14.05.46-verslag_verantwoord_beleggen_nlhrzonder

Transcription

14.05.46-verslag_verantwoord_beleggen_nlhrzonder
Verantwoord
Beleggen APG
Jaarverslag
www.apg.nl/verantwoordbeleggen
2013
Voorwoord
Ervoor zorgen dat 4,5 miljoen Nederlanders een
goed pensioen ontvangen. Dat is de opdracht die wij
uitvoeren voor onze opdrachtgevers. De premies die
deelnemers en hun werkgevers maandelijks opzijzetten,
beleggen we zo goed mogelijk. Daarbij kijken we
verder dan de laatste winstcijfers. In onze beleggingsbeslissingen laten we duurzaamheid en goed bestuur
expliciet meewegen. Afgelopen jaar hebben we
weer forse stappen gezet bij het invoeren van deze
aanpak in alle beleggingsklassen, waaronder zelfs onze
kwantitatieve aandelenportefeuille. Verder gebruikt
APG, als een van de grootste pensioenbeheerders
ter wereld, zijn omvang om andere bedrijven aan te
sporen duurzamer te opereren met meer aandacht
voor hun medewerkers, hun omgeving en een bestuur
1
dat ook luistert naar de minderheidsaandeelhouders.
Hierover gaan we in gesprek met de bedrijven waarin
we namens onze opdrachtgevers beleggen. Tevens
stellen we voorwaarden aan onze partners, zoals
externe vermogensbeheerders. Op die manier willen
we ook bijdragen aan een noodzakelijke cultuurverandering in de financiële sector. Hoe we dat in
2013 gedaan hebben, leest u in dit verslag.
Angelien Kemna
Chief Investment Officer en lid RvB
Overzicht
Aantal gesprekken
met bedrijven
naar onderwerp
Investeringen met hoge
duurzaamheidswaarde
Obligaties (6%)
Inflatiegecorrigeerde
leningen (6%)
Aandelen (37%)
Hedgefondsen (2%)
Grondstoffen (2%)
Private Equity (5%)
Milieu
Infrastructuur (11%)
192
71
67
Vastgoed (31%)
Sociaal beleid Goed bestuur
Overzicht stemgedrag
2013
VOOR
TEGEN
ONTHOUDEN / NIET GESTEMD
5%
6%
1%
13%
10%
51%
44%
Voorstel
beloning
Percentage beleggingen
gescreend op uitgangspunten VN verantwoord
ondernemen
1%
84%
Verkiezing
bestuurder
86%
Benoeming
auditor
43%
56%
Voorstel
aandeelhouders
6%
15%
79%
Totaal
Beursgenoteerde
bedrijven onderzocht
op samenhang tussen
ondernemingsbestuur
en rendement
Percentage beloningsvoorstellen waar APG
tegen stemde
100
4.086
51
33
Percentage waarmee
energiegebruik
vastgoedbeleggingen
afnam
Ondernemingen
waarmee contact was
over ESG
Beleggingen met
hoge duurzaamheidswaarde
Aandeelhoudersvergaderingen waar
APG vertegenwoordigd
was
Afname energieverbruik
201 x 203 pixels
Ondernemingen / ESG
201 x 203 pixels
Beleggingen
201 x 203 pixels
Aandeelhoudervergaderingen
201 x 203 pixels
4,9
196
Beloningsvoorstellen
201 x 203 pixels
15,5
miljard
Vermogensbeheerders
die gescreend zijn op
aandacht voor ESG
Vermogensbeheerders
201 x 203 pixels
4.500
1
Uitgangspunten
Verantwoord beleggen
De pensioenpremies die APG voor zijn klanten beheert,
worden zodanig belegd dat ze een zo goed mogelijk
rendement opleveren tegen een aanvaardbaar risico.
Verantwoord beleggen draagt eraan bij dat deelnemers nu
en in de toekomst een goed pensioen kunnen krijgen.
1.1 ESG-factoren
Om goed te kunnen beleggen, wil APG de kansen en
risico’s van zijn beleggingen zo duidelijk mogelijk in beeld
hebben. Bij de beleggingsbeslissingen gaat het niet alleen
af op financiële prestaties en bedrijfsprocessen, maar kijkt
het ook of bedrijven beschikken over een goed milieu- en
sociaalbeleid en of zij goed bestuurd worden. Dit zijn de
zogenoemde ESG-factoren: environment, social en
governance. APG wil weten wat de ’risico’ s en de kansen
zijn van zijn beleggingen op deze terreinen en laat dit
meewegen bij de beleggingsbeslissingen.
1.2 Geïntegreerd
in het beleggingsproces
APG belegt het pensioenvermogen van zijn klanten in
verschillende beleggingsproducten zoals aandelen,
obligaties, vastgoed, infrastructuur, private equity, hedgefondsen en grondstoffen. In overleg met de klant worden
de vermogens verdeeld over verschillende portefeuilles die
allemaal een eigen beleggingsstrategie kennen. Verantwoord beleggen is onderdeel van elke strategie maar wordt
op maat uitgevoerd. De invloed van milieu, sociale factoren
en goed bestuur wordt als onderdeel van de beleggingsprocessen continu geanalyseerd en beoordeeld omdat ze
de financiële prestaties van de beleggingen op de lange
termijn kunnen beïnvloeden, zowel negatief als positief.
1.3 Heldere verwachtingen
Voor al zijn beleggingen heeft APG heldere verwachtingen
geformuleerd, in aansluiting op nationale en internationale
regelgeving. In de eerste plaats zijn dat de Nederlandse
wetten en de internationale verdragen die Nederland
geratificeerd heeft. Verder moeten de bedrijven waarin
belegd wordt, handelen in lijn met de richtlijnen voor
verantwoord ondernemen van de Verenigde Naties (Global
Compact). Hierbij gaat het om de fundamentele mensen-
3
rechten, arbeidsrechten, milieumaatregelen en het
tegengaan van corruptie.
Belangrijk zijn ook de richtlijnen voor multinationale
ondernemingen en de principes voor goed ondernemingsbestuur van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en de bestuursrichtlijnen
van het Internationale Corporate Governance Netwerk,
een samenwerkingsverband van marktpartijen dat goed
ondernemingsbestuur bevordert.
APG heeft verschillende instrumenten en procedures
ontwikkeld om te kunnen beoordelen of bedrijven hieraan
voldoen. Zo niet, dan kan dat het begin zijn van een
intensief dialoogtraject dat in het uiterste geval kan leiden
tot uitsluiting. Dat gebeurt wanneer een bedrijf in strijd
handelt met de Global Compact-afspraken, er niet in
slaagt zijn gedrag te verbeteren, en er ook geen zicht is op
verbetering in de toekomst. Uitsluiting betekent dat APG
niet langer in een bedrijf belegt. Dit is een laatste stap die
bij hoge uitzondering gezet wordt, al was het maar omdat
op een verkochte onderneming geen invloed meer
uitgeoefend kan worden.
1.4
Een betrokken belegger
Als betrokken belegger onderhoudt APG intensief contact
met de bedrijven en fondsen waarin het belegt. Op die
manier is het niet alleen op de hoogte van de risico’s en
kansen, maar kan het indien nodig de bedrijven ook
bevragen over de uitvoering van hun strategie. Dit geldt
zowel voor de beursgenoteerde ondernemingen, als voor de
externe fondsen die de niet-beursgenoteerde beleggingen
beheren. Alhoewel APG’s rol in beide categorieën niet
helemaal dezelfde is, toont het zich overal een actieve en
betrokken speler die niet alleen heldere verwachtingen
formuleert over de wijze waarop de pensioenvermogens
belegd worden, maar ook zijn invloed aanwendt om andere
marktpartijen tot verantwoord beleggen aan te sporen.
1.5
OESO-contactpunt erkent inzet APG
Eind 2012 dienden verschillende maatschappelijke
organisatie een klacht in tegen APG bij het Nationaal
Contactpunt, een onafhankelijk orgaan dat erop moet
toezien dat Nederlandse bedrijven zich aan de OESO-
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
richtlijnen houden. Daarbij ging het over de vraag hoe
ver de verantwoordelijkheid als verantwoord belegger
strekt voor pensioenfondsen en pensioenuitvoerders. De
klagende partijen, waaronder ontwikkelingsorganisatie
Both Ends en de Stichting Onderzoek Multinationale
Ondernemingen (SOMO), stelden dat APG actiever moest
optreden bij staalbedrijf POSCO. Deze Zuid-Koreaanse
onderneming, waarvan APG een klein percentage van de
aandelen bezit, investeert in het oosten van India miljarden
in een fabriek, mijnen, spoorlijnen en een haven. Voor dit
megaproject moeten volgens sommige organisaties ter
plekke zo’n 20.000 mensen verhuizen. Bij protesten
kwamen drie mensen om het leven.
Het Nederlandse OESO-contactpunt oordeelde in
september 2013 dat APG voldoende zijn verantwoordelijkheid had genomen door POSCO aan te spreken op zijn
bedrijfspraktijk en duurzaamheidsbeleid. Ook had APG in
India de activiteiten van POSCO bezocht en gesprekken
gevoerd met de lokale autoriteiten en de politie en daarin
naar voren gebracht dat het schenden van mensenrechten
niet toelaatbaar is.
POSCO heeft laten weten dat het wil meewerken aan een
onderzoek ter plekke door een onafhankelijke instantie,
zoals voorgesteld door APG en de maatschappelijke organisaties die met hun klacht naar het Nationaal Contactpunt
waren gestapt. APG zal de ontwikkelingen in de gaten
houden en de dialoog met de onderneming, die al sinds
2009 gaande is, voorzetten.
1.6
Milieu-voetafdruk van beleggingen
Klimaatverandering is een belangrijk onderwerp voor een
langetermijnbelegger als APG omdat het een enorme
invloed kan hebben op de waarde van de beleggingen,
zowel direct als indirect. In 2013 heeft APG een uitgebreide
analyse gemaakt van de CO2-voetafdruk van de bedrijven
in de aandelenportefeuille. Voor elk bedrijf is (op basis van
cijfers over 2011) bekeken hoe hoog de uitstoot is, waarna
berekend is welk deel daarvan voor rekening van APG komt
gezien het percentage van de aandelen dat APG in bezit
heeft. Van de totale uitstoot van 35 miljoen ton CO2 is
ongeveer 90 procent afkomstig van nutsbedrijven,
fabrieken en elektriciteitscentrales die samen zo’n dertig
4
procent van de aandelenportefeuille uitmaken. Dat de
absolute uitstoot van de beleggingen in de afgelopen jaren
toegenomen is, komt vooral doordat de omvang van de
beleggingen gegroeid is. De uitstoot per euro belegd
vermogen is de afgelopen vier jaar gedaald.
Een direct verband tussen de CO2-uitstoot van een bedrijf
en zijn financiële prestaties is niet ontdekt. Dit was ook niet
verwacht gezien de lage prijs die momenteel voor uitstootrechten betaald moet worden. Mocht de prijs stijgen, dan
kan dat wel ten koste gaan van de bedrijven met een
hogere uitstoot. CO2-emissie blijft dan ook een factor om
in de gaten te houden om de risico’s van de beleggingen
te beheersen.
Het energieverbruik van de beleggingen in vastgoed is
in 2013 met bijna 5 procent afgenomen, althans van
dat deel dat meedoet aan de Global Real Estate
Sustainablity Benchmark (GRESB). Zo’n twee derde van
APG’s vastgoedportefeuille (198 beleggingen) rapporteert
inmiddels aan deze duurzaamheidsvergelijker die mede
door APG is opgericht. Hierdoor heeft APG inzicht in
meer dan 50 duurzaamheidsindicatoren van zijn
vastgoedbeleggingen waaronder het totale energieen waterverbruik, de CO2-uitstoot en de afvalstromen.
Energie-, water- en CO2-reductie van deze beleggingen
zijn zowel op geaggregeerd niveau als per manager te
volgen.
Gemiddeld zitten APG’ s beursgenoteerde vastgoedbeleggingen die langer dan drie jaar worden aangehouden,
op het niveau van de zogenoemde Green Stars, de hoogste
categorie in de GRESB-benchmark. Daarmee ligt het
APG-gemiddelde beduidend hoger dan de gemiddelde
prestatie van alle 119 beursgenoteerde vastgoedondernemingen die in 2013 aan GRESB rapporteerden en die op
het niveau van de Green Talk zitten. Op een na slaagden
alle Green Stars van APG erin om hun energieconsumptie
te reduceren.
Het gemiddelde van APG’s beursgenoteerde vastgoedportefeuille (selection average)scoort binnen GRESB beter
dan het gemiddelde van vergelijkbare vastgoedbeleggingen,
bestaande uit 119 beursgenoteerde vastgoedondernemingen
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
(benchmark average). Het assenstelsel waarop GRESB
de beleggingen positioneert, is gebaseerd op een groot
aantal metingen die samen antwoord geven op twee
hoofdvragen: in hoeverre is er sprake van een duurzaamheidsbeleid en in welke mate wordt dat in de praktijk
gebracht? De zogenoemde Green Starters scoren op
beide vragen laag, de Green Stars hoog.
1.7 Passend personeelsbeleid
Als bedrijven hun personeelsbeleid op een goede manier
inrichten, lijkt dat een positief effect te hebben op hun
succes op de lange termijn. Die conclusie kwam naar voren
uit een uitgebreid onderzoek dat een specialist van het
S&G-team dit jaar samen met een portefeuillemanager
uitvoerde. Zij spraken hiervoor zo’n twintig grote Europese
bedrijven uit de consumentensector en maakten gebruik
van wetenschappelijk onderzoek.
De wijze waarop een bedrijf zijn personeelsbeleid heeft
vormgegeven en zijn medewerkers aanstuurt, geeft een
goede indicatie voor het mogelijke succes van een onderneming om haar lange termijndoelen te bereiken. Vandaar
dat APG bij de analyses van bedrijven vaker ook vragen op
dit terrein meeneemt. Beschikt het huidige personeelsbestand over de capaciteiten die nodig zijn om de lange
termijnstrategie succesvol te kunnen uitvoeren? Hoe zorgt
een bedrijf ervoor dat het zijn talentvolle medewerkers
behoudt en verder ontwikkelt? Hoeveel investeert het in
trainingen? Wat is de betrokkenheid van medewerkers bij
een onderneming, hoe staat het met hun gezondheid,
hoe hoog is het verloop? Hoe zijn de arbeidsverhoudingen?
Aan het eind van 2014 zal APG evalueren in hoeverre deze
informatie de portefeuillemanagers heeft geholpen bij
het maken van betere analyses.
1.8 Het S&G-team
APG heeft een Sustainability and Governance Team
van negen specialisten op het terrein van duurzaamheid
en ondernemingsbestuur, dat verantwoordelijk is voor de
advisering over het verantwoord beleggingsbeleid en de
beleggingsteams ondersteunt bij de implementatie
daarvan in alle beleggingscategorieën.
5
Claudia Kruse is managing director. Ze leidt het S&G team
om ervoor te zorgen dat de uitvoering van het beleid
verantwoord beleggen plaatsvindt in alle beleggingscategorieën en is betrokken bij verschillende engagements
op bestuursniveau. Voordat ze in 2009 bij APG in dienst
trad, werkte ze in Londen waar ze zich zowel aan de kant
van de zakenbanken als van de institutionele beleggers
bezighield met verantwoord beleggen. Claudia is bestuurslid van Eumedion, de Nederlandse vereniging van institutionele beleggers en voorzitter van de commissie van het
International Corporate Governance Network dat meer
aandacht probeert te krijgen voor geïntegreerde verslaggeving.
Mirte Bronsdijk is corporate governance specialist en
werkt sinds 2009 bij APG. Ze richt zich vooral op de
besluitvorming in en om aandeelhoudersvergaderingen,
heeft het stembeleid verder ontwikkeld en is betrokken bij
dialoog- en engagementactiviteiten met ondernemingen
over corporate governance wereldwijd. Mirte neemt deel
aan consultaties waarin zij de APG-visie uitdraagt over
Nederlandse en Europese beleidsvorming rond corporate
governance.
Terhi Halme werkt als senior duurzaamheidsspecialist bij
APG sinds oktober 2013. Zij is verantwoordelijk voor het
verder integreren van ESG-factoren in de kwantitatieve
beleggingsstrategieën waarbij in 2013 belangrijke stappen
zijn gezet. Terhi werkt ruim tien jaar in de beleggerswereld.
Voordat ze bij APG in dienst trad, was ze adviseur verantwoord beleggen bij pensioenuitvoerder PGGM en daarvoor
co-hoofd van de afdeling aandelenonderzoek van
Financiële Diensten Amsterdam, een adviesbureau voor
professionele beleggers.
Marta Jankovic is senior duurzaamheids- en governancespecialist bij APG sinds 2012. Ze is verantwoordelijk voor de
integratie van ESG in de alternatieve beleggingen zoals de
hedgefondsen, private equity en grondstoffen. Voordat ze
bij APG kwam, werkte Marta ruim tien jaar in de wereld van
de investeringsfondsen, onder meer als juridisch adviseur
voor SVG Advisors in Londen. Martha is medevoorzitter van
het rondetafeloverleg over verantwoord investeren van de
Europese vereniging van durfkapitalisten (EVCA).
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
YK Park is als senior duurzaamheidspecialist verantwoordelijk voor de integratie van ESG-factoren in APG’s Aziatische
beleggingen, in alle beleggingscategorieën. Vanuit het
kantoor in Hong Kong leidt ze de dialoog met Aziatische
bedrijven. Ze vertegenwoordigt APG in de Asian Corporate
Governance Organisation. YK heeft ruim tien jaar ervaring
als beleggingsanalist voor internationale investeringsbanken in Zuid-Korea en werkte voor de Association for
Sustainable & Responsible Investment in Asia.
Anna Pot is als senior duurzaamheidsspecialist verantwoordelijk voor het uitsluitingenbeleid en de engagementactiviteiten rondom sociale thema’s. Met beursgenoteerde
en private bedrijven spreekt zij regelmatig over mensenrechten, het belang van effectieve stakeholderrelaties en
goede arbeidsomstandigheden. Voor Anna in 2008 in
dienst trad bij APG, was ze manager van een duurzaam
beleggingsfonds bij ING en programmamanager bedrijven
en mensenrechten bij Amnesty International.
David Shammai werkt sinds medio 2013 als senior
corporate governance specialist bij APG. Hij houdt zich
bezig met engagementactiviteiten rondom ondernemingsbestuur. David vertegenwoordigt APG in samenwerkings-
6
verbanden zoals de verenigingen van institutionele
beleggers in de Verenigde Staten (CII) en in Rusland (IPA).
Voordat hij bij APG in dienst trad, werkte David onder meer
als consultant voor Hewitt en KPMG in Londen waar hij
gespecialiseerd was in beloningsbeleid voor bestuurders.
Erik-Jan Stork werkt sinds 2008 als senior duurzaamheidspecialist bij APG. Hij is verantwoordelijk voor de integratie
van milieu- en sociale factoren in het beleggingsproces
voor beursgenoteerde aandelen en bedrijfsobligaties. Als
klimaatspecialist zit hij in het bestuur van de Institutional
Investor Group on Climate Change en gaat actief de
dialoog aan met beleidsmakers over klimaatbeleid. Eerder
was hij werkzaam bij KPMG en Shell.
Sander Paul van Tongeren werkt sinds 2009 als senior
duurzaamheidspecialist bij APG en is verantwoordelijk voor
alle duurzaamheidskwesties binnen de beleggingscategorie
vastgoed en infrastructuur. Hij is de drijvende kracht achter
de ontwikkeling van de duurzaamheidsvergelijker voor
vastgoedbeleggingen: de Global Real Estate Sustainability
Benchmark. Eerder was hij werkzaam bij Diageo, Corporate
Express en ING, onder andere als manager van vastgoedfondsen.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
2
2.1
De beleggingscategorieen
Integratie in het beleggingsproces
APG heeft verschillende instrumenten ontwikkeld
waarmee portfoliomanagers de duurzaamheidsinformatie
van de beleggingen effectief in kaart kunnen brengen.
Die informatie is van belang bij zowel het besluit om al dan
niet in een bedrijf te beleggen (en hoeveel), als in de gehele
periode waarin een bedrijf in een van de portefeuilles zit.
ESG-factoren spelen daardoor een belangrijke rol bij de
dagelijkse beleggingsbeslissingen.
Sommige instrumenten zijn helemaal toegesneden op
de specifieke behoefte van een bepaalde portefeuille,
andere zijn in alle beleggingscategorieën toepasbaar. De
landenrisicometer, die gemaakt is in samenwerking met
onderzoeksbureau Sustainalytics, geeft alle portefeuillemanagers (en het team dat de beleggingsstrategie
ontwikkelt), zicht op de risico’s van landen waar het gaat
om duurzaamheid en goed bestuur. Het uitsluitingsbeleid
geldt ook voor de gehele portefeuille. Van alle beleggingen
verwacht APG dat ze handelen in lijn met de afspraken
die in VN-verband gemaakt zijn over hoe bedrijven
moeten omgaan met mensenrechten, arbeidsrechten,
corruptie en milieu.
Ook via de vormgeving van de beleggingsprocessen
zorgt APG ervoor dat binnen de verschillende portefeuilles
aandacht voor milieu, sociaal beleid en goed bestuur
gegarandeerd is. Als onderdeel van de zogenoemde
CIP-procedure worden voorstellen voor nieuwe beleggingen in niet-beursgenoteerde ondernemingen en nieuwe
mandaten voor externe managers beoordeeld door het
S&G-team. De voorstellen die in het Committee on
Investment Proposals (CIP) besproken worden, worden
vooraf gescreend op ESG-factoren die gevolgen kunnen
hebben voor de waarde van de belegging of schadelijk
kunnen uitpakken voor de reputatie van APG of een van
zijn klanten. Het S&G-team kan niet alleen positief of
negatief adviseren maar formuleert ook voorwaarden
die opgenomen worden in de overeenkomsten die de
basis vormen van de nieuwe investeringen. Daarbij gaat
het bijvoorbeeld om rapportageverplichtingen en aanvullende duurzaamheidseisen.
7
2.2
Twee nieuwe modellen
APG heeft in 2013 twee nieuwe modellen aan het
instrumentarium kunnen toevoegen: het Risicowaarderingsmodel duurzaamheid en goed bestuur en het
Quant-model voor ESG.
Risicowaarderingsmodel duurzaamheid en goed bestuur
Binnen de aandelenportefeuille met zo’n 400 Europese
bedrijven (Europese Fundamentele strategieën) heeft APG
in 2013 een nieuwe manier ontwikkeld om beter in te
schatten in hoeverre de waarde van een belegging reageert
als gevolg van problemen op een van de ESG-terreinen
(milieu, sociaal beleid en goed bestuur). Daarbij wordt
gekeken naar de risico’s die bedrijven lopen, de kans dat
die risico’s optreden en de gevolgen ervan voor de waarde
van de aandelen. Bij oliebedrijven gaat het bijvoorbeeld om
de vragen hoe waarschijnlijk het is dat er een milieuramp
optreedt en wat de gevolgen daarvan kunnen zijn voor
de ondernemingswaarde, gebaseerd op ervaringen met
rampen in het verleden. Duurzaamheidsrisico’s en
financiële risico’s zijn op deze manier geïntegreerd in
één analyse. Op basis van de uitkomst vergroot of verkleint
APG de aan het bedrijf toegekende waarde. Omdat dit
model een diepgaande kennis van bedrijven en een
gedegen analyse vereist, wordt het alleen bij de grotere
beleggingen gebruikt en bij beleggingen waarvan op
voorhand het duurzaamheidsrisico hoog wordt ingeschat.
Het ESG-model voor Quant
Het totale aandelenbezit is verdeeld over verschillende
beleggingsportefeuilles waarvan er één, met zo’n 1.500
bedrijven, beheerd wordt met behulp van econometrische
modellen (de kwantitatieve aandelenstrategieën). Het
team dat hiervoor verantwoordelijk is, heeft een belangrijke
stap gezet in de ontwikkeling van het zogenoemde
ESG-model voor Quant dat het mogelijk moet maken
om elementen van duurzaamheid en goed ondernemingsbestuur een explicietere rol te laten spelen in het
beleggingsproces.
Het quant-team dat voor het beheer van deze portefeuille
verantwoordelijk is, heeft in 2013 samen met het S&Gteam onderzocht hoe de manier waarop een onderneming
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
bestuurd wordt, samenhangt met het lange-termijnrendement. Voor ruim 4.000 bedrijven is in kaart gebracht hoe
ze scoren op zo’n 200 verschillende criteria van goed
ondernemingsbestuur (variërend van beleid om kinderarbeid te voorkomen tot anti-corruptiemaatregelen) en
hoe deze scores samenhangen met de beurskoersen van
de afgelopen zeven jaar. Belangrijkste conclusie: het rendement op de lange termijn hangt niet samen met wat een
bedrijf zegt over zijn bestuur maar wel met hoe het zijn
bestuur daadwerkelijk heeft ingericht. Verder toont het
goed presteren op sommige van deze 200 onderdelen een
duidelijke positieve samenhang met het aandelenrendement op de lange termijn, terwijl bij andere onderdelen
die samenhang volstrekt ontbreekt.
Met de uitkomsten van dit onderzoek is de basis gelegd
voor het zogenoemde ESG-Quantmodel dat het mogelijk
moet maken om elementen van duurzaamheid en goed
ondernemingsbestuur (ESG) expliciet aandacht te geven in
de beleggingsbeslissingen. In een van de strategieën die het
team beheert, is dat al gebeurd. ESG-factoren die samenhangen met een positief langetermijnrendement leveren
een wezenlijke bijdrage aan het bepalen van de rendementsverwachting van individuele aandelen en beïnvloeden
hiermee direct de aan- en verkoopbeslissingen.
Het team achter de kwantitatieve aandelenstrategieën
onderzoekt nu samen met het S&G-team hoe ook
milieu- en sociale factoren een grotere plek kunnen krijgen
in dit ESG-model voor Quant.
Hoe APG de duurzaamheidsprestaties kent van zijn
beleggingen staat hieronder aangegeven per beleggingscategorie.
2.3 Aandelen in eigen beheer
Alle portefeuillemanagers hebben toegang tot het in eigen
huis ontwikkelde ESG Dashboard dat in een oogopslag laat
zien hoe een bedrijf scoort op milieu- en sociaal beleid en
goed ondernemingsbestuur. In het dashboard staan verder
het stemgedrag van APG bij het bedrijf, de correspondentie
die ermee gevoerd is en de gesprekken die hebben plaatsgevonden. Ook staan er analyses in van drie onafhankelijke
onderzoeksbureaus.
8
Het ESG bedrijfsrisico’s vergelijkingsprofiel dat APG
heeft ontwikkeld met dataleverancier Bloomberg, geeft
portefeuillemanagers inzicht in trendmatige ontwikkelingen zoals het energiegebruik in opeenvolgende jaren,
CO2-uitstoot en het aantal dodelijke ongelukken. Via dit
model dat in 2013 geïmplementeerd werd, kunnen de
prestaties van een bedrijf vergeleken worden met die van
sector- en branchegenoten.
Het in 2013 geïntroduceerde Risicowaarderingsmodel
duurzaamheid en goed bestuur geeft zicht op de mate
waarin de waarde van een belegging wordt beïnvloed als
gevolg van risico’s en kansen op een van de ESG-terreinen.
Het ESG-model voor Quant, waarvoor APG in 2013 de basis
heeft gelegd, maakt het eenvoudiger om ESG-factoren een
rol te laten spelen bij beleggingsbeslissingen in de omvangrijke portefeuille die vooral beheerd wordt met behulp van
kwantitatieve modellen.
2.4 Aandelen externe managers
Zo’n 20 procent van de beleggingen in aandelen wordt
beheerd door ruim 30, vooral grotere, vermogensbeheerders: de externe managers. Voordat een nieuw samenwerkingsverband met een externe manager wordt aangegaan,
maakt APG uitgebreide analyses. Afspraken over onder
meer het uitsluitings- en stembeleid worden vastgelegd.
Vervolgens is er tijdens de hele samenwerkingsperiode
intensief contact met hen over hoe zij inhoud geven aan
verantwoord beleggen.
In 2013 is uitgebreid onderzocht waar deze externe
managers staan als het gaat om verantwoord beleggen.
Op zeven verschillende terreinen is gekeken wat hun beleid
is en wat ze doen in de praktijk, waarna ze op elk van die
terreinen zijn gepositioneerd in een overzicht met vijf stadia
van ontwikkeling (zie figuur). Op deze manier heeft APG
een goed overzicht gekregen van hoe ver de managers zijn
met bijvoorbeeld de integratie van ESG-factoren in hun
investeringsbeslissingen, wat ze doen aan engagements
en aan communicatie met hun klanten. APG zal deze
analyse elk jaar herhalen en de uitkomsten gebruiken bij
de jaarlijkse evaluatie van de externe managers om te
kijken hoe ze zich verder kunnen ontwikkelen.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
2.8
Hoe bepaalt APG waar externe
managers staan bij de ESG-integratie?
RI Policy
Reporting
5
4
3
2
1
0
Industry initiatives
and collaboration
Approach to
Engagement
Examples
Integration
Governance
of RI
2.9
Integration in
Investment Process
manager A
manager B
manager C
Vastgoed
APG eist van alle nieuwe, niet-beursgenoteerde vastgoedbeleggingen dat ze voor de hele beleggingsperiode meedoen aan de duurzaamheidsvergelijking voor vastgoed die
APG heeft helpen opzetten (Global Real Estate Sustainability Benchmark). Dit betekent een toetsing vooraf en een
jaarlijkse meting van de duurzaamheidsprestaties. Waar
nodig wordt een dialoog gestart om de prestaties te
verbeteren. Ook aandacht voor goed bestuur is integraal
onderdeel van dit proces. Doordat APG wereldwijd een van
de grootste beleggers in vastgoed is, is het een invloedrijke
gesprekspartner voor deze sector.
Infrastructuur
APG heeft het initiatief genomen om samen met andere
grote beleggers een nieuw duurzaamheidsmeetinstrument
voor infrastructuur te ontwikkelen dat zich zou kunnen
ontwikkelen tot een wereldwijde standaard. Dit helpt
APG om beter zicht te hebben op de prestaties van de
beleggingen in infrastructuur.
2.10 Hedgefondsen
2.5
Staatsobligaties
De Landenrisicometer wordt door de portefeuillemanagers
gebruikt bij de analyse van kansen en risico’s van de
beleggingen in staatsobligaties. APG belegt niet in landen
waarvoor de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een
wapenembargo heeft afgekondigd. Eind 2013 staan tien
landen op de uitsluitingslijst.
2.6
Bedrijfsobligaties
Alle portefeuillemanagers hebben toegang tot het door
APG ontwikkelde ESG Dashboard dat in een oogopslag laat
zien hoe een bedrijf scoort op milieu- en sociaal beleid en
goed ondernemingsbestuur. De portefeuillemanagers
nemen in de beleggingsvoorstellen de duurzaamheidsscores op. Als die lager zijn dan de scores van vergelijkbare
bedrijven, volgt een meer gedetailleerde analyse.
2.7
Inflatie-gecorrigeerde leningen
Alle beleggingsvoorstellen worden beoordeeld door het
S&G-team op duurzaamheid en goed ondernemingsbestuur.
9
APG verwacht van de fondsen dat ze een beleid hebben
met aandacht voor milieu, sociaal beleid en goed bestuur.
APG hanteert hierbij een op maat gesneden aanpak
waarbij de strategie van het fonds voor een belangrijk deel
bepaalt hoe die eisen eruitzien.
APG moedigt hedgefondsen aan lid te worden van de
Hedge Fund Standards Board die transparantie, integriteit
en goed ondernemingsbestuur in de sector promoot. Om
eraan bij te dragen dat hedgefondsen dit een duidelijke
plek geven in hun bedrijfsvoering neemt APG deel aan
een speciale werkgroep van de UN PRI (het internationale
samenwerkingsverband dat verantwoord beleggen
promoot).
Soms besluit APG om toch te gaan samenwerken met
een hedgefondsmanager die nog niet aan alle ESG-eisen
voldoet, mits hij bereid is verbeteringen door te voeren.
Soms ontstaan die verbeteringen als een gevolg van een
engagement met APG. In 2013 besloot APG te beleggen in
een hedgefonds van een manager met wie het in 2011 niet
in zee wilde gaan als co-financier van een project omdat
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
dat fonds onvoldoende scoorde op duurzaamheid en
goed bestuur. Zijn nieuwe fonds kon de toets vooraf wel
doorstaan. Dat was het resultaat van het intensieve
contact dat APG in de tussentijd met de manager had en
dat ertoe leidde dat hij de wereldwijde uitgangspunten voor
verantwoord beleggen (UN PRI) ondertekende en een
eigen duurzaamheidsbeleid opzette.
2.11
Private equity
Private equity-fondsen moeten aantonen dat ze
beleggen volgens de standaarden die APG voor verantwoord beleggen hanteert. Dankzij het nieuwe raamwerk
(Disclosure Framework for Private Equity) dat mede op
initiatief van APG in 2013 ontwikkeld is, is hier beter zicht
op gekomen en wordt de aandacht voor verantwoord
beleggen in de hele sector gestimuleerd. APG eist van alle
private equity-managers dat ze zich houden aan het
uitsluitingsbeleid, een passend beleid voor verantwoord
beleggen hebben en regelmatig verslag uitbrengen over
hun prestaties op dit terrein, zowel op het niveau van hun
hele portefeuille als op dat van de afzonderlijke bedrijven.
In 2013 kon APG een duidelijk stempel zetten op hoe
verschillende private equity-bedrijven invulling geven aan
verantwoord beleggen, onder meer door direct commentaar te leveren op het beleid dat opgezet werd door nieuwe
managers die hun investeringsvoorstellen aan APG
presenteerden. Daarbij ging het onder meer om managers
die naar een ESG-gerelateerde cursus gingen, het instellen
van ESG-commissies met daarin beleggers van een bepaald
niveau, verbeterde communicatie over ESG tussen de
managers van fondsen en de bedrijven in hun fonds.
Gesprekken met de Amerikaanse vermogensbeheerder
Carlyle, die een fors deel van APG’s private equity-beleggingen beheert, leidden ertoe dat Carlyle besloot een
directeur duurzaamheid aan te stellen. Het is een nieuwe
functie die de vermogensbeheerder in 2013 heeft gecreëerd
op aandringen van APG. Carlyle was een van de eerste
grote investeerders in de zogenoemde alternatives
(niet-beursgenoteerde beleggingen) die aandacht voor
duurzaamheid en goed ondernemingsbestuur (ESG)
integreerde in de investeringsbeslissingen. Carlyle, dat
zo’n 185 miljard dollar aan vermogens beheert, beschouwt
10 ESG niet alleen als goed combineerbaar met waardecreatie, maar ziet het ook als een middel om opbrengsten
te maximaliseren.
2.12 Grondstoffen
Fondsen die beleggen in landen met een verhoogd risico,
moeten niet alleen aantonen dat ze voldoen aan de UN
Global Compact-regels, maar ook aan de meer gedetailleerde regels van de International Finance Corporation
(IFC).
Elke manager die in risicolanden actief is, wordt jaarlijks
bezocht waarbij ook locaties met een verhoogd risico
bekeken worden.
APG stuurt jaarlijks een vragenlijst naar alle managers en
wil direct geïnformeerd worden over belangrijke incidenten
zoals ernstige ongelukken.
Beleggen in grondstoffen gebeurt zodanig dat er geen
prijsopdrijvend effect optreedt, bijvoorbeeld door niet in
fysieke voorraden te beleggen maar in termijncontracten.
Voor het derde jaar achtereen heeft APG de Principles for
Responsible Investment in Farmland toegepast op zijn
landbouwbeleggingen. De managers van de landbouwfondsen hebben gerapporteerd over de implementatie van
deze principes die APG in 2011 samen met institutionele
beleggers heeft opgesteld om duurzaamheid, transparantie
en verantwoording te verbeteren bij het beleggen in
landbouwgrond. Concreet gaat het om: bevorderen van
duurzaamheid, respecteren van mensen- en arbeidsrechten, respecteren van eigendomsrechten van land en
hulpbronnen, handhaven van hoge ethische normen
en het rapporteren hoe deze principes in praktijk worden
gebracht.
Beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde
2.13
In 2013 is APG gestart met het beleggen in ‘green bonds’.
Dat zijn beleggingen die ervoor zorgen dat er meer kapitaal
beschikbaar komt voor duurzame activiteiten als winden zonne-energie, energiebesparing en verantwoorde
land- en bosbouw. Green bonds worden uitgegeven door
fondsen die van duurzaam beleggen hun core business
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
hebben gemaakt, dan wel bedrijven die een deel van
hun activiteiten als duurzaam mogen bestempelen. Voor
institutionele beleggers zijn green bonds een relatief nieuw
product dat voorheen vooral door banken werd aangeboden aan particulieren die hiermee belastingvoordeel
konden krijgen. APG heeft voor zo’n 50 miljoen euro
belegd in green bonds van de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO en het Franse energiebedrijf EDF. Het groene
karakter van de green bonds is voor APG belangrijk, maar
net als bij de andere beleggingsproducten kijkt het ook hier
in de eerste plaats hoe het verwachte rendement zich
verhoudt tot de risico’s en de kosten.
Verdeling van de beleggingen met
een hoge duurzaamheidswaarde
Obligaties (6%)
Inflatiegecorrigeerde
leningen (6%)
Aandelen (37%)
Hedgefondsen (2%)
Grondstoffen (2%)
Private Equity (5%)
Vastgoed (31%)
APG zoekt al lang actief naar beleggingen die een hoge
duurzaamheidswaarde kennen. Dat zijn activiteiten die
bijdragen aan oplossingen voor klimaatverandering,
waterschaarste, waterovervloed, vervuiling, de behoefte
aan microfinanciering en het verlies van leefgebieden of
diersoorten. Ook hierbij geldt dat ze niet alleen moeten
bijdragen aan duurzame ontwikkeling maar ook aan een
goed rendement.
Eind 2013 was ongeveer 15,5 miljard euro hierin belegd.
Dat komt overeen met 4,5 procent van het totale belegd
vermogen, ongeveer evenveel als in 2012. In sommige
beleggingscategorieën zijn meer mogelijkheden voor
duurzame beleggingen dan in andere. Zo valt 25 procent
van de vastgoedportefeuille eronder. In de infrastructuurportefeuille is ongeveer een derde van het vermogen
belegd in bijvoorbeeld waterzuivering, afvalverwerking,
rails, scholen, zieken- en verzorgingshuizen.
11
Infrastructuur (11%)
In hernieuwbare energie is ongeveer 1 miljard belegd in
verschillende beleggingscategorieën. Daarbij gaat het niet
alleen om directe investeringen in windparken, zonnepanelen en waterkracht maar bijvoorbeeld ook om
obligaties van bedrijven die in duurzame energie investeren.
APG heeft geen nieuwe investeringen in duurzame energie
of infrastructuur kunnen toevoegen in 2013. Er zijn te
weinig investeringsvoorstellen langsgekomen die aan de
kwaliteitseisen voldeden.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
3
Invloed van APG
3.1
Dialoog met bedrijven en fondsen
APG is voortdurend in gesprek met de bedrijven en
fondsen waarin het belegt, om ze zo goed mogelijk te
kennen. Hierdoor blijft het op de hoogte van de laatste
ontwikkelingen. Bedrijven worden aangesproken als er
zorgen zijn over de duurzaamheid van de bedrijfsvoering of
de bestuurspraktijk. Dit gebeurt op verschillende manieren,
variërend van het geven van een mening en het stemmen
op aandeelhoudersvergaderingen tot het starten van een
intensiever proces dat als doel heeft om het gedrag van
een bedrijf te beïnvloeden. Dat laatste wordt ‘engagement’
genoemd en kan verschillende vormen aannemen
afhankelijk van het bedrijf, de aard en omvang van de
belegging en het onderwerp dat speelt. APG trekt hierbij
vaak samen op met andere institutionele beleggers, al
dan niet binnen een formeel samenwerkingsverband.
3.2 3.3 Alle
Aantal gesprekken met bedrijven
naar onderwerp
Keuzes maken om effectief te zijn
Om effectief te kunnen optreden, moet APG kiezen
met welke bedrijven het een dialoog wil aangaan. De
activiteiten concentreerden zich in 2013 op de volgende
gebieden: energie en klimaatverandering, verstandig
personeelsbeleid, geïntegreerde verslaggeving en bestuurssamenstelling en -beloning. Daarnaast was er aandacht
voor de UN Global Compact-thema’s: mensenrechten,
arbeidsrechten, corruptie en milieu.
In de eerste plaats treedt APG in dialoog over onderwerpen
op het terrein van milieu, sociaal beleid en goed bestuur
die niet alleen maatschappelijk relevant zijn maar duidelijk
ook de waarde van de beleggingsportefeuille kunnen
beïnvloeden. Dit betreft belangrijke strategische zaken
zoals de samenstelling van een bestuur of operationele
factoren met een langetermijnbelang. Duidelijke
voorbeelden zijn: het energieverbruik terugdringen en
het personeelsbeleid verbeteren.
Om resultaten te kunnen boeken met een engagement,
worden keuzes gemaakt op basis van de ernst en de aard
van een issue. Relevant zijn ook de omvang van het belang
in een onderneming, de grootte van de belegging en de
potentiële invloed van de kwestie op de bedrijfsprestaties
en de waarde van de belegging.
12 dialogen van 2013
In 2013 sprak APG met 196 verschillende bedrijven over
onderdelen van verantwoord beleggen. Het thema dat
daarbij het meest aan de orde kwam, was goed bestuur
(192 keer). Milieu- en sociale onderwerpen werden ook
vaak besproken (67 en 71 keer). De bedrijven waarmee
gesproken is, staan in het onderstaande overzicht. Over de
dialogen van de bedrijven in het blauw is verderop in het
verslag informatie beschikbaar.
67
Milieu
71
192
Sociaal beleid Goed bestuur
Milieu
Alstom, Alstria, ArcelorMittal, BG, BMW, BP, BT, Clariant,
Colgate Palmolive, Corio, Deutsche Telekom, DRAX, E.ON,
EDP, Exxon, Felda Global Ventures, France Telecom /
Orange, GasNatural, GDF/Suez, Host Hotels, IOI Corp.,
Johnson Controls Inc, KLK Kepong, KPN, Land Securities,
Mondelez International, PGNiG, Philips, PKN Orlen,
Portugal Telecom, Procter & Gamble, Reckitt Benckiser,
Renault, REPSOL, Schneider Electric, Severstal, Shell,
Sime Darby, Total, Unibail-Rodamco, VastNed, Veolia,
Volkswagen, Wereldhave, Wilmar International.
Sociaal beleid
Ahold, Alcatel Lucent, Anglo American, Anglogold Ashanti,
Apple, AvalonBay Communities, BP, BT, Bunge, Carrefour,
Casino, CEZ, Danone, Deutsche Post DHL, Gazprom OAO,
Gold Fields, Heineken, Hospira, KLK Kepong, Larson&
Tubro, Mahindra&Mahindra, Marks&Spencer, MTN
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
Telecom, Nestle, NetApp, Onex Corporation, Philips,
POSCO, Samsung Electronics, Tata Power, Telenor, TEPCO,
Transocean, Unilever, Vedanta, Westfield, Woolworths.
kleine aanhouder, verstandig personeelsbeleid en mensenrechten en corruptie.
3.4
Goed bestuur
ACC, Aegon, Aeon Mall, Agricultural Bank of China, Ahold,
AkzoNobel, Alstom, Altarea, AMEC, American Express,
AMS, Anadarko, Arkema, Asahi Group Holdings, ASML,
Assicurazioni Generali, Assurant, Bajaj Auto, Balfour
Beatty, Banco Santander, Bank of China (HK), Barclays,
Barrick Gold Corporation, BBVA, Bharat Heavy Elec., BHP
Billiton, BinckBank, British Land, Britvic, Capital & Counties
Properties, Capital Shopping Centres, Carrefour, Chevron,
China Mobile, China Telecom, Clariant, CLP, Colgate India,
Commerzbank, Commonwealth REIT, Compagnie
Financière Richemont, Conocophilips, Corio, D.E. Master
Blenders 1753, Dai-Ichi Seiko, Daimler, Derwent, Deutsche
Bank, Deutsche Euroshop AG, E.ON, Enel, Exxon, Fiat
Industrial, Foncière des Régions, Fugro, GlencoreXstrata,
Goldman Sachs, Grasim, Great Portland, GSW, Hammerson,
Heineken, HSBC, Hyundai Motor, Iberdrola, ITC, KB
Financial Group, Kenedix, KEPCO, Kingfisher, KPN, Legal
& General, Lenovo, LG Chem, LG Display, LG Electronics,
Link REIT, Lloyds Banking Group PLC, LondonMetric, Lupin,
Mitsbishi Estate Group, Mobile TeleSystems OJSC, Novartis,
Olympus, Oracle, Orpea, Pernod-Ricard, Petrobras,
PetroChina, Philips, Pirelli, POSCO, PostNL, Prudential,
Prysmian, Randstad, Reckitt Benckiser, Renault, Repsol,
Resona, Rostelecom, Saipem, Samsung C&T, Samsung
Electronics, Samsung Life Insurance, SAP, Sberbank,
Schneider Electric, Segro, Shaftesbury, Shinhan Financials,
Siemens, Simon Property Group, SK Hynix, SK Innovation,
SKT, SL Green, Snam, Sterlite Ind., Swiss Re, Tanger Factory
Outlet Centers, Tata Steel, Telecom Italia, TEPCO, Time
Warner, TNT Express, Toyota, Total, Transocean, UBS,
Unicredit, Unilever, Valeo, Van Lanschot, Vastned, Ventas,
Veolia, Vinci, Viscofan, Vivendi, Vivus, VTB Bank, Wereldhave.
De 330 dialogen die APG in 2013 voerde met 196
bedrijven, gingen over verschillende onderwerpen.
Hieronder enkele voorbeelden verdeeld over de volgende
onderwerpen: beloningsbeleid, verantwoord omgaan met
milieu en energie, bescherming van de positie van de
13
Dialogen over beloningsbeleid
APG vindt dat bonussen voor bestuurders aan voorwaarden
moeten voldoen. Zo moet helder zijn waarvoor ze worden
uitgekeerd en kunnen ze alleen gegeven worden voor
bovengemiddeld goed presteren. Bedrijven die daarvan
willen afwijken, moeten dat kunnen verantwoorden. Als
beloningsvoorstellen niet aan deze voorwaarden voldoen,
probeert APG ze soms te veranderen voordat ze op de
aandeelhoudersvergadering in stemming komen.
Heineken
Voorbarige bonussen voor Aziatische overnames De bonussen
van respectievelijk 1,5 en 2,5 miljoen euro die Heineken
begin 2013 wilde toekennen aan de CFO en de CEO
vanwege de overname van Asia Pacific Brewery waren
voorbarig omdat helemaal niet zeker was of die overname
succesvol zou uitpakken. Na aandringen van APG is in de
regeling de mogelijkheid opgenomen om de bonus terug te
vorderen, mocht de overname minder opleveren dan
verwacht.
DE Master Blenders 1753
Aandeelhouders staan buitenspel Verzet was er ook tegen
de speciale beloning van in totaal 10,5 miljoen euro die de
CEO van DE Master Blenders 1753 kreeg bij de verkoop van
het bedrijf aan Joh. A. Benckiser. De beloning paste niet in
het bestaande beleid en de aandeelhouders konden zich er
niet over uitspreken omdat hij verpakt zat in het overnamevoorstel. Daarom stemde APG tegen de decharge van de
commissarissen die de belangen van de aandeelhouders
tekort hadden gedaan door toe staan dat deze beslissingen
als één pakket op de aandeelhoudersvergadering werden
gepresenteerd.
Oracle
Geen steun voor bestuurders vanwege beloningsbeleid Net
als in 2012 stemde APG ook in 2013 tegen de uitvoering
van het beloningsbeleid bij Oracle. Ook onthield het zich
bij de herbenoeming van acht bestuurders. De reden
daarvoor was dat Oracle een optiepakket wilde toekennen
(76 miljoen dollar in 2011 en 109 miljoen in 2012) aan
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
managers die niet meer dan bovengemiddeld presteerden.
Hoewel een meerderheid van de aandeelhouders tegen de
plannen was, kon Oracle ze toch doorvoeren. Wel ging het
bedrijf in gesprek met de ontevreden aandeelhouders,
waaronder APG.
Novartis
Gouden handdruk verminderd APG heeft twee jaar lang
gesproken met het Zwitserse farmaceuticabedrijf Novartis.
Die gesprekken gingen zowel over de gebrekkige informatieverschaffing over bestuurders, als over het beloningsbeleid.
De voorzitter van de Raad van Commissarissen vertrok
met een gouden handdruk waarvan het bedrijf de exacte
hoogte niet bekend wilde maken (in Zwitserland is dat
niet verplicht) maar die naar schatting tussen de 70 en
80 miljoen Zwitserse frank zou liggen. Onder druk van
onder andere APG haalde Novartis dit voorstel van tafel
en presenteerde een nieuwe vertrekregeling waarbij de
vertrekkende topman nog altijd 20 miljoen frank zou
overhouden. De nieuwe bestuursvoorzitter heeft eind
2013 aangekondigd dat hij het bestuur wil verkleinen. De
beloning van de bestuurders gaat met 35 procent naar
beneden.
Simon Property Group
Aanblijfbonus wordt aangepast Een grote bonus waartegen
APG zich in 2013 verzet heeft, was die voor de CEO van
de Simon Property Group. De kritiek betrof niet het
functioneren van de topman maar de regeling. De
Amerikaanse vastgoedonderneming wilde haar CEO
120 miljoen dollar in aandelen geven als hij nog vier jaar
op zijn post zou blijven. Zou hij voortijdig weggaan, dan
kreeg hij nog altijd de helft van dit pakket. Op de aandeelhoudersvergadering stemde slechts een kwart van de
aandeelhouders voor. APG heeft gesproken met de
voorzitter van de beloningscommissie waarna de
beloning werd aangepast.
Shell
Bonussyteem gebaseerd op duurzamere criteria De al jaren
durende dialoog met Shell over zijn beloningsbeleid werpt
eindelijk vruchten af. De olieproducent heeft aangekondigd
dat het de huidige systematiek, waarbij bonussen worden
toegekend op basis van productiegroei, zal vervangen door
14 een systeem gebaseerd op de verhouding tussen opbrengst
en geïnvesteerd vermogen. APG verwacht dat dit ertoe
zal bijdragen dat het bedrijf voorzichtiger wordt met het
investeren in nieuwe grote projecten met alle risico’s van
dien, bijvoorbeeld op milieugebied. Het bedrijf zal zich
meer beperken tot investeringen waarvan de kans groter
is dat ze daadwerkelijk zullen renderen.
Vastgoedondernemingen
Meer duidelijkheid over beoordeling Eind 2013 heeft APG
een brief gestuurd aan alle beursgenoteerde vastgoedondernemingen in Europa om hen duidelijk te maken wat
van een goed beloningsbeleid verwacht wordt. Hierdoor
hebben ze meer inzicht gekregen in hoe ze in 2014 worden
beoordeeld.
3.5
Dialogen over milieu en energie
Wilmar
Verdere verduurzaming palmolieproductie Na bemoeienis
van onder andere APG besloot palmolieproducent Wilmar
eind 2013 zijn productie verder te verduurzamen. Het
bedrijf uit Singapore met grote plantages in Indonesië kon
jarenlang rekenen op forse kritiek van maatschappelijke
organisaties en de lokale bevolking omdat het betrokken
zou zijn bij ontbossing, landroof en grote veenbranden.
Die branden zorgden in Singapore en Maleisië voor grote
rookoverlast en voor een enorme uitstoot van broeikasgassen.
Samen met andere beleggers was APG zo’n twee jaar in
gesprek met Wilmar om te proberen de bedrijfsvoering
te verduurzamen. Om maximale invloed te kunnen
uitoefenen, heeft APG niet alleen het bedrijf zelf maar
ook zijn afnemers benaderd. APG vond dat Wilmar moest
voldoen aan de eisen die producenten, beleggers en
maatschappelijke organisaties hadden vastgesteld in het
rondetafeloverleg over duurzame palmolie. Met zijn nieuwe
beleid gaat Wilmar nog een stapje verder. Het bedrijf wil
niet langer veengronden ontginnen en bijdragen aan
verdere ontbossing. Conflicten met de bevolking wil het
vermijden door betere informatievoorziening en meer
inspraakmogelijkheden. Het nieuwe beleid geldt niet
alleen voor Wilmar zelf, maar ook voor andere palmolieproducenten die aan het bedrijf leveren.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
Drax
Meer gebruik biomassa zorgt voor hogere koersen Dat
verduurzaming financieel aantrekkelijk kan zijn, bewees de
Engelse energieproducent DRAX. Een aantal jaren geleden
had APG zijn aandelen DRAX verkocht omdat het bedrijf
als grootste uitstoter van kooldioxide in Engeland zeer
kwetsbaar was voor milieubeleid in de vorm van hogere
CO2-prijzen. Om te voorkomen dat het hieraan ten onder
zou gaan, besloot DRAX van strategie te veranderen en
zich meer te richten op biomassa. Aanvankelijk had APG
hier flinke bedenkingen bij, onder meer vanwege de
herkomst van de biobrandstof. DRAX slaagde er echter in
om een stevig projectvoorstel te presenteren. Ook maakt
het duidelijk geen hout te zullen gaan gebruiken uit
oerbossen en geen hele bomen te gaan verstoken maar
enkel afvalhout. APG heeft er bij DRAX op aangedrongen
om de herkomst van het hout ook te vermelden in het jaarverslag. Omdat hierdoor het vertrouwen in DRAX weer
toenam, zijn opnieuw aandelen gekocht die niet lang
daarna sterk in waarde stegen.
BP
Verbetering veiligheid op boorlocaties Succesvol was ook
de dialoog met oliemaatschappij BP over veiligheids- en
risicomanagement. Naar aanleiding van de explosie in
2010 op een boorplatform in de Golf van Mexico, waarbij
11 mensen om het leven kwamen en drie maanden lang
een enorme hoeveelheid olie in zee stroomde, is een zeer
intensieve dialoog met het bedrijf gevoerd. Inmiddels is het
bedrijf aan een groot deel van de verwachtingen van APG
tegemoet gekomen. BP heeft meer zicht op wat er precies
op de boorlocaties gebeurt, beloningen zijn beter gekoppeld aan veiligheidsprestaties en er zijn veiligheidsexperts
aangetrokken uit andere sectoren zoals de ruimtevaart en
het leger. In 2013 kondigde BP aan dat het de uitkomsten
van controles door onafhankelijke veiligheidsexperts met
de aandeelhouders zal gaan delen, zoals APG verzocht had.
Deze en andere verbeteringen waren aanleiding om de
belegging in BP aan te houden.
15
Transocean
Meer openheid over veiligheid Olieboorbedrijf Transocean,
dat eveneens nauw bij de ramp in de Golf van Mexico
betrokken was, is aanmerkelijk minder ver. Op meerdere
manieren is geprobeerd zicht te krijgen op de maatregelen
van Transocean om de veiligheid te vergroten. Lange tijd
zonder veel resultaat. Afgelopen jaar zag APG echter de
eerste tekenen van een cultuuromslag bij het bedrijf; de
voorzitter stapte op en Transocean begon iets meer
openheid te geven. APG vindt dat stappen in de goede
richting maar heeft nog veel onbeantwoorde vragen. Om
daar antwoord op te krijgen, zal in 2014 de dialoog met
Transocean geïntensiveerd worden.
Fossiele brandstofbedrijven
Rekening houden met klimaatbeleid Samen met andere
grote beleggers heeft APG aan kolen- olie-, gas- en
elektriciteitsbedrijven gevraagd hoe ze in hun bedrijfsvoering rekening houden met een afname van het gebruik
van fossiele brandstoffen. Als overheden vasthouden aan
de doelstelling om de opwarming van de aarde te beperken
tot twee graden, zal dat leiden tot een forse daling in het
gebruik van fossiele brandstoffen. Tot nu toe lijken
energiebedrijven met zo’n scenario nog geen rekening te
houden. De 200 grootste fossiele brandstofbedrijven gaven
in 2012 gezamenlijk 674 miljard dollar uit aan het zoeken
naar en het in ontwikkeling brengen van nieuwe olie-,
kolen- en gasreserves. Als de wereldleiders vasthouden aan
hun klimaatdoelen, zouden die investeringen niet of veel
minder rendabel kunnen uitpakken. Daarom willen APG
en andere beleggers dat dit soort bedrijven meer rekening
houden met het klimaatbeleid.
3.6 Bescherming
van de kleine aandeelhouder
KPN
Zorgen over overnameplannen APG ging in gesprek met
KPN toen America Móvil het Nederlandse telecombedrijf
dreigde over te nemen. APG zag zijn positie bedreigd en
drong aan op een betere bescherming van de kleine
aandeelhouders. Doordat America Móvil zijn bod terugtrok,
verdween de dreiging weer.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
Japanse bedrijven
Meer onafhankelijke bestuurders Druk van APG heeft ertoe
bijgedragen dat het aantal onafhankelijke bestuurders in
Japanse bedrijven is toegenomen. Samen met andere grote
beleggers is jarenlang bij de Japanse overheid gelobbyd voor
de verplichting om ook onafhankelijke leden een plek in het
ondernemingsbestuur te geven. Tot vorig jaar was Japan
een van de weinige landen die zo’n verplichting niet kende.
De eis om met ingang van 2013 in elk beursgenoteerd
bedrijf minimaal een onafhankelijke bestuurder te hebben,
is een zogenoemde ‘pas toe of leg uit regel’ waar bedrijven
onderuit kunnen als ze daar een goede reden voor geven.
Als aandeelhouder probeert APG bedrijven ertoe aan te
zetten om wel aan de nieuwe regel te voldoen, het liefst
met meerdere bestuurders. Die druk heeft tot enkele
resultaten geleid. Zo verhoogde autobouwer Toyota het
aantal onafhankelijke bestuurders van nul naar drie.
Petrobras
Meer onafhankelijke bestuurders APG is er samen met
andere beleggers in geslaagd om echt onafhankelijke
bestuurders in de top van het Braziliaanse oliebedrijf
Petrobras te krijgen. De grootste onderneming van
Latijns-Amerika, die voor een fors deel in handen is van
de Braziliaanse overheid, had twee plekken in het bestuur
gereserveerd voor vertegenwoordigers van de minderheidsaandeelhouders. In 2012 werden die bezet door vertegenwoordigers van bedrijven waar de overheid ook weer een
grote vinger in de pap had. In 2013 beloofde Petrobras
ook om meer openheid te geven over de vaststelling van
de verkoopprijzen van diesel en benzine die volgens de
minderheidsaandeelhouders te laag waren. Voor de
Braziliaanse overheid waren die lage prijzen prettig omdat
ze de inflatie binnen de perken hielden, voor de minderheidsbeleggers betekenden ze vooral onnodig lage
rendementen.
Indiase bedrijven
Betere positie buitenlandse beleggers Zijn tien grootste
aandelenbeleggingen in India heeft APG benaderd om een
einde te maken aan de achterstelling van buitenlandse
beleggers. Lange tijd bepaalde de Indiase overheid dat
buitenlanders niet meer dan een deel van een bedrijf
mochten bezitten. Aanvankelijk ging dat om maximaal
16 25 procent van de aandelen. Later werd dat een hoger
percentage, variërend per sector. Inmiddels hebben
bedrijven zelf de mogelijkheid de grens te verhogen of af
te schaffen. Een aantal bedrijven heeft het percentage
verhoogd, een bedrijf heeft de beperking helemaal
afgeschaft.
Koreaanse bedrijven
Betere informatievoorziening aandeelhouders In Korea
probeert APG te bereiken dat bedrijven hun aandeelhouders van betere informatie voorzien. Nu krijgen ze voor
de aandeelhoudersvergaderingen vaak voorlopige cijfers
opgestuurd en een voorlopige accountantsverklaring. Pas
op de vergadering zelf volgen de definitieve stukken. Voor
institutionele beleggers is dat erg onhandig omdat die
meestal elektronisch (van afstand) stemmen. APG probeert
de definitieve stukken eerder te krijgen door zowel de
Koreaanse overheid te beïnvloeden, die de regelgeving zou
moeten aanpassen, als bedrijven onder druk te zetten.
Ondernemingen waarin het fonds relatief veel belegt,
hebben inmiddels een waarschuwing gekregen dat ze in
2014 niet hoeven te rekenen op goedkeuring van de
financiële stukken zolang er geen werkzame oplossing
komt. Een eerste resultaat is bereikt. Elektronicagigant
Samsung heeft beloofd het definitieve oordeel van
de accountant te sturen en een samenvatting van de
definitieve cijfers. Het uiteindelijke doel is dat de hele
markt zijn gedrag verandert.
3.7
Verstandig personeelsbeleid
Apple
Effectiever toezicht op toeleveranciers Met Apple heeft APG
net als in vorige jaren geregeld contact gehad over een
effectiever toezicht op de arbeidsomstandigheden bij
toeleveranciers. Apple gaf aan deze oproep gehoor door
uitgebreider te rapporteren over het toezicht op deze
fabrieken. De onafhankelijke Fair Labour Association (FLA),
waarbij Apple zich in 2012 heeft aangesloten, controleerde
in 2013 de bedrijfspraktijk bij de Chinese toeleverancier
FoxConn en publiceerde een verslag daarover. Na specifieke vragen van APG (uit 2012) over beschuldigingen van
misstanden naar aanleiding van een onderzoeksrapport
van NGO China Labour Watch werd onmiddellijk een
onderzoek gestart en zijn maatregelen genomen.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
Deutsche Post DHL
Vakbondsvrijheid in Turkije Correspondentie met Deutsche
Post DHL over effectief toezicht op een uniforme toepassing van het personeelsbeleid heeft resultaat geboekt. APG
stelde vragen naar aanleiding van mogelijke misstanden bij
activiteiten van DHL in Turkije en de Verenigde Staten waar
sprake zou zijn van intimidatie en onrechtmatig ontslag
van werknemers die zich aansloten bij vakbonden. APG
wilde weten of het toezicht op een wereldwijde uniforme
toepassing van het groepsbeleid effectief is en inzicht in de
maatregelen die in dit kader genomen zijn. De onderneming heeft APG hierover geïnformeerd en bevestigd dat
het hecht aan een goed personeelsbeleid dat voldoet aan
internationale standaarden. Een werknemersorganisatie
bevestigde begin 2014 dat inderdaad maatregelen zijn
genomen en dat de vrijheid van vakvereniging in de Turkse
activiteiten is gegarandeerd. Ook zegt ze dat Deutsche
Post DHL aanvullend onderzoek gaat doen naar arbeidsverhoudingen in de activiteiten in India en Colombia en
een regulier overleg met werknemersorganisaties heeft
ingesteld.
Onex Corporation
Vakbondsvrijheid in de VS Met het beursgenoteerde
private equity bedrijf Onex Corporation sprak APG over
een effectieve implementatie van het sociaalbeleid in de
ondernemingen waarin Onex investeert. Onex vraagt zijn
bedrijven een sociaal beleid te voeren waarbij het werknemers vrijstaat om al dan niet lid te worden van een
vakbond. Ondanks dat meldde de Amerikaanse vakbond
voor machinebouwers (IAM) dat een van deze bedrijven
op sommige van zijn vele vestigingen personeelsleden
tegenwerkte die een vakbond wilden opzetten. Onex
heeft het bedrijf, dat over het algemeen goede relaties
met de vakbeweging heeft, benaderd en gewezen op de
Onex-opvattingen hieromtrent.
Ahold
Vakbondsvrijheid in de VS De arbeidsverhoudingen stonden
ook onder druk bij Giant/Martin’s, een van de Amerikaanse
ketens van levensmiddelenconcern Ahold, waar vakbondsactiviteiten werden belemmerd. Na een intensieve dialoog
kondigde Ahold begin vorig jaar aan hier meer aandacht
aan te besteden zodat het ook in de praktijk duidelijk is dat
17
het iedere werknemer vrijstaat om lid te worden van
een vakbond, en dat die bond voor zijn leden kan onderhandelen over de arbeidsvoorwaarden. Het bedrijf heeft
dit inmiddels in zijn ‘employment principles’ vastgelegd.
Ahold maakt hiermee duidelijk dat voortaan op dit terrein
voor het hele bedrijf hetzelfde beleid zal gelden. Ook is het
reguliere onderzoek naar de medewerkerstevredenheid
uitgebreid naar de Amerikaanse vestigingen, zoals APG
gevraagd had.
AvalonBay
Veiliger arbeidsomstandigheden Optreden van APG heeft
ertoe bijgedragen dat het Amerikaanse vastgoedbedrijf
AvalonBay zijn arbeidsomstandighedenbeleid heeft
aangescherpt. Op een fors aantal punten overtrad AvalonBay de wettelijke regels die de gezondheid en de werkveiligheid van medewerkers en onderaannemers moeten
beschermen. Er waren onveilige situaties op bouwplaatsen
waar meerdere ongelukken plaatsvonden, waarvan een
met dodelijke afloop. Deze informatie was aanleiding om
de beleggingen in AvalonBay voorlopig niet uit te breiden
en een dialoog te starten. Gesprekken met management,
onderaannemers en personeel hebben er inmiddels toe
geleid dat het bedrijf zijn veiligheidsbeleid heeft aangescherpt. Er zijn speciale medewerkers aangesteld en
veiligheidsscores op de bouwplaatsen zullen van invloed
zijn op de bestuurdersbeloningen. Ook ziet AvalonBay er
strenger op toe dat toeleveranciers, aannemers en
onderaannemers hun veiligheid op orde hebben.
Siemens
Ingezette bestuursvernieuwing moet doorgaan APG heeft
regelmatig met Siemens gesproken over de prestaties
van de afgelopen jaren en de samenstelling van het
bestuur. APG heeft er vertrouwen in dat de nieuwe CEO
de veranderingen zal doorvoeren die nodig zijn om het
bedrijf gereed te maken voor de toekomst en steunt de
ingezette bestuursvernieuwing. Als onderdeel daarvan zal
nu ook de voorzitter van de Raad van Commissarissen zijn
eigen opvolging op een goede manier moeten regelen.
Alhoewel hij zijn onderneming door een moeilijke periode
heeft geloodst na het corruptieschandaal van 2006, wil
APG dat hij uiterlijk op de algemene aandeelhoudersvergadering van 2015 bekend maakt wie hem opvolgt.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
3.8
Mensenrechten en corruptie
Nestlé
Beter zich op productieomstandigheden cacao Met Nestlé
sprak APG over onder meer de voortgang bij het terugdringen van kinderarbeid in de cacao-productie; een
onderwerp waarover al enkele jaren met voedingsbedrijven
gesproken wordt. Nestlé heeft beter zicht gekregen op
de toeleveranciers en kan inmiddels de herkomst van
15 procent van de ingekochte cacao traceren. Toen APG
met Nestlé in 2009 de gesprekken hierover begon, had
de onderneming nog helemaal geen zicht op de cacaoherkomst, althans niet voorbij het niveau van de tussenleveranciers. Nestlé kan nu beter de arbeidsomstandigheden bij de cacaoproductie controleren en heeft zijn
inspanningen vergroot om de omstandigheden van
boeren te verbeteren.
MTN
Verduidelijking mensenrechtenbeleid Met het ZuidAfrikaanse MTN heeft APG gesproken over hoe het bedrijf
omgaat met het doorspelen van klantinformatie aan
overheden. Het telecombedrijf is onder meer actief in
dictatoriaal geregeerde landen als Iran en Syrië en zou
betrokken kunnen raken bij mensenrechtenschendingen
in de Syrische burgeroorlog door informatie over gebruikers
te leveren aan de overheid. In een gesprek in Johannesburg
wees MTN erop dat het zaken doet met beide partijen in
het Syrische conflict en dat het probeert om daarbij een
neutrale positie te behouden. MTN zegde toe dat het
in het voorjaar van 2014 naar buiten komt met een
verduidelijking van zijn mensenrechtenbeleid en de
middelen die het daarvoor inzet.
NetApp
Beter zicht op klanten Activiteiten in Syrië waren voor APG
ook aanleiding contact op te nemen met het Amerikaanse
technologiebedrijf NetApp. Toen de opstandelingen in 2011
hun strijd tegen president Assad net begonnen waren,
verkocht NetApp naar verluid een opslagsysteem voor
computerdata aan de Syrische overheid. NetApp liet weten
dat het volledig meewerkt aan een onderzoek naar deze
zaak door de Amerikaanse overheid en dat het hangende
dit onderzoek niet inhoudelijk op de beschuldigingen
kan reageren. Wel heeft NetApp zijn interne procedures
18 aangescherpt, zoals APG gevraagd had, zodat er
meer onderzoek en controles gedaan worden tijdens
het verkoopproces waardoor NetApp zijn klanten nog
beter kent.
Gazprom
Omgang met actievoerders Bij Gazprom heeft APG gevraagd
wat het beleid is voor de omgang met maatschappelijke
organisaties. Aanleiding was de ophef die ontstond over
de manier waarop het Russische olie- en gasbedrijf zou
zijn opgetreden tegen actievoerders van Greenpeace die
demonstreerden bij een olieplatform in de Noordelijke
IJszee. APG heeft het belang van een constructieve
dialoog met maatschappelijke organisaties onderstreept.
Gazprom was het daarmee eens maar benadrukte ook dat
zijn medewerkers door protestacties niet in gevaar mogen
worden gebracht. In antwoord op vragen stelde Gazprom
dat er geen buitensporig geweld was gebruikt bij de
arrestatie van de demonstranten. Op het hoofdkantoor van
Gazprom is ook gesproken over de milieu- en veiligheidsmaatregelen die het bedrijf treft bij boringen in het
poolgebied. APG zal de dialoog met Gazprom voortzetten.
Telenor
Ondernemen in Birma Met meerdere bedrijven sprak
APG over de mogelijkheden van ondernemen in Birma
(Myanmar). De gespreken waren een follow up van het
bezoek aan het land in 2012 waarbij APG met een reeks
van lokale organisaties en bedrijven sprak. De conclusie
toen was dat er nog steeds veel risico’s zijn: onzekere
wetgeving, gebrekkige rechtszekerheid, corruptie, een
sterke positie van het leger, gebrekkige arbeidsomstandigheden en een tekortschietende bescherming van mensenrechten van met name etnische minderheden. Het Noorse
telecombedrijf Telenor, dat de licentie won voor het
aanleggen van het telecomnetwerk in Birma, heeft uitleg
gegeven over zijn maatregelen om de mensenrechtenrisico’s te beheersen. In de contracten met de Birmese
overheid heeft het hierover voorwaarden opgenomen.
Telenor loopt voorop in de telecomsector in het ontwikkelen van richtlijnen over hoe te handelen met verzoeken van
overheden om gebruikersgegevens of het (tijdelijk) sluiten
van de telecomnetwerken. APG zal nauwgezet volgen
hoe Telenor deze richtlijnen in de praktijk brengt.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
GlencoreXstrata
Alomvattende duurzaamheidsstrategie APG heeft het
Brits-Zwitserse grondstoffenbedrijf GlencoreXstrata
gevraagd bekend te maken welk beleid het voert om
corruptie en omkoping tegen te gaan. Het bedrijf is
actief in veel landen die hoog scoren op de verschillende
corruptie-indexen en moet daarom een duidelijk beleid
hebben voor medewerkers en andere betrokkenen. In
2013 zijn er gesprekken geweest met verschillende
medewerkers van het bedrijf, waaronder de bestuurder
die verantwoordelijk is voor het gezondheids- en veiligheidsbeleid. GlencoreXstrata is ook gevraagd om openbaar
te maken hoe het bij de winning van kolen rekening houdt
met mogelijke overheidsmaatregelen om het gebruik van
fossiele brandstoffen terug te dringen en welke plannen er
zijn voor de uitbreiding van het bestuur. APG benadrukte
hoe belangrijk het is om een alomvattende duurzaamheidsstrategie te hebben en een visie op de omgang met de
zorgen van betrokkenen.
3.9
Bezoeken Zuid-Afrika en India (POSCO)
APG bezoekt mijn- en bosbouwprojecten in Zuid-Afrika
Eind september bracht APG een bezoek aan mijnbouwbedrijven in Zuid-Afrika, waar de mijnbouwsector te maken
heeft met stakingen en verstoorde arbeidsverhoudingen.
Twee platinamijnen werden bezocht, twee bedrijven in de
goudsector en een bosbouwonderneming.
Bij de mijnen ging het om een dagbouwmijn en een
gesloten mijn. Ter plekke heeft APG gekeken hoe het
management omgaat met de veiligheid van medewerkers,
de arbeidsverhoudingen en de belangen van omwonenden.
APG sprak niet alleen met het management maar ook met
vertegenwoordigers van vakbonden en een maatschappelijke organisatie die onderzoek gedaan had naar arbeidsomstandigheden. APG constateerde dat de mijnbouwbedrijven klachten van het personeel serieus namen. De
ondernemingen verzekerden dat ze lonen betaalden die
niet onder het wettelijk minimum lagen. Ook toonden ze
de maatregelen die ze genomen hadden om de veiligheid
van hun medewerkers te beschermen, bijvoorbeeld door
in mijngangen netten te hangen tegen vallend gruis.
Een bedrijf gaf informatie over een eigen huisvestingsprogramma waarbij personeelsleden via hun werkgever
19
een woning konden kopen. Andere bedrijven in de sector
hadden soortgelijke programma’s opgezet.
Met de goudwinningsbedrijven werd niet alleen gesproken
over arbeidsverhoudingen, maar ook over de invloed van
machines op de inzet van werknemers. Bij de bosbouwonderneming stond de vraag centraal hoe het bedrijf omgaat
met landrechten. Eventuele problemen op dit terrein
probeert het te voorkomen door grond te verkopen aan
de lokale gemeenschap en die vervolgens terug te huren.
APG bezoekt POSCO-investeringen in India
In oktober bracht APG een bezoek aan de Indiase deelstaat
Odisha waar het Zuid-Koreaanse staalbedrijf POSCO bezig
is een mijn en een staalfabriek te ontwikkelen, inclusief
haven voor aan- en afvoer. Het gaat om een investering
van in totaal 12 miljard dollar in een gebied van ruim tien
vierkante kilometer met bos, landbouwgronden en enkele
kleinere dorpjes. De plannen van het bedrijf leidden tot
hevige protesten. Onenigheid tussen inwoners die hun huis
en grond aan POSCO wilden verkopen en anderen die daar
niets voor voelden, liep zo hoog op dat die eersten zich niet
langer veilig voelden en hun dorp moesten verlaten voor
een tijdelijk opvangkamp dat ver onder de maat zou zijn.
Het project wordt kritisch gevolgd door de meer dan 400
nieuwsmedia in de regio en verschillende NGO’s.
Doel van het APG-bezoek was om ter plekke te onderzoeken
of de klachten gegrond waren en de verantwoordelijken
van het bedrijf en de lokale overheden er nogmaals op te
wijzen dat APG niet wil dat ze zich inlaten met schending
van mensenrechten en milieuregels. APG bezocht de
locatie waar POSCO zijn activiteiten ontwikkelt en het tijdelijke kamp waar de families worden opgevangen die door
hun dorpsgenoten zijn uitgestoten. Gesprekken waren er
met bestuurders van de deelstaat en de regionale overheid,
de baas van de politie, vertegenwoordigers van POSCO en
de Koreaanse ambassadeur.
APG heeft er bij POSCO op aangedrongen om constructieve relaties op te bouwen met lokale gemeenschappen
en hun belangen mee te wegen in de bouwplannen.
Hoewel er nog steeds geen sprake is van een effectieve
dialoog ter plaatse, constateert APG dat POSCO gehoor
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
geeft aan de aanbevelingen. Zo hebben het bedrijf en
de lokale overheid een deel van de sociale spanningen
weggenomen door het project niet in één keer uit te voeren
maar op te knippen in stadia. De overheid gaf aan dat het
tweede stadium niet uitgevoerd wordt zonder instemming
van de dorpsbewoners. POSCO heeft aangegeven dat het
wil verdergaan met de inspraak- en voorlichtingsbijeenkomsten waarbij het ook al eerder betrokken is geweest.
Mede hierdoor hoopt het meer onderdeel te worden van
de plaatselijk gemeenschap.
3.10
Uitgesloten bedrijven
Eind 2013 staan 15 bedrijven op de lijst met ondernemingen
waarmee APG geen zaken doet. Dit zijn hoofdzakelijk
bedrijven die clusterwapens produceren. Productie van
deze wapens is voor APG al sinds 2007 een uitsluitingsgrond maar sinds begin 2013 geldt in Nederland ook
een wettelijk verbod om in clusterwapenproducenten
te beleggen. Verder belegt APG niet in bedrijven die
betrokken zijn bij het maken van anti-persoons (land)
mijnen, chemische en biologische wapens. Bedrijven
die kernwapens produceren, worden uitgesloten
wanneer ze dit doen in tegenspraak met het door
Nederland geratificeerde internationale verdrag dat
de kernwapenverspreiding moet tegengaan (Nuclear
Non-Proliferation Treaty).
Op basis van de in VN-verband gemaakte afspraken over
hoe bedrijven moeten omgaan met mensenrechten
(Global Compact), moet een onderneming voldoende
aandacht hebben voor de publieke veiligheid en schade
aan het milieu zo veel mogelijk voorkomen. TEPCO voldeed
daar naar het oordeel van APG niet aan. Ook een dialoog
leverde weinig op. In 2012 had APG een ontmoeting met
de directie en in 2013 was er schriftelijk contact. Beide met
weinig resultaat. De manier waarop TEPCO zijn bestuur
heeft ingericht en de bedrijfscultuur, gaven niet de indruk
dat er in de nabije toekomst iets zou kunnen verbeteren
waardoor een verder engagement niet zou leiden tot
concrete veranderingen.
Twee bedrijven uit de Verenigde Staten die eind 2012 op
de uitsluitingslijst stonden, zijn daar medio 2013 weer
van afgehaald. Kaman Corporation en Lockheed Martin
maakten bekend dat ze niet langer betrokken zijn bij de
productie van clusterwapens.
Uitgesloten vanwege betrokkenheid bij de productie van
clusterwapens
Aeroteh S.A. Roemenië
Alliant Techsystems Inc.
Verenigde Staten
Aryt Industries Ltd.
Israël
Ashot AshkelonIsraël
China Aerospace International Holdings
Nieuw op de uitsluitingslijst is Tokyo Electric Power
Company (TEPCO). Eind 2013 heeft APG de belangen in
dit bedrijf verkocht. TEPCO is de eigenaar van de kerncentrale in Fukushima die door een tsunami begin 2011
zo ernstig beschadigd raakte dat 150.000 mensen uit de
omgeving geëvacueerd moesten worden en een enorme
hoeveelheid radioactief water in zee stroomde. Nog altijd
heeft de Japanse overheid het probleem niet onder
controle en experts vrezen dat veel geëvacueerde omwonenden nooit meer naar huis terug kunnen. TEPCO was
vooraf op de hoogte van de zwakke plekken in de centrale
maar verzuimde voldoende voorzorgsmaatregelen te
nemen. Ook na de vloedgolf ging het bedrijf meerdere
keren in de fout door veiligheidsrisco’s verkeerd in te
schatten en informatie achter te houden waardoor
de gevolgen van de ramp nodeloos groot werden.
20 China
China SpacesatChina
Hanwha CorporationZuid-Korea
Norinco International Coorporation LTD
China
Poongsan Corporation
Zuid-Korea
Poongsan Holdings Corporation
Zuid-Korea
Singapore Technologies Engineering
Singapore
Textron Verenigde Staten
Uitgesloten vanwege schending VN Global Compact
PetroChinaChina
TEPCOJapan
WalmartVerenigde Staten
3.11
Uitgesloten staatsobligaties
APG belegt niet in staatsobligaties van landen waarvoor
de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een wapenembargo heeft afgekondigd. Dat betekent dat er in de
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
portefeuille geen obligaties zitten van Somalië, Congo,
Soedan, Noord-Korea, Iran, Libië, Ivoorkust, Irak, Liberia en
Eritrea. In 2013 zijn geen nieuwe landen op de uitsluitingslijst gezet.
Waar stemde APG?
3.12
Stemmen als aandeelhouder
In 2013 was APG vertegenwoordigd op ongeveer 4.500
aandeelhoudersvergaderingen in 59 landen waar in totaal
zo’n 45.000 voorstellen op de agenda stonden. De
vergaderingen vonden plaats in alle werelddelen. APG
stemde in de meeste gevallen vanuit Nederland via een
elektronisch stemsysteem.
Hoe stemde APG over verschillende onderwerpen?
Het grootste deel van de ongeveer 45.000 voorstellen die
op de agenda van de verschillende vergaderingen stonden
(ruim 40 procent), had betrekking op de (her) benoeming
van bestuurders. Een op de tien van deze voorstellen kon
op een tegenstem rekenen, bij een op de twintig onthield
APG zich van stemming. De tegenstemmen hadden vooral
te maken met twijfels over de onafhankelijkheid van de
voorgestelde kandidaten.
Verenigde Staten (19%)
europa zonder verenigd koninkrijk (18%)
Azië en het pacifisch-gebied,
zonder china, japan en
australië (18%)
japan (9%)
centraal en zuid-amerika (9%)
china (8%)
verenigd koninkrijk (9%)
3.13 Dialoog
canada (5%)
Overheid en marktpartijen moeten goede regels afspreken
die eraan bijdragen dat de klanten van APG ook op de
lange termijn kunnen blijven zorgen voor een goed
australië (5%)
afrika (4%)
Overzicht stemgedrag 2013
met regelgevers
VOOR
TEGEN
ONTHOUDEN / NIET GESTEMD
5%
6%
1%
13%
10%
51%
Voorstel
beloning
21
44%
1%
84%
Verkiezing
bestuurder
86%
Benoeming
auditor
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
43%
56%
Voorstel
aandeelhouders
6%
15%
Totaal
79%
pensioen voor hun deelnemers. Goed functionerende
financiële markten zijn daarvoor van belang, net als een
stabiel klimaat dat geen bedreiging vormt voor de waarde
van de beleggingen. Om dit te bevorderen treedt APG in
dialoog met regelgevers op verschillende bestuurlijke
niveaus en relevante marktpartijen.
Transparante bestuurspraktijk
Bij de commissie die in Duitsland de code voor goed
ondernemingsbestuur herziet, heeft APG erop aangedrongen dat er meer openheid komt voor aandeelhouders
over de benoeming en achtergronden van de mensen in
die besturen. In Duitsland is dit een taak van de Raad van
Commissarissen, die aandeelhouders geen informatie
hoeft te geven over de selectieprocedure en de daarbij
geldende criteria. Om te kunnen beoordelen of de
onafhankelijkheid van het ondernemingsbestuur wel
gewaarborgd is, wil APG over elke bestuurder meer
informatie op de websites en in de jaarverslagen.
Aan de Amerikaanse overheid heeft APG gevraagd om de
regels voor ondernemingsbestuur zodanig aan te scherpen
dat bestuurders voor hun (her)benoeming minimaal
50 procent van de stemmen moeten hebben bij aandeelhoudersvergaderingen. Nu hebben afzonderlijke bestuurders
geen meerderheid nodig. Verder moet een einde komen
aan de praktijk dat bestuurders die op de aandeelhoudersvergadering weggestemd worden, vrij snel weer terugkeren
op hun oude plek. Daarnaast wil APG dat een CEO niet
langer tegelijkertijd ook voorzitter kan zijn van het ondernemingsbestuur, zodat die plek ingenomen kan worden
door iemand die minder betrokken is bij het dagelijkse
22 reilen en zeilen en meer op de lange termijn kan letten.
Ook moet meer openheid komen over bijdragen van
bedrijven aan politieke partijen en lobby-uitgaven.
Langetermijnfinanciering
APG steunt het voornemen van de Europese Commissie
om langetermijnfinanciering te stimuleren. Dat kan
economische groei bewerkstelligen en er bijvoorbeeld
voor zorgen dat er buiten de banken om meer alternatief
kapitaal beschikbaar komt voor het midden- en kleinbedrijf. De Europese Commissie, die begin 2013 een
zogenaamd Groenboek over dit onderwerp uitbracht,
verwacht dat met name pensioenfondsen geschikt
zullen zijn voor langetermijnfinanciering omdat ze veel
verplichtingen hebben voor de lange termijn.
APG vindt de plannen van de Commissie nog erg globaal
en wil niet dat ze uitmonden in verplichtingen die een
effectief vermogensbeheer in de weg staan, bijvoorbeeld
via de eis om een vast percentage van de beleggingen voor
langetermijnfinanciering te reserveren of een beperking
op beleggen buiten de Europese Unie. Ook zal het nieuwe
beleid moeten passen in de vele maatregelen die de
EU recentelijk genomen heeft, en op dit moment nog
voorbereidt, voor het reguleren van de financiële markten.
Die kunnen ook gevolgen hebben voor langetermijnfinanciering. APG ondersteunt daarom ook de uitgangspunten
voor langetermijnfinanciering die zijn opgesteld door de
G20 en de OESO, omdat die benadrukken dat nieuwe
(toezicht)regelgeving geen onnodige belemmeringen voor
langetermijnbeleggingen mag opwerpen.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
4
Samenwerking
APG is ervan overtuigd dat het meer kan bereiken
door samen te werken met beleggers die op hetzelfde spoor zitten. Daarom is het actief betrokken
bij organisaties die nationaal en internationaal
proberen de aandacht voor duurzaamheid en goed
ondernemingsbestuur te bevorderen. In 2013 was
het vooral actief op de volgende terreinen.
door deelname aan de commissie van ambtenaren en
deskundigen die het voorstel voorbereidde.
APG Is een van de ongeveer 600 ICGN-leden in meer
dan 50 landen die samenwerken om de aandacht voor
goed ondernemingsbestuur te vergroten.
4.3
4.1
Gevolgen van klimaatverandering
Samen met andere grote beleggers in de Institutional
Investor Group on Climate Change (IIGCC), heeft APG
bij de Europese instellingen gepleit voor een aanpassing
van het beleid dat de CO2-uitstoot terug moet dringen.
Het handelssysteem in vervuilingsrechten dat in werd
2005 ingevoerd (ETS), is niet effectief en heeft nauwelijks
resultaat opgeleverd. Belangrijkste oorzaak is dat er te veel
uitstootrechten in de markt zijn waardoor de prijs te
laag ligt en het voor bedrijven niet aantrekkelijk is om te
investeren in schone technologieën. Op de korte termijn
zal Europa het overschot aan emissierechten uit de
markt moeten halen en op de lange termijn zal het
systeem zodanig hervormd moeten worden dat dit soort
overschotten niet opnieuw kunnen ontstaan. Doordat
de energiemarkt niet optimaal werkt, blijft het voor APG
moeilijk om fors te beleggen in alternatieve energiebronnen als wind en zonnekracht die nog altijd voor
een groot deel afhankelijk zijn van subsidies en belastingvoordelen. Dat is geen solide basis voor beleggingen op
de lange termijn. Een overheid kan in principe immers
ieder moment besluiten om de subsidie stop te zetten
of de fiscale regels aan te scherpen.
4.2
Rapporteren over ESG
Via het International Corporate Governance Network
(ICGN) heeft APG druk uitgeoefend op de Europese
bestuurders om de vaart te zetten achter regelgeving
die bepaalde grote bedrijven in Europa verplicht te
rapporteren over wat zij doen aan duurzaamheid en
goed ondernemingsbestuur. De Europese Commissie
heeft hierover in 2013 een voorstel gepubliceerd dat nog
moet worden goedgekeurd door de Europese Raad en het
Europees Parlement. Hiermee lijkt het einde in zicht van
een proces dat al in 2009 van start ging en waarbij APG
vanaf het begin nauw bij betrokken was, onder andere
23
Geïntegreerde verslaggeving
Betere verslaggeving door ondernemingen was een van
de doelen van de zogenoemde International Integrated
Reporting Council (IIRC) die in december een opzet
presenteerde over hoe bedrijven in één verslag kunnen
rapporteren hoe ze waarde creëren op korte, middellange
en lange termijn. APG is al vanaf 2010 betrokken bij de
IIRC waarin bedrijven, maatschappelijke organisaties,
accountants en institutionele beleggers afspraken gemaakt
hebben over welke informatie moet worden opgenomen
in zulke holistische verslagen. De verslagen moeten er
niet alleen voor zorgen dat bedrijven een duidelijker beeld
geven van hoe hun business model in elkaar zit en hoe ze
met hun financiën omgaan, maar ook van de milieu- en
sociale aspecten van hun bedrijfsvoering. APG wil zich
ervoor inzetten dat ondernemingen ervan gebruik gaan
maken, net als beleggers.
Openbaarmaking ESG-activiteiten
private equity
4.4
Begin 2013 verscheen het ESG Disclosure Framework for
Private Equity dat APG in de afgelopen jaren met andere
grote beleggers heeft ontwikkeld binnen het gelijknamige
samenwerkingsverband, en waardoor binnen de private
equity-fondsen meer aandacht moet komen voor milieu,
sociaal beleid en goed ondernemingsbestuur. In het
nieuwe raamwerk staat gedetailleerd omschreven hoe
een manager van een fonds aan zijn beleggers moet
rapporteren over wat hij doet aan verantwoord beleggen.
Dit helpt APG beter zicht te houden op zijn private
equity-beleggingen.
Daarnaast is APG lid van de European Venture Capital
Association (EVCA) waarin Europese private equity-partijen
afspraken maken over goed bestuur en transparantie.
Binnen deze EVCA is APG een van de voorzitters van het
ronde tafeloverleg dat ESG-gerelateerde cursussen verzorgt
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
en standaarden ontwikkelt over ESG-integratie binnen
private equity en de rapportage daarover.
4.5 ESG
bij hedgefondsen
APG is voorzitter van de werkgroep die binnen de United
Nations Principles for Responsible Investing (UN PRI)
richtlijnen opstelt voor hedgefondsen over verantwoord
beleggen en transparantie. De UN PRI is een mede door
APG opgericht samenwerkingsverband van zo’n 1100
beleggers en financiële instellingen die verantwoord
beleggen promoot. De leden van de UN PRI moeten
jaarlijks rapporteren over hoe zij de principes toepassen.
4.6
Nederlandse institutionele beleggers
Bij verschillende engagements met Nederlandse bedrijven,
zoals bijvoorbeeld Heineken en Ahold, is APG in 2013
samen opgetrokken met andere grote beleggers in
Eumedion-verband. APG zit in het bestuur en verschillende
commissies van deze belangenorganisatie van institutionele beleggers, die afgelopen jaar een rapport publiceerde
over de toekomst van het Nederlandse bankenstelsel.
Daarin pleitte Eumedion onder meer voor een duurzamer
verdienmodel en cultuurverandering. Ook adviseerde het
de Tweede Kamer om wetgeving aan te scherpen waardoor
externe accountants van beursgenoteerde ondernemingen
informatievere controleverklaringen moeten afgeven.
4.7
De ACGA ijvert voor beter ondernemingsbestuur in Azië
met meer rechten voor aandeelhouders. APG is tevens lid
van de Council of Institutional Investors (CII) die hetzelfde
probeert te bereiken in de Verenigde Staten en de Investor
Protector Association (IPA) in Rusland. Die laatste is een
samenwerkingsverband van grote (Russische en nietRussische) beleggers in Rusland waarvan APG in 2013 lid
is geworden. In oktober heeft APG deelgenomen aan
een beleggerspanel op een tweedaagse congres over een
nieuwe Russische code voor goed ondernemingsbestuur,
georganiseerd door de aandelenbeurs van Moskou en de
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO).
In Italië werkt APG met andere beleggers samen in het
samenwerkingsverband Assogestioni. Ze maken gebruik
van de zogenoemde Voto di Lista waarbij minderheidsaandeelhouders, die samen een relatief klein deel van de
aandelen van een onderneming bezitten, onafhankelijke
kandidaten kunnen voordragen voor zowel de Raad van
Bestuur als voor de Raad van Statutaire Accountants die
toeziet op het werk van de accountant. APG maakt hier
al sinds 2009 gebruik en heeft In 2013 heeft bestuurders
benoemd weten te krijgen bij bijvoorbeeld energiebedrijf
Enel, verzekeringsmaatschappij Assicurazioni Generali,
kabelproducent Prysmian, gastransportbedrijf Snam en
bank Unicredit.
Beter bestuur mondiaal
Via de Asian Corporate Governance Association (ACGA)
heeft APG druk uitgeoefend op Zuid-Koreaanse bedrijven
om hun aandeelhouders van betere informatie te voorzien.
Nu krijgen ze voor de aandeelhoudersvergaderingen
vaak voorlopige cijfers opgestuurd en een voorlopige
accountantsverklaring. Pas op de vergadering zelf volgen
de definitieve stukken. Een eerste resultaat is bereikt.
Elektronicagigant Samsung heeft beloofd het definitieve
oordeel van de accountant te sturen en een samenvatting
van de definitieve cijfers. Het uiteindelijke doel is dat de
hele markt zijn praktijken verandert.
24 4.8
Duurzame vastgoedbeleggers
APG’ s initiatief voor het ontwikkelen van de Global Real
Estate Benchmark is uitgegroeid tot een toonaangevende
wereldwijde duurzaamheidsbenachmark voor vastgoedbeleggingen. APG is verder lid van de belangenvereniging
van vastgoedbeleggers in Noord-Amerika (National
Association of Real Estate Investment Trusts) en Azië
(Asia Pacific Real Estate Association).
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
5
Vooruitblik 2014
APG zal verdergaan met het ontwikkelen en optimaliseren
van instrumenten die het eenvoudiger maken voor
beleggers om in hun dagelijks werk rekening te houden
met hoe beleggingen presteren op het gebied van milieu,
sociaal beleid en goed bestuur. Dit betekent met name het
verder uitbouwen van het model voor de kwantitatieve
aandelenstrategieën, dat vooral gebruikt gaat worden bij
de dagelijkse beleggingsbeslissingen in deze portefeuille
met ruim 1500 bedrijven.
Een onderwerp dat op belangstelling van APG kan blijven
rekenen, is klimaatverandering. APG is een project gestart
waarbij het op basis van verschillende scenario’s wil
vaststellen hoe klimaatbeleid de toekomstige vraag naar
energie in de wereld kan veranderen en wat de mogelijke
risico’s en kansen zijn voor energie-gerelateerde investeringen zoals oliemaatschappijen en elektriciteitscentrales.
Ook in de dialogen met afzonderlijke ondernemingen
zal het onderwerp terugkomen, bijvoorbeeld in NoordAmerika waar met grote beursgenoteerde bedrijven
gesproken zal worden over schaliegas, milieu en veiligheid.
Een paar jaar geleden was APG een van de eerste pensioenuitvoerders die besloten om grootschalig in infrastructuur
te beleggen. Nu heeft APG het initiatief genomen om een
instrument te ontwikkelen dat wereldwijd gebruikt kan
worden bij het beoordelen van de duurzaamheid van
infrastructuurbeleggingen. Begin 2014 zal onderzocht
worden hoe het in de praktijk functioneert. De volgende
stap is ervoor zorgen dat dit model ook door anderen
gebruikt gaat worden en het beoogde eindresultaat is
een wereldwijde standaard die het voor bedrijven duidelijk
maakt waaraan ze moeten voldoen zodat ze eenvoudiger
duurzaam kunnen opereren.
25
Medio juni is APG betrokken bij de organisatie van het
congres van het International Corporate Governance
Network dat in Amsterdam zal plaatsvinden. Voor de
jaarlijkse bijeenkomst van het samenwerkingsverband
van beleggers dat wereldwijd streeft naar betere
ondernemingsbesturen, zullen honderden mensen naar
Nederland komen om hun kennis te delen over toezicht
op de financiële sector, ethisch ondernemerschap en de
overgang naar een economie die minder afhankelijk is
van fossiele brandstoffen.
Samen met maatschappelijke organisaties en marktpartijen werkt APG aan een verdere verduidelijking van
wat de herziene OESO-richtlijnen over maatschappelijk
verantwoord ondernemen betekenen voor institutionele
beleggers.
De gesprekken met ondernemingen over personeelsbeleid
wil APG voortzetten. Samen met andere marktpartijen zal
het bedrijven aansporen meer openheid te geven over wat
ze met hun personeelsbeleid willen en wat ze daadwerkelijk
doen. Deze informatie zal de portefeuillemanagers helpen
om betere analyses te maken van de bedrijven waarin
wordt belegd.
APG wil ook doorgaan met het bevorderen van de aandacht voor duurzaamheid en goed bestuur in de wereld
van de grote vermogensbeheerders, de private equity- en
de hedgefondsen. Ook zal het zijn invloed als een van de
grootste pensioenuitvoerders ter wereld blijven inzetten
om een cultuurverandering in de financiële sector
dichterbij te brengen.
APG Verantwoord Beleggen: jaarverslag 2013
www.apg.nl/verantwoordbeleggen