet: de rapportage zal ten
minste omvatten: de stand van zaken over het eigen plan van aanpak zoals de concessiehouder dat heeft
ingediend, de stand van zaken over het eigen plan van samenwerken zoals door de concessiehouder is
ingediend, afwijkingen van het programma van eisen, bijzondere gebeurtenissen in de afgelopen periode,
18/21
bijzonderheden voor de komende periode, al het overige dat noodzakelijk en gebruikelijk is voor een goede
samenwerking tussen opdrachtgever en concessiehouder. Waar het met name om gaat, is je eigen plan van
aanpak, plan van samenwerking, programma van eisen. Daar wil je het natuurlijk over hebben. Gaat het goed?
Mevrouw KEUR: Gaat dat in de vorm van een mondeling overleg?
De heer VAN DROOGE: Ja. Zonder notulisten en juristen
Mevrouw KEUR: Ik kan me voorstellen dat het schriftelijk gaat. Dat was de vraag.
De heer VAN DROOGE: Ik hoop dat het niet nodig is om het schriftelijk te doen.
Mevrouw KEUR: Is jouw vraag beantwoord?
De heer VAN SAAZE: Ja.
De heer VAN DROOGE: Dan gaan we naar 33. Wij menen dat in het kader van de aanbesteding zeer veel,
zelfs onnodig veel gevoelige bedrijfsinformatie wordt gevraagd. Wat gebeurt er met de informatie? £6n, ik denk
niet dat ik het met u eens ben dat het onnodig veel is, maar dat kunnen jullie misschien uitleggen. De
informatie wordt gebruikt bij de aanbesteding en wordt vervolgens van alle potentiele concessiehouders die
geen concessiehouder worden zorgvuldig opgeslagen en vernietigd na een jaar. En van de concessiehouder
die het wel geworden is, wordt het bewaard zolang het contract loopt en wordt het vertrouwelijk behandeld. Ik
weet niet wat voor bedrijfsgevoelige informatie wij vragen waar jullie tegenaan hikken. Dat snap ik niet.
Mevrouw KEUR: Je kunt het ook gewoon parkeren als een mening. Er wordt informatie gevraagd, bijvoorbeeld
het plan van samenwerking, ...
De heer VAN DROOGE: Het plan van samenwerken is een eigen plan.
Mevrouw KEUR: Maar goed, het is een mening. Laten we dat even parkeren. Maar waar de vraag om gaat, is
wat ermee gebeurt en ook de constatering dat er geen geheimhoudingsverplichting met daaraan een
boetebepaling in de stukken is opgenomen en de bepaling dat het niet anders zal worden gebruikt dan in de
beoordeling van de aanbesteding.
De heer VAN DROOGE: We doen onze uiterste best om alles zo volstrekt vertrouwelijk te behandelen als
maar enigszins mogelijk is. Daar zijn alle zekerheden ingesteld en mochten wij dat ergens overtreden, dan is
er een weg naar de rechter.
Mevrouw KEUR: Is het niet mogelijk om een geheimhoudingsverplichting en daar een boetebepaling aan te
koppelen?
De heer VAN DROOGE: Hoe stelt u zich dat voor?
Mevrouw KEUR: Het is niet ongebruikelijk om op het moment dat je informatie verstrekt daarover te bepalen
dat deze uitsluitend gebruikt wordt voor het doel waarvoor deze wordt verstrekt en het de andere partijen niet
is toegestaan om deze op enigerlei wijze te gebruiken anders dan voor de beoordeling van de inschrijving.
De heer VAN DROOGE: Dat ben ik volstrekt met u eens. Frits, moeten we daar iets over opnemen? Natuurlijk
is dat zo.
De heer MAJOOR: Daar kunnen we inderdaad wat over opnemen, maar dan zonder boetebeding. Dat is
gewoon de belofte dat de stukken vertrouwelijk behandeld zullen worden. Over de termijn van bewaring denk
ik ook dat zo gauw die aanbesteding gedaan is, de gegevens van degene aan wie het niet is gegund meteen
worden vernietigd. Dat hoef je niet een jaar te bewaren.
De heer VAN DROOGE: Ik vind het prima. We zullen daar iets over opnemen. Ik vind het geen punt. Uiteraard
wordt het alleen gebruikt... De hele procedure is erop gericht om door ons te laten beoordelen of je wordt
toegelaten etc. door een onafhankelijke commissie om waardering te geven over de plannen die u heeft. Die
geven daar een cijfer aan. Dat wordt samen met het bedrag volgens een vaste formule gebackt. Dat gaat naar
het bestuur toe. Tot die tijd blijft het bestuur overal buiten. Natuurlijk zullen wij alle gegevens volstrekt
vertrouwelijk behandelen, maar uw plan van aanpak over samenwerken, zal uiteraard worden gehecht aan het
contract. Ook in het contract staat weer dat dat vertrouwelijk is en dat u daar beiden niet over mag praten. Het
contract zal natuurlijk wel aan de concessiehouder en aan de opdrachtgever bekend zijn want dat is uw plan
19/21
waar u vervolgens over moet praten of het allemaal loopt zoals u wilt. U krijgt geen enkel inzicht, u niet en het
totale bestuur en de directie niet, in wat andere mensen allemaal schrijven. Dat is een onafhankelijke
commissie met alle waarborgen van dien.
Mevrouw KEUR: Ok6.
De heer VAN SAAZE: Alice heeft wel een adviserende rol in de toetsingscommissie.
De heer VAN DROOGE: Zij heeft een adviserende rol, maar ze zit hier ook niet bij. Als we zouden moeten
doorgaan over hoe wij die 5 euro eventueel dan gaan regelen, zullen we haar technische steun moeten
hebben. Daar gaan we niet over.
De heer VAN SAAZE: Zij heeft wel toegang? Valt de geheimhoudingsverplichting hier onder?
De heer VAN DROOGE: Alice krijgt het niet.
De heer VAN SAAZE: Ok6.
De heer VAN DROOGE: Maar we willen haar wel de geheimhouding geven. We willen haar wel
geheimhouding opleggen, maar het lijkt me nog verstandiger het haar gewoon helemaal niet te geven. Dat wil
zij zelf ook niet.
De heer VAN SAAZE: Dat is mijn vraag. Geldt de geheimhoudingsverplichting voor...
De heer VAN DROOGE: Voor Jaap Eden, maar ook voor iedereen die erbij betrokken is, de
beoordelingscommissie en de toetsingscommissie en de directie en het bestuur vallen allemaal onder de
geheimhouding, maar dat wil nog steeds niet zeggen dat ook iedereen van het bestuur en de directie allemaal
dingen krijgt. Als je toch geheimhouding moet hebben, dan moeten ze alleen die dingen hebben waarover ze
moeten beslissen.
De heer VAN SAAZE: Dus de geheimhouding geldt voor de toetsingscommissie, de beoordelingscommissie,
het bestuur en de directie Jaap Eden?
De heer VAN DROOGE: Ja. Natuurlijk.
Mevrouw KEUR: En er wordt vervolgens ook selectief omgegaan met wie welke informatie krijgt?
De heer VAN DROOGE: Dat is toch wat gebruikelijk is in dit soort gevallen.
Mevrouw KEUR: Klopt. Dat lijkt mij ook.
De heer VAN DROOGE: We zullen daar iets over formuleren om dat voor u helder te krijgen. In de
aanbesteding werd gesteld dat het niet betalen van facturen aan degene aan wie het is gegund niet mag leiden
tot opschorting. Daar ben ik het niet mee eens. U zegt: is de stichting of de gemeente Amsterdam bereid om
hiervoor een bankgarantie af te geven? De gemeente Amsterdam nooit want de gemeente Amsterdam is geen
partij. Laten we dat dan ook nog even heel duidelijk hier markeren. Dan zegt u: niet betalen van facturen mag
niet leiden tot opschorting. Dan leest u selectief. Er staat alleen maar in het geval van, in de overeenkomst
artikel 5, lid 11: overschrijden van de betalingstermijn door opdrachtgever of niet betalen door opdrachtgever
van de factuur op grond van vermoedelijke of inhoudelijke onjuistheid dan wel ondeugdelijkheid van
gefactureerde prestaties. In dat geval mag u het niet opschorten. Dat lijkt mij een logische bepaling. Er is
onenigheid over de factuur en dan kunt u geen dwang gaan uitoefenen door te zeggen: dan doe ik niets meer.
Mevrouw KEUR: Hoe wordt een dergelijk geschil dan opgelost?
De heer VAN DROOGE: Meestal door erover te praten.
Mevrouw KEUR: En als dat niet tot een uitkomst leidt?
De heer MAJOOR: Tot nu toe is er steeds over gesproken met iedereen.
De heer VAN DROOGE: Als dat niet tot een uitkomst zou leiden, dan komt ontbinding als in artikel 8 in stelling.
Als je het niet eens kunt worden. Als je zegt: volgens mij klopt die nota niet, dan stuur je hem terug en zeg je:
volgens mij klopt dat niet en moet je erover praten en dan moet je het eens worden. En word je het niet eens,
20/21
dan begin je langzamerhand de weg naar het einde te zoeken. Daar ga ik niet van uit. Alleen staat hier: op het
moment dat je het daar niet over eens bent, dan moet je dus niet gaan zeggen: ik wil even niets meer doen.
Dat staat er. Zoals het hier verwoord is, dat is maar half. Dat was deel 1 van 34. Deel 2 van 34. Kun je kosten
vooruit doen? Ja. Ook dat vinden we eigenlijk wel een omissie dus we hebben daarbij een nieuw artikel
toegevoegd, artikel 5. Daar wordt toegevoegd: het is de opdrachtnemer toegestaan voorafgaande aan de
factuur na afloop een aanbetaling te verlangen. Bij perceel A kan voorafgaande aan de start van de
seizoenscursus een aanbetaling worden verlangd van 50% van de te verwachten declaratie. Bij B mag dat
ook. Bij C mag dan voorafgaande aan elke intensiefweek een aanbetaling van 50% en dan een declaratie van
50% na afloop, een declaratie van de rest. Dat kan dan iets meer of iets minder zijn. Ik denk dat we het dan
keurig hebben gemaakt. Je declareert van tevoren 50% van de totale verwachtingen en na afloop nog een
keer 50%.
Mevrouw KEUR: Helder.
De heer VAN DROOGE: In dat geval lijken mij verdere bankgaranties etc. overbodig. Dat is ook 35. 36: de
stichting is voor ongeveer 40% 1;42;11 van subsidie. Zijn er voor de concessiehouder garanties voor de
kredietwaardigheid van de stichting, bijvoorbeeld in het geval van wegvallen van de subsidie? Nee.
Mevrouw KEUR: Dat is een duidelijk antwoord.
De heer VAN DROOGE: Zijn er andere partijen die formele vragen hebben gesteld en zijn deze vragen en
beantwoording daarvan openbaar? Ja. In de nota van inlichtingen die na afloop wordt gemaakt, zullen alle
vragen die gesteld zijn, worden beantwoord. Of er andere vragen zijn dan de vragen van Duosport zult u dan in
de beantwoording zien. Het verslag dat hiervan wordt gemaakt, gaat alleen naar Duosport en naar niemand
anders.
De heer VAN SAAZE: Ja. Daar heb ik nog een vraag over de procedure. Er zullen nu een aantal artikelen
worden bijgevoegd bij de aanbesteding. Worden deze ongewijzigd opgenomen of kan het zijn dat daar nog
wijzigingen in komen?
De heer MAJOOR: Dan zou daar een nieuwe nota voor moeten komen en dat moet dan binnen de termijnen.
De heer VAN DROOGE: Dat kan niet. Deze nota van inlichtingen waar heel groot concept op staat omdat het
alleen maar een eerste reactie is op de vragen van u en wat wij verder nog doen. Naar aanleiding daarvan
komt er een nota van inlichtingen en die is definitief, daar komen geen wijzigingen in.
Mevrouw KEUR: Ok6. Dan heb ik verder geen vragen meer. Jij?
De heer VAN SAAZE: Ook niet.
De heer MAJOOR: Dan hebben we het binnen de tijd gedaan.
Mevrouw KEUR: Zelfs boven verwachting snel.
De heer VAN DROOGE: We gaan dus hierop antwoorden in de vorm van wijzigingen die we voorstellen, in de
vorm van antwoorden die we geven waarbij helemaal aan niemand gerefereerd wordt. Naar aanleiding van wat
we net gezegd hebben, zullen we misschien nog wat antwoorden toelichten. Letterlijke antwoorden zoals ik
hierop gegeven heb, komen dus in het verslag te staan want de algemene nota van inlichtingen is volstrekt
geanonimiseerd.
Mevrouw KEUR: Goed. Dank u wel.
De heer VAN SAAZE: Dank voor jullie tijd.
21/21
Allen & Overy LLP
Productie 5
KvK NL - Uittreksel inzien
Page 1 of 1
Online inzage uittreksel
KvK-nummer 57296243
Ondememing
Handelsnaam
RSIN
Rechtsvorm
Startdatum onderneming
Activiteiten
Werkzame personen
Deze inschrijving valt onder beheer van Kamer van Koophandel
Noordwest-Holland
De Schaatsschool B.V. i.o.
852520591
Rechtspersoon in oprichting
22-02-2013 (datum registratie: 22-02-2013)
SBI-code: 85519 - Overig sport- en recreatieonderwijs
0
Vestiging
000026755122
De Schaatsschool B.V. i.o.
Dorpsstraat 139,1689GAZwaag
Vestigingsnummer
Handelsnaam
Bezoekadres
Telefoonnummers
0611886050
0654334314
Werkzame personen
www.deschaatsschool.nl
22-02-2013 (datum registratie: 22-02-2013)
SBI-code: 85519 - Overig sport- en recreatieonderwijs
Geven van schaatslessen en organiseren van schaatsclinics
0
Bevoegd functionarissen
Naam
Bezoekadres
Ingeschreven onder KvK-nummer
Datum in functie
Meebell Beheer B.V.
Dorpsstraat 139,1689GAZwaag
37101067
22-02-2013 (datum registratie: 22-02-2013)
Internetadres
Datum vestiging
Activiteiten
Naam
Bezoekadres
Ingeschreven onder KvK-nummer
Datum in functie
Spwort Consultants B.V.
Geerweg 11, 2731 BA Benthuizen
34120564
22-02-2013 (datum registratie: 22-02-2013)
Woerden, 26-03-2013. Gegevens zijn vervaardigd om 10.15 uur.
,
https://server.db.kvk.nlAST-BIN/RB/RBWWW06@?BUTT=572962430000
26/03/2013
Page 1 of 1
KvK NL - Uittreksel inzien
Online inzage uittreksel
KvK-nummer 37101067
Deze inschrijving valt onder beheer van Kamer van Koophandel
Noordwest-Holland
Woonadressen zijn geen openbare gegevens en aileen zichtbaar voor
in artikel 51 Handelsregisterbesluit genoemde organisaties.
Rechtspersoon
RSIN
Rechtsvorm
Statutaire naam
Statutaire zetel
Eerste inschrijving handelsregister
Datum akte van oprichting
Geplaatst kapitaai
Gestort kapitaal
Deponering jaarstuk
810693719
Besloten Vennootschap
Meebell Beheer B.V.
Purmerend
29-04-2002
24-04-2002
EUR 600.000,00
EUR 600.000,00
De jaarrekening over boekjaar 2011 is gedeponeerd op 28-01-2013.
Ondememing
Handelsnaam
Startdatum onderneming
Activiteiten
Werkzame personen
Meebell Beheer B.V.
21-03-2002
SBI-code: 6420 - Financiele holdings
0
Vestiging""""
Vestigingsnummer
Handeisnaam
Bezoekadres
Telefbonnummer
E-mailadres
Datum vestiging
Deze rechtspersoon drijft de vestiging
sinds
0654334314
Activiteiten
SBI-code: 6420 - Financiele holdings
Beheermaatschappij alsmede daghandel in effecten
0
Werkzame personen
Enig aandeeihouder
Naam
Geboortedatum en -plaats
Adres
Enig aandeelhouder sedert
000004328043
Meebell Beheer B.V.
Dorpsstraat 139, 1689GAZwaag
[email protected]
21-03-2002
24-04-2002
Veenstra, Geert Jan Douwe
01-03-1966, Wieringen
Dorpsstraat 139,1689GAZwaag
24-04-2002
Bestuurder
Naam
Geboortedatum en -plaats
Adres
Datum in functie
Bevoegdheid
Veenstra, Geert Jan Douwe
01-03-1966, Wieringen
Dorpsstraat 139,1689GAZwaag
24-04-2002
Alleen/zelfstandig bevoegd
Woerden, 26-03-2013. Gegevens zijn vervaardigd om 10.19 uur.
https://server.db.lcvk.niyTST-Bm/RB/RBWWW06@?BUTT=371010670000
26/03/2013
KvK NL - Uittreksel inzien
Page 1 of 1
Online inzage uittreksel
KvK-nummer 34120564
Deze inschrijving valt onder beheer van Kamer van Koophandel Den
Haag
Woonadressen zijn geen openbare gegevens en alleen zichtbaar voor
in artikel 51 Handelsregisterbesluit genoemde organisaties.
Rechtspersoon
RSIN
Rechtsvorm
Statutaire naam
Statutaire zetel
Eerste inschrijving handelsregister
Datum akte van oprichting
Geplaatst kapitaal
Gestort kapitaal
Deponering jaarstuk
Ondememing
Handelsnaam
Startdatum onderneming
Activiteiten
Werkzame personen
Vestiging
Vestigingsnummer
Handelsnaam
Bezoekadres
Telefoonnummer
Datum vestiging
Activiteiten
809671372
Besloten Vennootschap
Spwort Consultants B.V.
Amsterdam
15-09-1999
13-09-1999
EUR 18.151,21
EUR 18.151,21
De jaarrekening over boekjaar 2011 is gedeponeerd op 30-01-2013.
De jaarrekening is niet vastgesteld.
Spwort Consultants B.V.
13-09-1999
SBI-code: 70221 - Organisatie-adviesbureaus
SBI-code: 9002 - Dienstverlening voor uitvoerende kunst
1
Werkzame personen
000014151073
Spwort Consultants B.V.
Geerweg 11, 2731 BA Benthuizen
0206751484
13-09-1999
SBI-code: 70221 - Organisatie-adviesbureaus
SBI-code: 9002 - Dienstverlening voor uitvoerende kunst
Management activiteiten, project inrichting en decoraties, events.
1
Bestuurder
Naam
Geboortedatum en -plaats
Adres
Datum in functie
Bevoegdheid
O'reilly, Wilfred John
22-08-1964, Birmingham, Verenigd Koninkrijk
Vrijheidslaan 26 III, 1078PK AmsterxJam
13-09-1999
Alleen/zelfstandig bevoegd
Woerden, 26-03-2013. Gegevens zijn vervaardigd om 10.22 uur.
https://seiTer.db.kvk.nl/rST-BIN/IlB/RBWWW06@?BUTT=341205640000
26/03/2013
Allen & Overy LLP
Productie 6
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
afdeling Sport, team beleid
Subsidiebeschikking voor periodieke subsklle aan de Stichting Jaap Eden Usbanen
voor de periode 2009-2012
Nemens het College van Burgemeester en Wethouders verstrekt de Dienst Maatschappelljke
Ontwikkeling (DMO) voor een periods van v^f jaar ean de stichting Stichting Jaap Eden Usbanen
(hiema Stichting) een periodieke subsidie ten behoeve van de door de stichting ingediende actMteiten
met betrekkingtotde exploitatle van de Jaap Eden Usbanen. De verienlng is gebaseerd op de door
de Stichting ingediende aanvraag en begroting voor een periode van vier jaar en is bedoeld ter
ondersteuning van uitsluitend het daarin opgenomen activlteitenplan en de daarbg gevoegde
begroting.
Aan de verlen'mg zijn bovendien de navolgende voorwaarden/kriteria verbonden.
Naders specificatie van de door de stichting te verrichten activiteiten
De subsidie wordt aan de stichting verleend en dient te worden aangewend ten behoeve van het
instandhouden en exptoReren van de ijsbanen. Hiertoe dient de stichting aanvullend aan de vermelde
activiteiten, de volgende activiteiten uit te voeren:
Openingswaken en uren
1. Jaap Eden Usbanen is in het winterseizoen tenminste 31 weken geopend waarbij
schaats activiteiten en aanverwante ijssporten voorrang hebben boven andere activiteiten.
Van deze 31 weken is de ijshal alle weken geopend en de 400-meter baan 23 weken.
2. De ijshal en de 400-meter baan zijn gedurende de 23 weken tenminste 15 uur per dag
beschikbaar voor ijsactiviteiten en ijsonderhoud; gedurende de resterende weken dat de ijshal
wel en de 400-metBr baan niet open Is, is de ijshal op werkdagen tenminste 7 uur per dag
geopend en per weekend minimaal 12 uur;
Een en ander met inachtneming van onvoorziene omstandigheden.
Uran sportbonden en sportverenigingen
3. 400-meter baan:
Op werkdagen is van de uren tussen 17.00 uur en 23.00 uur 35% beschikbaar voor
sportbonden en/of sportverenigingen (KNSB, verenigingen en recreatieschaatsen) en 25%
voor vrij schaatsen (publieksuren). In het weekend is van de uren tussen 07.00 uur en 23.00
uur In het totaal tenminste 50% beschikbaar voor sportbonden en/of sportverenigingen en
25% voor vrij schaatsen..
4. Ushal:
Op werkdagen is tussen 16.00 uur en 23.30 uur de ijshal voor tenminste 75% beschikbaar
voor sportbonden en/of sportverenigingen en tenminste 10% voor vrij schaatsen.
In het weekend is de Ijshal tussen 07.00 uur en 23.30 uur voor tenminste 50% voor
sportbonden en/of sportverenigingen en tenminste voor 30% voor het vrij schaatsen.
Totstandkoming rooster
5. Voorafgaand aan de vaststelling van het rooster voor een eerstvolgend seizoen worden de
vaste huurders daarbg (sportbonden en sportverenigingen) tijdig en zorgvuldig betrokken
Uiterlijk op 1 mei stelt de stichting vervolgens, met inachtneming van de afgesproken
percentueie verdeling van de uren, het rooster samen voor het volgende seizoen en wordt dit
aan de vaste gebruikers en DMO bekend gemaakt. Het afschrift aan DMO van het rooster is
voorzien van een schriftelijke onderbouwing met een overzicht van de ingediende wensen, de
wijze waarop uw stichting daarmee rekening heeft gehouden en op basis van welke objectieve
maatstaven afwegingen en keuzes zijn gemaakt
By geschil over dat rooster, kan aan DMO, afdeling Sport worden verzocht dat te beoordelen;
deze kan in het uiterste geval de Sportraad Amsterdam om bemiddeling verzoeken.
Dtenst Maatschappelijke Ontwikkeling
afdeling Sport,teambeleid
Aigemeen gelden de verpllchtingen
Egalisathmserve en batig safcfo
De stichting Is verpficht een egalisatiereserve te vormen ten bate of laste waarvan het verschil tussen
de werkeiijke kosten van de activitaiten waarvoor subsidie is verteend en de vastgesteide subsidie
komt. In overeenstemming met artftel 7:5 ASA bedraagt deze egalisatiereserve niet meer dan 15%
van het toegekende subsMiebedrag. Resteert na de vorming van de egalisatiereserve een batig saldo,
dan vordert DMO dit met inachtneming van aitDcel 7:6 ASA terug.
DMO vordert ongeacht de achteriiggende reden bij beeindiging van de subsidlerelatie de door de
stichting gevonmde egalisatiereserve terug.
Ovenljge faformatieverstrekklng
De stichting is verplicht DMO te Informeren indien er gedurende het boekjaar aanmerkdijke
verschilen ontstaan of dreigen te ontslaan tussen de werkel|ke uitgaven en inkomsten en de door u
begrote uitgaven en inkomsten die gevolgen hebben voor de door u uit te voeren actMteiten. U
vermeldt hlerbf de oorzaak waardoor daze verschlllen zijn of dreigen te ontstaan.
De stichting is verplicht mee ta delen of wordt deelgenomen in andererechtspersonen.Op basis van
de artikelen 6:1 en 62 ASA waarin wordt verwezen naar artikel 4:71 Awb is de stfchting verplicht DMO
direct te informeren over relevante wfzigingen in deflnancKHeen organisatorische verhoudingen.
Tevenstode stichting op grond van dezelfde artikelen verplicht - waar nodig - vooraf toestemming te
vragen voorrechtshandellngenmet flnandMe gevolgen. Hieronder verataat DMO onder meer het
aangaan van kredietovereenkomsten, garantsteVing voor schulden van derden of het ontbinden van
de rechtspersoon.
VerantwoonHng
De stichting dient na afloop van het schaatsseizoen v66r 1 juli zowel inhoudelijk als financieel
verantwoording af te leggen over de besteding van de subsidie. Deze verantwoording is tevens de
aanvraag tot vaststelling van de subsidie. Zij bestaat uit:
• de door het bestuur gewaarmerkteflnancWIeverantwoording;
• het Inhoudelijke verslag over de uitgevoerde activiteit (actfviteitenverslag);
• een accountantsverklaring waarin de accountant in zijn oordeel ultdrukketyk en zonder
voorbehoud verklaart dat de subsidie is besteed aan het doel en de activiteiten waarvoor de
subsidie Is verteend. Wanneer de accountant in zijn verklaring bevindingen opneemt,
specificeert hij op welk bedrag deze bevindingen betrekldng hebben.
De financiele verantwoording bevat de gerealiseerde inkomsten en uitgaven, maakt een vergetyking
mogelijk met de begroting die de stichting bO de aanvraag heeft Ingediend en bevat tevens een
vergelijking met de inkomsten en uitgaven van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin subsidie is
verleend. Het inhoudeijjke verslag beschrijft de aard en omvang van de activiteiten waarvoor subsidie
is verleend en bevat een vergelfjklng tussen de nagestreefde en gerealiseerde doelstellingen met een
toelichting op de verschillen.
De overige eisen aan de verantwoording van de verleende subsldie(s) zijn uitgewerkt in het
controleprotocoi dat kan worden geraadpleegd via de website van DMO, www.dmo.amsterclam.nl
onder Verordeningen algemeen'. Dit protocol is ook van belang voor de door de accountant op te
steilen verklaring.
Specifieke verplichtingen
Naast de In deze verienlngsbeschikking opgenomen algemeen geldende verplichtingen gelden met
betrekking tot de door de stichting aangevraagde subsidie de volgende specifieke verplichtingen:
Dienst Maatschappeiijke Ontwlkkaling
afdaiing Sport, team beleid
1. De stichting indexeert de tarieven jaariijks uitsluitend volgens het geldende prijsindexcijfer, zoals
dat door DMO, afdeling Sport wordt aangegeven.
2. De stichting vormt een onderhoudsfonds waarvan de omvang gerelateerd Is aan het door een
onafhankelijk bouwtechnisch bureau in opdracht van de stichting opgesteld onderhouds- en
vervangingsinvesteringsprogramma met een plannlngstermgn van 10 jaar.
De stichting laat dit onderhouds- en vervangingsinvesteringsprogramma jaartijks actualiseren en
stelt het vervolgens ter beschikking van DMO. De begroting en jaarrekening van de stichting is
zodanig ingericht dat zonder meer duidelijk is welke kosten voor een specifiek boekjaar begroot
en welke ook daadwerkelijk zijn uitgevoerd.
3. Het jaarverslag specificeert het onder spedfleke verplichtingen opgenomen onderhoud en
onderhoudsfonds. De accountantsverklaring bevat tevens het onderiioudsfbnds, waarbij de
accountant toetst of de onttrekkingen of dotaties aan
het onderhoudsfonds in overeenstemming zijn met het onderhouds- en
investerings programma
4. De stichting laat elke twee jaar een tevredenheidsonderzoek onder de gebruikers uitvoeren door
een daartoe gekwalificeerd en onafhankelijk onderzoeksbureau. De rapportage wordt aan DMO
ter beschikking gesteld en de resultaten maken onderdeel uft van het jaarverslag.
5. Tenminste eenmaal per jaar vindt er overleg plaats tussen DMO en het bestuur van de stichting.
Daamaast is bestuurlifk of ambtelijk overleg mogelijk zo vaak als nodig bigkt.
Vaststelling
De vaststelling van de subsidie vindt in principe binnen 13 weken na ontvangst van de verantwoording
plaats. Het niet nakomen van spedfteke in deze beschikking of bijlage opgenomen verplichtingen, een
onvolledige verantwoording van de subsidie of een verklaring van de accountant die niet aan de
eerder vermelde verelsten voldoet, kunnen leiden tot een lagere vaststelling van de subsidie.
In dat geval of indien er sprake Is van batig saldo overeenkomstig artikel 7:6 ASA vindt terugvordering
of verrekening plaats.
Ten slotte
De grondslag waarop de subsidie is verstrekt Is de volgende:
•
Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2004 (ASA) en het controleprotocoi
•
Algemene Wet bestuursrecht (Awb)
De Awb enrijksregelingkan worden geraadpleegd via www.overheid.nl. Voor het inzien en
downloaden van de gemeentelijke verordeningen wordt verwezen naar de website
www.dmo.amsterdam.ni onder verordeningen.
Dfonst MMtschappallJko Ontwikkeling
afdeling Sport, team beleid
Subsidiebeschikking voor periodieke subsidie aan de Stichting Jaap Eden Usbanen
voor de periode 2009-2012
Namens het Collage van Burgemeester en Wethouders verstraM de Dienst Maatschappefijke
Ontwikkeling (DMO) voor een periode van vjf Jaar aan de stichting Stichting Jaap Eden Usbanen
(hiema Stichting) een periodieke subsidie ten behoeve van de door de stichting ingediende activiteiten
met betrekking tot de exploitatie van de Jaap Eden Usbanen. De verlening is gebaseerd op de door
de Stichting ingediende aanvraag en begroting voor een periode van vier jaar en is bedoeld ter
ondersteuning van uitsluitend het daarin opgenomen activite Ken plan en de daarbij gevoegde
begroting.
Aan de verienlng zjjn bovendien de navolgende voorwaarden/kriteria verbonden.
Nadere specificatie van de door de sUchdng te venichten activitetten
De subsidie wordt aan de stichting verleend en dient te worden aangewend ten behoeve van het
instandhouden en exploiteren van de ijsbanen. Hiertoe dient de stichting aanvuUend aan de vermelde
activiteiten, de volgende actfvftelten uft te voeren:
Openingsweken en uren
1. Jaap Eden Usbanen Is In het winterseizoen tenminste 31 weken geopend waarbij
schaatsactMteiten en aanverwante fjssporten voonrang hebben boven andere activiteiten.
Van deze 31 weken is de jjshal aHe weken geopend en de 400-meter baan 23 weken.
2. De Ijshal en de 400-meter baan zijn gedurende de 23 weken tenminste 15 uur per dag
beschikbaar voorfisactivtteJtenen Ijsonderhoud; gedurende de resterende weken dat de ijshal
wel en da 400-meter baan niet open is, Is de ijshal op werkdagen tenminste 7 uur per dag
geopend en per weekend minimaal 12 uur;
Een en ander met inachtneming van onvoorziene omstandigheden.
Unn sportbonden en sportverenigingen
3. 400-metar baan:
Op werkdagen is van de uren tussen 17.00 uur en 23.00 uur 35% beschikbaar voor
sportbonden en/of sportverenigingen (KNSB, verenigingen en recreatieschaatsen) en 25%
voor vrjj schaatsen (publieksuren). In het weekend Is van de uren tussen 07.00 uur en 23.00
uur in het totaal tenminste 50% beschikbaar voor sportbonden en/of sportverenigingen en
25% voor vrij schaatsen..
4. Ushal:
Op werkdagen is tussen 16.00 uur en 23.30 uur de gshal voor tenminste 75% beschikbaar
voor sportbonden en/of sportverenigingen en tenminste 10% voor vrij schaatsen.
In het weekend is de ijshal tussen 07.00 uur en 23.30 uur voor tenminste 50% voor
sportbonden en/of sportverenigingen en tenminste voor 30% voor het vrj schaatsen.
Totstandkomlng rooster
5. Voorafgaand aan de vaststelling van het rooster voor een eerstvolgend seizoen worden de
vaste huurders daarbij (sportbonden en sportverenigingen) tijdig en zorgvuldig betrokken
Uitedijk op 1 mei stelt de stichting vervolgens, met Inachtneming van de afgesproken
percentueie verdeHng van de uren, het rooster samen voor het volgende seizoen en wordt dit
aan de vaste gebruikers en DMO bekend gemaakt. Het afschrift aan DMO van hetroosteris
voorzien van een schriftelijke onderbouwing met een overzicht van de Ingediende wensen, de
wijze waarop uw stichting daarmee rekening heeft gehouden en op basis van welke objectieve
maatstaven afwegingen en keuzes zijn gemaakt.
Blj geschil over dat rooster, kan aan DMO. afdeling Sport worden verzocht dat te beoordelen;
deze kan in het uiterste geval de Sportraad Amsterdam om bemkJdellng verzoeken.
Dienst Maatschappelljke Ontwikkeling
afdeling Sport, team beleid
Aigemeen geldende verplichtingen
EgalisBtiereserve en batig sakh
De stichting is verplicht een egalisatiereserve te vormen ten bate of laste waarvan het verschil tussen
de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend en de vastgestelde subsidie
komt. In overeenstemming met artikel 7:5 ASA bedraagt deze egalisatiereserve niet meer dan 15%
van het toegekende subsidiebedrag. Resteert na de vorming van de egaHsatiereserve een batig saldo,
dan vordert DMO dit met inachtneming van artJkel 7:6 ASA terog.
DMO vordert ongeacht de achterliggende reden by beeindiging van de subsidierelatie de door de
stichting gevormde egalisatiereserve terug.
Overige infofmatieverstrekking
De stichting is verplicht DMO te informeren indien er gedurende het boekjaar aanmerkeiijke
verschlllen ontstaan of dreigen te ontstaan tussen de werkelijke uitgaven en inkomsten en de door u
begrote uitgaven en inkomsten die gevolgen hebben voor de door u uit te voeren activiteiten. U
vermeldt hierbij de oorzaak waardoor deze verschillen zijn of dreigen te ontstaan.
De stichting is verplicht mee te delen of wordt deelgenomen in andere rechtspersonen. Op basis van
de artikelen 6:1 en 6:2 ASA waarin wordt verwezen naar artikel 4:71 Awb Is de stichting verplicht DMO
direct te informeren overrelevantewjjzigingen in de financiele en organisatorische verhoudingen.
Tevens is de stichting op grond van dezelfde artikelen verplicht - waar nodig - vooraf toestemming te
vragen voorrechtshandelingenmetfinandflegevolgen. Hieronder verstaat DMO onder meer het
aangaan van kredietovereenkomsten, garantsteillng voor schulden van derden of het ontbinden van
de rechtspersoon.
Veranfwoording
De stichting dtent na afloop van het schaatsseizoen v66r 1 juli zowel inhoudelijk als financieel
verantwoording af te leggen over de besteding van de subsidie. Deze verantwoording is tevens de
aanvraag tot vaststelling van de subsidie. Zij bestaat uit:
• de door het bestuur gewaarmerkte financiele verantwoording;
• het inhoudelijke verslag over de uitgevoerde actMteit (activiteltenverslag);
• een accountantsverklaring waarin de accountant In zijn oordeel uitdrukkeltyk en zonder
voorbehoud verklaart dat de subsidie is besteed aan het doel en de activiteiten waarvoor de
subsidie is verieend. Wanneer de accountant in zijn verkiaring bevindingen opneemt,
specificeert hij op welk bedrag deze bevindingen betrekking hebben.
De financiele verantwoording bevat de gerealiseerde inkomsten en uitgaven, maakt een vergelijking
mogelKk met de begroting die de stichting bij de aanvraag heeft ingediend en bevat tevens een
vergelijking met de inkomsten en uitgaven van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin subsidie is
verleend. Het inhoudelijke verslag beschrijft de aard en omvang van de activiteiten waarvoor subsidie
is verieend en bevat een vergelijking tussen de nagestreefde en gerealiseerde doelstellingen met een
toelichting op de verschillen.
De overige eisen aan de verantwoording van de verleende 8ubsldie(s) zijn uitgewerkt in het
controieprotocol dat kan worden geraadpleegd via de website van DMO, www.dmo.am8terdapri.nl
onder Verordeningen algemeen'. Dit protocol is ook van belang voor de door de accountant op te
stellen verklaring.
Specifieke verplichtingen
Naast de fn deze verieningsbeschikking opgenomen algemeen geldende verplichtingen gelden met
betrekking tot de door de stichting aangevraagde subsidie de volgende specifieke verplichtingen:
Dientt Maatschappelljke Ontwikkeling
afdeling Sport, team beleid
1. Oe stichting indexeert de tarieven Jaariijks uitsluitend volgens het geldende prijslndexcijfer, zoals
dat door DMO, af deling Sport wordt aangegeven.
2. De stichting vomnt een onderhoudsfonds waarvan de omvang gerelateerd is aan het door een
onafhankeilk bouwtechnisch bureau in opdracht van de stichting opgesteW onderhouds- en
vervangingsinvesteringsprogramma met een planningstermUn van 10 Jaar.
De stichting laat dit onderhouds- en vervanging si nvesteringsprog ram ma Jaarlgks actual iseren en
stett het vervoigens ter beschikking van DMO. De begroting en jaarrekening van de stichting is
zodanig ingericht dat zonder meer duktoiijk is welke kosten voor een spedfiek boekjaar begroot
en welke ook daadwerkeigk z|n uitgevoerd.
3. Het jaarverslag specificeert het onder spedfieke verplichtingen opgenomen onderhoud en
onderhoudsfonds. De accountantsverklaring bevat tevens het onderhoudsfonds, waarbij de
accountant toetst of de onttrekklngen of dotattea aan
het onderhoudsfonds in overeenstemming zijn met het onderhouds- en
investeringsprogramma
4. De stichting laat elke twee Jaar een tevredenheidsonderzoek onder de gebruikers uitvoeren door
een daartoe gekwalificeerd en onafhankelijk onderzoeksbureau. De rapportage wordt aan DMO
ter beschikking gestold en de resultaten maken onderdeel uit van het jaarvarslag.
5. Tenminste eenmaal per Jaar vindt er overleg plaats tussen DMO en het bestuur van de stichting.
Daamaast is bestuurlljk of ambtelijk overleg mogetyk zo vaak ais nodig blijkt
Vaststelling
De vaststelling van de subsidie vindt in principe binnen 13 weken na ontvangst van de verantwoording
plaats. Het niet nakomen van specifieke In deze beschikking of bjjlage opgenomen verpitehtingen, een
onvdiedige verantwoording van de subsidie of een verklaring van de accountant die niet aan de
eerder vermelde vereisten voldoet, kunnen leiden tot een lagere vaststelling van de subsidie.
In dat geval of indien er sprake Is van batig saldo overeenkomstig artikel 7:6 ASA vindt terugvordering
of verrekening plaats.
Tenslotte
De grondslag waarop de subsidie is verstrekt is de volgende:
•
Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2004 (ASA) en het controleprotocoi
•
Algemene Wet bestuursrecht (Awb)
De Awb en rijksregeling kan worden geraadpleegd via www.overheid.nl. Voor het inzien en
downloaden van de gemeentelijke verordeningen wordt verwezen naar de website
www.dmo.amsterdam.nl onder verordeningen.
Pro
<luctie 7
i'r'i
Si
a
Onderzoek financiele problematiek
en bedrijfsvoering JE (Stichting
Baan)
IJscomplex Jaap
mm
asp
«
SK
"KM
1
raw
ess?-
04-U.0298/OZ.Zn AO
K
X
X
Gemeente Amsterdam
A C A M Accountancy en Advies
•*
Advies
Onderzoek financiele problematiek
en bedrijfsvoering JE (Stichting
IJscomplex Jaap Eden Baan)
drs. P.M.F. Linnebank
drs. K. Gallyas
drs. K. de Boer
X
X
X
Bezoekadres
Weesperstraat434
1018 DN Amsterdam
Posttius 1078
1000 88 Amslerdam
Telefoon 020 520 6666
Fax 020 520 6600
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
Retouradres: Postbus 1078,1000 BB Amsterdam
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
De heer drs. J.A. van Meurs
Hoofd Sport en Recreatie
Postbus 1840
1000 BV AMSTERDAM
Datum
6 december 2004
Ons kenmerk
04-U.0298/02.211 AC
-shandeld door
drs. P.M.F. Linnebank
Ooorkiesnummer
020 520 6618
Ondenverp
Rapportage onderzoek Jaap Eden Baan
Geachte heer Van Meurs,
Naar aanleiding van onze opdracht doen wij u hierbij onze rapportage toekomen inzake ons
onderzoek naar de financiele problematiek en bedrijfsvoering bij Stichting IJscomplex Jaap
Eden Baan.
Wi| zijn graag bereid deze rapportage nog nader toe te lichten. In de verwachting u hienmee
van dienst te zijn geweest, verblijven wrj,
/
Hoogachtfend,
ACAM Aqcouptfancy en Advies.
drs. R.
hoofd
RA,
ACAM is bereikbaar per metro, sneltram (lijn 51) en tram (lijn 6,7 en 10) halte Weesperplein
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
6 december 2004
04-U.0298/02.211 AC
OnderzoekfinandSleproblematiek en bedrilfsvoerlng JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Inhoud
1 Inleiding
1.1 Opdracht
1.2 Afbakening van het onderzoek
1.3 Aanpak onderzoek
3
4
5
2 Bevindingen en conclusie
2.1 Beleid en bedrijfsvoering
2.2 Planning & Control
2.3 Analyse van kosten en batenstructuur
2.4 Resultaat
2.5 Vermogenspositie: liquiditeit. solvabiliteit en financiering
5
1 0
1 3
1 9
23
2 5
2.6 Onderhoud
3 Conclusie
4 Hoe verder?
4.1 Beleid, strategie, bedrijfsvoering en P&C
4.2 Onderhoud
4.3 Mogelijkheden rond inkomsten, besparingsmogelijkheden kosten
4.4 Financiering
'
2 9
3 0
3 0
3 1
32
3 2
4.5 Relatie met gemeente/DMO
3 3
Bijlage 1
3 4
Bijiage 2
3 5
Bijlage 3
3 7
Bijlage 4
3 8
Bijlage 5
3 9
Bijlage 6
4 0
Bijlage 7
4 1
Bijlage 8
4 2
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
6 december 2004
04-U.0298/02.211 AC
Onderzoek financiSle problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
1 Inleiding
n
f
r
o
f
l
t
e
e
r
d
m e t
e
De Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling ^ ^ ^ ^ ; ^ | ^ j e p o
3n
^ ^ ^ m ^ f m r n ^ ^ ^ e ^ i S t i c h f l n g ^ c o m ^ l x ^ p ' E ? e n ^ J E ) . De Jaap Edenbaan heeft in een brief van 17 mei 2004 aangegeven dat zij het noodzakelijke onderhoud
volgens het onderhoudsplan niet uit eigen middelen kan betalen. DMO heeft ACAM Advies
opdracht gegeven een onderzoek uit te voeren naar de financiele ontwikkeling en de
bedrijfsvoering van JE.
1.1 Opdracht
In overleg met DMO is de opdracht wordt als volgt geformuleerd:
Bepaal de omvang van definano'Sleproblematiek in refatie met de financiering van onderhoud en investeringen. Wat zijn de oorzaken van het financieringstekort?
Wat zijn de mogelijke oplossingsrichtingen?
Daartoe zullen wij de volgende stappen uitvoeren:
•
•
Beoordeling door ACAM Advies op de door DMO en JE aan te leveren financiele
bescheiden, indusief een investeringsplan- en het onderhoudsplan;
Onderzoek naar de omvang van het probleem en (zo mogelijk) de oorzaken daarvan.
Opzef huidige bedrijfsvoering JE
Wij besteden tevens aandacht aan de interne sturing en informatievoorziening met
betrekking tot de bedrijfsvoering. Daamaast zullen wij eventuele risico's signaleren die aan
de opzet verbonden zijn. Hiertoe nemen wij kennis van de:
• Opzet van de administratieve organisatie (opzet taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden in functiebeschrijvingen/procedures/werkinstructies/afspraken en derge-
" lijke;
•
•
Opzet administratie (vormgeving financieel administratieve organisatie, kwaljteit
management informatie en dergelijke);
FinanciSle situatie (ontwikkeling liquiditeit en solvabiliteit en de opzet van de finandSle
sturing (cashmanagement en financiering van de investeringen).
1.2 Afbakening van het onderzoek
De bij dit onderzoek verrichte werkzaamheden worden zogenoemde 'overeengekomen
specifieke werkzaamheden' genoemd. Gegeven het karakter en de doelstelling van het
onderzoek hebben wij bijvoorbeeld cijferanalyses uitgevoerd. Wij rapporteren de feitelijke
bevindingen uit hoofde van deze specifieke werkzaamheden.
U heeft ons tevens verzocht een toetsing van de opgave van het financiele tekort van JE
uit te voeren. De werkzaamheden, die ACAM verricht, worden zogenaamde Verir-
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
6 december 2004
04-U.0298/02.211 AC
Onderzoek financiSle problematiek en bedrijfsvoerlng JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
zaamheden met betrekking tot toekomstgerichte financi&le informatie" genoemd. Gegeven
het karakter en de doelstelling van dit onderzoeksonderdeel hebben wij de begrotingsopstelling/realisatie over de periode 2001-2003 doorgenomen en of de veronderstellingen/
uitgangspunten in de brief een redelijk uitgangspunt vormt voor het ingeschatte tekort.
Daartoe hebben wij een trendinschatting gemaakt om de opgave van het financigle tekort
van JE te kunnen toetsen.
Ten aanzien van onze inschatting wijzen wij u er op dat de werkelijke uitkomsten
(uiteraard) nog af kunnen wijken van deze projectie/begroting, gegeven het feit dat nog
(on)verwachte gebeurtenissen zich niet op gelijke wijze voor zullen doen zoals vooraf is
aangenomen. Daarom kunnen wij geen oordeel uitspreken of de uttkomsten zoals
weergegeven in de trendinschatting ook daadwerkelijk behaald zullen worden.
Wij benadrukken op deze plaats dat wij geen accountantscontrole hebben toegepast.
Gegeven de hiervoor omschreven onderzoeksvraagstelling hebben wij ons beperkt tot een
beoordeling van de financigle situatie in relatie tot het onderhoud en tot een evaluatie van
de financieel administratief aspecten van de bedrijfsvoering over de periode 2001-2003.
Wij hebben bijvoorbeeld geen aandacht besteed of de organisatie in staat is kwalitatief
goed schaatsijs te maken en te onderhouden.
Wij zijn in dit onderzoek ervan uitgegaan dat Jaap Edenbaan op de huidige locatie blijft in
Amsterdam. Er is geen rekening gehouden met een eventuele verplaatsing.
1.3 Aanpak onderzoek
Wij hebben ons onderzoek uitgevoerd op basis van interviews met de betrokken
organisaties (voor de ge'mterviewde personen zie bijlage 1) en de door DMO en JE.
aangeleverde relevante stukken (zie bijlage 2 voor een overzicht van de stukken).
Voor de openhartige wijze van spreken van de betrokkenen zijn wij aan de ge'fnterviewden
dank verschuldigd.
Wij hebben onze bevindingen en conclusies vervolgens afgestemd met de ge'i'nterviewden
waaronder de directie, het bestuur en de accountant van JE. Waar nodig hebben wij hun
opmerkingen in onze rapportage verwerkt.
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
6 december 2004
04-U.D298/02.211 AC
Onderzoek finandSle problematiek en bedrijfsvoering J E (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
2 Bevindingen en conclusie
Wij behandelen onze bevindingen in de volgende volgorde:
1. Beleid en bedrijfsvoering;
2. Planning & Control;
3. FinanciSle performance;
4. Onderhoud.
Centraal in ons onderzoek staat de vraagstelling hoe groot de omvang van de
problematiek in relatie tot de financiering van onderhoud en investeringen nu eigenlijk
precies is. Hiernaast besteden wij aandacht aan de onderhoudsproblematiek in termen
van begrotingsruimte en planningsopzet. Deze vragen vormen de kernvragen van ons
onderzoek.
2.1
Beleid en bedrijfsvoering
In dit hoofdstuk geven wij onze bevindingen weer uit ons onderzoek ten aanzien van het
beleid en de bedrijfsvoering van JE. Ten eerste wordt specifiek aandacht geschonken aan
de bestuursopzet en strategie. Ven/olgens besteden wij aandacht aan het gemeentelijke
subsidiekader. Dit laatste bepaalt mede de context waarin de activiteiten van JE kunnen
plaatsvinden. Als laatste aandachtpunt van dit hoofdstuk besteden wij aandacht aan de
organisatie en werkprocessen (AO). Deze vragen vormen de randvragen van dit onderzoek.
2.1.1 Bestuuren beleid
IJscomplex Jaap Eden is een stichting, die door een bestuur bestaande uit vrijwilligers
wordt aangestuurd.
jaar geheil uft nieuwe
...^^Het bestuur faciliteert en stelt zijn expertise en competenties ter beschikking van
J E ^ waar nodig, om de bedrijfsvoering op korte termfjn te optimaliseren. Het bestuur is
daardoor op dit moment voomamelijk uitvoerend bezig. Het bestuur vergadert 1 keer per
maand en besteedt onder meer aandacht aan de belangrijkste operationele zaken, zoals
het onderhoud, financien, contracten met verenigingen, relatie met pachters, afspraken
met DMO en de gemeente. De communicatie met de gemeente loopt op dit moment via
verschillende kanalen. De directeur en de penningmeester van het bestuur zijn de eerste
contactpersonen met de gemeente. De penningmeester is aanspreekpunt inzake
financiele aangelegenheden (zoals begroting, jaarrekening of bijvoorbeeld: toelichting het
financieringstekort in verband met het onderhoud). Andere bestuursleden hebben contact
met de gemeente over het rooster en het baangebruik.
7
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
6 december 2004
04-U.0298/02.211 AC
Onderzoekfinandfileproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting Uscomplex Jaap Eden Baan)
Door de grote betrokkenheid en ondersteuning van de uitvoering fungeert het bestuur op
dit moment niet als toezichthouder op afstand. Het toezicht wordt op dit moment in de
uitvoering en in het sturingsproces ingebouwd.
Uit onze gesprekken en uit de bestuursnotulen van de afgelopen 2 jaren is ons gebleken
dat er een duidelijke aanscherping heeft plaatsgevonden in de aansturing van de organisatie. Er wordt scherp gekeken naar de besparingmogelijkheden (uitgavenstop) en waar
zich nog meer opbrengstmogelijkheden schuilen (bijvoorbeeld het organiseren van evenementen in de lente en zomer periode).
Het urgentiebesef om te consolideren, om de onderhoudsproblematiek op te lossen,
reserves op te bouwen vormt de belangrijkste prioriteiten in de agenda van het bestuur.
Het nieuwe bestuur heeft in de afgelopen periode onder meer de volgende maatregelen
genomen om de bedrijfsvoering te verbeteren:
• Prijsverhoging: Nieuw contract KNSB gewest NH afgesloten (inkomsten JE verhoogd
van € 45 naar € 90 per abonnement, ondertekend 12 maart 2004, dit levert circa
€ 50.000 extra per jaar op);
• Personeel:
o Nieuwe, sobere bedrijfsregeling (waarschijnlijk eind 2004 geSffectueerd);
o 4 ploegendienst ingevoerd (waardoor minder beroep wordt verwacht op overwerken);
o continue bezetting waarborgen (vakantie-uren regeling invoeren).
• Uitgavenstop ingesteld eind 2003, zeer strikt uitgavenbeleid;
• Met ingang van het schaatsseizoen 2003/2004 is een nieuw toegangssysteem (WinCash) aangeschaft (opbrengsten zekerstellen/ meer toegangscontrole, beter inzicht in
de bezoekersaantallen);
• Energiezuinige maatregelen (witverven oefenbaan, middenboarding);
• Aanscherping debiteurenbeheer (incassobeleid);
• Opzetten verbeterde financigle administratie.
2.1.2 Strategie/Toekomstvisie
Jn 2003 .Januari is een strategisch plan door J E opgesteldjf(een samenvatting door middel
van een zogenoemde SWOT analyse treft u in de bijlage 3 aan). Hierin zijn enkele
toekomstscenario's uitgewerkt zoals het realiseren van een Leisure Park met het
Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer op het huidige terrein, de deelname in de oprichting van
een regionaal top-trainingssportcentrum "Amsterdam-Dome" of de huidige faciliteiten maar
dan met een overdekte 400 ijsbaan. In het strategische plan van 2003 werd nog niet
stilgestaan bij de financiele haalbaarheid van de plannen. Op dit moment richt het bestuur
zich voornamelijk op de korte termijn. Het bestuur is bezig met het oplossen van knelpunten zoals hiervoor beschreven (onderhoudsituatie, opbouw van een weerstandvermogen en extra bronnen van inkomsten).
5 december 2004
34-U. 0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
OnderzoekfinanciSleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
2.1.4 Organisatie
JE is een kfeine organisatie met 15,6 vaste PTE's. Een dergelijke organisatieomvang heeft
zijn nadelen. De organisatie is sterk afhankelijk van de kennis van enkele gespecialiseerde
medewerkers (bijvoorbeeld onderhoudsmedewerkers). Om de continuiteit van de organisatie te kunnen waarborgen moeten goede afspraken worden gemaakt.
De realisatie van functiescheidingen is ook lastiger dan bij een (middel)grote organisatie.
£en cruciate functiescheiding was bijvoorbeeld nog niet gerealiseerd in 2003, namelijk
random de betalingsorganisatie (autorisatie betalingsbatch). Deze tekortkoming is door
BDO, de nieuwe accountant van JE. in 2004 gesignaleerd. Het probleem is in 2004
opgelost met de inschakeling van de directeur en bij afwezigheid van de controller of de
directeur een bestuurslid.
Een belangrijke verbetering is de invoering van een geautomatiseerd toegangssysteem in
2003. Door middel van dit systeem kan voldoende functiescheiding bij de opbrengsten
plaatsvinden (controle doorde controller, bezoekersadministratie, kassieren scanfunct/e).
De directeur is vanaf 2002 werkzaam bij JE. Hij heeft een voomamelijk uitvoerende
functie; hij draagt verantwoordelijkheid voor de dagelijkse operationele zaken. De directeur
rapporteert aan het stichtingsbestuur en geeft rechtstreekse leiding aan de controller, de
BackOffice Coordinator en de machinisten/onderhoudsmedewerkers..
In onze inventarisatie is ons gebieken dat er verouderde functiebeschrijvingen zijn.
Bijvoorbeeld voor de controller was er een checklist van activiteiten in plaats van een
competentieprofiel. In juli 2004 heeft de directeur concept functieomschrijvingen van de
vaste PTE's opgesteld; deze moeten nog aan het bestuur voorgelegd worden.
De volgende medewerkers zijn op dit moment bij JE in vaste dienst:
Functies
Algemeen directeur
Financieel controller
Secretaresse
Administratief medewerker
Machinisten. medewerkers TD
Schoonmaker
ID-banen (Technische Dienst)
Totaal
PTE's
0,6
14,6
De technische dienst werkt tegenwoordig in een 4 ploegendienst, de mogelijkheden van
vakantieopname worden daarmee vergroot en er wordt voor een evenwichtige bezetting
gezorgd.
De taken, verantwoordelijkheden liggen binnen de organisatie redelijk helder. De directeur
is voomamelijk uitvoerend bezig, terwijl het bestuur meer facMerend, sturend dan
toezichthoudend werkt. Het bestuur speelt bijvoorbeeld in de communicatie en onderhandelingen met externe partijen zoals DMO en pachters een belangrijke rol. Deze
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
i. december 2004
I4-U.0298/02.211 AC
Onderzoek financiele problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
taakverdeling bij JE heeft echter een tijdelijk karakter; het bestuur ondersteunt de directeur
en de controller met veel betrokkenheid totdat de financiele problemen opgelost zijn.
Het is naar onze mening verstandig (idealiter) om de uitvoering en toezicht van elkaar te
scheiden binnen de organisaties. In deze situatie is het niet echt mogelijk. is een zuivere
scheiding bij Jaap Edenbaan door te voeren, omdat continu specialistische kennis nodig is
binnen de organisatie.
2.1.5 Opzet (financiele) administratie
De opzet en inrichting van de huidige financiele administratie voldoet naar onze inzichten
aan eisen van een kleine organisatie. Het inzicht in de bezoekersbewegingen en -aantallen
is verbeterd ten opzichte van de vorige jaren door de aanschaf van het nieuwe geautomatiseard (WinCash) toegangssysteem. BDO concludeert dat door dit nieuwe systeem de
verantwoording van de omzet voldoende wordt gewaarborgd. BDO stelde in een rapport
aan J E voor om de onbetaalde toegang tegen te gaan door de plaatsing van tourniquets,
voorzien van een barcode(inmiddels geplaatst). Tevens adviseerde BDO de controletechnische functiescheidingen random de verkoopfacturen en de interne controle op deze
facturen aan te scherpen.
Voordelen hiervan zijn het tegengaan van "zwartrijders" (onbetaalde toegang), een betere
' registratie en doorstroming van bezoekers, vermindering handeling random de kassa en
mogelijke afname van de benodigde formatie bij het kassatoezicht.
2.1.6 Opzet AO
In 2003 is door JE extra effort gestopt in het verbeteren van de administratieve
organisatie. Daarvoor was een summiere AO beschrijving voor het verkopen van losse
kaarten en abonnementen beschikbaar. De recente versie van de AO is uitgebreid met
beschrijvingen en opgesteld door BDO in juli 2004 (het verkopen van abonnementen en
van de losse kaarten). De aanleiding voor de procedurebeschrijving wa? de mogelijke
aanschaf van het nieuwe toegangssysteem. In 2004 is ook een voorstel voor de procesbeschrijving van het incassobeleid en van de onkostendeclafatie gemaakt.
JE kent een belangrijk cashgeldverkeer. De beveiliging op het terrein is zo goed mogelijk
geregeld (hoofdkluis, kassierkluizen, afstortprocedure en dergelijke). De contante geldprocedure is gedetailleerd beschreven.
Ondanks het feit dat er nog enkele processen niet of niet volledig beschreven of geregeld
zijn (zoals planning technische onderhoud) constateren wij mime aandacht en verbetering
op het gebied van AO bij de directie en de controller.
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
5 december 2004
D4-U.0298/02.211 AC
. Onderzoekfinancieleproblemattek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Conclusie
$e$$iatt$teiilin$ voor JE ligt helder. Voor de korte termijn heeft het bestuur/directie ervoor
fetokozenzich te ooacentreren op de verbetering van de dnanQim srtuatie en onderiioudS'
^u^BS^^^fl^l^^
ti^n^^'mfm^
49 hoogste prioriteit.*
De huidige organisatie en inrichting van de bedrijfsvoering zijn naar onze inzichten
voldoende qua opzet om de basis taakstelling van JE te kunnen realiseren.
Voor de komende periode moet echter nog een strategische keuze worden gemaakt
•
Welke richting op: uitbreiding van producten (met een nieuwe 400 m ijsbaan) of juist
specialiseren op datgene watnu al aanwezig is en dat verbeteren/ontwikkelen?
•
Welke profiel is wenselijk van de organisatie ("publiek park of fun-centwrn")? Soc/ate
ontmoetingsplek of professioneel trainingsfaciliteit?
Verder zal naar onze mening de gemeente duidelijk moeten kiezen tussen twee subsidiemodellen, namelijk de gemeente op afstand ofde betrokken gemeente.
In het huidige subsidiekader is naar onze mening nog niet expliciet gekozen tussen deze
twee modellen. Dat levert onduidelijkheid op bij de betrokkenen.
2.2
Planning & Control
In dit hoofdstuk besteden wij aandacht aan de wijze waarop JE haar planning en control
qua activiteiten en als cyclus heeft georganiseerd. Doel van dit onderzoeksonderdeel is na
te gaan of JE adequaat haar instrumentarium heefl ingericht om haar financiele en
kwantitatieve doelstellingen van een begrotingsjaar te kunnen monitoren en te beheersen.
Achtereenvolgens komen aan de orde:
1. Begroting:
2. Managementinformatie;
3. Jaarverslag en jaarrekening;
4. Interne controle;
5. Externe controle;
6. Contact met de gemeente Amsterdam (DMO).
2.2.1 Begroting
Jaarlijks dient het bestuur van JE bij de gemeente een begroting en een jaarverslag in (het
jaarverslag zoals vastgelegd in het subsidiekader). Voor de jaren 2001-2004 heeft JE
steeds sluitende begrotingen gepresenteerd. Voor 2004 heeft J E in haar brief van
17 maart 2004 aangegeven dat zij weliswaar een sluitende begroting presenteert maar dat
hiermee geen rekening gehouden is met het onderhoudsniveau zoals dat in het GEAMonderhoudsplan is aangegeven. De penningmeester becijfert het gat op zo'n € 0,4 a
5 miljoen (zie hoofdstuk 2.3).
De nieuwe accountant van JE (BDO) heeft in haar bevindingen rond de jaarrekening 2003
en het onderhoudsfonds aangegeven dat de dotaties aan, de onttrekkingen aan en de
omvang van het onderhoudsfonds niet aansluiten op de omvang volgens het meeijarenonderhoudsplan van GEAM. In de jaren 2001 en 2002 heeft PWC een dergelijke bevinding
10
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
i december 2004
I4-U.0298/02.211 AC
Ondereoekfinancieleproblamatiek en bedrijfsvoering JE^(Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
niet gerapporteerd. PWC rapporteerde namelijk dat de in de begroting opgenomen
bedragen gebaseerd zijn op de feitelijk noodzakelijke werkzaamheden met het meerjarenonderhoudsplan en de meerjarenbegroting als uitgangspunt.
Andere belangrijke begrotingsinstrumenten van JE zijn:
• meerjarenbegroting 2002 - 2007
moet nog geactualiseerd worden
• onderhoudsbegroting
zie hoofdstuk 2.3
•
liquiditeitsoverzicht
zie hoofdstuk 2.4
•
financieringsbegroting
geen financieringsaanpak beschikbaar
2.2.2 Managementinformatie
Als onderdeel van de verbetering van de AO hebben de directeur en de penningmeester
initiatieven ontplooid om de managementinformatie te verbeteren. De administrateur heeft
als uitvloeisel daarvan een stramien uitgewerkt voor een vaste maandrapportage. Verder
is recent een liquiditeitsbegroting opgesteld om de kasstromen te bewaken.
In januari 2004 is het nieuwe geautomatiseerde toegangssysteem operationeel. Hiermee
is J E beter in staat de bezoekersbewegingen, omzetcijfers, bezoekersaantallen per
bezoekerscategorie betrouwbaar en snel weer te geven. Ten opzichte van de voorgaande
jaren zal de informatiewaarde in de jaarrekening over dit onderwerp een stuk
betrouwbaarder worden. De informatie over de bezoekersaantallen zoals weergegeven in
de jaarrekeningen, was namelijk mede gebaseerd op schattingen. Deze schattingen
worden nu vervangen door registraties in het systeem (bijvoorbeeld het werkelijke gebruik
van een 10 rittenkaart of abonnement).
2.2.3 Jaarverslag en jaarrekening
Vanuit het subsidiekader dient JE voor 1 juli rekening en verantwoording aan de gemeente
af te leggen. In het algemeen liet de tijdigheid van het aanleveren van stukken aan
gemeente nog wel eens wensen over. Dit jaar echter is een duidelijke verbetering
opgetreden. De jaarrekening 2003 met accountantsverklaring is medio mei bij DMO
aangeleverd.
De feitelijke inhoud van de jaarrekening is verbeterd mede onder invloed van de nieuwe
penningmeester. Enkele items in de jaarrekening behoeven nog extra aandacht zoals de
gepresenteerde bezoekersaantallen (het nieuwe toegangssysteem zal deze gegevens
betrouwbaarder maken) en de informatie over de formatie (splitsing fte's vaste formatie,
ID-medewerkers, inhuur- en oproepkrachten).
Het verdient overweging om over de mogelijke invoering van een gebroken boekjaar na te
denken.
Een boekjaar zou bijvoorbeeld van juni tot mei kunnen duren. Hiermee wordt het inzicht in
de financiSle resultaten van een schaatsseizoen vergroot. Deze werkmethode is veel meer
toegespjtst op de seizoensgebonden activiteiten van J E en veriegt de activiteiten rond de
verantwoording naar rustige momenten waarop tevens de balansposities een minimumpositie vertonen (bijvoorbeeld vorderingen en dergelijke).
11
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
3 december 2004
54-11.0298/02.211 AC
Ondereoekflnandeieproblematiek en bedrijfevoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan}
2.2.4 Interne controle
In een kleine organisatie als JE is een optimale opzet van een intern controlesysteem en
functiescheidingen niet eenvoudig te realiseren. In een kleine organisatie komen de vele
controletaken dan bij veelal dezelfde medewerkers terecht.
De administrateur heeft vorig jaar een IC schema opgesteld voor zijn eigen werkzaamheden. Daarnaast is de toegangscontrole en het nieuwe bezoekersregistratie systeem
door BDO onderzocht en beschreven.
2.2.5 Externe controle
In 2003 heeft een accountantswissel plaatsgevonden. BDO heeft PWC als accountant
opgevolgd.
De nieuwe accountant heeft in haar accountantsverslag twee belangrijke signalen afgegeven. Enerzijds de genoemde omissie in de betaiingsorganisatie en anderzijds de
bevinding bij het onderhoudsfonds (ontoereikende dotaties).
Ons inziens zou JE en DMO nog kunnen overwegen de accountantswerkzaamheden
specifieker te richten op enkele aandachtsgebieden via een controieprotocol: Deze is
inmiddels vanaf februari 2004 beschikbaar, maar nog te algemeen geformuleerd. Een
controieprotocol hangt specifiek samen met de vorm en de inhoud van de subsidierelatie.
2.2.6 Contact met de gemeente Amsterdam
Overleg en communicatie met de belangrijkste stakeholder, de gemeente Amsterdam is,
voor J E van groot belang. In de P&C cyclus van JE past gegeven het subsidiekader veel
aandacht en afstemming richting de gemeente. Uit onze gesprekken en interviews leiden
wij af dat er in de samenstelling van het bestuur, contactpersonen met de gemeente in
afgelopen 2 jaar belangrijke wissellngen hebben plaatsgevonden. Mede hierdoor is de
wijze en frequentie van de communicatie en rapportering tussen DMO en J E nog niet
voldoende uitgestippeld.
Het overleg/contact over de diverse onderwerpen loopt via verschillende contactpersonen,
met als gevoig communicatiestoornissen. ge cgmmtafiteatie kin nu gekarakteriseer^l
•wq^fwjfft-0$ wporden van "oRtfyr&^ird
j/^rtmim^
Zowel DMO als het bestuur en directie van JE hebben ons aangegeven dit te willen
verbeteren.
Om de toekomstige communicatie te verbeteren onderschrijven wij de afspraken die
hierover in onderling overleg al zijn gemaakt en met name het instellen van een helder
communicatlestramien: Belangrijke onderdelen hiervan zijn:
1 contactpersoon per organisatie, bereikbaarheid, vervanging;
-
periodiek overleg;
-
spoorboekje met vastlegging belangrijke P&C- momenten;
het onderbouwen, het voorbespreken van begroting, investeringen et cetera;
terugkoppeling van afspraken (actielijst).
12
lecember 2004
-U.0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
Onderzoek financigle problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Conclusie
De P&C cyclus van JE voldoet qua opzet voor een dergelijke kleine organisatie om de
realisatie van de financiSle jaardoelstelling en taakstelling te kunnen volgen en te
bewaken.
Het bestuur heeft naar onze inzichten op dit momenten gekozen voor een uitvoerende &
bijsturende rol. Gezien het feit dat de problemen urgent en organisatiebreed zijn, kan het
bestuur niet op afstand blijven sturen. In onze optiek zou het een goede ontwikkelingsroute
zijn als het bestuur op lange termijn meer en meer in een actieve toezichthouderrol terecht
zal komen. De rol van de directeur zal dan navenant moeten worden aangepast.
Door de doorgevoerde taakverdeling binnen JE in het bestuur worden financiele zaken
behandelt door de penningmeester, openingstijden, contracten met derden door een
bestuurslid.
De communicatie tussen DMO en JE zal op z'n kort mogelijke termijn via een simpel en
eenduidig communicatiestramien moeten verlopen, om communicatiestoomissen te
voorkomen en het vertrouwen te bevorderen.
2.3 Analyse van kosten en batenstructuur
In dit hoofdstuk komen de ontwikkelingen van kosten en baten van JE over de afgelopen
3 jaren aan het bod. De belangrijkste posten van de kosten en baten hebben wij naast
elkaar gelegd. Hieruit trachten wij een trend afte leiden. Deze analyse gebruiken wij om tot
een beoordeling van het geconstateerde financiSle tekort van onderhoud te kunnen
komen.
Tenslotte wordt naar mogelijke vergroting van opbrengsten en kostenbesparingsmogelijkheden gekeken.
2.3.1 Kosten ontwikkeling 2001-2003
De onderstaande tabel geeft een weergave van de ontwikkeling van de voornaamste
kostenposten van JE. Eerst worden de werkelijk gemaakte kosten gepresenteerd en
vervolgens wordt per post de ontwikkeling (%) ten opzichte van de vorige jaren berekend.
Personele Lasten
Onderhoudskosten
Onttrekking
onderhoudsfonds
Onttrekking
bestemmingsreserve
Extra dotatie
onderhoudsfonds
Afschriivingen
Rente leninqen
Overige bedrijfskosten
Totale lasten
Dotatie bestemminqsfonds
€ 852.550 €1.012.516 € 1.143.393
€ 690.626 € 353.980 € 345.042
€ - 309.406
€ 49.565
€ 388.027 € 421.517
€ 380.566 € 336.620
€ 670.080 € 542.753
€2.722.006 € 2.667.386
€- 230.000
119%
51%
113%
97%
€ - 70.234
0%
0%
€ - 69.096
0%
0%
0%
81%
0%
102%
97%
99%
98%
99%
€ 431.475
€ 326.118
€ 539.716
€ 2.646.414
109%
0%
13
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
december 2004
p-U.0298/02.211 AC
OnderzoekflnanciSleproblematiek en bedrijfevoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
• De grootste kostenposten voor JE zijn de personele lasten, onderhoudskosten en rente &
afschrijvingen (op investeringen).
De cumulatieve kosten zijn over 2003 gedaald (3%) ten opzichte van 2001. Dit is
voornamelijk het gevolg van een daling van de onderhoudsuitgaven (halvering in 2003 ten
overstaan van 2001).
De personele kosten (door het volgen van de gemeentelijke cao), rente en afschrijvingen
liggen qua omvang min of meer vast.
Van dit vaste patroon op de kostenkant constateren wij afwijkingen. De personele kosten
zijn zowel in 2002 als in 2003 toegenomen. Totaal zijn de personele kosten met 34%
toegenomen in 2003 ten overstaan van 2001. De grootste uitschieters waren de volgende
incidentele kostenposten (binnen de personeelskosten):
• Premie VUT (€ 38.100 in 2001 en € 180.150 in 2003). Het effect hiervan is nog circa
1 £ 2 jaar voelbaar;
• In vaste dienst nemen van ID medewerker.
Hiernaast wordt ook ten behoeve van het onderhoudsfonds steeds minder geld
gereserveerd (77% daling!). De kosten voor het te plegen onderhoud lagen in 2003 veel
lager dan in het onderhoudsplan van METAFOOR geprognosticeerd stonden. De
afschrijvingen zijn met 11% toegenomen, met name als gevolg van investeringen in de
ijshal.
Als wij naar de totale kostenkant kijken, is een onderscheid te maken tussen de op korte
termijn beVnvloedbare en niet beVnvloedbare kos tenon twikkelingen.
BeYnvloedbaar:
• Overige personeelslasten (zoals reisvergoedingen, bedrijfskleding, cursussen, diverse
vergoedingen voor personeel) (34% gegroeid in 2003 ten overstaan van 2001);
• Gratificaties (25% gegroeid in 2003 ten overstaan van 2001);
• Ingeleend personeel (40% gegroeid in 2003 ten overstaan van 2001).
In meer of mindere mate be'i'nvloedbaar:
• Salarissen zijn min of meer gemeentebeleid (groei 18% in 2003 ten overstaan van
2001). Nieuwe medewerkers (de kosten van ID medewerker, die in vaste dienst fs
genomen);
• Overige bedrijfskosten.
Niet beinvloedbaar
• Afschrijvingen, rente. Pas op de lange termijn 2009, 2010 nemen de afschrijvingen en
rentebetalingen substantieel af. In 2009 zullen de afschrijvingen met circa €120.000
afnemen (kleedgebouw afgeschreven) en in 2010 de rente lasten met zo'n €150.000
dalen (aflossing lening renovatie J E hal). Hiertegenover staat dat J E mogelijk nieuwe
investeringen zal moeten doen.
Concluderend kan gesteld worden dat de meeste kosten een vast karakter kennen, dit
geeft relatief weinig mogelijkheden om tot materiele kostenreducties te komen, maar biedt
wel mogelijkheden voor een goede budgetbeheersing.
14
december 2004
HJ.0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
Onderzoek financiSle problematiek en bedri|fsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Wij zien de volgende mogelijkheden om de kosten te reduceren:
1a
Acties
Secundaire arbeidskosten
marktconform maken
Toelichting
De effecten van de nieuwe bedrijfsregeling
(CAO), Mogelijkheden om personeelslasten
te verlagen zijn marginaal.
Bezetting bevriezen
In 2004 is ID medewerker in vaste dienst
genomen en de subsidie daarmee is
vervallen.
Stuwmeeruren oplossen
Arbeidsinzet optimaliseren
Saldo vakantie-uren medewerkers is groot
Minder kassamedewerkers nodig: in verband
met introductie van nieuwe tourniquets
delen ondersteunende functies, Inzetbaarheid
van mensen vergroten samenwerking met
andere ijsbanen.
Schuldenconversie doorvoeren voor lagere
rentes.
Gemeentelijke bankgarantie/rentecondities.
In eigen beheer uitvoeren! Na het oplossen
van het vakantiestuwmeerprobleem in 2004
zullen enkele onderhoudsactiviteiten door
eigen medewerkers kunnen worden
uitgevoerd.
Rente verlagen
Onderhoudskosten "insourcen"
Toelichting
Ad 1. Vakantie-uren beheerslng: stuwmeer
Zoals bekend is het saldo aan vakantie-uren voor een aantal medewerkers buitengewoon
groot geworden. Dit betekent voor enkele staffuncties een continuTteitsprobleem in de
uitvoering. Wij adviseren het opzetten van een stuwmeer regeling waarbij consistent op
het vakantiesaldo wordt gefet. Boven een bepaald saldo zou JE de opname van vakantieuren of de uitbetaling moeten regelen. De overheveling van jaar naar jaar moet aan een
limiet gebonden wprden.
Ad 2. Samenwerking
Een samenwerking (shared service) met een andere sportorganisatie of ijsbaan bijvoorbeeld op administratief gebied zal tot een mogelijke kostenbesparing kunnen leiden.
Ad 4. Insourcen
Het inzicht in de urenbesteding van de medewerkers van J E (anders dan door toezicht)
ontbreekt op dit moment. Met de invoering van een urenregistratiesysteem kan meer
sturing aan de in te zetten uren worden gebracht. Op die manier kan bijvoorbeeld ook in
kaart worden gebracht hoeveel intern uren aan onderhoud (splitsing ijsbaan, -hal) wordt
besteed. Dit kan in het nieuwe onderhoudsplan als "insourcing" meegenomen worden.
15
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
Jecember2004
Onderzoekfinancigleprablematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
-U.0298/02.211 AC
2.3.2 Opbrengsten ontwikkeling 2001-2003
De onderstaande tabel geeft de batenontwikkeling weer in de periode van 2001- 2003
€ 232.625
€
€
882.250
267.178
*€ 774.038
*€ 190.517
96,33%
114.85%
*87,73%
•71,31%
€1.138.292
€1.183.614
€1.206.530
103,98%
101.94%
40.000
0,00%
45,05%
148.726
124,15%
74,56%
39.512
41.81%
30.25%
100,08%
111.96%
18,36%
88,90%
915.831
Jaap Eden baan
Jaap Eden hal
Budget subsidie
Gemeente
Amsterdam
Extra subsidie in
verband met Langer
iis
Huuropbrengsten
(pachters)
€
160.669
Overige baten
€ 84.403
Evenementen
€ 175,872
Totale baten
€ 2.707.692
'Exclusief Stelselwijziging in 2003
Opbrengsten Totaal
Budget subsidie
Gemeente Amsterdam
Aanvullende subsidie
Totale baten
€
88.785
€
199.475
35:290
53.196
€ 2.709.788
€
9.765
€ 2.409.088
€1.569.399
€1.437.389
€1.162.558
€1.130.393
€1.183.614
€1.206.530
€ 2.707.692
88.785
€ 2.709.788
€
40.000
€ 2.409.088
De opbrengsten kennen gezamenlijk een dalend karakter in 2003 ten opzichte van de
voorafgaande 2 jaren. Indien de stelselwijziging buiten beschouwing wordt gelaten, dalen
de inkomsten in 2003 licht ten overstaan van 2001 naar € 1.514.558. {inclusief stelselwijziging € 1.162.558).
1
De gemeentelijke subsidie omvat ongeveer 50% van de inkomsten, de subsidie is daarmee de grootste component in de opbrengstenstroom.
De subsidie (vaste budget) is met 6% toegenomen in twee jaren.
1
Toelichting op de stelselwijzlging is uitgewerkt in paraaf 2.3
16
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
december 2004
MJ.0298/02.211 AC
Onderzoek financiSle problematiek en bedrijfsvoering JE (StichBng IJscomplex Jaap Eden Baan)
De tweede bron van opbrengsten volgt uit de exploitatie {bezoekers en abonnementen).
De inkomsten uit de exploitatie kennen een sterk seizoensgericht karakter en hangen
sterk samen met een eventueel natuurijs seizoen. De meeste inkomsten worden in de
periode van oktober tot maart geboekt, de zomeractiviteiten zorgen slechts voor een
marginale opbrengst. Een kleine rondgang langs de andere ijslocaties in Nederland laat
ons zien dat de tariefstelling van JE aan de onderkant zit (zie bijlage 6 Tarieven Usbanen
grote steden 2003/2004). Een verhoging van de tarieven hoger dan de CBS prijsindexcijfer
van consumptie ligt dan ook in de rede.
JE heeft geprobeerd om zomeractiviteiten te ontplooien (zoals skate-disco, concerts),
maar de ervaring heeft geleerd dat voor grootschalige evenementen de geluidseisen en
veiligheidsregels en de hieraan gebonden extra kosten (toezicht op de ammoniak opslag,
bewaking, toezicht op terrein) belemmeringen opwerpt en potentiele huurders afschrikt.
Daarom wordt meer over altematieve evenementen nagedacht: zoals een rommelmarkt in
de hal, welke aan minder veiligheidsregels hoeft te voldoen.
De huuropbrengsten (inkomsten van de pachters) vormen de derde opbrengstencomponent en zijn in mindere mate variabel. De contracten met de pachters zijn
overeenkomsten waarvan een eventuele aanpassing van de voorwaarden juridisch
gecompliceerd en moeilijk onderhandelbaar lijkt. JE is doende de contracten marktconformer te maken.
Het verdient overweging door een juridische quick-scan of second opinion de mogelijkheden na te gaan om tot kosten/baten analyse te komen van de eventuele openbreking
van deze langlopende pachterscontracten.
Bezoekersaantallen
De jaarrekeningen over de afgelopen jaren gaven niet geheel een betrouwbaar beeld van
de bezoekersaantallen en differentiatie naar bezoekersgroepen (opnemen schattingen,
passieve recreanten) door de tekortschietende registratiemogelijkheden in de afgelopen
jaren.
Het nieuwe toegangsysteem WinCash biedt echter veel meer inzicht in de typen van
verkochte kaarten. Deze rapportage zal een belangrijke input vormen voor het
management informatie. Met de betere registratie kan het management de bezoekerbewegingen volgen en op langere termijn worden de mogelijkheden voor de sturing en
voor het inspelen op de behoeften van de markt groter.
Mogelijkheden om de opbrengsten te verhogen
Hieronder nemen wij enkele opties op voortvloeiende uit de onderzoeksvraag of wij binnen
de exploitatie van J E nog mogelijkheden onderkennen om de opbrengsten te vergroten in
een perspectief van
2 jaar. Voor sommige acties is een extra investering eerst nodig,
waar rekening mee gehouden moet worden.
17
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
iecember 2004
-U.0298/02.211 AC
Onderzoekfinancidleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Acties
Toelichting
Tourniquets aanschaffen
Onbetaald ingang wordt verminderd, minder
personeel inzet, toezicht wordt hierdoor nodig
Investering: € 205.000 (eenmalig).
- tariefverhoging voor het volgende seizoen
(voorgestelde stijging kan hoger zijn dan de
prijsindex). Hierbij de prijselasticiteit in acht
nemen.
-Tariefdifferentiatie invoeren: daluren en
weekend* avondtarief
(Markttarieven tonen aan dat J E met de
entreeprijzen laag zit ).
Kaartprijs ijsbaan verhogen
2
if !
v
J•
Hi
n
Openingstijden, rooster zelf
bepalen
Aan de hand van een kosten en baten analyse
zelf uitspraken te kunnen doen over de
wenselijke openingstijd (tot maart of
februari?). Inspelen op de wensen van het
Jaap Eden publiek.
Mogelijkheden nagaan van verenigingen en
andere doelgroepen naar daltijden, vergroten
publieksuren (hal) op piektijden (evenwichtige
belangen afweging).
Opbrengsten evenementen
Lente en zomer de hal beter benutten
Vergroten zomeractiviteiten (zie ook
marktonderzoek in Bijlage 6), vergroten
commerciele inslag.
Andere ijsbanen organiseren veel zomer - en
overige activiteiten (zoals verhuur zaien,
veranderingsarrangementen, bedrijfsuitjes en
functioneren meer als fun- en sportcomplex).
Pachtensommen herzien
Marktconforme pachtsommen (contracten
herzien).Tariefverhoging waar mogelijk. Door
middel van een juridische analyse kijken in
hoeverre de wijziging van de contracten
mogelijk is.
Voor een overzicht van ijsbanen in de grootste steden in Nederland zie Bijlage 6
18
lecember 2004
-U.0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
Onderzoek financiele problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
2.4 Resultaat
Het netto resultaat is achteruitgegaan in 2003 ten opzichte van 2002 en 2001. In 2003
wordt een verlies gerapporteerd van € -237.300.
De 6% toename van de subsidie in de periode van 2001-2003 lijkt echter onvoldoende te
zijn om de kostenstijgingen en het effect van de dalende opbrengsten over de periode
2001-2003 op te vangen. Hieruit vloeit voort dat Jaap Eden zowel in 2002 als in 2003
negatieve netto resultaten heeft gerealiseerd.
2002
2001
Nettoresultaat
-/-14.300
•/- 137.598
2003
•/- 237.300
+/+ 115.000*
*£xclusiefhet effect van stelselwijzlging in 2003.
Bij het resultaat van 2003 dient echter een kanttekening geplaatst worden. Per September
is er sprake van een wettelijke stelselwijziging bij het waarderen van meerrittenkaarten en
abonnementen in de boekhouding. Vroeger waren de baten van de abonnementen en
meerrittenkaarten op het moment van verkoop (kasbasis) ingeboekt, omdat het gebruik
van deze twee toegangskaarten niet met zekerheid vast te stellen was. Het nieuwe
toegangssysteem geeft inzicht in deze aspecten. Vanaf 2003 wordt de omzet daarom naar
de evenredigheid van het aantal gebruikte ritten (ten opzichte van het totaal aantal
verkochte ritten) verantwoord. Door deze stelselwijziging (omzet registreren op basis
gebruik) valt de omzet en dus het resultaat over 2003 € 352.000 lager uit. Als deze post
wordt meegenomen is sprake van een stijging van de opbrengsten met 2% en is het netto
resultaat ook positief. (+€ 115.000).
We hebben onderstaand een trendanalyse verricht om daarmee het begrote tekort van JE
(opgave brief penningmeester aan DMO, 17 maart 2004) te kunnen beoordelen. Met deze
inschattingen kunnen wij een uitspraak doen ov&r het financiele tekort, gegeven de
jaarlijkse onderhoudskosten volgens het Metafoor plan.
19
o
"I
1
9
3
'a
'LU
• :~3
•' CO
g
i
s
m
S
a.
~
s
www
i:
:o
s
iti Vi i v M
w
§1
w
I
52
P4
I
g
s
•a
I
1
!
www
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
iecember 2004
-U.0298/02.211 AC
Onderzoekfinancieleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
De incidentele effecten (voor- en nadelige posten, zoals investeringen, uitbreiding of
toename subsidie) hebben wij in de schattingen nog niet verwerkt. Zoals in de vorige
paragrafen is aangegeven zien wij mogelijkheden om de baten te vergroten (paragraaf
2.2) en de lasten enigszins te verlagen of minimaal op hetzelfde niveau te bevriezen
(paragraaf 2.1).
De personele lasten zullen nog omlaag kunnen gaan in verband met het afhemende effect
van de VUT premie en versobering van cao regeling (secundaire arbeidsvoorwaarden). De
afschrijvingen groeien (progressieve afschrijvingen) licht, de rente daalt. De rente en
afschrijvingen zijn op korte term ijn niet materieel beVnvloedbaar, deze zijn gebaseerd op
respectievelijk langlopende contracten en op de aanwezige vaste activa. Bij de overige
bedrijfskosten zien wij dat er forse bezuiniging hebben plaatsgevonden. Het energiegebruik is bijvoorbeeld met 13% gedaald in 2003 ten overstaan van 2002. De overige
bedrijfskosten vormen het meest variabele deel van de uitgaven. Bij de overige bedrijfskosten zien wij echter beperkte mogelijkheden, zonder dat de continu'rteit van activiteiten in
gevaar komt.
Vanuit de bovenstaande trendanalyse blijkt dat het regulier te verwachten resultaat voor de
uitgaven voor onderhoud (indien de subsidie en de investeringen op het huidige niveau
blijven) positief zal uitkomen op circa € 170.000.
JE geeft aan in zijn brief van 17 maart 2004 dat zij ongeveer € 0.326 miijoen in haar
huidige begrotingsopzet van 2004 beschikbaar heeft voor onderhoud. Uitgaande van het
onderhoudsplan van Metafoor (gemiddelde kosten circa 0,8 miljoen) bedraagt het
financiSle tekort -€ 470.580.
Uit onze becijferingen komen wij op een tekort van dezelfde orde van grootte: van € 0,4 ^
0,6 miljoen.
Het verschil van € 0,2 miljoen in het tekort kan verklaard worden door de seizoensafhankelijke fluctuaties binnen de opbrengsten. 2001 was bijvoorbeeld een relatief goed
jaar, waarbij het onderhoud met eigen middelen gefinancierd kon worden.
21
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
lecember 2004
Onderzoekflnandflleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
-U.0298/02.211 AC
In € miljoen
Realisatie 2003
Opbrengsten:
Lasten zonder
onderhoud:
Resultaat voor
uitgaven voor
onderhoud (ruimte
voor onderhoud)
Metafoor PLAN :
Financierinastekort
Onderhoud*
JE berekening
(a.h.v. brief
penningmeester)
ACAM Analyse
+2.4
-2.3
+0,1
-2,4
onderhoud begroot:
+0.326
-0,8
-0.8
=0Z
-0A7
0,2
-0.8
-0.4-0.6*
*Exclusiefde effecten van kostenbesparing en vergroten van de opbrengsten.
Toelichting
Wij zien beperkte mogelijkheden binnen de exploitatie om de resultaten te verbeteren
binnen de huidige taakstelling en subsidiekaders om daarmee de ruimte voor extra
onderhoud te creSren.
Voor het verkrijgen van nieuwe opbrengsten zijn strategische keuzes nodig en daarop
volgend de organisatie aan te passen ^ f / ^ g ^ ^ t F ^ ^ :*!i§H' ittww. .commeroteef'
gaorimteerde ef i^ft prg^
Het doorvoeren
van een meer marktconform tarief zou eenVers'fe"sfap te ku'nnen zijn, om meer baten te
kunnen realiseren op een korte termijn. Aan de kostenkant is dit jaar al een aanpassing
van de bedrijfsregeling afgesproken. Een andere belangrijke mogelijkheid om kosten te
besparen is het deels uitvoeren van het onderhoudsplan door JE zelf (insourcen) en het
actualiseren van het Metafoor onderhoudsplan.
Als wij rekening houden met de tendensen van de afgelopen 3 jaar random de kosten en
batenontwikkelingen onderschrijven wij de tekort situatie die op dit moment bestaat bijJE.
In onze becijferingen gaan wij ervan uit dat het tekort van circa € 0,4 miljoen ten dele door
JE opgelost kon worden. In hoofdstuk 3 hebben wij daarvoor een eerste voorzet gegeven.
3
Het Metafoor plan omvat groot verschillen per jaar, bijvoorbeeld voor 2006 is € 2,2 miljoen begroot, waaronder
mogelijke vervangingsinvesterlngen.
De bandbreedte van € 0,2 (€ 0.6- € 0,4) miljoen is afhankelijk van de opbrengsten. goed of slecht seizoen.
22
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
iecember 2004
OnderzoekfinanciSleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
-U.0298/02.211 AC
2.5 Vermogenspositie: liquiditeit, solvabiliteit en financiering
In dit onderdeel behandelen wij achtereenvolgens de liquiditeit en vermogenspositie van
JE.
2.5.1 Liquiditeit
De liquiditeit is in 2004 licht verbeterd, deze positieve ontwikkeling is het gevolg van de
uitgaven stop, een regeling voor een beter debiteurenbeheer en incassobeleid (saldo
debiteuren is met 20% gedaald!).
Liquiditeitsontwikkeling (current ratio)
Norm
20
De J E heeft voor de tweede helft van 2004 een liquiditeitsprognose opgesteld. Deze
begroting toont een stijgend positief saldo (juni + 0,5 miljoen) gedurende de zomer en het
najaar in de beschikbare (liquide) middelen tot aan december (+ 0,36 miljoen). Dit is sterk
het gevolg van de uitgavenstop en het stopzetten van het uitvoeren van het onderhoudsplan. Door deze actie is de acute liquiditeitsproblematiek bezworen. Wij adviseren
JE de liquiditeitsprognose door te trekken voor de wat langere termijn en dit aan te laten
sluiten op het nog op te stellen financieringsplan.
2.5.2 Solvabiliteit
De stichting kent een lage solvabiliteit, dal wil zeggen dat het eigen vermogen uitgedrukt in
het totale vermogen erg klein is. Hier dient opgemerkt worden dat het subsidiekader
beperkingen aan de groei van het eigen vermogen legt, het is voorgeschreven dat het
eigen vermogen (exclusief het egalisatiefonds) niet hoger dan € 0,34 miljoen (/ 0,75
miljoen) mag uitkomen. De netto verliessituatie heeft ook bijgedragen dat de buffers voor
bedrijfsvoering, zoals het egalisatiefonds en het onderhoudsfonds, steeds meer afnemen
en niet aangevuld kunnen worden. De JE beschikt nu over een zeer klein weerstandsvermogen; er zijn naar onze mening nu onvoldoende reserves opgebouwd om een tegenvallend seizoen en/of tegenvallers uit nieuw te ontplooien activiteiten op te kunnen vangen.
Indien het effect van de stelselwijziging wordt meegenomen, dan kunnen wij constateren
dat de solvabiliteit van JE niet daalt, het blijft op eenzelfde niveau (zie de navolgende
tabel).
5
s
Bran: Subsidiekader van l-nov-1999, p. 4, 6. "Maximaal eigen vermogen".
23
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
december 2004
1-11.0298/02.211 AC
OnderzoekflnanciSleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Solvabiliteitsontwikkeling (eigen ten opzichte van het totale vermogen) in %
2002
2003
Opmerkingen
2001
0,89%
1. Nodig voor opvangen fluctuaties
6,0%
5,4%
kaartverkoop
6,4% 2. Maximering, eis gemeente (€ 0,34 miljoen)
3. In 2003 zijn 2 soK/abiliteitsindicatoren
berekend, de eerste is op de jaarrekening
gebaseerd (inclusief stelselwijziging), de
tweede is exclusief het effect van de
stelselwijziging (+€ 352.000).
2.5.3 Financiering
De aangetrokken langlopende leningen zijn bedoeld om de afschrijvingen op investeringen
te financieren. De rente op de leningen varieert van 4,6% tot,6,98%.
De stichting heeft 5 langlopende leningen met een boekwaarde van € 5.2 miljoen per
ultimo 2003. Het niveau van de leningen is in 2003 licht gedaald (met € 468.000) door de
aflossingen (en door een lening conversie tegen gunstigere rente in 2002).
In onze rapportage uit 2001 constateerden wij nog een mismatch in de financiering van de
vaste activa en de aangetrokken langlopende leningen en het eigen vermogen.
Wij hebben voor een periode van 10 jaar een analyse gemaakt van de financiele
verplichtingen. Het niveau van de aflossingen van leningen loopt redelijk parallel met het
niveau van de afschrijvingen. Voor de komende vijf jaren constateren wij dat er ruimte
ontstaat tussen de boekwaarde van de activa en de boekwaarde van de leningen. Tot aan
circa 2010 zien wij dit gat (het verschil tussen de beschikbare leningen, financiering en de
afschrijvingen) oplopen door een hoger aflossingsniveau. In 2010 zijn er minder middelen
beschikbaar wegens de aflossing van een lening. Het verschil loopt op naar circa
€ 226.000. Wij zien daarom voor deze periode nog een beperkte ruimte voor het
aantrekken van een iening (onder de vooronderstelling van een gelijkblijvend eigen
vermogen en resultaat van nihil). Gegeven de lage rentestand van dit moment is dit een
uitgelezen moment voor een fmancieringsheroverweging. Hierbij zal in overleg met de
DMO de gemeente voor de garantstelling en gunstige rentecondities kunnen zorgdragen.
Op dit moment beschikt JE over een onvoldoende middelen (weerstandsvermogen,
bufferruimte) om ondermeer een slecht seizoen of de start van andere activiteiten op te
vangen.
24
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
jecember 2004
-U 0298/02.211 AC
Onderzoek financiele problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
2.6 Onderhoud
Als laatste besteden wij nog aandacht aan de onderhoudsproblematiek van JE.
Achtereenvolgens komen aan de orde:
1. Meeijarenonderhoudsplanning;
2. Uitgangspunten onderhoudsplan:
3. Kanttekeningen bij onderhoudsplan;
4. Huidige financi&le situatie;
5. Suggesties vervolgaanpak;
2.6.1 Meerjarenonderhoudsplanning
In opdracht van JE heeft GEAM in 2001 de onderhoudsituatie en een daaraan gekoppelde
meerjaren onderhoudsplan 2002 - 2011 in beeld gebracht. Het betrof een update van het
onderhoudsplan uit 1996.
In een overleg tussen DMO en JE heeft de gemeente JE dit jaar gevraagd de claim van
een structureel tekort voor onderhoud van circa € 0,4 miljoen te onderbouwen.
JE heeft daartoe Metafoor de opdracht gegeven enkele wijzigingen in het GEAM-plan
door te voeren en daarmee een update van het onderhoudsplan te vervaardigen. Metafoor
is gevraagd het opgestelde plan digitaal, of in een te bewerken vorm aan te leveren.
Metafoor had de cijfers echter niet meer beschikbaar in het oude systeem en heeft
vervolgens de waarden uit het GEAM overgenomen en in een onderhoudsplanningspakket van Metafoor ingevoerd. Metafoor heeft in eerste instantie de GEAM-versie '1 op 1'
overgenomen. Vervolgens heeft de directeur van JE onderhoudsitems opgegeven die
bijvoorbeeld nog niet uitgevoerd waren en/of opgeschoven konden worden en dit in het
plan laten muteren.
6
Normaliter fungeert een onderhoudsplan als een lange termijn visie. Vanuit dit plan blijkt
een financiele onderhoudslast per jaar. Op basis van een beschikbaar budget en
prioriteitstelling wordt een jaariijks onderhoudsprogramma opgesteld.
2.6.2 Uitgangspunten en werkwijze bij de opzet onderhoudsplan door Metafoor
Voor het onderhoudsplan van Metafoor gelden de volgende uitgangspunten:
• de uitgangpunten uit de aanpak van GEAM zijn overgenomen;
• de gegevens zijn in eerste instantie 1 op 1 overgenomen uit het GEAM-plan;
• er zijn mutaties in de tijd doorgevoerd op basis van een prioriteitenlijstje van JE
(opgave directeur);
• Inspectie is destijds uitgevoerd conform de Methode van de rijksgebouwendienst
inspectie onroerend goed;
8
Bij de beSindiging van de activiteiten van GEAM zijn de betrokken medewerkers van GEAM overgegaan naar
Metafoor BV.
25
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
ecember 2004
U 0298/02 211 AC
Onderzoekflnancifileproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting Uscomplex Jaap Eden Baan)
•
instandhoudingadagium voor de onderhoudsitems op basis van aangetroffen condttie
en gewenste onderhoudstoestand; het omslagpunt ligt bij onderhoudsconditie code 3
(redeiijke conditie) naar code 4 (matige);
• Vaste onderhoudsmomenten (cycli) per item (bijvoorbeeld om de 1, 5, 6, 8,10 jaar et
cetera);
• Een matching waarbij rekening is gehouden met de prioriteiten en het beschikbare
onderhoudsbudget van JE heeft ons inziens nog niet zichtbaar plaatsgevonden.
Een voorbeeld van een mutatie in het onderhoudsplan is het dak van de ijshal. In 2003 is
de dakbedekking vervangen (hoge prioriteit) en is dakisolatie aangebracht. Het geplande
grote onderhoud is in de tijd naar achteren geschoven (van 2002 naar 2006). Het
onderhoud 2003 betrof alleen de vervanging van dakbedekking en bijvoorbeeld niet de
dakgoten/randen.
2.6.3 Kanttekeningen bij het onderhoudspian
Bij het 'Metafoor* plan plaatsen wij de volgende kanttekeningen (met een opmerking over
het effect op de kosten):
• De cijfers (kosten) van 2001 zijn nog niet geTndexeerd naar 2004 (gehanteerde prijspijl
index 2001): kostenverhogend effect;
• Het betreft een 10 jaarsperiode: dit geeft een beperkt overzicht: groot onderhoud met
een cyclus van > 10 jaar, vallen buiten het gezichtspunt/beeld;
• in het plan is het achterstallige onderhoud c.q. onderhoud met grote prioriteit niet
zichtbaar in beeld gebracht; (bekend bij JE, voorbeelden o.m. gagage werkplaats
(afgekeurd) en de fietsenstalling (aanpak In 2004 met subsidie van IW));
• Het uitbesteden of insourcen (zelf doen en dus een kostenverlagend effect) is niet
opgevoerd: veel van het onderhoud zoals schilderwerk, onderhoud machines en.
dergelijke kan JE zelf doen I;
• De subsldiemogelijkheden (kostenveriagend effect) zijn niet in beeld gebracht;
• De vervangingsinvesteringen zijn nog in de planning opgenomen: ons inziens buiten
het plan presenteren als nog te nemen beleidsbeslissingen;
• De onderhoudsconditie is niet op onderhoudsitem (op regel niveau) ingevoerd:
planning met behulp van dit gegeven is (nu nog) niet mogelijk.
De bovengenoemde kanttekeningen zouden naar onze opvatting eerst uitgewerkt moeten
worden om beslissingen rond de aanpak van het onderhoud adequaat te kunnen nemen.
De genoemde items zijn nodig ten behoeve van de afweging rond de benodigde middelen
om een gewenst onderhoudniveau (bijvoorbeeld onderhoudsniveau 3: redelijk) te realiseren.
2.6.4 Huidige financiele situatie ten aanzien van onderhoud
In een opgave van JE is aangegeven dat de beschikbare middelen in de begroting en in
de onderhoudsvoorziening niet toereikend zijn om het huidige Metafoor plan te kunnen
betalen.
26
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
lecember 2004
-U 0298/02.211 AC
Onderzoek financiSie problematiek en bedrijfevoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Gemiddelde onderhoudslasten per jaar uit de meerjarenplannen:
GEAM 10 jaar:
€ 1.035 miljoen
Metafoor 10 jaar:
€ 0.802 miljoen
Metafoor 40 jaar :
€ 0.775 miljoen
7
De opbouw van de onderhoudsvoorziening/het weerstandsvermogen is in het verleden
onvoldoende geweest om de financiering van de meest noodzakelijke onderhoudslasten
op te kunnen vangen.
Uit de onderhoudsbegrotingen en jaarrekeningen over de afgelopen drie jaren blijken de
volgende bedragen die voor onderhoud beschikbaar zijn:
Onderhoudskosten (x €1.000)
2001
2002
2003
2004
Begroting (*)
394
171
275
300
Reafisatie
696
223
345
Mutatie fonds Jaarresultaat
-260
-17
131
-187
-70
-237 (**)
(*)
Onderhoudskosten en begrote dotatie onderhoudsfonds
("*)
Effect stelselwijziging op het resultaat volgens de jaarrekening is € 0,352 miljoen
negatief
2.6.5 Suggesties vervolgaanpak
Om tot een goed inzicht te komen over het verschil tussen de beschikbare gelden in de
begroting en onderhoudsfonds versus de benodigde gelden die resulteren uit een onderhoudsplan met gewenst onderhoud zouden naar onze opvatting de volgende exercities
eerst uitgevoerd moeten worden:
1. beleidsuitspraak: gewenst onderhoudsniveau voor bijvoorbeeld de komende 5 jaren
(wel of niet rekening houdend met een eventuele verplaatsing op termijn);
2. een gecorrigeerd onderhoudsplan: rekening houdend met de acties zoals die door ons
hiervoor zijn aangegeven;
3., een genormaliseerde kostenbegroting gebaseerd op de huidige strategie (huidige
begroting ontdoen van specifieke ontwikkelingen en eventuele kostenverlagingen
zoals de nieuwe bedrijfsregeling);
4. effecten toekomstige strategie: effect op de kosten/baten bij een uitbreiding van de
activiteiten gedurende het zomerseizoen en een betere benutting van de daluren (het
uitbreiden van de inkomstenbronnen).
7
Op ons verzoek heeft Metafoor aan de hand van de ingevoerde cycll een 40-jaren planning opgesteld.
27
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
jaap Eden Baan)
OnderzoekfinandSleproblematiek en bedrijfsvoering J E (Stichting IJscotnP *
16
tAC
Toelichting
./- = verlagend
ad 2. Correcties op het onderhoudsplan:
v rhogend
effect op kosten:
Correctie
Effect Toelichting
.
Indexeren
+
(effect inflatie: van 2001 naar 200
Investeringen eruit -/. (vervangingsinvesteringen)
JE Zelf doen
-/(insourcen onderhoudsactiviteiten ^
b e e l d isolatie)
Subsidies
-/(subsidiabele investeringen zoals
+
=
e
o o r
Ad 3. genormaliseerde kostenbegroting
componenten een vast
Zoals in de paragraaf 2.3 is aangegeven kennen de meeste ko ^
|rijfsregeling en het
karakter. Rekening houdend met de effecten aanpassing £ g o t i n g relatief snel op te
analyseren van de overige bedrijfskosten zal een dergelijk
stellen zijn.
zal dan de financieringsUit de gecorrigeerde onderhoudsplannen en jaarbegroting ^
jjijlage 4) blijkt een
behoefte afgeleid kunnen worden. Uit de huidige plannen ^
j g bij de jaarrekening
duidelijk financieringstekort. De accountant heeft in haar v®
dotatie aan het
2003 over het naleven van de subsidievoorwaarden a a n g e g
p | n n i n g . Het fonds is
onderhoudsfonds (€ 0,274 miljoen) niet voldoet aan de
Kunnen vangen. In 2006
niet toereikend om de komende jaren de enorme uitgaven op j | j p .
bijvoorbeeld staat een totale uitgaven niveau gepland van € 2,2
ten
bec
v a
e
r
6
00
o
a
r
o
k
n
r
d
a
t
d
e
6
u d S
a
o n C , e
t e
0e
28
„ ,
3 december 2004
34-U.0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advles
OnderzoekfinanciSfe.problemaBeken bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
t
I IfSSnfGemeenteblad afd. 1. Nr. 317) werd het
subsidiekader voor de itich'ting Jaap Edenbaan met terugwerkende kracht tot 1 januari
1996 gewijzigd. Hiermee werd de exploitatiesubsidie in een zogenoemdeJ|wtfgefsubs/d/e
omgezet. Deze wijziging betekent aan de ene kant "vrijheid in de besteding" (zover de
activiteit subsidiabel is), maar aan de andere kant "tekorten moeten binnen de eigen
exploitatie opgevangen en gefinancierd worden". De gemeente stelt in dit besluit de
oprichting van onderhoudsfonds en egalisatiefonds (in het geval van tegenvallende
resultaten) voor. Er is geen 'outoome-sfe/se/'aan de subsidieregeling verbonden.
De gemeente is van mening dat op het 'schaarse ijs' van de J E een groot beroep wordt
gedaan, hetgeen noodzaakt tot speciale aandacht voor rooster en indeling van de
gebruikers (KNSB, verenigingen, recreatieve schaatsers, toerrijders). Het gebruiksrooster
van het ijs moet eerst aan de gemeente worden voorgelegd om het evenwicht tussen de
verschillende gebruikers te kunnen waarborgen.
Als doel van de subsidie wordt de instandhouding en exploitatie van de kunstijsbaan en
hal tegen een betaalbaar tarief genoemd.
De gemeente stelt daarnaast de openingstijden (minimaal 5 maanden lang, per dag 16 a
17 uren open) vast en prijsstijgingen boven de prijsindex voor gezinsconsumptie behoeven
eerst de goedkeuring van B & W .
Ons inziens zal de gemeente ten aanzien van het subsidiekader moeten kiezen tussen
2 uiterste modellen.
1. In het eerste model is de JE verantwoordelijk voor de exploitatie & bedrijfsvoeringuitkomst en stuurt de gemeente op output/kengetallen.
Het vastleggen van prestaties in outputelementen is naar onze mening wel mogelijk en
misschien zelfs wenselijk. Hiermee kunnen meer gewenste prikkels in het subsidiekader ingebouwd worden (zoals het geven van subsidie voor het bereiken van x aantal
bezoekers, y aantal verenigingen, z aantal evenementen, eventuele beloningen bij
goede budgetbewaking, bij het presteren binnen budgetkaders).
2.
In het tweede model stelt de gemeente de belangrijkste bedrijfsvoeringsparamaters
(prijzen, openingstijden, CAO) en is tevens eindverantwoordelijk voor het onderhoud.
De huidige subsidievoorwaarden vormen nog te veel een mix van beide modellen en
daarbij de mogelijkheden voor JE om zelfstandig tot een sluitende bedrijfsexpfoitatie te
komen.
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
ecember 2004
U 0298/02.211 AC
Onderzoek financiSle problematiek en bedrijfsvoering JE (SUchtfng IJscomplex Jaap Eden Baan)
3 Conclusie
Uit de analyse van het financiSle tekort (trendinschatting) komt duidelijk naar voren dat JE
haar huidige onderhoudsplannen niet kan betalen. De huidige baten- en lastenstructuur
bieden te weinig ruimte en bovendien is er geen weerstandsvermogen/onderhoudsvoorziening om de huidige plannen te kunnen financieren.
Indien J E dezelfde activiteiten blijft verrichten dan zal JE in de situatie komen dat de baten
niet substantieel groeien; (op meerdere fronten zullen dus acties moeten worden
ondernomen.
Wij gaan daarbij uit van beschikbare middelen, uit de exploitatie van circa € 0,2 miljoen
(zie de trendinschatting voor onderhoudslasten) en onderhoudskosten van gemiddeld
€ 0,8 miljoen (op basis van Metafoor 40 jarenplan).
In dit geval wordt JE met een financieringstekort van € 0,6 miljoen & € 0,4 miljoen geconfronteerd. Wij denken daarbij aan de volgende mogelijkheden om het verschil tussen de
beschikbare middelen en noodzakelijke onderhoudsuitgaven zoveel mogelijk te dichten:
« f f ^ l p p ^ M j | p i ( m a a t r e Q e l e n voor in totaal van €0,1 d 0,2 miljoen):
o Aanpassen toegangsprijzen en abonnementen (boven prijsindex);
o Starten, uitbreiden overige activiteiten (*);
o Aanpassen pachtcontracten.
• Beheersen/bevriezen van de huidige lastenstructuur:
o Positieve effecten van de nieuwe bedrijfsregeling;
o Verdergaande conversie van schulden.
• Onderhoudsplannen aanpassen (maatregelen voor in totaal van € 0,1 a 0,2 miljoen)
o Activiteiten zelf doen (insourcen);
o Onderhoudsprogramma: onderhoud waarmogelijk naar achteren schuiven;
o Subsidiemogelijkheden nagaan (energiebesparing, milieutechniek en dergelijke).
De gemeente zal op basis van het voorgaande (waaronder de gepresenteerde toekomstscenario's nieuwe activiteiten) en door JE op te stellen financiSle plannen van aanpak haar
subsidiebijdrage bij kunnen stellen.
(*) Het uitbreiden van activiteiten vraagt om een degelijke uitwerking van de bestaande
toekomstscenario's waarbij tevens aandacht besteed moet worden aan marktmogelijkheden, benodigde investeringen en weerstandsvermogen. Voorbeelden die wij in de markt
zien zijn bijvoorbeeld verhuur van (vergader)ruimte, kinder- en schoolsportactiviteiten en
lente/zomer activiteiten (rommelmarkten).
29
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
lecember 2004
-U 0298/02 211 AC
OnderzoekfinanciSleproblematiek en bedrijfevoering JE (Sflchting IJscomplex Jaap Eden Baan)
4 Hoe verder?
Op basis van onza bevindingen en conclusies uit ons onderzoek doen wij op deze plaats
enkele suggesties voor vervoigstappen die door JE en/of DMO naar onze mening op korte
termijn gezet moeten worden.
Voor de korte termijn adviseren wij om bij de volgende vragen stil te staan:
1.
Welke onderhoud is essentieel om te doen en is niet meer uit te stellen? In welke
volgorde moeten de activiteiten uitgevoerd worden?" (zie hiema onder 4.2);
2.
Welke reele mogelijkheden bestaan om kostenposten te rationaliseren/tenig te
dringen en opbrengsten te vergroten? (zie hierna onder 4.3);
3.
Wat zijn de minimum eisen die voor de uitvoering van de basistaken van Jaap
Edenbaan nodig zijn? (Solvabiliteit, buffervermogen). Kunnen de leningen tegen een
lagere rente omgezet worden (rente conversie afwegen) (zie hierna onder 4.4);
4.1
Beleid, strategie, bedrijfsvoering en P & C
Onze conclusie uit ons onderzoek naar de bedrijfsvoering (de financiele administratief
organisatorische invalshoek) is dat de opzet van de organisatie gezien de beschikbare
financiSle middelen en bezetting voldoende is uitgerust om haar basis taakstelling te
kunnen realiseren.
Wel zien wij nog enkele verbetermogelijkheden op het gebied van de financiele
beheersing en prognoses en doen wij de volgende suggesties voor een vervolgtraject.
Voor de middellange termijn denken wij dat J E keuzes ten aanzien van haar takenpakket
zal moeten maken. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden met betrekking tot af te
stoten taken en investeringen die gedaan moeten worden (uitbreiding, continuering).
De financiSle consequenties van deze scenario's zullen daarbij moeten worden uitgewerkt.
Bij een meer commerciSle taakinvulling zullen de competenties van de betreffende
medewerkers op dit vlak bezien moeten worden.
Naar onze mening is, zoals hiervoor aangegeven, de huidige opzet van de organisatie, het
ingezette instrumentarium en opzet van de P&C voldoende toegesneden op een adequate
monitoring en beheersing van het basic takenpakket van JE. Wij menen dat ondersteuning
door het bestuur op enkele taakgebieden op de korte termijn nog nodig blijft. Op het
gebied van procesbeheersing (administratieve organisatie) zien wij nog de volgende
verbetermogelijkheden:
• de aanschaf van het geplande tourniquet systeem (reeds gei'nstalleerd);
• het opstellen van een onderhouds- en vakantieplanning (gekoppeld aan het MJP
onderhoud);
30
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
scember2004
U 0298/02 211 AC
Onderzoekflnanciftleprobiematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
het schrijven van uren ter beheersing/ondersteuning van de hiervoor genoemde
planning;
het in de administratie doorvoeren van een kostensplitsing naar hal en baan.
4.2 Onderhoud
In het laatste jaar is het meerjarenonderhoudsplan (MJP, gebaseerd op het Metafoor plan)
mede als gevolg van de financiSle problemen van J E zeer beperkt/niet uitgevoerd
(uitgavenstop). Hierdoor ontstond een situatie van achterstallig onderhoud. Oat vormt een
bedreiging voor de continuTteit in de bedrijfsvoering van de organisatie. Daarom adviseren
wij het volgende scenario:
Uitgangspunten
• Leg het uitgangspunt vast waaruit het meerjarenonderhoudsplan moet worden
opgesteld (afgestemd met de gewenste strategische koers zoals bijvoorbeeld
aanvullende activiteiten, het productpakket uitbreiden );
• Stel het na te streven kwalitatieve onderhoudsniveau per object vast;
• Stel prioriteiten vast ten aanzien van de onderdelen.
Planning, begroting en financiering
• Op basis van deze uitgangspunten zal het MJP onderhoud opnieuw bezien moeten
worden (meest praktisch een nieuwe opdracht aan Metafoor te vertrekken) rekening
houdend met onze kanttekeningen in paragraaf 2.4 (indexering, 40 jaar cyclus, zelf
uitvoeren, insourcen et cetera);
• Op lange termijn (4-5 jaar) zal een financieringsoverzicht (prognose) voor het
onderhoud uitgewerkt moeten worden (zoals dekking via reguliere begroting, dekking
vanuit fonds, benodigde aanvullende middelen). Signalen van enige mismatch, "gat"
tijdig aan DMO met onderbouwing aan te leveren (zie hiema onder 4 financiSn).
Jaarlijks Programma
• Aan de hand van het MJP onderhoud zal jaarlijks een onderhoudsprogramma
opgesteld moeten worden (vertaling langere termijn planning naar 1 jaar met
eventuele aanpassingen/verschuivingen). Het MJP onderhoud is in onze optiek een
richtsnoer, een leidraad voor toekomstig onderhoud waaraan partijen zich
committeren;
• Hier zal de jaarbegroting qua financiSn op aangesloten moeten worden en de
activiteiten zullen in een werkplanning opgenomen moeten worden (componenten zijn
idem als het financieringsoverzicht, de tijdstreek is alleen Sen jaar hier).
Wij geven u in overweging deze exercitie om de 3 a 4 jaar te herhalen. U kunt dan op dat
moment een second opinion over het MJP- onderhoud overwegen. Nieuwe ontwikkelingen
(externe factoren en onvoorziene gebreken) kunnen dan worden verwerkt en verrassingen
zoveel mogelijk worden voorkomen.
31
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
ecember 2004
.(J 0298/02.211 AC
Onderzoek financiSle prablematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
4.3 Mogelijkheden rond inkomsten, besparingsmogelijkheden
kosten
In onze analyse zien wij de volgende, beperkte mogelijkheden bijde opbrengstkant:
•
Het verhogen van tarieven. In het veld worden
geheven; het voorzieningsniveau is echter moeilijk
i jaadijkse prijsverhogingen
k'{verf6lljk de 5-7% verhdging
aanzienlijk hogere entreeprijzen
vergelijkbaarPwij zien wel enige
dan met het jaarlijkse prijsinde^cbij pretparken, zoals De Efteling,
Dal- en Piekuurtarieven invoeren (marktconform maken de tarieven);
t^ f l p $ ^ ^
~ $ f r # ^ t » ' « i ^ ^
•
wij een
de
Andere activiteiten ontwikkelen voortvloeiend uit de strategische keuze een en ander
passend bij het takenpakket en de fysieke/wettelijke mogelijkheden van het terrein.
Een nieuwe activiteit, evenement opstarten (zoals bijvoorbeeld rommelmarkt in de
zomer) vergt investeringen een meerjarenaanpak (ontwikkelen naamsbekendheid).
Gezien het feit dat Jaap Edenbaan geen eigen vermogen heeft en het meest
dringende probleem op dit moment het achterstallige onderhoud is, het is moeilijk om
ruimte (financiSle buffer) te vinden voor deze nieuwe investeringen. Hiemaast zijn er
strenge milieu en veiligheidsregels, waaraan de evenementen moeten voldoen
Aan de kostenkant zien wij slechts beperkte mogelijkheden voor extra kostenrationalisatie
of -reducties. De nieuwe bedrijfsregeling zal nog zijn effect op de salariskosten hebben.
Verder zal het tourniquet systeem een effect hebben op de inzet van kassa- en
toezichtpersoneel en zien wij mogelijke schaalvoordelen bij het samenwerken (shared,
services) op administratief vlak met vergelijkbare sportorganisaties. Als laatste mogelijkheid zien wij het zelf uitvoeren (insourcen) van onderhoud als een belangrijke kostenreductie.
4.4
Financiering
Uit ons onderzoek komt naar voren dat JE de grootste liquiditeitsproblemen met een
uitgavenstop de baas geworden is. Het is evident dat naar een permanente oplossing
gezocht moeten worden voor de onderhoudsproblematiek (ontbreken van een onderhoudsfonds en financiSle buffer).
Wij zien daarvoor de volgende noodzakelijke stappen:
1. Een financierings- en liquiditeitenplan opstellen (MJP aan de hand van de genormaliseerde begroting en aangepaste MJP -onderhoud);
2. Het noodzakelijke weerstandsvermogen bepalen ten behoeve van het opvangen van
een tegenvallend ijsseizoen en nieuwe activiteiten (bijvoorbeeld zomeractiviteiten);
3. Financieringsbehoefte bepalen;
4. Leningsconversie (schuldenconversie naar laag rentende leningen).
32
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
iecember 2004
U 0298/02-2'l 1
A C
Onderzoek financiele problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
4.5 Relatie met gemeente/DMO
De relatie en communicatie van JE met de Gemeente (DMO) behoeft de komende tijd de
nodige aandacht. Een spoorboekje zonder verrassingen waarin het reguliere overleg
tussen de partijen is vastgelegd, dient dan als houvast. Vaste agenda-items zoals
financien, onderhoud, toekomstplannen, knelpunten (eventuele toezending van de
bestuursnotulen aan DMO sturen) komen daar aan bod. Bijvoorbeeld minimum halfjaariijks zou een overleg tussen de partijen kunnen plaatsvinden.
Geconstateerd kan worden dat JE de exploitatie inclusief het onderhoud van het complex
onder de huidige condities niet rond kan krijgen. Door de tekorten komt het onderhoud
onder druk.
Naar onze mening zal de gemeente een keuze moeten maken ten aanzien van de
subsidierelatie: sturen op afstand of meer betrokkenheid.
r
1. model: Sturen op afstand.
-•
JE krijgt optimale sturingsruimte (tariefstelling, openingstijden, zomeractiviteiten bepalen).
In dit model zal de gemeente meer op afstand sturen, zal meer autonomie en
verantwoordelijkheid aan JE geven (voorkomen "hand ophouden gedrag"). Hierin past een
wat minder intensieve communicatie dan hiervoor beschreven is. Uitgangspunt daarbij is
dat J E budgettair neutraal draait en dat de gemeente alleen de financiering ondersteunt
(tijdelijke financieringstekorten). Een jaarlijks vast subsidiebedrag waar tegenover
voorwaarden staan, behoort daarbij tot de mogelijkheden.
|:
%
2. model: Meer betrokkenheid van de gemeente
Indien het zo is dat de gemeehte Amsterdam zeggenschap wil hebben over prijzen en
openingstijden dan lijkt het wenselijk om tot een constructie over te gaan, waarbij de
Gemeente een tevoren vastgesteld onderhoudsniveau garandeert. Dat zou betekenen:
- vaststelling van prijzen en openingstijden;
- beoordeling van pachtopbrengsten door een gerenommeerde makelaar;
- vaststelling van een meerjarig onderhoudsplan (voorhanden);
- jaarlijks toezicht op de efficiency van de bedrijfsvoering door een accountant met
rapportage aan het bestuur.
'•ac
f:
|v
|f
??
|
f
•fr
I
Hiernaast zouden in het subsidiekader "prikkels" kunnen worden opgenomen, waarmee de
meer prestatiegericht werking van Jaap Edenbaan zou gestimuleerd kunnen worden.
Deze prikkels zijn bijvoorbeeld:
• stimulering en beloning het binnen het budget blijven;
• als iets van de subsidie overblijft, mogen ze zelf aanwenden (egalisatiereserve minder
beperken);
• aantallen van bezoekers, streefcijfers formuleren bij het toekennen van de subsidie
(subsidie is gegeven voor het bereiken van x aantal bezoekers, y aantal verenigingen).
December 2004
t-U.0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
, OnderzoekfinancieleproblematieK en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Bijtage 1
Geinterviewden
BOO Accountants
De heer Ger J.M. van den Berg RA
De heer Enrico Douwens
accountant
controleleider
Metafoor
De heer Hans Wouters
bouwkundig adviseur
Stichting IJscomplex Jaap Eden
De heer Arie Elbertsen
De heer Herman Gruijters
De heer Theo Vernooy
De heer Egbert de Vries
controller
directeur
penningmeester van het bestuur
voorzitter van het bestuur
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
De heer Theo Doyer
hoofd afdeling Infrastructuur van de afdeling Sport
en Recreatie
De heer Peter Luitjes
financieel adviseur
De heer Bert Veldkamp
beleidsambtenaar
C
•u '•
I
34
Gemeente Amsterdam
6de
cember2004
Q4.U.0298/02.211 AC
A C A M Accountancy en Advies
Onderzoek financigle problematiek en bedrijfsvoeripg JE (Stichting IJscomplex Jaap ^den Baan)
Bijlage 2
Geraadpleegde stukken
i
Inzake subsidieverstrekking door de gemeenie:
• Algemene wet bestuursrecht
• Algemene Subsidieverordening Amsterdam
• Subsidiekader St. IJscomplex Jaap Eden, 1 november 1999
•
Subsidieverlening 2003,24 januari 2003
•
Brief 6 oktober 2003 DMO naar Jaap Eden, subsidieverlening 2003 prijscompensatie
van 0.10%
• Subsidieverlening 2004, 8 januari 2004
•
Brief 28 januari 2004 van DMO aan Jaap Eden
Onderwerp: bevoorschotting subsidie 2004 (afspraken)
•
Brief 2 maart 2004 DMO aan Jaap Eden
Onderwerp: subsidierelatie
a Brief 17 maart 2004 Jaap Eden aan DMO
Onderwerp: Onderhoud, Tarieven, Activlteitenplan en toelichting langer ijs
« Verslag en afspraken overleg 14 april tussen DMO en Jaap Eden
Onderwerpen: overleg/tarieven/rooster/financiSle situatie- onderhoud/herziening subsidievoorwaarden. Agenda en afspraken
Inzake tarieven en rooster JE:
• Brief 10 juli 2002 Wethouder Sport aan Jaap Eden
Onderwerp: tariefsverhoging
• B&W Besluit 30 juli 2002 over tarieven IJscomplex Jaap Eden voor KNSB-gebruik.
• Brief 10 September 2002 Wethouder Sport aan Jaap Eden
Onderwerp: tarieven en rooster
•
12 februari 2003 van Jaap Eden aan Wethouder Sport
Overzicht tarieven en rooster Jaap Eden 2003-2004
• B&W Besluit 22 april 2003 over Tarieven & Rooster Jaap Eden 2003-2004
Inzake onderhoud en financl&e problematiek JE:
• Brief 11 februari 2002 van Jaap Eden aan DWA
Onderwerp: structurele tekorten onderhoudsfonds
• Verslag overleg 2 april 2002 tussen DWA en Jaap Eden
Onderwerp: financiSle problemen m.b.t. onderhoud
• Brief 3 mei 2002 van DWA aan Jaap Eden
Onderwerp: tekorten onderhoudsbrief
• Afspraken overleg 10 februari 2004 DMO met Jaap Eden
Onderwerp: onderhoudsproblematiek
• Brief 5 april 2004 Wethouder Sport aan Jaap Eden
Onderwerp: subsidierelatie
6de
cember2004
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
4.U.O298/O2.211 AC
Onderzoek financiSle problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting Uscomplex Jaap Eden Baan)
0
Inzake financi&e (verantwoorcling)stukken JE:
•
Inhoudelijk verslag 2001
•
Bestuursverslag en Jaarrekening 2001
•
Begroting 2002
•
Inhoudelijk verslag 2002
•
Bestuursverslag en Jaarrekening 2002
•
Begroting 2003 met vragen analyse van DMO/antwoorden Jaap Eden
•
Bestuursverslag en Jaarrekening 2003
•
Begroting 2004 met vragen analyse van DMO/antwoorden Jaap Eden
• Accountantsverklaring, bevindingen onderhoudsfonds 2003, 17 mei 2004
Inzake onderhoudsplannen JE:
•
GEAM, 2002-2011, opgesteld in 2001
•
Metafoor, 2004-2013, opgesteld in 2004
• ACAM Advies, financifile situatie J E de dato 18 februari 2002
Inzake organisatie JE:
•
Rapport SFN, Organisatieonderzoek Jaap Eden, 1 maart 1991
Inzake visie en strategie JE:
•
Markplan Adviesgroep, haalbaarheidstoets ontwikkelingsmodellen, 4" kwartaal 2003
•
Stichting IJscomplex Jaap Eden, Strategisch Plan januari 2003
Inzake vergaderingen Bestuur van JE:
•
Notulen nummer 98-120 (periode 2002-2004)
36
f
6
December 2004
.
Gemeenta Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
04.U.O298ra2.211 AC
Onderzoek financiele problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting Uscomplex Jaap Eden Baan)
Bijlage 3
Samenvatting middels een SWOT-anaiyse weergave
(bron: Strategisch plan de dato 31 januari 2003)
Sterke punten
• Vervult belangrijke publieke functie, Amsterdamse sportbeleid ondersteunt de voortzetting van de activiteiten van Jaap Edenbaan
• Waardering van bezoekers is 7,6 voor het ijscomplex (tevreden)
• Er zijn veel trouwe bezoekers
• Druk bezochte ijsbaan (van alle leeftijden en sociale klassen)
• Voile bezetting op toptijden
•
Technische installaties en machines zijn in goede conditie
Zwakke punten
•
•
Klachten over openingstijden en ijskwaliteit
Er zijn nog steeds stille uren wanneer de ijsbaan niet optimaai wordt benut (idee:
speciale doelgroepen zoals scholen nadrukkelijk uitnodigen)
• De verblijfsduur op het ijs is significant minder dan bij andere ijsbanen (als gevolg van
dure consumptieprijzen, hoge parkeergeld)
• De vraag naar ijs is groter dan het aanbod op dit moment (idee: uitbreiding door het
bouwen van een nieuwe ijshal!)
• "Bouw fysische" staat van de ijshal is slecht, functionaliteit is niet optimaai (hoge
energiekosten, slechte isolatie, minder gebruiksmogelijkheid)
• Relatie met Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer behoeft verbetering
Bedreigingen
• Verplaatsing JE. Stadsplanners hebben weinig oog voor collectieve voorzieningen
(zoals het ijscomplex) en ze zijn vooral gericht op het creSren van woon- en
werklocaties
• De beschikbaarheid van de gemeentelijke grond voor buitensportvoorzieningen is in
gevaar, taakstelling van de gemeente is na 2010 minimaal 1400 woningen op
sportpark Middenmeer- Noord te realiseren
Kansen
• Samen met Stadsdeel Oost/Watergraafmeer sport en "leisure" functies in het gebied
van Voorland/Middenmeer te intensiveren (fitnessachtige activiteiten ook aanbieden)
• Een regionaal top-trainingscentrum te worden in het initiatief "Topsport Centrum
Amsterdam Dome" (het professionele ijshockey team); hierdoor wordt meer beroep op
het IJscomplex Jaap Eden gedaan (trainingsijs en kleine wedstrijden)
• Verplaatsing naar Amsterdam Noord met uitgebreide capaciteiten
• Een tweede overdekte ijshal te realiseren
37
• jecember2004
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
: 04-11.0298/02.211 AC
Onderzoek flnanciSle problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
6c
Bijlage 4
Geraamde Onderhoudsuitgaven periode 2004-2011 in €
Jaar
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
GEAM
1.478.623
738.849
422.282
594.633
493.791
902.446
978.289
1.095.235
Metafoor**
405.559
402.489
2013
Totaal GEAM
2002-2011
Totaal Metafoor
2004-2013
Gemiddeld
Jaarbedrag
Verschil
615.236
892.888
2.170.411
838.875
411.539
933.152
444.829
381.743
600.881
736.951
-192.954
-298.255
-1.676.620
63.571
566.750
8.026.505
-514.310
802.651
-51.431
162.083
-39.270
20.746
7.512.195
751.220
* GEAM opgesteld in 2001
* Een aantal investeringen zijn uitgesmeerd over meer dan 10 jaar. Deze zijn niet verwerkt
in dit overzicht. Betreft € 33.073 per jaar
"Metafoor. prijspeil 2002, opgesteld in 2004
38
smber 2004
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
0298/02.211 AC
Onderzoek flnanciSle problematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Bijlage 5
Ontwikkelingen van kosten en baten
Ontwikkeling van absolute omvang baten
Budget subsidie Gemeente
Amsterdam
• 2003/2002 %
• 2002/2001%
Jaap Eden hal
Jaap Eden baan
0%
20%
40%
60%
80% 100% 120%
Ontwikkeling van absolute omvang kosten
0%
20%
-40%
60%
80%
100%
120% 140%
Penorale lansn
Ondsrtuudiluufan
• 2002/2001 %
• 2003/2002%
Rants (enlngwi
Overige QwlrfjfstwsUn
s
S
1
s
c
•o
XI
¥
c
i
c
S e n
0
o
-a-
fa
slf
I
£
10
5
_
JS I S
-£2
5J
JD
3 g s
1
. i
11
a
OT
o " 1
e
-
2
£S
^ * ^
+
8 f
e
e
in
S
s
^8
1
n
ra
X
I
3
^jgmber 2004
,^0298/02.211 AC
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
OnderzoekfinaociSleproblematiek en bedrijfsvoering JE (Stichting IJscomplex Jaap Eden Baan)
Bijlage 7
inkomsten ontwikkeling hal en baan
BE
mmmm.
Enkele Ritten
Meerritten
Abonnementen
Verenigingen
Scholen
Bezoekers
Huuropbrengsten
Activiteiten
Diverse baten
Totaal opbrengsten baan
Enkele ritten
Meerritten
Abonnementen
Verenigingen
Huur verenigingen i.v.m. langer ijs
Extra verhuur i.v.m. Langer ijs
Scholen
Huuropbrengsten
Activiteiten
Diverse baten
totaal opbrengsten hal
Totaal opbrengsten hal en baan
31.510
3.586
72.693
3.391
51.008
1.042.923
266.424
231.276
215.966
146.084
18.744
3.756
109.435
1.607
16.778
1.010.070
238.229
179.721
227.280
110.662
16.123
3.756
62.898
O
26.707
865.376
16.885
15.939
8.385
22.483
199.052
189.503
40.159
6.353
295
90.040
51.589
18.512
427.319
14
7.541
15.009
136.136
30.948
575
294
85.828
9.765
12.805
298.915
245.525
219.342
247.513
168.355
749
87.976
172.481
33.395
526.477
1.569.400 1.437.389 1.164.291
0,97
0,82
0,92
0,66
0,51
1,05
0,87
0,00
0,52
0,83 Daling 17%
0,00
0,47
0,00
0.68
0,00
0,00
0,39
0,98
0,06
0,38
J^ST. Daling 43%
Totaal
0,74 daling 26%
Gemeente Amsterdam
ACAM Accountancy en Advies
2004
03102
211 AC
. OnderzoeKfinandSleproblematiek en bedrijfsvoering JE (SHchting IJscomplex Jaap Eden Baan)
•: I.'
Bijlage 8
prognose van Financieringsmimte
. I:;
1
• -'t*-
floe
Afsch
m.
ekvvsarde
Bo
on
Finanmm
6. .-
• v. ..
5.335.040
442.229
4.839.238
.495.802
4.805.301 4.280.255
466.429
492.093
3.701.787 3.123.319 2.609.126 2.064.962
518.743
547.581
578.169
258.494
4.397.009 3.904.916 3.386.172
408.292
375.339
315.614
2.838.591 2.260.423
343,703
284.728
2.001.929
63.032
Pieties
!
i •
'>i.
o
c
UJ
a.
^ _t
, m1
0
o
<u
tr
"
Q^
3
Si
Z
E
g a s
»
a
Si
o
S
cS
a)
—
1 Hfl
D. §
S
O
(0
=>
£ g
°> c
> OJ
g •E'
»J
J
H
g 55 «
s S -S s
S
i1 is r1 1 1 I.
-
< 0- c l
.S" -s
JD
-a
1 £
- g
=
• s ™
™ 5 Jr,
m
->
>
c
ai
'>
oi
^ i £ » £
m
>
O
a>
ja
"o
o
11
£ ^
s -s
ID
CO
o
to
§ -s
o
O)
«
(/>
£
—
CD
c
=2 S
—
c
S
S g > '8-
«
c
2
3
W
TO
0)
c
S
CL
c
£ tf)
•t 2
cn
aj
aj
X £
= £
•S <: 5 1
«J
.S-
11
s
i | 1| e
=
£ » g
CO
in
-j—•
^
aj
2 cz
co ro
1 g
ra
_ra
2
£
1s
gI=
2 - -Q
tO
QJ
£ -S
•g 2 ? .a
aj
ra
Q - r n ' o
ra^-^:
S
5
= S El
•o OJ — •
UJ
S:
O- -Tn O i l
Allen & n
Loon Salarissoftware
T.a.v. Dhr. Faber
Zuideinde 17b
1121 CJ Landsmeer
Utrecht, 3 april 2013
Kenmerk:
Betreft:
PS/JW/2013_18
Schaatsschool Jaap Eden IJsbaan
Geachte heer Faber,
Dank voor uw mail van 27 maart j.l. In overleg met het Algemeen Bestuur kom ik hierbij graag terug
op een aantal zaken die u in uw mail benoemt en waarin u met enige onvrede naar de KNSB verwijst.
Met betrekking tot de aanbesteding van de schaatsinstructies op de Jaap Edenbaan stelt u ons een
concrete vraag, namelijk of het juist is dat de KNSB De Schaatsschool steunt en dus ook onze
bondsbureau medewerker de heer O'Reilly.
Uit uw brief blijkt een grote betrokkenheid met de schaatssport en met de Jaap Edenbaan en de
activiteiten daar in het bijzonder. Uw emotie en zorg dat er sprake is van belangenverstrengeling is
daarom te begrijpen, maar niet terecht.
Er is zeker geen sprake van steun van de KNSB aan De Schaatsschool. De KNSB is op geen enkele
wijze betrokken geweest bij het maken van hun plannen en de KNSB heeft ook geen rol gespeeld in
de aanbestedingsprocedure van de Jaap Edenbaan. De KNSB heeft wel een intentie tot
samenwerking uitgesproken naar De Schaatsschool. Als uitgangspunt voor die samenwerking heeft
de KNSB aangegeven dat deze samenwerking een bijdrage moet leveren aan het realiseren van de
KNSB doelstellingen, in het bijzonder op het gebied van sportparticipatie.
Deze intentie tot samenwerking is niet exclusief voor De Schaatsschool. De KNSB staat net zo goed
open voor samenwerking met andere commerciele sportaanbieders. Al langere tijd wordt
samengewerkt met Duosport, bijvoorbeeld bij het opleiden van trainers en instructeurs. De KNSB
staat zeker open voor verdergaande samenwerking met Duosport. Het creeren van partnerships met
commerciele sportaanbieders zien we als een mogelijkheid om de marketinginstrumenten,
promotiemiddelen, ijsfaciliteiten en begeleiding optimaai in te zetten om meer mensen te boeien en
binden aan het schaatsen.
We betreuren het zeer dat er onterecht een beeld is ontstaan dat de KNSB De Schaatsschool
voortrekt boven Duosport. Ik hoop u met deze toelichting voldoende te hebben geTnformeerd om
verdere misverstanden te voorkomen.
Hoogachtend,
Koninklijke Nederlandsche
Schaatsenrijders Bond
^ u l Sanders
Algemeen Directeur
Hoofdsponsor KNSB
kpn
Allen & Overy LLP
Productie 10
Bezoekadres
Weesperstraat 101
1018 VN Amsterdam
Postbus 1840
1000 BV Amsterdam
Telefoon 020 552 2222
Fax 020 552 3393
Postbankrekenlng 45 94 497
www.dmo.amsterdam.nl
X
X
X
Gemeente Amsterdam
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
Afdeling Middelen
Team FinanciSn en Juridische Zaken
Aan het bestuur van
Stichting IJscomplex Jaap Eden
Radioweg 64
1098 NJ Amsterdam
Datum.
Ons kenmerk
Behandeld door
Doorkiesnummer
E-mail
Onderwerp
- 7 APR 2006
R.Groot/B.Veldkamp
020-552 3351
[email protected]/[email protected]
Incidentele subsidie 2006 achterstallig onderhoud
Geacht bestuur,
Naar aanleiding van uw subsidieaanvraag d.d. 28 juni 2005, hebben wij besloten u voor
het laten uitvoeren van achterstaliig onderhoud een incidentele subsidie te verlenen van
maximaal € 1.550.000. De subsidie is bedoeld om de uitvoering van het onderhoud
volgens het door u aan ons geleverde meerjarenonderhoudsplan 2004-2013 mogelijk te
maken, waarin voor het jaar 2006 aanmerkelijk meer dan gemiddeld is begroot.
Juridische grondslag
Op deze beschikking is de volgende regelgeving van toepassing:
•
Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2004 (ASA);
•
Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Voor het inzien en downloaden van de gemeentelijke verordeningen verwijzen wij u naar
onze website www.dmo.amsterdam.nl. De wettekst van de Algemene wet bestuursrecht
kunt u raadplegen via www.overheid.nl.
Bevoorschotting
De subsidie wordt in twee termijnen van 40% aan u bevoorschot. Binnenkort wordt
€ 620.000 overgemaakt naar uw bankrekening 467373264. De tweede termijn ontvangt u
in november. Wanneer u de tweede termijn vervroegd wilt ontvangen, kunt u hiertoe een
met een tussenrapportage onderbouwd, schriftelijk verzoek indienen.
Informatieverstrekking
Wjj verzoeken u zich rekenschap te geven van de verplichtingen opgenomen in artlkelen
6:1 en 6:2 ASA en ons direct en waar nodig vooraf schriftelijk te informeren over
relevante wijzigingen in de financi§le en organisatorische verhoudingen en
veranderingen of beSindiging van activiteiten of werkzaamheden van uw instelling.
Diensl Maatsehappdijke OnlwIkKelinB is bereiktear per melro en Iram (lijnen 6,7.9.10,14,51.53 en 5*). halle Watertooplefn of Weesperpleln.
X
X
X
Gemeente Amsterdam
Dienst Maatschappelljke Ontwikkeling
Spacifieke verplichtfngen
Naast de in deze verieningsbeschikking opgenomen algemene verplichtingen gelden de
specifieke verplichtingen t.a.v. de door uw stichting te genereren middelen (structureel
€ 345.000), zoals opgenomen in uw aanvraag d.d. 28 juni 2005 die onderdeel uitmaakt
van deze subsidieverlening. Het niet nakomen van deze specifieke verplichtingen kan
terugvordering van de subsidie tot gevolg hebben.
Daarnaast geldt als specifieke verplichting dat de werkzaamheden waarvoor de
subsidie bedoeld is uiteriijk in 2007 uitgevoerd moeten zijn.
Verantwoording
Uiterlijk binnen vier maanden na afloop van het boekjaar 2006 6n indien van toepassing
uiterlijk na afloop van het boekjaar 2007 legt u verantwoording af van de besteding van
de subsidie. Deze rapportage omvat:
• De door het bestuur gewaarmerkte financiele verantwoording over de besteding van
de subsidie, waarin aan de hand van het meerjarenonderhoudsplan wordt
aangegeven welk onderhoud is uitgevoerd en welke kosten daaraan verbonden
waren.
• een rapportage van het overige (uit eigen middelen) uitgevoerde onderhoud conform
het meerjarenonderhoudsplan.
• Een accountantsverklaring waarin uw accountant in zijn oordeel uitdrukkelijk
verklaart dat de subsidie is besteed aan het doel en de activiteiten waarvoor de
subsidie is verleend. Als uw accountant in zijn verklaring bevindingen opneemt,
specificeert hij op welk bedrag deze bevindingen betrekking hebben. Het
subsidiebedrag waarover uw accountant in zijn verklaring niet uitdrukkelijk zonder
voorbehoud verklaart dat het besteed is aan het doel waarvoor het bestemd is, wordt
niet betrokken bij de vaststelling en heeft daarmee een lagere vaststelling tot gevolg.
• Een financiele verantwoording waarin wordt aangegeven op welke manier de
Stichting ijscomplex Jaap Eden haar eigen structurele bijdrage van € 345.000,
genoemd in de aanvraag d.d. 28 juni 2005, heeft gerealiseerd.
Vaststelling
De vaststelling van de subsidie vindt plaats binnen 13 weken na ontvangst van uw
verantwoording over het boekjaar 2007, of - indien alle werkzaamheden reeds in 2006
zijn uitgevoerd - na ontvangst van uw verantwoording over 2006. Na goedkeuring
daarvan wordt de resterende 20% van de subsidie uitbetaald. Indien de subsidie lager
wordt vastgesteld dan het verleende bedrag, vanwege lagere verantwoording met in
achtneming van het gestelde onder het kopje specifieke verplichtingen, het niet nakomen
van In deze beschikking opgenomen verplichtingen, een onvolledige verantwoording van
de subsidie of een verklaring van uw accountant die niet aan de eerdervermelde
vereisten voldoet, zal het verschil worden verrekend met het aan u betaalde voorschot of
indien nodig worden teruggevorderd.
X
X
X
Gemeente Amsterdam
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
Ten slotte
De subsidie is geregistreerd onder nummer 06/00971. Wij verzoeken u dit nummer in alle
correspondentie te vermelden. Nadere inlichtingen over de subsidieverlening en
procedures kunj^i verkrijgen bij de In het briefhoofd genoemde medewerkers.
Hoogachtendf
3rgemee§ifer en Wethouders van Amsterdam,
namen
dis. J
rs
oofd Sport en Recreatie
Bezwaarmogelljkheld
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunt u binnen zes woken tegen dit besluit een bezwaarschrift
indienen bg het college van Burgemeester on Wethouders van Amsterdam, ta.v. de sector A/gemeen Bestuur,
Directle Juridische Zaken, Postbus 202,1000AE Amsterdam. De kosten die u maakt In verband met de
behandeling van het bezwaar worden in bepaaldo gevallen vergoed, uitsluitend op uw verzoek. Dit verzoek
zondt u gelijktijdig met het bezwaarschrift In. Tevens kunt u In afwachting van do behandeling van het
bezwaarschrift een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening Indienen bfl do voorzienlngsrechter
van de rechtbank Amsterdam, sectortestuursrec/rf,Postous 75850,1070 AW Amstordam.
IJSCOMPLEX
Radioweg 64
1098 NJ Amsterdam
TEL. 020-694 96 52
FAX 020-663 17 65
E-mall [email protected]
www.jaapeden.nl
ABN AMRO BANK 46.73.73.264
Kamer van Koophandel S 41204870
College van Burgemeester en Wethouders
van de gemeente Amsterdam
Amstel 1
1000 AE Amsterdam
Amsterdam, 28 juni 2005
Betreft: Aanvraag incidentele subsidie
Ons kenmerk: 3120.8306
Geacht College,
De Stichting Jaap Eden ijsbanen wordt al jaren geconfronteerd metfinancieletekorten, die
steeds opgevangen worden door het niet uitvoeren van het noodzakelijk onderhoud. Deze
problematiek is reeds vier jaar onderwerp van discussie met DMO, maar heeft nog niet geleid
tot een oplossing. Dit leidt onvermijdelijk tot eeriSihfit^SUMeid m Ket ondCThoucL die
onaanvaardbare vormen heeft aangenomen.
In ppdracht van DMO is dezefinancieleproblematiek in een breed kader gezet en onderzocht
door ACAM Accountancy en Advies. ACAM heeft op 6 december 2004 een definitief advies
uitgebracht naar aanleiding van deze problematiek.
ACAM concludeert in haar advies dat voor de komende tien jaren gemiddeld € 500.000
jaarlijks extra gevonden moet worden. Tot deze conclusie komt ACAM nadat zij tevens heeft
vastgesteld dat de Stichting Jaap Eden ijsbanen in de voorgaande twee jaren reeds diverse
ombuigingsmaatregelen met succes heeft genomen, zoals prijsverhogingen voor de KNSB
(structureel voordeel 6 50.000), nieuwe bedrijfsregeling (structureel voordeel € 50.000) en
energiebesparende maatregelen (structureel voordeel € 20.000). Daamaast worden het
toegepaste striktere debiteurenbdeid, een nieuw toegangssysteem in combinatie met
geautomatiseerde controle en een uitgavenstop door ACAM onderschreven en de algehele
bedrijfsvoering van de stichting wordt door ACAM als positief getypeerd.
In haar rapport ziet ACAM nog mogelijkheden voor Jaap Eden ijsbanen om van de benodigde
6 500.000 circa 6 300.000 zelf te genereren.
STICHTING I J S C O M P L E X J A A P EDEN - A M S T E R D A M
IJSCOMPLEX
In nauw overleg met DMO zijn deze mogelijkheden in het totaal van de bedrijfsvoering
geplaatst en besproken. Dit heeft geleid tot de volgende door DMQ en de Stichting gedragen
j. conclusie:
|
• verhoging van baten (toegangsprijzen, pacht en overige)
€ 150.000
5
• verlaging van lasten (conversie van leningen)
€ 25.000
• aanpassing onderhoudsplan (uitvoering door eigen personeel
en andere maatregelen)
€ 150.000
• extra besparing op personeelskosten
€ 20.000
Van de benodigde € 500.000 zal de stichting Jaap Eden ijsbanen zelf (naast de reeds genomen
maatregelen) nog € 345.000 genereren. Dit is een zeer moeilijke taak, die met een uiterste
inspanning door de stichting te realiseren kan zijn.
Het door ACAM aangegeven tekort is gemiddeld over tien jaren berekend groot € 500.000 per
jaar. Deze berekening berust op het meerjaren omderhoudsplan dat voor Ket jaar 2006 een
uitgave voorziet van bijna € 2,2" miljoen van de voor tien jaren totaal voorziene € 8 miljoen. In
deze piek komt de achterstalligheid in onderhoud duidelijknaar voren.
|
Dit onderhoud is van hoge urgentie en leidt geen uitstel meer. Enkele voorbeelden:
• De garage/werkplaats is aibotechnisch afgekeurd en het personeel loopt
onaanvaardbarerisico'sbloot gesteld te -worden aan technisch afgekeurde
werkomstandigheden,
• Water lekkage in de tunnels met ammomakleidingen maakt de kans op corrosie van de
leidingen groter en kan de ammoniak detectoren in de tunnels ontregelen,
• De technische installaties op de zolder van de ijshal en op het dak van de ijshal mogen
niet meer onderhouden worden vanwege het ontbreken veiligheidsvoorzieningen,
• De sanitaire ruimten, het leidingen netwerk en de koeltorens voldoen niet aan de
wettelijke nonneringen in het kader van de legionella bestrijding en algehele hygiene,
• De tribunes in de ijshal zijn afgekeurd door de brandweer omdat de tussenruimte
tussen de rijen 'te krap is.
In al deze gevallen loopt de stichting en haar bestuur zodanigerisico's,dat die
onaanvaardbaar zijn en tot een persoonlijke aansprakelijkheid kunnen leiden.
Indien er geen oplossing komt voor deze situatie, heeft het bestuur besloten om derisico'ste
verminderen en tegelijkertijd de nodigefinancielemiddelen te generen door de ijshal voor
langere tijd te sluiten. Elke week sluiting van de ijshal in bepaalde periodes betekent een
vermindering van het tekort met € 20.000. Het bestuur van de stichting hoopt dat het niet tot
deze draconische maatregelen hoeft te besluiten.
In nauw overleg met DMO doet de stichting Jaap Eden ijsbanen daarom de aanvraag bij u om
in de begroting 2006 van de gemeente Amsterdam € 1.550.000 te bestemmen voor een van de
belangrijkste sportvoorzieningen in Amsterdam en tevens de oudste en meest vermaarde
kunstijsbaan van Nederland.
IJSCOMPLEX
Met deze incidentele subsidie wordt dan het jaarlijkse tekort gedekt van € 155.000, zijnde het
verschil tussen het door ACAM vastgestelde gemiddelde jaarlijkse tekort en het door de
stichting te realiseren financiele verbetering van € 345.000.
Ket bestuur van de stichting Jaap Eden ijsbanen committeert zich om haar deel in deze
operatic te realiseren.
Het bestuur van de stichting Jaap Eden ijsbanen doet een dringend beroep op uw College om
met een incidentele subsidie een gegarandeerde exploitatie en voortbestaan op lange termijn
van Jaap Eden ijsbanen mogelijk te maken.
Met vriendelijke groet
Het bestuur van de Stichting Jaap Eden ijsbanen
E. dfc Vries
voorzitter
T. A. Vemooy
penningmeester
Allen & Overy LLP
Productie 11
Zes minuten over half elf. Je moet het maar durven als nieuwkomer schaatslessen aanbieden op de Jaap Eden
Baan. Dat is wat Gert Jan Veenstra doet. Echt welkom is hij niet, want de anderen om hem heen dus op de
schaatsbaan, die willen dat alles bij het oude blijft. De schaatsbaan, die is daar niet gevoelig voor, de baan
moet simpelweg meer geld opbrengen, daar gaat het om. Hij is hier bij mij te gast. Gert Jan Veenstra,
goedemorgen.
- Goedemorgen.
Ja, er is nogal wat commotie rond de aanbesteding. Toch werd besloten: wil [Europech] dat de user denkt, ik
ga mijn best doen, er was nogal wat commotie rond de aanbesteding, toch besloot je mee te dingen ondanks
de enorme commotie. Waarom?
- Het proces gaat als volgt, je komt er op een bepaald punt achter dat er een openbare aanbesteding komt
voor de schaatsschool. Nou, ik had samen met mijn zakenpartner Wilfer Reilly, oud schaatskampioen
shorttrek kampioen, hadden we ook besloten dat het een geweldige kans was. Eigenlijk gaandeweg het
proces sijpelde wel de berichten door dat er behoorlijk wat oppositie was en - ja, we hadden toch het idee dat
de oppositie die gevoerd werd niet zozeer tegen ons was, want er werd gesuggereerd dat er alleen maar
[kabo's] op af zouden komen en - ja, geen capabele schaatsschool. Nou, wij hebben gelukkig het tegendeel
kunnen bewijzen en - ja, alle kwalificaties en [kiperingen] die voor onze toewijzing zijn gedaan wil ik niet
persoonlijk nemen. Wij zijn nu bekend Ik zou bijna zeggen dat mag toch ook, een [rond van] aanbesteding, ik bedoel dan kan het even stevig
toegaan dan heb je een aantal concurrenten bij elkaar, je probeert elkaar zwart te maken, dat kan ook nog
helemaal het hele spel gaan spelen, maar je kunt er niet gaan bedreigen. Daar is ook over gesproken, dat er
bedreigingen zijn geuit. Is het zover gegaan? Of is dat onzin?
- Nou, nee. Dat is - ja, ik denk dat dat onzin is. Tenminste, ik ben persoonlijk niet bedreigd, ik ben - dat is
nog wel op een lokale tv-zender geweest vol behoorlijk wat dingen uitgemaakt door e£n persoon. Ik kan
inmiddels Eigenlijk voor de mensen die niet naar die lokale tv, naar AT5 gekeken hebben in Amsterdam, wat is er
gezegd? Wat is er gauw geroepen? Door die ene persoon?
- Ja, die persoon is natuurlijk ongelooflijk loyaal aan de oude schaatsschool en - ja, ik vind dat ook wel
mooi, dat betekent ook dat onze voorgangers het heel goed hebben gedaan, 23 jaar, nou en die man komt ja, dan ik denk met onredelijke [verweensingen] en eigenlijk Maar noem eens een paar onredelijke [schaken] die hij gemeld heeft.
- Een van de grappige dingen was dat ik, volgens hem had ik een halfjaar eerder naar hem toe moeten komen
om me voor te stellen terwijl de hele aanbesteding volledig anoniem is gegaan. Ja, je schrijft op in om de
klus binnen te krijgen. Ik - dat er helaas een hele nare sfeer omheen hangt, dat is niet iets waar je om
gevraagd hebt, dus ook geen reden om er voor weg te blijven. [Bereik ad] je wil nu een beetje toespitsen op
een persoon die ontzettend uit de bocht vliegt en Nou ja, je begon er zelf over.
- [Hij had], dat er een negatieve sentiment is is duidelijk.
Maar ja, die hebben dat 23 jaar lang gewoon hun best gedaan en denken het is allemaal goed, het is een
vermaarde baan ook, die Jaap Eden baan, daar willen mensen graag natuurlijk gaan werken, maar waarom
moest-ie weg? Waarom ging het zo slecht?
0084405-0000002 AMCO:5641544.1
- Nee, het ging niet slecht, u heeft het in uw intro heel erg goed gezegd: de Jaap Eden baan heeft op een
bepaald moment gezegd, zoals je misschien weet, de Jaap Eden baan krijgt ongeveer 1,3 miljoen subsidie per
jaar. Nou, in deze tijd van crisis en bezuinigingen wordt daar natuurlijk scherp naar gekeken, en daar hebben
ze gezegd van: nou, de gebruikers van de baan zullen meer moeten bijdragen, dat is iets waar wij buiten
staan maar waarop het Eden baan blijkbaar niet uitgekomen is met de huidige gebruikers Nou, maar ik zei in mijn inleiding juist: kijk, de baan moet hoe dan ook meer geld opbrengen, dan vertaal ik
dat als: het gaat dus niet goed, want als je zegt het gaat goed, dan breng je er genoeg geld op.
- Ja het gaat - als u vindt dat het goed gaat als er 1,3 miljoen subsidie naartoe moet, dan - het verhaal is dus
zo simpel als het is. 1,3 miljoen subsidie die Jaap Eden baan, de bestuur wil minder subsidie-afhankelijk zijn,
en hebben gezegd: wij willen meer bijdrage van de gebruikers. Er zijn ze zakelijk niet uitgekomen, en toen
kwam de openbare aanbesteding. En dan kun je, als je de stukken goed bestudeert, kun je besluiten of het
interessant is of niet interessant. En wij hebben gezegd: (a) hebben we de kwaliteiten, en (b) vinden we het
interessant.
Waarom hebben jullie die aanbesteding binnengehaald? Hoe is dat gelukt?
- Nou, de basis van ons bedrijf is tweeledig, we hebben te maken met aan de ene kant Wilfer Reilly, die is
de, dus zoals ik gezegd heb Shorttrek kampioen.
- Ja. Nou, die heeft de schaatskennis in zijn DNA zitten, alleen maar gevroren water en geslepen schaatsen,
die weet echt heel veel kennis, schrijft daar ook mee een opleiding voor de KNSB, dus dat, die kant is
afgedekt, en aan de andere kant heb je een stukje management en organisatie, en daar kom ik bij. Dus samen
dachten wij gewoon een goeie formule te hebben, en wij zijn na de aanbesteding gedaan te hebben zijn wij
door een commissie getoetst, en - ja, hoe je dan - ja, ik heb niet de uitslag gezien, we hebben gewonnen,
maar de argumentatie, die heb ik toch niet gezien.
Nou heeft de KNSB ook een rol gespeeld. Steun van de KNSB: kunt u daar iets over verteUen, over die
KNSB?
- Ja het is wel goed dat u daarover begint, want dat ligt hier en daar wat eh - onder een vergrootglas. Wij zijn
met ons plan, na verloop van tijd hebben we gezegd van: zullen we wel of niet vragen of de KNSB ons
partner kan worden? Nou, we hebben gezegd: we willen uiteindelijk streven naar de opleidingsniveau van
alle leraren dat je op het niveau's hebt van de KNSB, dat niveau is leidend voor ons. Een hele so - we
begrepen ook wel dat er heel veel weerstand was, en waren gewoon op het idee - krijgen wij die KNSB aan
bord, wat een hele kritische partij is, dan heb je in ieder geval ook voor een hele groot gedeelte van de
mensen overtuigd. Wij zijn naar het hoofdkantoor gegaan in Utrecht, we hebben met hen gesproken. Nou,
dadelijk was het antwoord heel eerlijk, wij vinden jullie plan heel erg goed, maar - en dit is wel redelijk
cruciaal - wij zijn niet exclusief voor de schaatsschool. Als er iemand anders hem wint met dezelfde insteek
als jullie komen, hetzelfde kwaliteitspakket, dan kunnen we hen ook steunen. Met andere woorden: dat geldt
voor alle schaatsscholen in Nederland. Wil je met hun - maar dat betekent niet alleen Ze willen geen partij kiezen, dat is begrijpelijk.
- Nee, natuurlijk want de schaatswereld is redelijk gefragmenteerd, redelijk lange tenen, en de KNSB moet
dat heel gevoelig doen, maar ik wil nogmaals onderstrepen: KNSB wil in principe iedereen ondersteunen die
met een goed plan komt en - ja, ik kan daar wel een voorbeeld van noemen, een van de dingen Nou graag. Maar ook tien voorbeelden noemen.
0084405-0000002 AMCO:5641544.1
- Nou nee, ik denk dat 6en ding wel heel duidelijk maakt dat als - wij doen met onze schaatsschool
bijvoorbeeld, hebben wij ons gecommitteerd aan het KNSB plan: het doorstromen van talent. Ja, dat zal niet
iedereen, iedere schaatsschool willen, want dat betekent dat als je iemand op je schaatsschool hebt waarvan
je duidelijk ziet dat-ie talent heeft en je laat hem doorstromen naar de schaatsclub, ben je een klant kwijt.
Met andere woorden, ja, je bijt een beetje in je eigen staart, maar - ja, je moet als je partner wil zijn van de
KNSB, de KNSB heeft de brede support van de schaatswereld En zou je het moeten doen.
..hoog in het vaandel - Sorry?
En zou je het moeten doen ook als je daarvoor kiest, dan moet je af en toe in je eigen staart bijten.
- Ja! Nou, en dus wij hebben dat gebaar gemaakt, en dit is een van vele gebaren, daar heeft de KNSB op
gezegd, nou, dit steunen wij. Maar KNSB wil [men er doet] eigenlijk liefst geen partij zijn in een wereld
waar veel heibel is. Dat begrijp ik heel goed.
Dat is het juist, en jullie wilden dat misschien ook niet, dat je denkt: dat is een wereld waar zoveel heibel is,
wij gaan iets leaks doen. Waarom zouden wij ons hierin gaan storten. Wat is voor jullie de reden geweest om
dit toch te doen?
- Nou, nogmaals, het is vervelend dat die heibel er is, maar het is nooit een reden geweest om het niet te
doen. Het, wij hebben een plan, wij zijn allebei echt helemaal gepassioneerd van schaatsen, wij vinden het
een fantastische sport, meneer Vliemt - Paul, sorry - als je ka - wij zijn vorige week hebben een test clinic
gegeven op de ijsbaan. Nou ja, daar staan alleen maar lachende mensen. Het is echt de mooiste baan van
Nederland om schaatsles te mogen geven, de mooiste baan van Nederland Maar ja als je het van nabij gevolgd hebt die denken, dit kan niet waar zijn wat hij zegt, want het is allemaal
conflicten en gedoe, die lachende gezichten, dat zou kunnen, maar ja, dat staat er tegenover. Aan de andere
kant, die commotie die maar voortduurde, dat gedoe, net geen bedreiging maar toch wel tussen
aanhalingstekens: [volviesheid] worden uitgemaakt op een lokale zender, dan kun je ook denken: nou, ik ga
wat leuks doen met mijn leven, laat maar schieten.
- Nou, als ik een [hangsta] zou zijn zou ik me inderdaad door dit soort dingen laten afschrikken, maar dat ben
ik absoluut niet van plan. En laten wij heel eerlijk zijn, zo'n ongenuanceerde mening, heftige reactie is veel
beter nieuws dan genuanceerde mensen Die andere partij heeft, voor de duidelijkheid even als jullie het allemaal niet gevolgd hebben, die andere
partij heet Duosport, er loopt een kort geding onder andere namens Duosport tegen jullie aanstelling, en
eigenlijk weten jullie niet eens zeker of je kunt aanblijven. Of ligt het nu inmiddels anders?
- Ja, er is vorige week nog een raadsvergadering geweest van volgens mij de grote beslissing ingebracht, of
tenminste grote argumenten ingebracht zijn. Natuurlijk er zit een side letter in ons contract dat er
voorwaarden zijn En dan kunnen ze ook een kort geding starten, wat ze ook doen, wat ze ook doen, en dan kunnen ze gaan
winnen.
- Ja. Je moet daar niet aan denken.
Nee. Want?
- Nou omdat we gewoon onwijs veel zin hebben om deze klus te gaan doen en -
0084405-0000002 AMCO:5641544.1
Ja, maar de kans is vrij groot dus dat ze dit ook gaan winnen, of niet? Hoe schatten jullie het nu in?
- Nee. Nee, dat denk ik niet.
Op basis waarvan denk je dat- Het is sowieso een openbare aanbesteding, huurcontract loopt af, maar als ik heel eerlijk ben, ik wil alles
antwoorden geven op de schaatsschool. Volgens mij is dit nog steeds een conflict tussen de Jaap Eden baan
en de vorige schaatsschool en ik wil mij er eigenlijk niet te veel in moeien, want er is in de afgelopen
maanden heel veel over een nieuwe schaatsschool gesproken, en daar konden wij alles niet verweren en nou,
en als ik nu wat over de jurisp - ik weet het fijne daar ook niet van Maar jullie weten wel, je neemt het stokje over van Duosport, hoe dan ook. En wat doe je dan als het
doorgaat? Dan neem je dan ook het personeel over?
- Ach dat is - u bent erg goed ge'informeerd. In aanbesteding is een van de items dat er een voorkeur uitgaat
naar het doorstarten bij een eventueel nieuwe schaatsschool om dat te doen met de huidige schaatsleraren.
Nou, dat is ook ons belang, dat betekent veel minder inwerken, veel minder - ervaren mensen, dat willen wij
ook graag, want wij zien niet graag dat de huidige kennis en kunde verloren gaat. Ik denk dat dat duidelijk is.
Er is natuurlijk een bepaalde loyaliteit, kom ik alweer terug op het feit dat die loyaliteit uitgesproken voordat
het bekend wordt wie de nieuwe schaatsschool gaan doen.
Ja, maar als ze nou nog steeds zeggen, deze mensen, die personeel, we hebben een met de vorige, met
Duosport hebben wij een loyaliteitsplan, dus wij gaan niet met jou in zee.
- Nou, wij hebben - dat kan ik u, dat kan u van mij aannemen, wij hebben natuurlijk een plan B en een plan
C. Er zijn ook andere manieren. Die willen wij in eerst instantie niet aanspreken, wij willen graag de huidige
leraren de kans geven, die kunnen reageren via ons website Maar plan B en C houdt in, jullie hebben nog andere kundige leraren in huis als zij niet willen.
- Ja. Daar is eh...
Nou heeft Johan Cruyff zich hier ook mee bemoeid. Dan mensen denken: het is een lokaal conflict, maar het
is een veel groter conflict geworden, het heeft bijna landelijke publiciteit zelfs gehaald, niet bijna maar heeft
het ook een paar keer gehaald en Johan Cruyff is erbij betrokken. Kunt u dat even uitleggen, hoe dat
precies - Ja, dat doet natuurlijk, de pijn als een grote, die wel een standpunt inneemt heb je maar Maar raar toch een beetje, hij heeft een beetje zijn accenten ook, dus.
- Oh. Ja, • . Nee, maar Johan Cruyff - en dat durf ik echt wat te be weren, hij heeft dit ook gedaan, gezegd
voordat wij, onze bedrijf bekend werd, ik weet zeker als Johan Cruyff de samenstelling van ons bedrijf ziet,
want wie staat, waar staat Johan Cruyff voor? Ervaring, mensen uit, die met een poot in de klei hebben
gestaan, nou: Wilfer Reilly is een oud-kampioen. Ik denk dat Johan Cruyff zijn vingers af zou likken bij de
constructie van ons bedrijf.
Bij hem misschien wel, maar Gert Jan Veenstra, dat is een effectenhandelaar. En die is nu uitbater van een
omstreden schaatsschool.
- Ja. Ja, daar moet ik mij ook voor verdedigen, dat ik inderdaad eh..
0084405-0000002 AMCO:5641544.1
Nou nee, omdat je zegt, nee, niks - u is toch [fijner blijven] in zo'n gesprek, he, omdat u zegt: Johan Cruyff,
die wil topsporters op die plek, en u bent zelf geen topsporter, u wordt een effectenhandelaar, dat vindt
Cruyff veel minder.
- Bij uw kritische vraag zegt u: dat is heel goed. Ik moet mij die hier natuurlijk tegen verdedigen. Dat zijn
ook geluiden die u komen: wat doet die effectenjongen uit En wat zeggen ze dan?
- Nou, het is heel simpel, ik heb ongelooflijke passie voor schaatsen, ik heb in het verleden drie keer de
altematieve [YCC], de elfstedentocht uitgereden, en ik denk dat u het met mij eens bent, als je 200 kilometer
op schaatsen rijdt dan moet je een echte liefhebber zijn Dan • .
- Nee, maar ik heb ook andere dingen gedaan in het verleden, sponsoring van een marathon team, ik heb heel
veel bedrijfsclinics gegeven, dus ik kom echt niet uit de lucht vallen. Dit is Dank voor dit verhaal. Gert Jan Veenstra.
- Heel graag gedaan.
0084405-0000002 AMCO:5641544.1
Allen & Overy LLP
Productie 12
.•,•,!
16
*
•Ti
El
£T3
i o
—
2 ^
•6
CO
CO
co
CO
CO
CD
in
O
O
OJ
o
o
8
5
CO
o
o
vod.ifone N L
.
PQ
&
schaatsschool.jaapeden.nl/schaatsinstruc
|| X
^S$$$iG C?.ock
Jaap Eden Schaatsschool - Schaatsinstructie
-rr-
Home
Soorten les
Leeftijdsgroep
Veiligheid
Informatie
Schaatsinstructie
Met het winnen van de aanbesteding heeft De
Schaatsschool de exclusieve rechten verworven om de
komende vier seizoenen schaatsinstructie te geven op de
Jaap Eden IJsbaan.
BOEK NU JE
SCHAATSLES!
De Schaatsschool is een initiatief van voormalig shorttrack
bondscoach Wilf O'Reilly en zakelijk partner Gert-Jan
Veenstra. O'Reilly, winnaar van twee gouden medailles
tijdens de Olympische Spelen van 1988 in Calgary, kijkt er
naar uit om zijn ruime ervaring in te zetten om bezoekers
van de Jaap Eden IJsbaan beter te leren schaatsen: "Door
Nieuwsbrief
Krijg het laalste nieuws over de
schaatsschool als eerste!
E-mailadres
gezamenlijk op te trekken met alle belanghebbenden van de Jaap Eden IJsbaan en met de KNSB, gaan wij
voor een schaatsschool waar cursisten, van beginners tot gevorderden, hoogwaardige lessen kunnen volgen
in een plezierige en inspirerende sfeer. Kwalitatieve prestaties met persoonlijke aandacht, met oog voor
talentontwikkeling".
Naast het werken met Nederlandse topschaatsers heeft De Schaatsschool ook jarenlange ervaring met het
lesgeven aan beginnende schaatsers. Bijvoorbeeld door middel van schaats- en inline skating clinics voor
bedrijven. Wilf O'Reilly is ook betrokken geweest bij de ontwikkeling van de oefenstof en methodieken zoals
die vanuit de KNSB worden aangereikt. Het mag duidelijk zijn dat dit ook de leidraad gaat worden in de
aanpak van De Schaatsschool.
Voornaam
Achternaam
SCHR JF J E N
De komende periode gaan we je nader informeren over de nieuwe schaatsschool, zoals de oefenstof,
samenwerking met de KNSB, instructeurs en groeiprogramma voor de schaatsers. Schrijf je hiervoor
hiernaast in voor de nieuwsbrief en je ontvangt ais eerste al het nieuws!
Overweeg Je om volgend seizoen (weer) schaatsles te nemen, maar wil je eerst meer weten over de
nieuwe schaatsschool?
Dat begrijpen we. Schrijf je hiemaast dan snel in voor onze schaatsschoolnieuwsbrief. Je ontvangt dan als
eerste al het nieuws over de schaatsinstructie in 2013-2014. De komende periode gaan we je nader
informeren over de nieuwe schaatsschool, zoals de oefenstof, samenwerkingen en instructeurs.
Jaap Eden IJsbaan
Radioweg 64
1098 NJ Amstardam
1 0900-SCHAATS
T 0900-72422S7
(C 0.10 p/m)
fc" 5chaatsschooiejaapeden.nl
Inschrijven
Schaatsinstructie
Seizoenscursus
Intensief cursus
Jaap Eden website
Algemene voonwaarden
Veelgestelde vragen
Nieuwsbrief schaatsschool
Uitschrijven nieuwsbrief
K3 Vind ik leuk O 68 personen vinden dit
leuk. Wees de eerste
© 2012 Jaap Eden IJsbaan | T 0900-7242287 [ [email protected] | Twitter | Vlmeo | Facebook
0084405-0000002 AMCO:5638388.1